> ,' .■.•
*.>.;:;v J'-'
;>>,V> >VV::*^t •^:,--.-éi-^ V- ^;/,
.. «.<
^^^^ ^^
"v. ■•,*♦"'.,
' s=^ '^-^ -"^ ^':;-? ■"■^:\ i:v"T--" W " -^^ '•■ ^■'^:
•4.
■.^' 4" '
*•••• ,;- ., ♦.- »•.•. .,. ;.•,..•• , -i'.'. ■ ..••.. .•• V' •■-I' ' . ■ ; •*''..,•
:»■ '** " '" ' :■■> ' '■ ^J«,■' '-'►i. V-* • :. •*,*."■ - ' ■'
, . ■ . -■ . ^■. , ■'"^ ■•■- -. '• » ■ *• •• • ■■ ^■. 'ï' »r "•
■<■■».■■} -y :: ,.: ,{• . -y •■.,' '^'^v''" ^*'> ■' ' !' - ■' ■ • .V->'\
■■ v^ .>,;-.^^. \.>'- V^'-^-' --t •:,..•• *-. V-i- • .- • ...V v^...
>• A ■» , ... •i.lv..*, ^ ' .' •. . ... ■' .. - . ■■ . -
- ,■ ■■■•I-.**-- ,:^ ••■ ■'■• - ."fe-"".'. ..•.•.•.»■-■■■ ■ .
i".
Presented to the
LIBRARY of the
UNIVERSITY OF TORONTO
bythe
INSTITUTE FOR
CHRISTIAN STUDIES
^
^
^OR CltRJSri^.^
imi
<0
%
"^'TO, ONTARIO.
m
ALG EMEENE
K E R K E L IJ K E
GESCHIEDENIS,
DER
CHRISTENEN.
A LGEMEENE
KERKELIJKE
GESCHIEDENIS,
DER-
CHRISTENEN,
DOOR
IJSBRAND '^AN /HAMELSVELD.
A C è T TIEN DE DE EL.
MET PLAAGT EN.
*
TE HAARLEM BIJ
FRANgOIS BOHN,
M D C C C I X.
"i^
^ AU6 2 71097 ~»^
INHOUD
VAN HET
ACHTTIENDE DEEL.
VIJFDE BOEK.
Bevattende het vijfde tijdperk ; van den tijd der kruislog-
ten , of liet Pausfchap van gregorius VU, in de
elfde eeuw, tot de Kerkhervorming in het begin der
zestiende eeuw.
ZESDE HOOFDSTUK,
ToeRand der Monniken. Nieuwe Monniken-
ordens. • . • • . Bladz. x,
ZEVENDE HOOFDSTUK.
Algemeene Gefchiedenis van den Godsdienst.
Nieuwe plegtigheden. Heiligen. Reliquien.
enz. • , , , » — . 224.
KER.
HAMELSVELD, HAMELS VELD ,
KERKELIJKE KERKELIJKE
CESCH I EDENIS. GESCH I EDENIS.
XVin. XVffl.
VOOR DEN BINDER.
Plaat I. te plaatfen tegen over . , Bladz. 7J.
Plaat II. te plaatfea tegeu over • 306*
KERKELIJKE
GESCHIEDENIS.
VIJFDE BOEK*
BEVATTENDE HET VIJFDE TYDPERK ; VAN DEN
TIJD DER KRUISTOGTEN, OF HET PAUSSCHAP
VAN GREGORIUS VII, IN DE ELFDE EEUW,
TOT DE KERKHERVORMING IN HET BE-
GIN DER ZESTIENDE EEUW.
ZESDE HOOFDSTUK.
Toeftand der Monniken» Nieuwe Mcnniken-ordenu
JLle Monnikenftand bereikte in dit Tijdvak , waar V
van wij de Gefcliiedenis befchrijven, den hoogden ^^^
trap van aanzien en gezag, welken hij tot hier toe Hoofdffj
had kunnen bereiken. Men hield dezen (land voor "^ C. G.
zoo heilig en godzalig, dat de naam Religio of 'q^^ °[^*
Godsdienst, bij uiiHuiting, den Monnikenilimd be-
teekende. Zij hadden invloed on alle lotgevallen foeftand
van de Kerk , en werden de Iteunpilarèn van hst niken»
Pausfelijk gezag, zij ijverden om het heerfchend ge-
loof uit te breiden , en allen , die zich daar tegen
durfden verzetten, te onderdrukken.
De Hervorming van de Orde der Èenediaijne» , bIoqI dei
XVJII. Deel. A de
ft KERKELIJKE
V de eenige, die men in het begin van dit T-'dvak in
BOEK het Westen kende, te Chiguy 'm Frankryk aaiige-
Hoüfdft. ^^ö*^ ' overtrof fchielijk alle verwachtingen der Ti,)d-
na C. G. genooten , bijzonder onder den zesden Al>t der zo.o-
••^^'^'°f^' genoemde Co:;pJ-eQ-/7iie van Clui^ny, hugo , die tot
tot 151 /• oi- o^y y
liet jaar iicp geleet'd heeft, en die fpoedig als een
Conjrre- Heilige werd aangemerkt, van hem alleen waren
eatie van . * r •. • i- ^ j
Clutiiy. ^'^^^^ "^" 10,000 Monniken m dit veib.eterd genoot-
fchap aangenomen. Het bevatte reeds in de Xllde
eeuw omtrent 2,000 \\\ooi>\.Q\s'mFra}7kryk^Dititsch-
land ^ Engeland^ Italië en Spanje onder zich; en
deszelfs achting nam zoodanig toe, dat men heel
fpoedig alleen die genen voor ware Benedictijnen
hi^-^ld , die tot hetzelve behoorden. Ook waren de
beide andere Congr&gatien der Heïvovmde Benedicrijm
fier Kloosters van Camaldoli en van Vallomhrofa ,
waar van wij den oorfprong op zijne plaats gezien
hebben, in bloeijcnden ihat.
Reit^io GREGORius Vil , die misfchien zelve Prior te
quadrata. cjugjjy geweest was , en waarfchiJDlijk in zijne vroe-
ger jaren onder de Monniken behoord had, wordt
door zijnen Levensbefchrljver paulus bernried ge-
roemd , dat hij eene bijzondere regeling voor de
Monniken , welke hij Religio Quadrata noemt , door
zijnen zegen in Duitschlaud gegrond en uitgebreid
licbbe. Deze beftond uit eigenlijke Monniken; (at-
tonji Christi fervi ;} uit zoogcnoQmde Lcekebroeder^^
Qfratres harhati ^ ) die men gemeenlijk Converji
noemde , en die door hunnen handenarbeid voor
de behoeften der Monniken zorgden; uit eigenlijke,
ia Klooaters cpgeQoteiie Nonnen^ en zulke Maag-
den ^
GJESCHIEDENIS. 3
</</; , die in hare zeden de Klooster - inrigting na- V
volgden. De vier voornaamfle Opzieners van deze *^^^*
inrigting, {Quadratura of Quadn'ga genoemd ,) ^oofdd.
waren altman, Bisfchop van Pasfau^ dien wij na C. G.
ook als herfteller van het gemeen fch appelijk leven ^'^^J\°J'^
tot 1 5 ' t*
ÓQi Kanuiifiikenkeumn; ULiiicii , Prior van C/w^;;3>; _ _—
WILLEM, Abt van Hir/au; en siegfried. Abt van
St. Sa/vator.
Doch onder den opvolger van iiugo, Abt van piETERde
C/ugfty, pONTius, (of PONCE,) v*rloor het ver- ^5^^^^''"
maarde Cliigny veel van zijne achting. ponce Abt van
maakte zich , door zijne verkwistingen , gehnat bij Clugny.
de Monniken , tot hij na 10 jaren vol onrust zijne
waardigheid nederleide in handen van Paus calix-
TüS n, welke Paus hem en zijne opvolgers het
voorregt gefchonken had , dat zij geborene Kardina-
len der Roomfche Kerk zijn zouden. De Monniken
verkozen toen hugo II tot hunnen Abt, en toen
deze na drie maanden overleed, in het jaar 1122,
petrus MAURITIUS , dic naderhand onder den naam
van PETRUS den Eenvaardigen veel roem behaald
heeft. PONTius was ondertusfchen naar Jeruzalem
gereisd, maar in Frankryk wedergekeerd , brngt
hij eene bende ftruikroovers bijeen , met welke hij
in het jaar 11 25 Clugny overviel, de Monniken
wegjoeg , die aan hem den eed weigerden , het
Klooster plunderde, en de Kerkelijke gereedfchsppen
wegvoerde; waar over de Paus hem in den ban
deed, doch zijn kort daar op gevolgde dood maak-
te een einde van deze verwarringen. Evenwel, het
geen zeldzaam is, ftaat hij in fommige lijsten van
A a Mar-
4 KERKELIJKE
V Martelaren der Benedictijnen Orden onder de Hes'^
BOEK li^en.
VI
Hoofdft. Onder den Abt pieter herhaalde zich het Kloos^
na C. G. ter van Clugny. Deze petrus biauritius , de
rtf^I?^^ Zoon van eenen Edelman in Auvergne.^ door zijne
. Moeder reeds vóór zijne geboorte aan het Kloos-
terleven toegewijd , was al vroeg zoo vermaard
door godsvrucht en geleerdheid, dat hij in den ou«
derdom van 30 jaren Abt van Clugny werd. Zijn
ijver voor de uitbreiding van het gezag van zijn
Klooster, maar ook tegen de Ketters van zijn' tijd
was zeer groot, en zal ons in het vervolg nog
nader bekend worden. Hij overleed in het jaar
1156 in Kersnacht. Een zijner Leerlingen, de Mon-
nik RUDOLF, die zijn leven befchreven heeft, ge-
waagt ook van verfcheidene wonderen, die hij ver-
rigt zal hebben , evenwel is hij niet onder de Hei-
ligen geplaatst, hoewel hij door den naam Venera'
lilis , de Eenvaardige ^ onderfcheiden wordt. Hij
heeft zich ook door fchriften bekend gemaakt. Hij
heeft een Boek gefchreven tegen de Joden, en eene
Overzetting van den Koran, als ook eene weder-
legging van den aanhang der Saracenen ; doch zijn
werk de miraculis [ai temporis Libri duo, doet
hem weinig eer aan , gelijk ook zijne Predikatien en
Latijnfche Gedichten. Zijne Brieven zijn belang-
rijk , door verfcheidene gefchiedkundige -berigten van
j^ebeurtenisfen van zijnen tijd. Behalve dit alles'
heeft hij ook nieuwe grondregelen aan zijne Or-
de voorgefchreven ; nog is 'er van hem overig*
een voorfchrift , hoe men levensmiddelen ,. wijn ,,
klee»
GESCHIEDENIS. 5
Meederen voor zijn Klooster had te bezorgen, (Z);j- v
pofitio rei familiaris Cluniacenfis.') ^'>^^
Behalve de Reformatie der Benedictijnen , virerd Hoofdft
ook die der Orde van Citeaux^ of Cisfercium, in "s C. G.
de Xllde eeuw, vermaard, voornamelijk federt zii '^^'^'°^^'
BERNHARDus , den Tijdgcnoot van pieter den 1 —
Eerwaardigen , tot haren voorflander had. De ffich- Ci'-'erci.
ter dezer Orde was robert of rotrert. Zoon i\ïonni-
van een* Edelman in Champagne, Alzoo zijne moe- keu.
der van hem zwanger zijnde, gedroomd had, dat
de Maagd mar ia , hebbende een' gouden ring in
de hand , haar beloofd had , dat zij met den zoon
zou trouwen , dien zij ter wereld zou brengen ,
werd ROBERT , reeds in zijn 15de jaar , Monnik
in het Benedictijner Klooster Moutier la Celle,
Eenige jaren daar na werd hij Prior van dit Kloos-
ter en vervolgens Aht van St, Michel de Tonnerre ^
waar hij vergeefs de (Irenge regelen der Orde weder
onder de Monniken zocht in te voeren. Eenige
Kluizenaars in een naburig woud, die zich in de
woestijn Colan verzameld hadden , verzochten hem
toen, dat hij hun leidsman wilde worden, en wend-
den zich tot den Paus, op wiens bevel robert
zich aan hun verbond. Alleen verplaatfte hij hen
uit het ongezonde Colan , in het woud van Moks-
me , waar zij Kluizen van boomtakken en een klein
Bedehuis bouwden. In het eerst waren zij zeer be-
hoeftig, gingen bijkans naakt, en leefden enkel van
peulvruchten. Maar eenige voorname Heeren in de
nabuurfchap verzorgden hen zoo overvloedig, dat
zij weldra dartel en weelderig werden, robert ,
A 3 die
6 KERKELIJKE
V die hen niet zag te verbeteren , verliet hen , en ver<*
BOES voegde zich bij andere Monniken in de woestijn
Hoofdft. ^'^"^ of Juz , die flrenger leefden , en die hem tot
na C. G hunnen Abt verkozen. Ondertusfchen hadden de
ton?!? Monniken van Molesme berouw van hun gedrag;
■ en door den Paus onderfteund , bragten zij het zoo
ver , dat robert hunne befturing weder op zich
nam. Doch fpoedig bleek het, dat hun berouw
geene andere reden had, dan omdat door zijne af*
wezigheid hunne inkomllen verminderd waren. Ein-
delijk befloot een groot deel van hen de regelen van
den Heiligen benedictüs weder gemoedelijk te ge-
hoorzamen , en met bewilliging van hunnen Abt
zich naar eene eenzame plaats te begeven, robert
wilde hen zelf geleiden , en zijne waardigheid te
Molesme nedergelegd hebbende, begaf hij zich met
twintig der ijverigfte Monniken naar Citeaiix , eer-
tijds Cistercimn , vijf Franfche mijlen van D/'jo» ,
in het Bisdom Chalons , alwaar zij in het jaar 1098
eenige houten kluisjes oprigtten ; kort daar na bouw-
de de Hertog van Burgondi'é daar voor hun een
Klooster, hetwelk de Bisfchop van Chalons tot eenó
Abdij maakte, waar robert Opziener was. Maat
in het jaar 1099 keerde hij, op bevel van den Paus,
weder als Abt na Molesme^ alwaar hij in het jaar
iico dezer wereld overleed. Hij werd door Paus
HONORius III onder de Heiligen geplaatst (♦).
robert had tot zijnen opvolger als Abt te C/-
teaux^ en beiluurder der Cistercienfer Orde, al-
be-
(*; MADILLON. Ann. Ord. S. Bened. T. V. p. 394.
GESCHIEDENIS. 7
BERICH, Hie in het jaar 1100 den Paus pascha- v
LIS II om zijne bercherming voor het Nieuwe Kloos* ^^^-^
ter verzocht , welke hij ook van den Paus ver- [joofdfl.
kreeg. albErioh ftierf in het jaar 1109. Hij zal n^ C. G,
de bruine of zw.irtachtige kleederen , zoo ais de •"^^^^''S.
LOC 1^1^%
Cistercienfen 'm het eerst droegen, met witte ver- —
andcrd hebben , welke hun eigen gebleven zijn , uit-
gezonderd dat zij in den fcapulier of het fchouder-
kleed en den reismantel de oude kleur behouden
hebben, waarom zij ook wel Graamv- Monniken ^
{Gri/ii,) genoemd worden. Deze verandering be-
viel echter den ouden IVIonniken niet, en misfchien
is, om dit misnoegen weg te nemen, het Verhaal
vervolgens uitgedacht, dat de Heilige iVIaagd ver-
fchenen zij , en hem een wit kleed voor zijne Mon-
niken gefchonkcn heeft. Ten minflen ter gedachte-
nis van deze verfchijiiing is 'er bij de Cistercienfer
Orde een Feflst ingefteld : Descen/ïo B, Mariis Ftr-
ginis in Cistercium, en de Orde heeft zich in het
vervolg onder de befcherming der Heilige Maagd
begeven, aan welke alberich reeds zijn Klooster
gewijd had.
STEVEN HARDING , een gcborcu Engelsman , werd
in het jaar 1109 derde Abt van Citeaux, Deze
fchreef eene nog fcherper tucht en armoede voor ,
en alle pracht van goud en zilver tot den Gods-
dienst werd uit het Klooster verbannen. Dit gaf
naarijver onder de andere Monniken, die de Cister-
cienzcn als uitvinders van nieuwigheden bcfchuldig-
den, waar uit naderhand verfchülen tusfchen hen
in de Monniken van Chigny ontdaan zijn. Het
A 4 KIoos-
8 K E R K E L IJ K E
V Klooster was thans nog zoo arm, dat men bijna
BOER vvonderdadige hulpmiddelen behoefde , om het te
Hoofdil. onderhouden , echter kreeg het onder dezen Abt
na c. G. STEVEN het eerst vaste goederen en landerijen ten
J^«rio73. gelchenk.
tot 1517. ="
.. De Orde kwam volkomen in bloei, toen bern-
BF.RN- HARD, CC vcrmaardc Abt, Schrijver en Heilige, in
HARD van , , j • l. . • ri-- J n
Clairyaiix ^^2*^^^^ trad, m het jaar 11 13. Hij was de Zoon
van eeiien Edelman in Burgondi'è^ en kwam in het
jaar 1091 ter wereld. Zijne Moeder aleth wijdde
^lie hare kinderen , zes Zonen en eene Dochter ,
terftond na hunne geboorte, aan het Kloosterleven,
en voedde ze volkomen naar deze beftemming op.
Toen zij van bernhard , den derden van hare Zo-
nen, zwanger was, droomde zy, dat zij een klein,
fpierwit, blaffend hondje droeg. Een Monnik, dien
zij over dezen droom raadpleegde, voorfpelde haar,
dat zij de moeder zou worden van eenen getrou-
wen befcherraer der Kerk, die voor dezelve tegen
de vijanden des geloofs zijne (lem flerk zou laten
hooren. Zij liet dezen Zoon in het School te
^hatillon aan de Seine door Geestelijken onderwij-
zen, alwaar hij buitengewone vorderingen maakte.
In zijn Pdl en ingetogen leven geloofde hij als kind
in den flaap de geboorte van jezus gezien te heb-
ben. Als jongeling weerde hij alle aanvechtingen
tot onkuischbeid af, en als hij eens een vrouws-
perfoon te lang befchouwd had, fprong hij tot den
hals toe in een' vijver koud water , waar in hij
zoo lang bleef , dat hij bijna het leven verloor.
Toen hij befloten had, in het Klooster Ciieaux t^
gaan.
GESCHIEDENIS. 9
gaan, overreedde hij alle zijne broederen, behalve v
den jongden, om hem te verzeilen , zelfs zijnen "o^*
pudften broeder, die reeds getrouwd was, ^^^^ HooMÜ
zich, na lang tegenftreven, eindelijk met hare be- na C. G.
williging van zijne vrouw fcheidde, bovendien zij- I^3'''°73'
° " - ' •* toe 1517,
nen Oom en andere bloedverwanten , zoodat hij met ,
een gevolg van meer dan 30 perfonen in het Kloos-
ter kwam, tevens voor de vrouwen der getrouwden
den opbouw van een Klooster te jfui//y bezorgen-
de (*).
Het Klooster te Citeaux was voor dezen aanwas
te klein en te arm. De Abt steven, onderfleund
door den Bisfchop van Cbalon , bezorgde de (lich-
ting van een nieuw Klooster La Ferte, In het vol-
gende jaar 11 14 werd een tweede Klooster Pontigny
in het Kerspel van Auxerre gebouwd, maar het der-
de in het jaar 11 15 i^Clairvaux werd het vermaard-
fte van alle , doordien het bernhard tot eerften
Abt kreeg, die onder den naam van /ibbas Clarcz^
vallenfis zoo vermaard is. De Abt steven ont-
wierp vervolgens eenen grondregel voor de thans
ontftaande Orde van Citeaux^ welken hij de Oor-
honde der Liefde noemde , hoofdzakelijk overeenkom
jnende met den regel van den Heiligen benedictus.
Deze regel werd door de Bisfchoppen , in wier
Kerspel Kloosters van deze Orde lagen , goedgcr
keurd, met afdand van hunne regten op dezelve,
en
(*) De Abt WILLEM van St, Thierry bij Rheims^ m
Vit» iS, Bernhardi Opp. Bemh. T. VI. /•. ii^z. fnq.
A5
lo K E R K E L rj K E
V en ook door calixtus IÏ in het Jaar 1119 c" <5oór
BOEK andere Paufen bekrachtiffd.
VI
Hoofdft. D^ aanwas van deze Orde was groot en fnel.
na C. G. Vijftig jaren na derzelver ftichting telde zij reeds
jaario73. Abdijen, welk getal eene eeuw daar na zelfe
tot 15 17, «^ -" ' °
■■ tot 1800 was aangegroeid. Zoo groot was de roem
der Godzaligheid van deze Orde , dat ieder land
Kloosters van dezelve begeerde te bezitten. Het
was echter voornamelijk de roem der Heiligheid van
BERNHARDUS, die haar zoo veel aanziens gnf. De-
ze had zich, toen hij nog Monnik te Citeaux was,
fchoon zwakkelijk van ligchaara , reeds op de hard-
fle zelfsverloochening en boete toegelegd. Hij zag
en hoorde buiten zich bijkans niets; hij beklaagde
tiiets zoo zeer, daii den korten tijd, welken hij aan
den flaap bedcedde ; ook gebruikte hij enkel met
tegenzin, en als het ware tot kwelling, eenige fpij-
ze ; hebbende ook door menigvuldig vasten , waken
en arbeid zijne maag volftrekt bedorven. Onder het
arbeiden liet hij niet na te bidden ; in wouden gaf
hij zich over aan geestelijke overdenkingen , zoodat
hij plag te zeggen , dat eiken en beuken zijne leer-
meesters in de uitlegging der Heilige Schrift geweest
waren. Nadat hij Abt te Ckirvaux was geworden,
verdubbelde hij deze (Irengheid van levenswijze.
Halfnaakt, onder koude en lang waken, gebruikte
hij meermalen met zijne Monniken enicel een moes
van de bladeren van een* beukenboom , en hun
brood, uit gerst, haver en boonen gemengd, was
zoo ellendig, dat een Monnik, wien het eens voor-
ge*
GESCHIEDENIS. ii
fezet werd , het onder vele tranen heimelijk weg- V
nam, om het aan anderen, als een wonder, te ^'er- ^^^^
toonen, dat menfchen , en zulke uitgemergelde mi;n- Hoofdft.
fchen , daar van leven konden. Dan verklaarde hij oa C. G.
zich voor onwaardig, dat 'er iets goeds door hem T^'^'frf*
" ' ^ tot 151 7«
zou kunnen gefchieden ; dan brandde hij van Ibe- ■
geerte, en zag het als zijn' eenigen troost aan, (.^at
hij het heil van velen mogt bevorderen. Hier voor
gebeurden hem ook , zegt zijn vriend en LevensfcK>
fchrijver willem, die rog voor hem overleed ,
Goddelijke verfchijningen , en bijzonder de gave der
wonderwerken. Hij genas zieken op eene wonder-
dadige wijze; liet midden in den regen eenen Brii^f
fchrijven, zonder dut dezelve nat werd; bande eene
verbazende menigte vliegen , die een Bedehuis ver-
vuld hadden, zoo nadrukkelijk , dat zij alle doodi
nedervielen; hij liet eenige j')nge Edelh'eden, die in
de vasten zijn Klooster bezochten , en zelfs toen
zich niet van de wapenen wilden onthouden, bif.T
te drinken geven, waar op zij onwederftaanbaar ge-
negen werden, om den Monnikenftand te aanvaar-
den; hij behield in eenen twist met den Duivd
voor Gods Rigterfloel de overhand ; hij verdreef ze*
ven Duivelen uit het ligchaam eener Hertogin van
Lotharingen , en wat dies meer is , waar van de
Levensbefchrijver zegt ooggetuige geweest te zijn ,
en ze aan zich zelven ondervonden te hebben. Door
dit alles verbreidde zich de roem van heiligheid van
Clairvattx door geheel Europa^ zoo dat men aller-
wege Monniken van daar begeerde, terwijl 'er ook tel-
kens nieuwe Kloosterbroeders in hetzelve aankwamen.
De
ta KERKELIJKE
V De berigten van dezen willem zijn vervolgd
*\fi' *^'^°'' ^^" ^^^ ERNALD van Bonneval , gelijk niet
Hootdft. ''g^ ^^" Heilige van de Middeleeuwen zoo veel Le-
na C. G. vensbefchrijvers gehad heeft, als bernhard. IJve-
«0^1517. ^^^ ^^^ BERNHARD volgeHs dczcn , in het voor-
■ ftaan van de belangen der Paufen. Ten dien einde
te Milaan en Pavia gekomen , verrigtte hij vele
wonderen. Naar Clairvaux terug gekeerd, had hij
het genoegen, van verfcheidenen van zijne Monni-
ken tot Bisfchoppen te zien verkiezen , ja zelfs,
eenen tot Paus , onder den naam van eügeniüS"
lü, gelijk wij in de Gefchiedenis der Paufen ge-
zien hebben , als ook hoe veel invloed eernhard
op dezen geoefend heeft.
Nu vervolgt een derde Levensbefchrijver, gau-
FRiED, die zijn Geheimfchrijver, en naderhand , Abt
van zijne Orde geweest is , de Gefchiedenis van
BERNHARD. Dcze befchrijft ons zijne hoedanighe-
den , en onder dezen , zijne nederigheid , waar door
hij fleeds poogde alle verwondering en toejuiching
te ontgaan , en zich als een gewoon mensch te ge-
dragen. Onder zijne zeldzaamheden meldt hij, dat
hij, door zijne onthouding, allengs alle onderfcheid
van fmaak in het eten verloren had. Nog zeldza-
mer was de kracht zijner welfprekendheid , waar
door zelfs de Duitfchers ^ die zijne taal niet ver-
ftonden, nogtans door zijn prediken zoo aangedaan
werden, dat zij op hunne borst floegen, en tranen
ftortten. Hij meldt vervolgens den ongelukkigen
iiitflag van den kruistogt, welken bernhard in het
jaar 1 147 bewerkt had , en welken hij poogt te ont^
fchul»
GESCHIEDENIS. i$
fchutdigen, met een aantal wondergenezingen , welke V
BERNHARD ten zclfdeu tijde verrigt zal hebben ; "oek:
Vervolgens verhaalt hij de dienften , welke bern- Hoofdff.
HARD aan de Kerk gedaan zal hebben , door het ^ C. G,
onderdrukken van de Ketterijen van abailard, gil- {q^^^J^^^*
BERT VAN porrei , en den Monnik hendrik ,
waar van wij op zijne plaats meer zullen moeten'
zeggen.
Ten aanzien van de onophoudelijke wonderwer-
ken van BERNHARD, meldt ons gaufrïed dit bij-
zondere: dat deze heilige man het met zich zelvr
fïiet eens was , hoe hij zijne wonderwerken behoor-
de te befchouwen. Eindelijk zeide hij, uit de vol-
heid van zijn hart, tegen zijne Monniken: „ Ik
,, verwonder mij zeer, wat deze wonderwerken be-
„ duiden moeten ; of waarom het God behaagd'
„ heeft , dezelve door zulken man te volbrengen.
5, Mij dunkt, dat ik van deze foort van wonderen'
5j niets in de Schrift gelezen heb. Want fomtijds*
„ zijn wonderwerken door heilige en volmaakte
„ menfchen ; maar ook door gewaande Heiligen ge-
„ fchied. ïk ben mij zelven noch van volmaakt-
„ heid noch van geveinsdheid bewust. Want ik:
„ weet, dat ik zulke verdienden der Heiligen nief
j, heb, die door wonderen in het licht moeten ge-
„ plaatst worden; doch ik hoop ook, niet in de*
,, klasfe van die lieden te behooren, die vele won-
5, deren in den naam des Heeren zouden werken,
,, maar van den Heere niet zullen gekend worden.'^
Naderhand echter had hij 'er iets op uitgevonden j
„ Ik weet, zeide hij, dat zulke wonderen niet op
„ ds;
^ KERKELIJKE
V „ds heiligheid van eeirien enkelen , ma^r op het
Bofin ,, h eil van velen doelen: en dat God in den men;-cb ,
VI
Hoofdft 3» '^ ^^^ ^^'^" ^^y dezelve werkt , niet zoo zeer op
na C. G. „ di volmaaktheid, als wel op dat gevoelen ziet,
Jaario73' q 01 den menfchen de deugd aan te prijzen, wei-
tot 1517. " o r j 1
^ 5, hl zij gelooven , dat in hem gevonden wordt.
„ Want deze wonderen gefchiedcn niet voor die
5, g< jnen , door welken zij gefchieden , maar veel
„ meer voor die, welke ze zien of weten. " Met
dit al fchijnt het toch, dat bernhard in der daad
gclo lofde , dat hij wonderen deed ; dit geloofden dui-
zend 3en van zijne Tijdgenooten ; tijdgenooten verha-
len 'er eene menigte van met al derzelver onitlan-
digheden. En nogtans zou men te voorbarig zijn,
indi en men daar uit wiide bewijzen de echtheid van
deziï wonderen. Trouwens , dit is vooreerst op-
mcv kelijk , dat wij in de fchriften van bernhard
zelv en geen gewag van zijne wonderen vinden.
Een'ï enkele plaats flechts uit zijne Brieven (♦) is
ten c-.ezen einde door mabillon bijgebragt, en de-
ze zelfs fpreekt daar van niet min dan duidelijk.
AllcS komt dus op het gezag van anderen aan,
Dar.r en boven waren die tijden gekenmerkt door
ligt geloovigheid en onwetendheid, welke overal won-
der en ontdekten , zonder te onderzoeken , zonder dat
iemand üout genoeg ware, hen te durven tegenfpre-
keii. Ook ontdekt zich in de meesten dezer won-
denen het bijzonder oogmerk , om aan den Monni-
kealland eer en aanzien te verfchaflèn, en andere
wa-
(*) Ej>. CCXLII. T. I. O/;», p. 240.
G E S C H I E D E NM S. 15
^if^n 2iel.fs (jpgerijmd , bij voorbeeld , het bannen v
VAU vliegen uit de Kerk , en de gevolgen van deze ^^^^
wonderen waren niet een zuiver, rein geloof en ver- Hoofdft.
betering van zeden , maar eene vereeriiig van den na C. G.
Heiligen bernhardus, tot aanbidding toe, een ijver I^J'"'°73*
001 ter kruisvaart te trekken, of Monnik te wor- — — 5'
^en, of de Ketters te beftrijden enz. bernhard
Zfi\{ was met wonderen ingenomen, zijn gebed was
jneermalen, dat God wonderen mogt doen, dewijl
de Predikers anders door hunne woorden niets kon-
den uitregten, zoo dezelve niet door wonderteeke-
fien Ijekrachtigd werden." De genen, die hem ver-
zelden , hadden het hoofd zoo vol van wonderen ,
dat men menigwerf in het gedrang der menigte , won-
der! hoorde roepen, zonder dat zelfs zijne vrienden
door het gewoel zien konden , wat 'er eigenlijk voor-
gevallen was.
Zijn Levensbefchrijver gunfrid roemt bijzonder
zijne zachtheid en nederigheid. Zijne zachtheid
Itrckte zich zelfs tot de dieren uit, zoo dat hij me-
nigen haas , door het teeken des kruis , van het ge-
weld der honden , en menigen vogel uit de klauwen
van havik of geit verloste ; men kan uit zulke Ibalt-
jes opmaken, van hoedanigen aard vele der wonde-
ren waren , die hem worden toegefchreven. Ook
zal hij bij zijn leven afwezend in den geest aan an-
deren verfchenen zijn, onder anderen , aan eenen
Monnik , om aan denzelven het uur van zijnen dood
aan ie zeggen.
Kort voor zijn' dood verzoende hij nog de flad
'Jlaz met de naburige Vorsten. Hij overleed den
i2oilea
i6 KERKELIJKE
V iolten Augustus 1153. Volgens zijn bevel, werd
fioEK een kistje met de overblijfzelen van den Apostel
Koofdft. THADDEus in het graf op zijne borst gelegd. Kort
na C. G. na zijn dood verfcheen hij aan meer dan éénen
ï"^''^^°^^' Monnik, ook aan amalrich. Koning van ferifm
„ zalem^ wien hij de overwinning op de Saracenen
beloofde, maar te gelijk een ftukje van het kruis
van CHRISTUS , hetwelk de Vorst om den hals
droeg, aan denzelven ontnam, en het naar Cïair^
vaux bezorgde. In het jaar 1274 heeft alexander
III hem onder de Heiligen van zijne Kerk geplaatst,
wien een bijzondere Feestdag gewijd werd, en iii
het jaar 1301 fchreef innocentius III een Kerk-
dienst voor, (^officium ^') welke op dien dag gebruikt
moest worden.
Wij hebben reeds in het voorgaande gelegenheid
gehad , om van verfcheidene van zijne verrigtingen
te fpreken ^ en hij zal, bij gelegenheid , ons in
het vervolg nog voorkomen; wanneer wij ook vaft
zijne fchrif[en zullen fpreken. Men noemde hem
wegens de zachtheid van zijnen flijl den honigvloeim
lenden Lteraar, (^Doctor meliifluus ^') en heeft hem
met de oude Kerkvaders gelijk , ja boven hefi
gerteld; luther zelf achtte hem meer dan de
oude Kerkvade'-en, alleen vond hij hem niet regt-
zinnig in de leer van den vrijen wil; ook hebbeö
hem andere Proteftantfche Godgeleerden als een god-
vruchtig en heilig man geprezen; waar uit blijkt,
welke roemrijke nagedachtenis hij bij de Nakome-
lingfchap heeft nagelaten.
Mialve zijae drie Tijdgenooten , van welke wij
GESCHIEDENIS. 17
gefproken hebben, is zijn leven in de naastvolgende V
tijden nog van meer anderen befclireven geworden, ^®^*
wier werken bij de uitgave van zijne fchriften ge- Hoofdf!,
voegd zijn. Een onder dezelven (♦) vermeerdert de na C. G*
wonderverhalen hem aangaande met vele voorbeel- 1''^^^°73*
tot 1517*
den. Zoo verloste hij eenS' eenen overledenen Mon- .. 1. —
nik , door gebeden en Misfen , uit het Vagevuur j
waar hem de Duivelen, naar zijn eigen verhaal, in
cene verbazend diepe bron nedergelatcn hadden. Als
zijne Monniken eens hunnen nachtgodsdienst hiel-
den , zag hij bij elk' derzelven een' Engel flaan ,
die elks gezang, naarmate hij meer of miii aandach-
tig was, met goud of zilver, of inlct of water, of
in het geheel niet opfchrecf. Als hij eens in de
Kerk alleen bad, en onder het gebed een Crudfiks
kuste, merkte een Monnik op, dat hetzelve hem
met uitgebreide armen omliclsdc. Aan ftervenden
gebood hij dikwijls, met goed gevolg, in den naam
van CHRISTUS , hunnen dood voor een' bepaalden
tijd uit te ftellen. Te Freyburg in Brisgau, wekte
hij eenen overledenen goddeloozen lasteraar, die op
het punt Hond , om in de hel gefleept te worden ,
weder op, en gaf hem het kruis, om naar Jerufa^
hm te trekken. Doch onder alles, wat dit gefchiift
van dezen Heiligen verhaalt, is dit het zonderling-
fte , hoewel wij in het voorgaande bij wonderge-
fchiedenisfen reeds iets dergelijks ontmoet hebben. Als
zijn
(*) T>e Vita S. Bernh. Abb. Liber VII. excerptui
ex Libro , Ciii titulin : Exordium magnum Cistcrcieiife
Dijlinct. II.
. XVm. Deel. D
18 KERKELIJKE
V zijn lijk onder godsdienftige ftatelijlïiieden openlijk
BOEK ten toon lag, en zijne wonderkracht niet ophield,
Hoofdft. ^'"^^ ^^" ^^^^" '■^ openbaren , die hulp bij hem zoch-
na C. G ten, was het gedrang der aanfchouwers zoo groot,
Jaano73. ^^^ ^^^^ Bisfchoppen en Abten , die daar tot de uit-
toc isi/-
,1 vaart zamengekomen waren , bijna geen eerbied meer
bewezen werd. De Abt goswin van Citeaux
vreesde, dat, indien dit mogt aanhouden, de ge-
heele Kloostertucht te Clairvaux te niet zou loopen.
Na eenige raadplegingen trad hij eerbiedig tot het
lijk van den Heiligen , en verbood hem , uit kracht
van de fchuldige Monnikengehoorzaamheid , voor-
taan eenige wonderwerken meer te verrigten. Sedert
hielden ook de openbare wonderwerken op; hoewel
hij, in het geheim, nog voortging, aan fommigen,
bijzonder aan zijne Ordensbroederen , de verzochte
hulp te bewijzen.
Zijne Brieven zijn voor ons belangrijker, dan de-
se zijne wonderdaden. In het eerfle Deel van zijne
werken komen 'er 419 voor , behalve zulke , die
door anderen aan hem gefchreven zijn. Deze Brie-
ven zijn grootendeels aan Koningen, groote Heeren,
Paufen, Kardinalen, Bisfchoppen, Abten en Mon-
niken gerigt, en betreffen alle foorten van Kerkelijke
gevallen van zijnen tijd, in welken hij groot aandeel
nam gedurende zijn leven. De ftijl dezer Brieven
is wel de zuiverde niet, maar toch vloeijend en le-
vendig, fomtijds zelfs geestig, niet zonder zinrijke
gedachten, kort en puntig. In verfcheidene der-
zelven zegt hij aan de Paufen ftoute waarheden.
Dus fchrijft hij in deii i78Iten Brief aan innocen-
TI-
GESCHIEDENIS. 19
TIUS II in het jaar 11 39, dat hij uit liefde tot hem V
de algemeene klagtcn tegen den Pausfelijken Stoel ^^^^
wilde voordragen; dat alle geregtigheid in de Kerk f-jgof^jif^
te grond ging; de fleutels der Kerk vernietigd wer- na C G.
den ; en het gezag der Bisfchoppen in verachting jot'^j^i^*
geraakte , terwijl de Paus en het Roomfche Hof on- ■
deugende Leeken , Kerkdijken en Monniken be-
fchermden en begunftigden.
Hij was geftadig de groote voorflander van het
Monnikenleven , hetwelk hij zelf in de uiterfle flreng-
heid oefende; voorts was hij genoegzaam de aan-
zienlijkfte Kerkleeraar van zijn' tijd, die zulk een
gezag door den roem van zijne godsvrucht en hei-
ligheid verworven had, dat zijne flem op de Kerk«
vergaderingen, bij welke hij tegenwoordig was, het
meeste gold. Zijne gevoelens omtrent de pligtea
van het Monnikenleven vertoonen zich allerdnide-
lijkst in een bijzonder gefchrift : Lwer de pracepto
et Dispenfatione (*).
In dit gefchrift floeg hij een zijdelingsch oog van Twisttufi-
minachting op de levenswijze der Monniken van ^'^^^n de
Clugiiy. Maar omtrent het jaar 11 25 fchreef hij ken vau
een bijzonder fcherp gefchrift tegen dezelven : (^Jpo- Clugny
logia ad Gulielmum S, Theoderici ahbatem) (f). In
deszelfs eerfte afdeeling verdedigt bernhard zich,
tegen het verwijt, als of hij de Orde van Clugnj
wilde hoonen, en erkent, dat ook velen van zijne
Cistercienfer Monniken niet naar den regel leven,
C*) Opp. Tom II. p. 505-530.
Cf) Opp. Tom. II. p. 53 f -545.
B a
en Cice»
aux.
at> K E R K E L rf K E
V die pelfen dragen, als zij gezond zijn; vleesch en
BORK yet etgn ^ op éénen dag drie of vierderlei fpijzen bij
Hoofdft. hun brood eten , iietwelk de Regel verbiedt , en
ra C. G, geen handwerk veriigten, hetwelk de Regel gebiedt.
tot'^K'i'? Doch in de volgende afdeeling vaart de Schrijver he-
■. vig uit tegen de menigvuldige misbruiken en erger-
nisfen der Monniken , onder anderen uitroepende :
„ Ik ellendig mensch! waarom leve ik dan, om
zulk een verval van onze Orde te zien? die Orde,
welke in de Kerk de eerde geweest is; ja van wel-
ke de Kerk haren aanvang heeft genomen, die on-
der alle op aarde aan de Engelenkoren het meest
gelijkvormig, en aan het Hemelsch yeruzakm het
naaste is , zoo wel uit hoofde der kuischheid , als
uit hoofde der brandende liefde; welker (lichters de
Apostelen, en welker eerde voorbeelden die genen
geweest zijn, die paulus zoo dikwijls Heiligen ge-
noemd heeft."
Niets heeft ondertusfchen den Heiligen bern-
HARD meer kwaden naam veroorzaakt , dan even
dit Boek. De Monniken van Clugny ftonden toen»
maals in zoo hoogen roem, dat hij, die hen durf-
de berispen, de geheele wereld fcheen te veroordee-
len; ook waren zij zoo talrijk, dat bernhard zich
een heer van tegen dr ijders op den hals haalde. Onder
de Brieven van bernhard (*) ftaat een lange Brief
van PIETER den Eerwaardigst, den beroemden
Abt van Clugny, aan den Heiligen bernhard, in
het jaar 1134. Deze Brief, welke de oorzaken on-
der-
(*) Episf, 229.
HARD.
GESCHIEDENIS. ai
derzoekt van den twist tusfchen de Cluniacenfer en V
Cistercienfer Monniken , is evenwel geene beant- ^'^^^
woording van het bovengemeld gefchrift van bern- Hoofdft.
na C. G»
Onder het Pausfchap van urbanus IV, omtrent 1^^ j^^*
het jaar 1264, ontftond 'er ook verfchil tusfchen de •
Cistercienfen zelven , over de verklaring van de
hoofdoorkonde, Cherta caritatis genoemd, op wel-
ke de Orde van Citeaux gegrond was, welke twist
aanleiding gaf, dat de opvolger van urbanus IV,
KLEMENS IV, in het jaar 1265, deze oorkonde,
door eene bijzondere verordening, welke in de Orde
Clementina genoemd wordt , cenigzins verr.nderde,
en de regering en het regtsgebied der opperften van
de Orde nader bepaalde.
Terwijl de beide 0:dens van Chigny en Citeaux Orde van
onderling kibbelden , niet alleen over de llrengheid ^''^°'^"
^ mouu
der gebruiken, maar ook over de Tienden, welke
die van Citeaux aan de JMonniljen van Clugny van
zekere landerijen hadden behooren te betalen, welke
twist zoo hoog liep, dat die van Clugny in het jaar
II 50 het Cistercie;:fcr Klooster k Miroir ten gron-
de toe flooptcn , ontftonden tegen het einde der Xlde
eeuw nog twee Ordens , die beroemd zijn geworden,
die van Grandmont en die der Karthuizers,
De eerfte dezer Ordens werd gefticht door ste-
ven van Tigerm, gemeenlijk naar de plaats van
zijn eenzaam verblijf steven van Muret genoemd,
den Zoon van eenen Vicomte 'm Am-er gne, die in
het jaar 1040 te Thiers of Tigerno geboren werd.
Van zijne ouders , die hem door gebeden , v.isten
B 3 eu
a« KERKELIJKE
V en aalmoezen van God geloofden gekregen te heb»
BOFCK jjen , van jongs af aan den Godsdienst gewijd , ver*
Hoofdil. zelde hij , in den ouderdom van twaalf jaren , zijnen
na C. G. Vader op eene bedevaart naar het ligchaam van den H.
|^^'^j°^^" NiKOLAUS te Bari in Beneden -Italië, Op de terug-
m- reize te Benevento krank geworden, bleef hij daar
onder het opzigt van den Aartsbisfchop milon,
die hem liet opvoeden en onderwijzen, en wegens
zi^ine godzaligheid tot Onderdiaken en vervolgens tot
Diaken benoemde. Daar was ten dien tijde in Ka-
lahrië een gezelfchap JMonniken , beroemd door de
ftrengheid van hunne levenswijze, welke door den
Aartsbisfchop meermalen in zijne Kerkredenen ge^.
prezen werd. Dit wekte onzen steven op , tot
het befluit, om ook de wereld te verlaten , welk
befliiit hij, met bewilliging van den Paus grego-
fiius vil , in het jaar 1073 ten uitvoer bragt , en
eene Orde (lichtte , bij voorraad naar den Regel van
den Heil. benedictus , maar fpoedig fchreef ste-
ven aan zijne Monniken eenen bijzonderen Regel
voor, in welks Inleiding hij hun gebood, dat zij,
gevraagd wordende , naar welken Regel zij leefden ?
zouden antwoorden: naar den Christelijken Gods*
dienst, den eerften en voornaamften Regel, namelijk
van het Euangelie, uit welken alle Regels zijn voort»
gevloeid. Zelve wilde hij niet voor een' Monnik^
noch voor een' Kanunnik^ noch voor een' Khiizs^
paar gehouden zijn ; namen , zeide hij , die te Hei*
lig waren , of te groote volmaaktheid onderftelden ,
^an dat hij zich dezelven zou kunnen aanmatigen,
^erst begaf steven zich naar Aureil ^ eenige
mij-
GESCHIEDENIS. 23
mijlen van Limoges ^ alwaar hij onder de leiding V
van GAUCHER leefde, die daar Opziener van een '^°'J*
Klooster was. Maar , als deze in de nabuurfchap Hoofdf!.
ook een Klooster voor Nonnen ftichtte , begaf ste- na C. G.
VEN, duchtende, dat deze nabuurfchap voor hem j^J"°f|j
gevaarlijk mogt worden , zich in het jaar 1076 naar ».
Muret, een' berg nabij Limoges^ waar hij voor
zich tusfchen eenige digt met boomen bewasfene
rotfen eene hut van boomtakken opfloeg. Om zich
hier geheel aan Christus te wijden, ftak hij een'
ring, het eenige, hetwelk hij van zijns vaders goed
medegenomen had, aan zijnen vinger, en fprak daar
bij de woorden: „ Ik, steven, verzaak den Dui-
,, vel en alle zijne pracht, (^pompae^^ ik geve mij
„ zelven over aan God den Vader, aan zijn Zoon,
„ en aan den Heiligen Geest." Thans fchreef hij
zijne gelofte op, welke hij op het hoofd leide, on-
der het uitfpreken dezer woorden: „ Almagtig m
barmhartig Heer , Vader , Zoon en Heilige Geest !
die gij altijd dezelfde blijft, leeft en regeert, een
drieëenig en eenig God ! Ik , Broeder steven ,
beloof, dat ik u , van nu af aan , in deze woeftijn ,
in het Katholijk Geloof, dienen zal, en daarom leg
ik dit fchrifc op mijn hoofd, en fteek dezen ring
aan mijn' vinger, opdat op den dag mijns doods
deze gelofte en dit fchrift mij een fchild en verde-
diging tegen de lagen mijner vijanden zijn mogen.
Ik bid u, Heere, dat gij mij het Bruiloftskleed ge-
ven , en mij onder de • Zonen der Heil. Kerk ftel-
len, en mijne ziel, wanneer zij uit het ligchaam tot
het bruilofcsmaal van uwen Zoon, 6 Heiligde Va-
B 4 der!
24 KERKELIJKE
V <3er ! zal overgaan , met het kleed uwer liefde be-
BOEK ideeden, en met alle uwe Heiligen in uw Rijk in-
Hoot'drt. brengen wilt enz." Ook voegde hij 'er nog bij :
na C. G. „ Heilige maria! Moeder van onzen Heere jezus
jaario73 (.^p^^jsTugf aan uwen Zoon en aan U bevele ik mij-
tot 15»/
n, ne ziel 5 mijn ligchaam en zin aan (*)."
Sedert leide steven eene heel gedirenge levens-
wijze. Eerst maakten kruiden en wortelen, die ne-
vens hem groeiden , zijn voedfel uit , tot dat eenige
Herders, zijn verblijf ontdekt hebbende , hem nu
en dan wat brood bragten, hetwelk hij met water
gebruikte; fomtijds at hij meelpap, zoo laf als mo-
gelijk was. Vleesch at hij nooit. Tegen de be-
kooringen des vleefches en wellust ging hij Reeds
piet een ijzeren panfier op het bloote lijf bekleed ;
maar ten laatfien , zegt zijn Levensbefchrijver , had
hij , in een geheel uitgedroogd ligchaam , eene vol-
komene overwinning over zich zelven bevochten. Over
dit panfier droeg hij 's winters en 's zomers eener-
lei ligte kleeding. Zijn bed , hetwelk uit twee plan-^
ken , in eene zekere diepte van aarde gelegd , beftond ,
geleek meer naar een graf. Alle zijne gebeden , die
hij menigvuldig deed , deed hij knielend , zoodat hij
niet alleen aan handen en knieën eelt had , als een
kameel ; maar dat hij zelfs zijn' neus krom gebogen
had.
Een jaar lang bragt hij in deze levenswijze door;
vervolgens vervoegden zich nog twee anderen bij
hem,
(*) GERAUDi Vita S. Stephani in Marlen, et Dnrand^
4mpU Collcct. VF. SS. T. VI. p. 1055.
GESCHIEDENIS. fl5
hem. Allengs kreeg hij meer nabootfers , terwijl V
nog anderen hem bezochten , aan welken hii ^°^'^
, Vl
onderwijs en vermaningen, maar ook aalmoezen uit- HooWfï.
deelde. Die bij hem bleven , mogten hem niet Abt "^ C. G.
oï Leermeester . maar Verbeteraar. (Correcteur .") '^^^^°'^^'
' ^ '^ tot 15 17.
noemen. Dat zulk een man in die tijden fpoedig
den naam van wonderdoener kreeg , behoeft ons
niet te verwonderen ; gelijk 'er dan ook wonderen van
hem verteld werden. Hij fiierf den Sdien Februari]
II 24. Men hield de plaats in de Kerk te Muret
verborgen , waar hij begraven lag , opdat de rust
van het Klooster, door den aandrang van het volk,
om hem te vereeren, niet gelloord mogt worden,
en toch gebeurden 'er, zoo men zegt, vele won-
deren.
Naauwelljks had pieter van Limoges , die aan
STEVEN was opgevolgd, vier maanden lang het op-
zigt over het Klooster te Muret gehad , of zekere
reguliere Kanunniken van de Orde van den Heil.
AUGUSTiNus, of volgens anderen zekere Benedictij-
nen in de nabuurfchap, maakten aanfpraak op Mu-
ret, STEVENS leerlingen wilden voor dezen onbillij-
ken eisch liever wijken , dan te twisten ; zij zochten
des eene andere verblijfplaats, en befloten , in de
onzekerheid der keuze, dat hun Prior eene Misfe
zou houden , en God met hen bidden , om hun
zulke plaats aan te wijzen. En nu hoorden de
Prior en eenige Monniken, onder het bidden, eene
hemelfche ftem , ^velke tot driemalen toe zeide : naar
Grandmont ! Daar op gingen zij , vol vreugde,
naar dQZQ plaats. Hechts ééne mijl van Muret ge-
3 5 la-
«6 KERKELIJKE
V legen , alwaar zij zich Kluizen bouwden , en eene
BOEK kleine Kapel , in welke zij het ligchaam van hun-
Hoofdft. "£ïi ftichter overbragten. Zij hielden hier weder de
na C. G. plaats van zijn graf verborgen , om den toeloop van
^J^j'^l^^^" volk te verhinderen, doch het werd fpoedig ont-
■ dekt, door de wonderen , welke daar bij gebeur-
den; weshalve de Prior zich genoodzaakt zag, uit
vrees voor den toeloop van menfchen , naar het
graf te treden , en den Pleiligen te beftrafFen , dat
hij het van hem geftichte gezelfchap van den engen
weg, welken hij hen geleerd had, af-, en door
2ijne wonderen, den breeden weg, die tot het ver-
derf brengt, opleiden wilde, dewijl hij in hunne
nabuurfchap eene jaarmarkt aanleide. „ Wij zijn
zoo nieuwsgierig niet , zeide hij , dat wij uwe won-
derwerken zien willen; wij gelooven die van uwe
Heiligheid genoeg. Wacht u dus, in het vervolg
zulke wonderen te doen , welke uwe Heiligheid prij^
zen, maar onzen ootmoed vernietigen! Zorg niet
zoo zeer voor uwen lof, dat gij ons heil zoudt
vergeren ! Wij bevelen u dit ; wij eifchen het van
uwe liefde. Maar indien gij anders handelt, zoo
zeggen en verzekeren wij u flandvastig bij de ge-
hoorzaamheid, welke wij u beloofd hebben , dat
wij uw gebeente hier uithalen en in de rivier zullen
werpen." Volgens het oud verhaal, bij zijn* Le-
Vensbefchrijver, zijn 'er nog lang daar na wonder-
werken door STEVENS hulp gefchied, doch niet bij
zijn graf, ten miufle niet, dat 'er een toevloed van
menfchen door veroorzaakt werd. Genoeg , deze
wonderen bewogen Paus klemens III in het jaar
1189,
GESCHIEDENIS. 27
1189, op aanzoek der Monniken van Grandmont , V
zoo als zij thans genoemd werden, hunnen Stichter ^^^
onder het getal der Kerkheiligen aan te nemen. Hoofdfl.
Meer dan vijftig jaren lang werd de Regel van ^^ C. G,>
STEVEN in acht genomen , zonder befchreven te ''y!?{'^'
° tot I :> 1 7»
zijn. De vierde Prior ^ steven van Lifiac ^ (lelde .,
ze omtrent het jaar 1141 in gefchrift, en door den
zevenden Prior gerard, den Levensberchrij\'er van
den Stichter , werd deze Regel in dien vorm gebragt,
waar in wij dien nog lezen. D^'zelve fcherpt voor
alle dingen armoede en gehoorzaamheid in. Alleen
wanneer de Monniken twee dagen zonder eenige on-
derfleuning te genieten, gebrek aan het noodige ge-
leden hebben, is het geoorloofd, dat twee Monni-
ken van huis tot huis aalmoezen verzamelen. Na-
derhand hebben de Paufen veel in dezen Regel ver-
zacht, voornamelijk innocentius IV, in het jaar -
1245, die verfcheidene afdeelingen verwierp.
Onder het Priorfchap van steven van Lijiac be-
gon de Orde fneller toe te nemen. In minder dan
30 jaren kreeg zij meer dan 60 Kloosters. Deze,
die men Cellen of Kluizen noemde , waren aan het
Klooster Grnndmont onderworpen. Men gaf in de
Giftbrieven aan deze Monniken ook den naam Bons"
Hommes,
Tusfchen de eigenlijke Monniken , Priesters en
Geestelijken, en tusfchen de Leekebroeders ^ (^Con-
verfi,^ welke zich alleen met de tijdelijke zaken der
Orde moesten bezig houden , ontftonden dikwijls he-
vige twisten, met welke Pausfen en Koningen ge-
moeid waren, door welke de Orde in verval geraak-
te, '
s§ KEPvKELIJKE
V te , tot dat Paus joannes XXII de Orde hervormde
^?^J* in het Jaar 1317 , en tevens het Priorfchap van
Hoofdfi. Grandmont tot eene Abdij verhief, welker eerften
na C. G. Abt hij zelf benoemde.
toE I-Ï7 Gelukkiger behield eene andere Orde der Karthtii-
■- zers , die kort na die van Grandmont gedicht werd ,
Ordeder j^^j-gj^ ^^^^ y^^j ftrenge levenswijze. Zij werd ge-
zers ^e- fticht door bruno , omtrent het jaar 1040 , te Keu-
ilicht jgfj geboren. Daar in de Stiftsfchool van St. cuni-
EE.ÜJNO. BERT onderwezen, begaf hij zich naar Rheims, om"
daar in de Domfchool zijne kundigheden uit te brei-
den. Hier maakte hij zoo groote vorderingen, dat
hij Kanunnik en Scholasticm ^ (Opziener der Dom-"
fchole , ) werd , alwaar hij vele Leerlingen had , on-
der anderen otto , naderhand Paus onder den naam
van URBANUS II. Ook deed hij als Kanfelier der
Kerk te Rheims omtrent het jaar 1073 gewigtigê
dienften.
MANASSES ï was toenmaals Aartsbisfchop van
Rheims , een trotsch , hebzuchtig en geweldig Pre-
laat, die Kerken, Abdijen en huizen der Kanunni-
ken uirplunderde. Hij werd daarom in eene Kerk-
vergadering te Lions in het jaar 1080, onder voor-
zicting van eenen Pausfelijken Legaat, afgezet; en
dit vonnis door gregürius VII bekrachtigd. Doch,
als de Aartsbisfchop zich hier tegen met de wape-
nen zocht te handhaven, deed de Paus hem in den
ban, en federt doolde hij, onder zeldzame lotgeval-
len, in verfcheidene landen rond.
BRUNO en eenige andere Kanunniken te Rheims ,
(door deze buitenfporigheden van hunnen Aartsbis--
fchop
GESCHIEDENIS. 29
fchop geërgerd en bedroefd, befloten in het jaar V
1080, de wereld scheel te verlaten. Dus verhaalt [soek
VI
een tijdgenoot guibert, Abt van Nogent, Maar ^qq^^jI^
tegen het einde dtr Xlllde eeuw vindt men eerst na C. G«
fporen van een verhaal, hetwelk eene geheel andere l^^^^°73''
^ ' '^ tot 1517-.
beweegreden opgeeft , waarom bruno zich in de „ -,
eenzaamheid begeven heeft. Dit verhaal komt hier
op neder. In het jaar 1084 (lierf te Parys een al-
gemeen vereerd Leeraar aldaar, die, als zijn lijk nu
uitgedragen zou worden , op ec;ns riep : , , Ik fia
voor het oordeel I " Men ftelde zijne begrafenis uit
tot den volgenden dag ; toen riep hij andermaal :
5, Ik ben geoordeeld ! " En als men nog eenen dag
wachtte , liet hij deze woorden hooren ; „ Ik ben
door Gods regtvaardig oordeel verdoemd!" bruno,
ontfleld , dat een zoo eerwaardig man verdoemd zou
zijn, verloor allen lust, om langer onder de men-
fchen te blijven. Hij vermaande zijne leerlingen ,
zes andere aanzienlijke Leeraars te Parys ^ hem daar
in na te volgen, hun zijne gezindheid met het vol-
gende versje inboezemende:
Linquo coas ranis, cras corvis , vanaqiie vanfs,
Ad Logicam pergo, quae mortis non timet ergo.
Vervolgens begaf hij zich met hen naar den Bis-
fchop HUGO van Grenohk ^ die, reeds vooraf door
eene Goddelijke openbaring verwittigd, hun eene •
verblijfplaats in zijn Bisdom aanwees.
Deze vertelling werd in het Roomfche Breviarium
of Gebedeboek , op den 6 len October , den Feest-
dag van den Heil. bruno, ingevoegd, en verkreeg
dus
•o KERKELIJKE
V dus des te meer geloofwaardigheid in die. Kerk*
BOEK Doch in het midden der XVIIde eeuw heeft Paus
Hoofdfl. URBANus VIII ze daar uit laten ligten ; evenwel
na C. G. werd ze nog door den Jezuit tfleophilï ray-
tot i-i- NAUD en den Paryfchen Godgeleerden andreas du
M ■! saussay verdedigd, maar door joan launoi we-
derlegd, hoe zeer naderhand de Karthiiizers nog
gepoogd hebben, de geloofwaardigheid van dezelve
te handhaven.
Nadat bruno met eenige vrienden, waarfchijnlijk
in het jaar loSo, Rheims verlaten hadden, leefden
zij eenigen tijd te Saisfe • Font ai ne , in het Bisdom
Langres, op de wijze van Kluizenaars, bij malkan-
der. Doch naar grooter volmaaktheid ftrevende ,
begaf bruno zich op raad van roeert , Abt van
Büolesme ^ met zes zijner medgezellen, onder de lei-
ding van den Bisfchop hugo van Grenohle, Deze
wees hun de woestijn van Chartreufe ter woning
aan , een' bijna ontoegankelijken oord , tusfchen
vreesfelijk hooge rotfen , die bijna altijd met fneeuw
en nevel bedekt waren, twee of drie Franfche mij-
len van Grenohle, Hier bouwden zij kleine Cellen
of Kluisjes op eenigen afftand van malkander , in
welken altijd twee bij eikanderen woonden. Deze
plaats heeft aan de Orde den naam Chartreux gege-
ven, waar van de naam Karthuizers met den tijd
ontflaan is. Het begin der Orde zal in het jaar
loSö , doch waarfchijnlijker in 1084 , te plaatfen
zijn.
BRUNO leide bij de fiichting van zijn nieuw ge-
zelfchap den Regel van den Heiligen benedictus
tea
GESCHIEDENIS. 31
ten grofidflag. In de eerde tijden der Xllde eeuw V
feefden deze Kluizenaars heel flreiig. Op Zondag *^^*
deelde hun de huisbezorger brood en peulvruchten uit , Hoofdfl,
welke ieder voor zich zelven kookte. Eene beek , nn C. G,
door hunne Kluizen rondloopende , verfchafte hun j^!!"?f:?*
tüt i5i/»
water. Op Zondag en hooge Feestdagen kregen zij i^.i
kaas en visch , als hun die van iemand gefchoiiken
werd. Als zij al wijn dronken, was dezelve zoo
verfchaald , dat hij niet beter was dan water. Een
geitenharen deken bedekte hun bloote lijf, ook wa-
ren zij voorts zeer flecht gekleed. Zij fpraken bijna
geheel niet, en vraagden alles door teekenen. In
hunne Kerk was, behalve een zilveren kelk, geen
de minfte fieraad. Zekere Graaf van Nivernois zond
hun veel zilvergereedfchap ten gefchenk , maar
zij zonden het hem terug, en verzochten daar voor
osfenhuiden en pergament , hetwelk zij noodiger had-
den, omdat zij zich ijverig bezig hielden met bet
affchrijven van Boeken , waar van zij eenen aanzien-
lijken fchat verzamelden. Zij ftonden onder ecnen
Prior ^ en de Aartsbisfchop van Grenohk bekleedde
de plaats van hunnen Abt.
BRUNO was naauwelijks zes jaren lang hun Op-
ziener geweest, toen hij in het jaar 1090 door ur-
BANus II, weleer zijn' leerling, naar Rome ontbo-
den werd , om hem in de regering der Kerk met
zijnen raad bij te ftaan. Hij gehoorzaamde , maar
nu verlieten zijne leerlingen ook fpoedig Chartreufe ^
evenwel overreedde hij hen dra , om deze woon-
plaats op nieuw te betrekken. Ondertusfchen kon
hij het Hofleven te Rome niet lang verduren. Ook
vindt
3ü KERKELIJKE
V vindt men hem reeds in het jaar 1092 in de woes-
BOEK tLjn te Torre in Kalahriê . alwaar hij eene nieuwe
VI ■> j
Hoofdfl:. Chartreufe aanleide. roger , Graaf van SicilVè en
na C. G. Kalabri'è , hem op de jagt ontdekt hebbende , liet
tot "^i ^1^7' ^^^^ ^^" Klooster voor zijne leerlingen flichten, die
■ het harde Kluizenaarsleven niet verdragen konden,
en hier flierf bruno den 6den October iioi. In
zijne laatfle oogenblikken leide hij zijne Geloofsbe-
lijdenis af, inzonderheid belijdende , dat brood en
wijn na de wijding op het altaar het ware ligchaam
en bloed van christüs zij. Kort na zijn' dood
werden, zoo als gewonelijk, eene menigte wonderen
van hem verhaald, welke van zijne heiligheid moes-
ten getuigen. Evenwel duurde het meer dan 400
jaren, eer hem de eere der Heiligverklaring in zijne
Kerk te beurte viel. Eindelijk vergunde leo X in
het jaar 1514 aan de Karthuizers ^ dat zij zijn Feest
jaarlijks op den 6den October zouden vieren. En
nu befloten de Monniken van zijn Klooster in Ka^
lahri'è zijn ligchaam uit het graf te nemen, en het
met alle ftatelijkheid onder het hoog altaar van hun-
ne Kerk te plaatfen; ja opdat de godsvrucht van
zijne vereerders te beter voldaan mogt worden ,
fcheidde men het hoofd van het ligchaam; en zorid
een gedeelte van het onderfte kinnebakken met twee
tanden naar de groot e Chartreufe ; terwijl andere
ftukjes van het hoofd onder de Karthuizen aan den
Rhyn en te Parys medegedeeld werden. Eindelijk
heeft GREGORiüs VII zijnen Feestdag in zijne Kerk
algemeen ingevoerd.
BRUNO heeft ook het één en ander gefchreven,
hoe-
GESCHIEDENIS. 33
hoewel verfcheidene fchriftcn, die op zijnen naam V
gaan, aan den Bisfcliop bruno van Segni behco- ^^^^
ren. In eene veriilaring van de Brieven van pau- Hoofdft.
LUS, Expo fit io in omnes Epistolas D, Pauli ^ is "^ C. G.
dit merkwaardig, dat liij de leere van augustinus [^^ ^^\^^
aangaande de eeuwige voorverordiiiering in derzelver ■
iiitgeflrektheid heeft aangenomen.
Toen BRUNO ftierf, waren 'er, behalve de twee UitbreJ-
Karthuizen , in Daufineé en Kalabri'è^ geene ande- ^'"^ van
re. In het jaar 1137, toen hun Prior guigues der Kar-
overleed , waren 'er flechts drie nieuwe in Frankr^k thuizers*
bijgekomen. Deze, die het vijfde opperhoofd der
Orde was, fchreef haar het eerst hare verordenin*
gen op, (Cartufice Confuetudines ^ welke vrij flreng
waren. In 1258 vond de Prior ruffer, die eigen*
lijk BERNHARD DE LA TOUR heette, zich genood-
zaakt , deze verordeningen te vernieuwen , welke ver-
nieuwing in een algemeen Kapittel der Orde in het
jaar 1259 bevestigd werd , en doorgaans de ouch
Statuten der Orde heet, te weten, de Orde was
ver afgeweken van hare oude voorfchrifren , waar
van de Monniken zich Dispenfatien hadden weten
te bezorgen, waar door de Orde bij de Leeken ver-
achtelijk was geworden. Zij droegen fraaije klecde-
ren , en reden op paarden met kostbare tuigen enz, ,
waar tegen nu nieuwe voorfchriftcn gemaakt wer-
den. Sedert is de Orde merkelijk toegenomen^ ook
in rykdom en vermogen, evenwel hebben de Kat-
thuizers hunne oorfpronkelijke flrengheid tot in <3e
laatstverloopene tijden zoeken te bewaren , zoodat Van
deze Orde getuigd wordt, dat zij de eenige gebleven
XVni. Deel. C is.
34 KERKELIJKE
V is , die in bet vervolg geene hervorming noodig ge-
BOEK ijad beeft.
Hoofdrt. Eenigermate echter mag men zeggen , dat eene
na C. G. andere Orde , die namelijk van den Heiligen anto-
jaario73. ^j^^g eene meer algemeen nuttige bedoeling ter
tot I5I7 ' o D o
.. hulpe van kranken had. De Heilige antonius is
Orde van uit de Gefchiedenis der IVde eeuw, als het eerfte
.!ü^«,„c voorbeeld van alle Monniken bekend. Naar hem
AJNTOrMXUS
noemde het gemeen in Frankryk in de XI en Xllde
eeuw eene vreesfelijke ziekte , van welke men ons
geen naauwkeurig denkbeeld gegeven heeft, het St.
Anton'Cs Vuur ^ hetwelk ook het Heilige Vuur ^ en
in eene oorkonde van het jaar 1254 zelfs het lleU
fche Vuur genoemd wordt. Het lid van het lig-
chaam , hetwelk daar door aangetast werd , ver-
droogde zoo zwart, als of het verbrand was: en
men vertoonde nog in onzen tijd zulke ledematen
in het Hospitaal van het vlek St, Antcine 'm. DaU'
finée; fomtijds rotte zulk een lid zelfs wel geheel
af. ANTONius , die onder andere wonderen ook
vele ziekten genezen zal hebben, werd bijzonder als
helper in deze ziekte aangemerkt.
GASTON, een rijk Edelman iwDaufinée^ tegen het
einde der Xlde eeuw, was de Itichter dezer Orde , hij
geloofde zijne gezondheid wedergekregen te hebben,
door den bijüand van den H. antonius, wiens lig-
,chaam,zoo men voorgaf, in 1050 door jocELiN,een
V, oornaam Heer in dit gewest , van Konflantimpolsn in
eei X vlek van Daufinée , St. Didier la Mothe gebragt
et7 i iaar in eene Kapel der H. Maagd geplaatst was.
öAsi 'on's eenige Zoon, girinde of güerin, van
de.
GESCHIEDENIS. 35
déze ziekte aangetast wordende, begaf gaston zich V
naar deze Kapel , en bad om de herlleJling zijns Zoons , ^^^^
iriet eene gelofte, dat zij beiden zich in het vervolg Hoofdü.
aan lièt oppasfen en verzorgen van kranken zouden n-^ C. G*
toewijden, waar op de Heilige antonius, zoo luidt fori5f7
het verhaal, hun verfcheen, zijne gelofte aannam, ■
en te gelijk beval , dat hij en aüen , die zich aan
zlinen dienst zouden overgeven, zich met de letter
T van hemelsblauwe kleur zouden teekenen , welke
hij aan gaston op de punt van zijnen flaf vertoon-
de , uit welken takken voortfproten , welke de ge-
heele aarde bedekten, gaston vond zijnen Zooil
gezond, en ook gereed, om het beloofde te vol*
brengen. Zij begaven zich dan terftond naar St,
Didier la Mothe ; gaven zich en hunne goederen
over ten dienlte der armen, en bouwden een Hos-
pitaal naast de nog onvoltooide Kerk , in welker
Kapel het ligchaam van den Heiligen lag.
Nu leiden Vader en Zoon den 28 den Junij 1095
hunne wereldlijke kleeding af, en trokken zwarte
kleederen aan , met een blaauwe T geteekend. Spoe-
dig verbonden zich nog zes andere perfonen met
hen. urbanus II, die de Katthuizer Orde be-
vestigd had , bevestigde ook deze , toen hij in het
jaar 1096 de Kerkvergadering te Clermont hield.
GASTON was de eerfte Grootmeester zijner Orde,
en bleef zulks tot zijnen dood in het Jaar 1120.
Paus HONORius III vergunde aan deze Orde in het
jaar 1218, daar zij tot hier toe flechts Leeken ge-
weest waren , om de drie Monnikengeloften af te
leggen. Zij hadden al vroeg verfcheidene verfchillen
C a met
«6 KERKELIJKE
V met de Benedictijnen , doch werden door de Paus>»
BOEK fen gehandhaafd, bonifaciüs VIII verhief hun Op-
Hoofdft. perhoofd tol de waardigheid van Abt, en veror-
na C. G. dende , dat zij naar den regel van den HeiHgcn au-
Jaario73 q^stinus leven, en zich reguliere Kanunniken zou-
tot 1517. 7 Ö
.1, - den noemen. ]l)q.zq Kanunniken maakten fpoedigen
opgang, voornamelijk door de wonderen, welke bij
het graf van den H. antonius gezegd werden te ge-
beuren , hetwelk eene menigte Bedevaartgangers tot
zich lokte. — Dat de Heilige antonius gewonelijk
met een klein verken , hetwelk een klokje aan den
hals draagt, gefchilderd wordt; en dat zijne Ka^
nunniken met een klokje of fchelletje huune komst
tot het inzamelen van aalmoezen aankondigen , en
ook van het gemeen daarom jaarlijks een gemest
zwijn ontvangen, opdat hun vee niet van het An-
tdui's Vuur aangetast mogt worden; deze omftan-
dïgheden mogen op het getuigenis van eenen Pro-
tejlanifchen Schrijver berusten. Eindelijk had deze
Orde cene Hervorming noodig, welke in de eerfte
jaren der XVlIde eeuw tot ftand kwam , doch al-
leen door de Franfche Kloosters , vier Italiaanfche
en vier Diiitfche , werd aangenomen.
Ordevnn Doch zeldzamer in hare inrigting, dan alle ove-
Fonte- j.jg2 Geestelijke gezelfchappen , die in deze eeuwen
ontfliaan zijn, was de Orde van Fontevraud. Der-
zelver {lichter was robert of rotbert , hij voert
i\Q\\ bijnaam van Arhriszel ^ naar een dorp in Bre"
tagne^ hetwelk thans Alhrefec heet, in het Kers-
pel van Rennes , in hetwelk hij omtrent het jaar
1045 of 1047 geboren werd. Nadat deze in eeni-
GESCHIEDENIS. 37
ge fleden \';in Frankryk onderhoud en onderwijs ver- V
Icregen had; ging hij naar Parys, alwaar hij openlijk ^^^^
■onderwiis gaf in de Godgeleerdheid. De Bisfchop Hoofdlt.
van Rheïms ^ die geheel ongeleerd was, verkoos hem na C. G.
tot zijnen Fikaris ^ om de wanorden in zijn Bisdom J^'^"°73.
•^ ' •' cüt 1517.
weg te nemen, waar in hij vier Jaren ijverig werk-
zaam was; doch na den dood des Bisfchops, be-
ducht voor den haat der Kanunniken , die hij had
zoeken te hervormen, begaf hij zich naar Angers ^
waar hij andermaal Leeraar der Godgeleerdheid werd.
Maar ook hier vond hij het zedenbederf zoo groot,
dat hij befloot , der wereld geheel vaarwel te zeggen.
Zijn eerfte weg bragt hem in de groote en woes-
te wildernis van Craon ^ waar hij in gezelfchap van
eenen Priester een ten uiterfte flreng leven aanving.
Zijn voedfol beftond uit wortelen en kruiden ; de
aarde diende hem tot een bedde, als hij den flaap
vólftrekt niet langer weeren kon, en in plaats dat
andere Kluizenaars met vellen van geiten of lamme-
ren gekleed waren, droeg hij eene borftelige zwijnen-
huid, om zijn ligchaam te meer te kwellen. Tegen
zijne bedoeling werd dit voorbeeld der boete fpoe-
dig bekend; men fnelde van alle zijden heen, om
hetzelve te bewonderen , en velen begonnen , onder
zijn opzigt, hem na te volgen. Derzelver getal ver-
meerderde zoo fpoedig, dat zij drie gezelfchappen
aanleiden, een van welken hij zelve befluurde, terwijl
hij het opzigt over de beide anderen aan twee zijner
leerlingen opdroeg, die hij voor de volmaaktften
hield. In het jaar 1094 bouwde hij voor hun een
Klooster en fchreef hun den zoogenoemden regel van
C 3 den .
38 KERKELIJKE
V ^en Heiligen augustinus voor. Zij verwisfelf?eti
BOEK na eenigen tijd hun armhartig leven met de inrigting
Hoofdft. ^^^ reguliere Kanunniken, robert zelve kreeg in
na C. G. het jaar icpS van urbanus II bevel , om het
Jaario73. j^j.^jg ^^ prediken , hetwelk hij met veel ijver deed,
tot 1517. ^ •' , ,
j,j. waar door hij tevens eene menigte aanhangers voor
zich verkreeg, voor welke hij eene verblijfplaats
zocht en vond in de Provintie Poitou^ niet ver van
de ftad Candes ^ in een wijd veld, met kreupelbosch
en doornen begroeid , hetwelk men Fontevraud
noemde. Hier bouwde hij in het jaar 11 00 eene
menigte Kluizen, en dewijl hij aanhangers van beide
kunnen bad , leide hij ook twee onderfcheidene
Kloosters en Bedehuizen voor hun aan. Vervol-
gens hield hij zich bezig, om ontuchtige vrouwen
te bekeeren. Te Rouen ging hij in een hoerhuis , en
wist al deszelfs bewoonflers te bewegen, dat zij
hare levenswijze veranderden. De toeloop tot zijn
gezelfchap was zoo groot, dat hij alleen voor de
vrouwen drie Kloosters oprigten moest. Het ééne
(/e Grand Moutier^ een woord, dat uit Monaste-
rium ontflaan is,) bevatte 300 maagden en wedu-
wen; in het tweede, (^de Si. Lazare,^ waren 120
melaatfche en kranke; maar in het derde, (de Ia
Magdelaine , ) de gevallene. Voor de mannen werd
een groot Klooster, en voor de beide geflachten
eene gemeenfch appel ijke Kerk gebouwd, robert
zworf ondertusfchen , als Apostolifche , (of Pausfe-
lijke,) Prediker, geheel Frankryk rond, terwijl Paus
PASCHALis II in 1106 zijne Orde bevestigde, die hij
ook vervolgens oiimiddelijk aan den Paus onderwierp.
Ou-
i
GESCHIEDENIS. 2<>
Ondertusfchen had robert of roteert aan zij- V
ne Orde eeiie zeldzame en in hare foort ecnige in- ^^^-^
ligling gegeven. Devv'ijl hij dezelve aan de Maagd Hoofdfl.
»iARiA en aan den Apostel joannes gewijd had, na C. G.
geloofde hij , ingevolge de woorden van den Zalig- i''''''"°73-
maker, die aan dezen Apostel zijne Moeder, als — -— '
aan eenen Zoon , had aanbevolen , ( jToam, XIX. ^-^e Or-
«6.) dat zijne Orde onder liet beftuur ecner vrouw, eene*^^ "^
die de plaats van marïa vervangen zou, ftaan vrouw tot
moest , en dat aan de Abdisfe van Fontevraud niet J?^^"""^"
iter.
alleen de vrouwen, maar ook de tot zijne Orde be-
hoorende Monniken, met derzelver Abten onderge-
fchikt behoorden te zijn , als plaatsvervangers van
den Apostel joannes. Deze zeldzame inrigting is
op nog zeldzamer wijze vervolgens verdedigd. Men
heeft, bij voorbeeld, gefchreven, dai de H. Maagd
God zelven heftuurd hehhe , nademaal de H. Schrift
zegt, dat JEZUS zijne moeder onderdanig geweest
is (*> MABILLON (f) merkt aan , dat robert
echter, gedurende zijn leven, het hoofd der Orde
is gebleven, die hem haren Prczlatus en Magister
noemde, doch heeft echter niet kunnen bewijzen,
dat bij eenige andere Orde foortgelljke inrigting heb-
be plaats gedad, als robert in de zijne invoerde.
Misfchien had deze zeldzame inrigting zoo veel
of meer invloed tot uitbreiding der Orde , dan de
boetprecliking van robert zelve. Bij zijn leven wa-
ren 'er reeds 3,000, en kort na zijn dood 4 of
SjOOO
(*) BAYLE Dict. Art. Fontevraud.
Ct) Annal.Qrd, S. Bened. T. V. p. 425..
C4
40 KERKELIJKE
V 5,000 Nonnen enkel in het Klooster Fonfevraud»
BOEK dq Regel van den Heiligen benedictus was het
Hoofdft. voorfchrifc voor al de leden der Orde. Aan allen
na C. G. was het vleescheten verboden , zelfs aan de zieken.
10^1^17'^^ Nonnen moesten beftendig zwijgen ; alle gemeen-
■ . fchappelijk ter Kerke gaan, en met het flechtfte la-
ken gekleed zijn ; de ftervende mogten de Sacramen-
ten alleenlijk in de Kerk ontvangen. De Monniken,
die niets in eigendom mogten bezitten, waren ver-
pligt te zingen en de Mis te hooren, en de Lee^
Gebroeders tot handenarbeid. De eerfle mogten gee-
ne Parochiekerken noch Tienden aannemen ; eedzwee«
ren en de vuurproeve waren hun verboden; zij had-
den flechts op zekere tijden verlof om te fpreken.
Evenwel gaf robert in vele opzigten ontflag aan
zijne Broeders en Zusters , maar hij zelf overtrof
allen in waken, vasten en flecht voedfel, en ging
altijd barrevoets.
Hij kon echter, met al zijne vroomheid, kwade
vermoedens en achterklap niet ontgaan; ook werd
liij door verftandige lieden tot meer voorzigtigheid
vermaand. De beroemde Abt goffried of got-
FRiED van Fendome ^ naderhand Kardinaal gemaakt
door URBANüS II, fchreef hem (♦): dat hij van
hem gehoord had, dat hij met eenige vrouwen ,
wier opzigt hij aanvaard had , in eene te gemeen-
zame verkeering zamenvvoonde , met haar dikwijls
in het bijzonder fprak. Ja zich niet fchaamde, meer-
ma-
(*) GOFFRED Fendocin, Libr, IV, Ep. 47. in sirmon*
Dl Opp. T. III. p. 549.
GESCHIEDENIS. 41
malen bij en met haar te flapen. „Daar door fchijnt v
„gij u zelven," dus vervolgt hij, „ gelijk gij boek
j, voorgeeft, het kruis des Heeren Verlosfers waar- Hoofdfi.
p, dig te gedragen, naardien gij de verkeerd ontfto- na c. G,
., kene drift des vleefches poogt uit te blusPchen. r^''''°/'5-
5, Indien gij dit thans doet , of eens vooral gedaan
5, hebt, dan hebt gij u een nieuw ongehoord, maar
„ onvruchtbaar foort van Martelaarfchap, (^ Martijd
^j rium ^^ uitgevonden." Verders onderhoudt de
Abt den goeden robert over het onvoegzarae,
onvoorzigtige en gevaarlijke in dit zijn gedrag. Men
heeft aan de echtheid van dezen Brief wel willen
twijfelen, maar vergeefs, en mabillon erkent zel-
ve, dezen Brief in een Handfchrift te Florence ge-
zien te hebben, hoewel hij uit het Handfchrift, door
siRMOND gebruikt, was uitgefcheurd. Ook is 'er
nog een andere Brief van foortgelijken inhoud, wel-
ke aan robert gefchreven zal zijn door riarbod,
Bisfchop van Rennes; bayle is breedvoerig over
dit een en ander in zijn Woordenboek, hoewel hij
in de herhaalde uitgave van dat werk erkent , dat
'er geen ergerlijk gedrag bewezen is.
ROBERT v^n^rbrisfelles overleed in het jaar 11 17,
in het Klooster Orfan in Berry. In het vervolg
verminderde het getal der bewoneresfen van Fonte-
yraud zoodanig, dat het in het jaar 1248 flechts 700
bedroeg, ja 40 jaren daar na tot 360 gedaald was 5
jnaar daartegen had de Orde ook in Spanje en En*
geland Kloosters aangewonnen. Naderhand ger;iakfe
zij in Frankryk zoo in verval , dat de Paufen fcdert
bet midden der XVde eeuw meer dan eeus op eene
C 5 Her-
4» .KERKELIJKE
V Hervorming derzelve bedaclit zijn geweest , wellie
soEK ,31^1- zonder tegenftand aangenomen werd (*).
Hoofdfl. -ï^o^ veel gelijkvormigheid *er ook ware tusfchen
na C. G. de zoogenoemde reguliere Kanunmken en de il/ö/?-
■*^^^*°^^' «//t^;?, zoodat men zelfs van den éénen (land lig-
telijk overging in den anderen, greep 'er nogtans
Twisten j^y aanhoudendheid een naarijver plaats tusfchen de
T*i 1 ^ \C il f* n
de Moii- ^^"^ ^" anderen; te meer, omdat het niet zelden
nikenen gebeurde, dat aan de Monniken de plaatfen en goe-
Knnunni- ^gj.gj-j ^^-^ Kanunniken gegeven , of deze in het bezit
van de eigendommen der Monniken gcfteld werderv
Ook betwistten ^t Kanunniken aan de Monniken, het
regt, om Kerkelijke ambten te beklceden. — Ee^
der voornaam üen, die de vooriegten der Kanunni'
^en boven de Monniken ten hoogfien top verhief,
was LAMBERT, Abt van Si. Rt/fus, in eenen Brief,
gefchreven, omtrent het jaar iiio (f). Maar aan
den anderen kant hebben de Monniken eenen uit-
muntenden voordander gevonden in den bekenden
AT5ELARD , die iiisgelijks in eenen Brief hunne waar-
digheid nadrukkelijkst verdedigde, gelijk ook zijn
Tijiigenoot rupert. Abt van Duits; en inderdaad
neigde ook de menigte tot hooger vereering van den
Monnikenftand , gelijk ook de Monniken thans niet
eens altijd de Priesterwijding noodig hadden, om
als openlijke Leeraars te kunnen optreden. Desniet-
temin bezat de zoogenoemde Wereldlijke Geestelijk-
heid
(*) iiELYOT Eijioire des Ordres Monajiiques Tom. VI,
r. 86. fqq-
(t) ïn MiiiiTEKE Thcs. Jnecdot. T. I. p. 329-332.
GESCHIEDENIS. 43
lieid toch het gewone Leeraarambt; de Kanunniken V
handhaafden zich door hunne, rijke ftichtingen , en ^°^*
doordien zij de naasten waren , om den Bisfchoppe- Hoofdft.
lijken Stoel te bezitten , in fpijt van de buiteufporig- na C. G.
heden, waar mede zij befciiuldigd werden, en die Jot^Jj^^l
zij zochten te ontgaan, door herhaalde Hervormin- .
gen van hunnen ftand. Van daar in dit Tijdperk
verfcheidene Congregatien of verzamelingen van r«-
guliere Kanunniken. Zoo oniftonden in liet jaar
II 14 te 'Jeruzalem de reguliere Kanunniken van het
Heilige Graf, die door den Patriarch arnülf be-
wogen werden, om zonder eenig bijzonder eigen-
dom zamen te wonen, en die door Paus calixtu?
II in 110.2 bevestigd zijnde, zich ook in Europa
voortplantten. Nog vermaarder werd de Congrega-
tie der Kanunniken van den Heiligen victor te
Parys. lodewyk de Dikke liet deze Abdij omtrent
het jaar 1113 voor hun bouwen, toen willem van
Champeaux , Aartsdiaken in die Hoofdflad , zich fe-
dert het jaar 1108 met zijne talrijke leerlingen in de
Kapel van Si. Fictor begeven had, om daar zijij
onderwijs te vervolgen. Kort daar na hebben de
beide Kanunniken, hugo en richard van St. FiC'
tor, den roem van het Klooster bijzonder vermeer-
derd. De ftrenge orde, welke in hetzelve werd
waargenomen , wekte verfcheidene Collegiaatkerken
en Kloosters van deze foort op, om zich met dit
Klooster in ecne Congregatie te vereenigen; doch
welke naderhand weder gefcheiden is.
Onder al de Hervormingen der Kanunniken heefc Orde der
^ich echter geene zoo uitgebreid, en zco veel aan- P''"'"°""
ftrr.tenfen
zien
44 KERKELIJKE
V zien en rijkdom verworven, als de Orde der Pre-
eoEK fnonftratenfen, bartholomeus , Bisfchop van
Hoofdft Laon^ wilde omtrent het jaar 1119 onder de Ka-
na C. G, nunniken dezer ftad , die reguliere heetten , hoewel
jaario73. ^j; gygn 200 ongeregeld leefden, als de meeste an-
. deren ,. eene hoofdverbetering invoeren. Hij ver-
en derzel- gocht daarom den Paus calixtus II, die zich toen
<ter NOR.' ^" Fr^nkryk onthield, om zich daar toe van den
3ERT. Apostolifchen Boetprediker norbert te mogen be-
dienen. Deze NORBERT was in het jaar 1082 te
Xanten^ eene ftad in het Hertogdom Kleeft uit het
geflacht der Heeren van Gennip , geboren. Na eenig
onderwijs genoten te hebben , werd hij door den
Aartsbisfchop frederik van Keulen tot Onderdia'
ken gewijd, en kreeg eene Kanunniksplaats in zijne
vaderftad; vervolgens kwam hij aan het Hof van
den Aartsbisfchop, alwaar hij te Keulen nog eene
Kanminiksplaats kreeg. Na eenigen tijd begaf hij zich
aan het Hof van den Keizer hendrik V , die hem
tot zijn' Hofkapellaan benoemde, en hem meermalen
raadpleegde. Met dezen Vorst reisde hij ook in het
jaar 11 10 naar Italië^ en was tegenwoordig, toen
Paus PASCHALis II met zijne Kardinalen op bevel
des Keizers gevangen werd genomen. Doch nor-
bert had daar van zoo groote droefheid, dat hij
zich bij den gevangenen Paus vervoegde, en hem
te voet viel, om vergeving biddende, dat hij door
zijne tegenwoordigheid daar aan deel fcheen geno-
men te hebben, hendrik in Dtiitschland terug ge-
keerd , droeg aan norbert het Aartsbisdom Ka-
fjiev^k op j maar norbert bedankte , omdat hij de
GESCHIEDENIS. 45
ïnyestituur des Keizers niet ontvangen wilde. On- V
der groote ontwerpen, om in de Kerk tot hooger °°^*
ftaat te komen, reed norbert eens in het jaari 1 14 f^QQ^y^^^
een toertje , van eenen bedienden verzeld , naar het na C. G.
ftadje Freden, niet ver van Kanten, Onder weg Pj"°f?"
COC 1 5 1 7»
overviel hem een onweder; zijn bediende vermaande ,
hem terug te keeren. Vergeefs. Onverziens — zoo
verhaalt eene oude Levensbefchrijver van norbert ,
riep hem een (lem van den Hemel toe : Waarom
hij JEZUS vervolgde en zich kantte tegen zijne be-
flemming, waar toe hij verordend was? Op deze
ftem volgde een blikfemftraal , die norbert van het
paard en diep in den modder floeg. Hier lag hij,
een uur lang , voor dood ; toen hij weder bijkwam ,
geloofde hij van God tot bekeering geroepen te zijn
ea voelde berouw van zijne vorige zonden.
Sedert deze gebeurtenis , die vrij duidelijk eene
nabootfing is van de bekeering van paulus, befloot
norbert tot eene geheele verbetering van zijn le-
ven. Hij maakte daar van een begin met vasten,
en trok , onder zijne praclitige kleederen , een haren
hemd aan. Vervolgens begaf hij zich onder het op-
zigt van den Abt conon, (chuno,) van Siegberg;
en onderging al de godvruchtige oefeningen van
eenen boeteling, ook (lichtte hij het Klooster F«r/7f/;-
herg bij Xanten, In het jaar 11 15 werd hij, op
zijn ernflig aanhouden, door den Aartsbisfchop van
Keulen tot Diaken en Priester ingewijd. Zich ver-
volgens 40 dagen lang in het Klooster Furjfenberg
voorbereid hebbende , hield hij zijne eerde Misfe te
Xanten^ welke hij afbrak door eene kleine rede over
:: de
4Ö K E R K E L IJ K E
V" de ijdelheid en het gevaar van de wereldfche groot-
BOEK jieid en vermaken , vermanende zijne Kanunniken
Hoofdft. ^^^ verandering van levenswijze. Als hij deze ver-
na C. G. maningen dsn volgenden dag in het Kapittel der
^^""^i^ï^r Domheeren herhaalde, voer een Geestelijke heviff te-
toc 15 17' ■> o
- gen hem uit met fcheldwoorden , en fpoog hem in
het gezigt. norberg verdroeg dit met geduld , en
dankte God, dat hij hem een zoo roemrijk lijden
toezond. Zijn ijver in de werken van Godzaligheid
werd verfterkt door een geval, hetwelk hem gebeur-
de, als hij de Mis las. Eene groote fpin viel in
den gewijden wijn, norbert had ze, volgens Ker-
kelijk gebruik, 'er kunnen uithalen, omfpoelen en
verbranden, en de asch in het water werpen, of in
de Sacristie verbranden, maar zijn geloof, dat zij
hem in het bloed van Christus niet fchacien kon,
was zoo groot , dat hij ze doorflokte , en zijn ver-
trouwen werd vervuld.
Zl-n buitengewoon gedrag verwekte hem meer vij-
anden behalve de Geestelijkheid. Als de Pansfclijke
Legaat conon in het jaar 11 18 eene Kerkvergade-
rhig te Frizkr hield, werd hij door de Aartsbis-
fchoppen, Bisfchoppen en Abten bij den Legaat be-
fchuldigd , als een onrustig en hoogmoedig man.
nor bert verdedigde zich, maar vond weinig heul
bij den Legaat. Eindelijk befloot hij, in Apostoli-
fcbe armoede, in vreemde landen te prediken; hij
ieide dan al zijne Kerkelijke waardigheden neder ,
verkocht zijne aanzienlijke goederen, en deelde het
geid onder de armen; vervolgens floeg hij op weg,
als een rondzwervend Prediker, alleen verzeld van
twee
GESCHIEDENIS. 47
twee bedienden, ziine reisgenooten. Dus kwam Mj, V
gekleed in eene grove pij en barrevoets, ie Sf. GaU ^^^^
ies in Provence, alwaar de Paus gelasius II zich Hoofdfl,
toen bevond, van wien hij, in het jaar 1118 , de na C. G,
vrijheid verwierf, om als Boetprediker rond te f ei- ;qj"^JJ^5'
zen. ^
Op deze wijze, trok hij, als een landlooper, half
naakt met een bedelaarsrok , en als een boeteling,
Verfcheidene Provinciën van Frmikryk door. Te
Orleans bekeerde hij cenen Onderdiaken ^ die hem
voorts verzelde. Te Valencien ondervond hij, dat
de inwoners geen Hoogduitsch verftonden , zoo min
als hij Fransch fprak. — Dit moet zeker bevreem-
den, dat hij dit niet reeds eer ondervonden had. —
Hoe het zij , hij bad God , dat hij wilde geven , dat
hij voor zijne Toehoorders in eene vreemde Taal
verftaanbaar werd : Dit gebeurde ook , zegt zijn Le-
vensbefchrijver , en dit wonder bragt in elke ftad
wonderbare bekeeringen voort, iiugo des fossees ,
Kapellaan van burkard, Bisfchop van Kameryk^
Werd zijn aanhanger, en is naderhand zijn opvolger
geweest. Van dezen verzeld, voer hij voort, al
reizende te prediken , en overal goed te ftichten.
Als hij in de nabuurfchap van Gemblours twee vij-
anden wilde verzoenen, en de één zich niet wilde
laten verzoenen, wilde deszelfs paard niet van de
plaats, voordat hij naar norbert geluisterd ha.i.
CALIXTUS II, die ten dezen fijde Paus was,
hield in het jaar 1119 de vermaarde Kerkvergadering
te Rheims. Op dezelve verfchenen ook norbert
en HUGO, en verwierven van den Paus bevestiging
van
4$ KERKELIJKE
V van het verlof, om te prediken, door voorfpraa^
BOEK van BARTHOLOMEUS, Bisfchop van Laon ^ die ook
Hoofcin. befloot, NORBERT te gebruiken tot Hervorming vati
na C. G zijne Kanunniken te Laon ^ waar toe de Paus hera
jaario73 ^^ zijnen zin noodzaakte» norbert deed echter
tol 1 5 1 7 •
— vergeeffche moeite, waarom hij van deze onderne-
ming afzag, hoewel hij den Bisfchop niet kon wei-
geren, om in deszelfs Kerspel eene verblijfplaats te
zoelven. Bij verfcheidene plaatfen, die hem in het
Jaar 1120 gewezen werden, vond hij in het gebed,
dat het Gods wil niet was, dat hij zich daar neder-
zette. Eindelijk bragt hem de Bisfchop op een der
ruwfte en afgelegenfte oorden, in een Dal in het
woud van Coiic^ , waar het water , hetwelk van de
naaste bergen afdaalde , een moeras maakte. Dit
donker ongezonde Dal Premontrc , ( Prémontrè ^
Prctmonjlratum ^ Pr at urn monjïratum^') genoemd,
liad eene vervallene Kapel , in welke norbert ,
biddende, een' geheelen nacht in verrukking door-
bragt. Den volgenden morgen riep hij vol vreugde
uit, dit was de plaats zijner ruste, en de haven
zijner zaligheid, waar hij met andere dienaren des
Heeren deszelfs lof zingen wilde; evenwel zou deze
Kapel de Hoofdkerk van het Klooster niet zt^xï ,
naardien God hem in een gezigt daar eene andere
plaats toe aangewezen had.
Toen norbert en hugo, benevens een Engel'
fche Geestelijke, in het jaar 11 20 bezit van PrémoU'
irè genomen hadden, gaf de Bisfchop bartholo»
wEus hun in plaats van de kleeding van boetelin-
gen eene witte kleeding , welke de Maagd marïa
GESCHIEDENIS. 45
Eelve aan norbert aangewezen zal hebben. Het v
duurde niet lang, of zij kregen meer aanhangers, ^°^*
onder anderen bragt norbert uit eene bloeijende Hoofdft ■
Leerfchool te Laon zeven jonge Lotharingers , en na C. G.
met hen veel geld, naar Prémontrè . maar de £«. I^^'^'°73»
tot 1517,
gelfche Geestelijke , aan wien hetzelve aanbevolen ■«
was, ging met dit geld bij nacht door. Des te
meer prentte norbert zijnen leerlingen armoede en
boetdoeningen in.
Tot hier toe had norbert zijne leerlingen, zon*
der gelofte te doen , de zoogenoemde Apostolifche
levenswijze leeren onderhouden, maar thans fchreef
hij hun den regel van augustinus voor, en zij
leefden als reguliere Kanunniken ^ doch tevens paar-
de hij met die levenswijze het een en ander, het-
welk den Monniken anders eigen was , aanhoudende
gebeden, eenzaamheid, onthouding van vleesch enz.
In het jaar 11 22 ftichtte hij eene prachtige Kerk,
vervolgens een Klooster, waar in aanzienlijke jonge
Dochters denzelfden Regel waarnamen. Men ver-
langde zijne tegenwoordigheid in Westfalen ^ alwaar
GOTTFRiED, Graaf van Cappenherg^ hem zijn flot
en zijn gebied fchonk, waar uit in het jaar 11 23
de nog bloeijende Proostdij der Premonftratenzen te
Cappenberg in het Bisdom Munjïer ontftaan is, en
de Graaf werd naderhand zelve een Heilige van de-
ze Orde. De magtige Graaf van Champagne thie-
BAULT wilde ook te Prémontrè aangenomen wor-
den, maar norbePxT verklaarde hem, dat het Gods
wil was, dat hij zou trouwen, en dat zijne nai:o-
melingfchap talrijk zou zijn , waar aan de Graaf
XVIIf. Deel. D zich
^ K E R K E L rj K E
^ zich onderwierp. De overwinning, welke norbèr'?
BOEK in het jaar 1124 op den zoogenoemden Ketterfchen
Hoofdil. aanhang van tanchelin behaalde, welke in het
na C. G. vervolg befchreven zal worden , vergjootte zijnen
tot"?! 7* ^^^^ » ^" ^^^^^ ^^^^ ^°^ ^^^ "^" ^^^^'^ ^^" ^y"^
— Orde.
In het jaar 11 24 verkreeg hij de Pausfelijke beves-
tiging van dezelve, die in het jaar 11 26 bekrachtigd
werd. Hier tegen had hij, volgens zgnen Levens-
befchrijver, veel te dulden van den Duivel en des-
zelfs vervolgingen , die eens in de gedaante van een
Beer met uitgefperde kaken en uitgeftrekte klaauvven
op hem losging, maar dien hij door het teeken des
kruis verdreef. Op zijn gebed werden de wolven
zoo tam, dat zij zijne kudden bewaarden, en een
derzelven ftond te Prémontrè als een fchildwacht
tegen andere wolven enz. In het jaar 1126 predikte
hij te Spiers voor den Keizer lotharius, met zoo
veel toejuic^hing , dat hij als met eene algeraeene
geestdrift tot Aartsbisfchop van Blnagdenburg, niet-
tegenftaande zijne tegenkanting, verkoren werd. En
nu zag men eenen Aartsbisfchop van Maagdenburg
uit Spiers op reis gaan, in een flecht kleed, barre-
voets , op eenen ezel. Hij werd te Maagdenburg
prachtig ingehaald , maar zonder iets in zijnen uiter-
lijken toeftel te veranderen , volgde hij enkel den
ftoet, zoodat, toen hij in het Paleis meende te
gaan , de poortier hem als een bedelaar afwees.
Toen men dezen zijnen misflag bekend maakte ,
wilde hij vlugten, maar norbert zeide al lagchend
tegen hem: „ Vrees niet, lieve Broeder I gij kent
Blij
GESCHIEDENIS. 51
mij en mijne onbekwaamheid tot deze waardigheid V
beter, dan allen, die mij noodzaken in dit Paleis °°^^
binnen te gaan." Terdond bezuinigde de nieuwe Hoofdrt»
Aartsbisfchop de uitgaven, die zijne voorzaten ge- "^ C. G.
daan hadden , en fchreef zijnen huisgenooten zoo lori?!?!
ftrenge zeden voor, dat zijn Paleis naar een Kloos- -
ter geleek. Hij vond de meeste goederen van zijn
Aartsbisdom in handen van naburige Heeren, maar
eischte ze terftond van hen terug, op flrafFe van
den ban. Hij noodzaakte zijne Geestelijken kuisch
te leven , het zij dat zij echte vrouwen of bijzitten
hadden. In het jaar 1127 deed hij koenraad ,
Hertog van Frankenland ^ in den ban, omdat hij
zich tegen Keizer lotharius verzette , en in het
volgende jaar leide hij de waardigheid neder van Ge-
neraal en Hoofd zijner Orde, in welke hij door hu-
GO werd opgevolgd , die de vervallene Kloostertucht
in dezelve thans weder herftelde. Te Maagdenburg^
waar de Kojlegiaatkerk van St, Maria hare meeste
inkomften verloren had, zoodat de Kammniketitwcn
zoo onordenlijk als behoeftig leefden , ftelde hij in
het jaar 11 29 in derzelver plaats een aantal van zij'»
ne Premonflratenzen.
Ondertusfchen had norrert , door ijverige ver*
beteringszucht , zich den haat van een groot deel
zijner Geestelijkheid berokkend, zoodat men zamen-
zweeringen tegen zijn leven maakte, en zelfs in het
jaar 11 29 een opftand tegen hem in Maagdenburg
ontftond. Het volk plunderde de Mariekerk , en
viel het Paleis van den Aartsbisfchop aan , die door
zijne huisgenooten echter ter naauwernood bcwogan
D 2 kon
52 KERKELIJKE
V kon worden , den ftorm met de vlugt te ontwijken.
BOER j^y begaf zich in het nabijgelegen Klooster op den
Hoofdrt. Petersberg. Eindelijk vereenigde zich alles in Maag-
na C. G, denburg weder , om hem eerbiedig terug te roepen.
J^"J°^^' Terftond daar op volgde in \\ix jaar 1130 de Pau-
11 felijke fcheuring tusfchen innocentius II en ana-
CLETUS II, welke norbert reeds twee jaren te
voren voorzien wilde hebben , gelijk bij thans aankon-
digde , dat binnen kort het Rijk van den Antichrist
een begin zou nemen. De Heilige bernhard,
wien hij dit insgelijks zeide, wilde dit niet geloo-
ven (*), evenwel erkende hij vervolgens in ana-
CLETüS, omtrent zoo als norbert, een' Anti^
christ , of een algemeen vervolger der Kerk ( f ).
Ook bragt norbert veel toe, dat de Keizer lo-
THARius zich voor innocentius verklaarde. Ook
onderdeunde hij deszelfs gezag op de Kerkvergade-
ring te Rheïms in het jaar 11 31, en bezocht met
hem zijn Prémontrè, alwaar toen bijkans 500 van
zijne leerlingen zoo getrouw naar zijne voorlchriftcn
leefden , dat de Paus dezelve door eene eigene
Bulle bevestigde. Na het overlijden van den Bis-
fchop van Keulen, droeg de Keizer aan norbert
de waardigheid van Aartskanfelier voor het Rijk van
Italië op. Hij verzelde daarom dezen Vorst op den
krijgstogt, dien hij in het jaar 1132 ten behoeve
van Paus innocentiqs naar ItaJi'ê ondernam. Maar
op de terugreize overviel hem eene ziekte, aan wel-
ks.
(*) Epist. LVI
Ct) Epist, CXXIV. CXXXVI..
GESCHIEDENIS. 53
i<e hij op den 6den Junij 11 34 te Maagdenburg zïyx V
leven eindigde. ^^^"^
Was hij reeds voor eenen wonderdoener gehou- Hoofdfï.
den bij zijn ieven, geen wonder, dat liet na zijn na C. G.
dood niet aan openbaringen, verfchijningen en won- ^^^^^^1°^^*
derwerken van hem ontbrak , ook werd zijne heilig-
heid , zegt men , aangeduid door het niet vergaan
van zijn lijk , en den liefelijken reuk , dien het uit-
gaf. De Kanunniken der Kathedrale Kerk twistten
met de Preinonflratenzen van de Mariekerk , over
de eere van zijne begraafplaats, tot dat de Keizer
voor de laatflen uitfpraak deed. Sedert hielden de
bedevaarten naar zijn graf en de wonderen bij het-
zelve niet op , hoewel abelard met het laatfte
wonder, hetwelk norbcrt , kort voor zijn dood,
zal verrigt hebben , door het opwekken van drie
dooden , den fpot drijft. De Kanunniken der Marie-
kerk gaven in het begin der XlIIde eeuw aau inno-
CENTius III eene lijst over van de wonderen van
hunnen Stichter, en volgens eene oude overlevering
in zijne Orde, zal deze Paus hem reeds Heilig ver-
klaard hebben. Ten minfte had men al vroeg in
vele Kerken begonnen , hem als eenen Heiligen te
vereeren , tot eindelijk gregorius XIII in het jaar
1582 verordende, dat norberts Feestdag, in alle
Kloosters en Kerken der Premonfitatenzer Orde op
den 6den Junij gevierd zou worden. Doch nader-
hand heeft uRBANus VIII in het jaar 1625 dezen
Feestdag op den elfden Julij verplaatst.
Bij de Hervorming bezat de ftad Maagdenburg
aog het ligchaam van dezen Heihgeu, doch, na ve-
D3 Ie
54 KERKELIJKE
V Ie pogingen, werd hetzelve in het jaar 1629 naar
50EK Praag overgebragt, in de Abdij Sira.bow, van deze
Hoofdft. Or^e, en norbert onder At Patronen of Befcherm-
na C. G. heiligen van Bohemen aangenomen ; doch naderhand
Jaario/3. j^^^^^^ fjlip muller in een afzonderUjk gefchrift
._ - beweerd , dat niet het ligchaam van norbert , maar
van eenen anderen ouden Aartsbisfchop ten dien tij-
de naar Praag gebragt is. Van de vruchten van
NORBERTS geest is niets anders gedruist dan eene
Vermaningspredikatie aan zijne Leerlingen (*). Zij-
jie Commentarien over Bijbelboeken worden in het
Klooster te Cappenberg bewaard. Bovendien heeft
hij nog verfcheidene Predikatien ^ Zedekundige Fer^
handelingen en een Boek van de gezigten en open»
baringen^ die hij gehad zal hebben, nagelaten (f).
Dertig jaren na de (lichting zijner Orde had de-
zelve bijna 700 Abten. In het jaar 1344 waren *er
1332 Abdijen, 350 Proostdijen, en 500 Vrouwen -
Kloosters. Een groot deel van dezelve is door de
Kerkhervorming te niet gegaan, ja zelfs in Italië
was 'er in het begin der XVIIIde eeuw van de 65
Abdijen geen ééne overgebleven.
Orde der Insgelijks omtrent het midden der Xllde eeuw,
Karmeli- ^^^^ ^g Ox^t der Premanjiratenzen zich begon uit
te breiden , nam ook de Orde der KarmeUten , dus
genoemd naar den \itx%Karmel ^ in het Heil. Land,
haren oorfprong; hoewel de Orde zich beroemt, en
door verfcheidene gefchriften heeft pogen te bewij-
zen,
(*) In de Biblioth. PP. Ltigd. T. XXI. p. 118.
(f) FABR. Bibl, Lat. Med. et inf. atat, T. V. p. 143,
GESCHIEDENIS. 55
zen, dat de Profeet elias, die op den berg Kar- V
mei veel zijn verblijf had , haar eerfte Stichter zou ^^^
geweest zijn. De ijdelheid van dit voorgeven heeft de Hoofdft
Jefiiiet p/\PENBRocH opzettelijk aangetoond (♦) , waar "» C. G,
uiteen hevige ftrijd tusfchen hem en deze Ordei^^j-jy
ontftond , welke hem niet alleen in verfcheidene ge- ■
fchrifren aanviel , onder anderen in een , hetwelk
niet minder dan IV Deelen in Folio uitmaakte, maar
hem ook bij den Paus beklaagde, terwijl een hun-
ner Schrijvers meer dan 2,000 dwalingen bij de ^<?-
fuiten ontdekt had. Zoo hoog liep de twist , dat
de Paus inxocentius Xll in het jaar 1698 door
een bijzonder Breve aan de beide partijen het ftil-
zwijgen opleide.
De waarheid, door papenbroch uit tijdgenoten
bewezen, is : Zekere bkrthold uit KalahrVè be-
gaf zich omtrent het midden der Xilde eeuw met
eenige Bedevaartgangers naar den Berg Kar mei , otn
hun gebed te doen, en nam zijn verblijf ter plaat-
fe, waar, gelijk men geloofde, de Profeet elias
voorraaals gewoond had , alwaar hij met hen een
ftreng en arbeidzaam Kluizenaarsleven leidde , worden-
zijn gezelfchnp fpoedig door anderen vermeerderd.
Natuurlijk heeft men ook van dezen berthold vele
wonderen verteld. In de belegering van Antiochil
door de Saracenen^ zou jrzus, de Heilige M;iagd
en de Apostel petrus aan hem verfchenen zijn , en
hem de H. Lande aangewezen hebben , welker bezit
aan de Christenen de overwinning bezorgde enz,
lo
(*) In de Acta SS, Anfverp,
D 4
56 KERKELIJKE
V In het Jaar 1209 ontvingen de Karmeliten het
BOEK eerfte voorfchrift van eenen regel, door den Patri--
VI
HoofdA. ^^^^ AL BERT van Jeruzalem , naderhand vereenig-
m C. G. den zij zich met de Monniken van den Heil. basi-
t riu?' ^^^^5 ^^^^ befchuldigden dezen in het jaar 1670,
m-, . dat zij hunnen genieenen vader in ééne van hunne
Kloosterfchilderijen , riet als een' Karmeliet , maar
als een' Titrkfchen Basfa, met eene hooge roode
muts afgebeeld hadden; na eenen twist van tien ja-
ren deed de Roomfche Congregatie der Kerkgebrui-
ken uitfpraak , dat de BafïHanen een ander beeld
van den Profeet , gelijkformig aan zijnen leeftijd ,
zpuden laten maken, evenwel ook niet in het ge-
waad van eenen Karmeliet,
Van tijd tot lijd zijn 'er veranderingen in den bo-
vengemeldcn regel ingevoerd , en is dezelve merke-
lijk verzacht geworden. Zij , die zich van deze
verzachtingen bedienen, heeten Conventuakn of ge»
fchoeide Karmeliten^ terwijl de andere Ohfcrvanten
of Barrevoeter - Karmeliten genoemd werden. De
aófte Generaal dezer Orde , jf>AN Bif\PTisTA se-»
RETH, ontwierp eene nieuwe Hervorming der Or-
de, maar werd deswegens in zijn Klooster met ver-
gift onigebragt. Hij was echter de Stichter der
Karmeliter Nonnen. Eene naderhand zoo vermaard
gewordene H. theresia, eene Spaan fche ]\i^tx 'm.
de XVIde eeuw, ondernam in vereeniging met eenen
Monnik dezer Orde, joan de la croix , eene
Hervorming derzelve voor de beide kunnen, die te
meer toejuiching gevonden heeft , hoe vernuftiger zij
was in de kunst, om het ligchaam te kwellen en
op
GESCHIEDENIS. 57
op te offeren. Zij is eigenlijk de (liciiteresfe der V
ongefchoeide Karmeliten en Karmelit'mncn , wier boek
boetdoeningen en hardheid regen zich zei ven dikwijls Hoofdft,
even zoo ongerijmd als wreed waren. Nog is 'er ia C. G,
eene Tertiarier - Orde der Karmeliten , die in het 'or'^Jci^*
jaar 1477 uit kraclit cener Bulle van sixtus IV ha ■ ■ ■ ■-
ren aanvang genomen heeft. In dezelve worden lie-
den van alle ftanden en gedachten aangenomen , on^-
der voorwaarde, dat zij God, de Heilige Ma;)gd,
en den Generaal der Orde , gehoorzaamheid en
kuischheid beloven , eene bijzondere VleeJing dra-
gen, en vele oefeningen van Godzaligheid venigten
moeten.
Nadat de Karmeliten^ op uitdrukkelijk bevel ,
zegt men, van de Moedermaagd, den Berg Karmel
verlaten hadden, breidde de Orde zich zeer fnel in
het Westen uit, en federt de later jaren der XlIIde
eeuw kreeg zij een nieuw aanzien , door het fcapU"
lier , {fcapulare , ) of fchouderkleed , een foort van
bovenmantel, zonder mouwen, aan beide zijden
open , waar van het ééne deel van voren , het an-
der op den rug afhangt, zijnde de deelen op dizn
fchouder zaamverbonden. Het is van graauwe wol
gemaakt, ten minden vier duimen breed, en zes
lang , met het beeld der Maagd maria verfierd,
die aan deze Orde zoo genegen is , dat derzelver
ledeii onzer lieve vrouwe broeders en zusten heeten
( iratres B. Maria Firg. de Mant e Carmelo. )
Dit fchouderkleed, hetwelk de Karmeliten over hun-
ne witte kleederen dragen , zal volgens hunne Schrij-
vers van den Hemel gekomen zijn. simon stock
JD5 ifl
55 KERKELIJKE
V in Engeland , haar zesde Generaal , bad in het jaar
BOEK J246 de Heilige Maagd, gelijk zij zijne Ordensleden
Hoofdil. ^^""^ Broeders noemde , mogt zij zich ook als der-
na C. G. zelver Moeder vertoonen , en door een of ander tee-
Jaario73. j^^^^ ^^^ ^^^^^ gunst ondcrfcheiden. (Onder anderen
tot I5'7* "^ n •
- bad hij : Flos Canneli , vitis florigera , fplendo'r coe*
U , virgo puerpera , fïngularis mater mitis , fed viri
nefcïa , Carmelitis da privikgia , JJella /naris ! )
Onder het bidden verfcheen zij hem met een groot
gevolg, en fprak hem, houdende het fcapuHer 'm
de hand , met deze woorden aan : ,, Dit zij een
voorregt , {privikgium , ) voor u en alle Karmeli*
ten! wie in hetzelve fterft, zal het eeuwig vuur
niet lijden! " Verders verzond zij hem aan den
toenmaligen Paus innocentiüs, die alle bezwaren
der Orde verhelpen zou. Ook verfcheen zij, vol-
gens verhaal der Karmeliten^ in het jaar 1320 aan
Paus joANNES XXII, wien zij beval, de voorregten
der Orde te bevestigen, en bijzonder dit, wat het
fcapulier betrof. Zij beloofde ook, dat zij weke-
lijks op Sabbath of Zaturdag na den dood van
Monniken dezer Orde, van den hemel zou dalen,
en allen, die zij van hen in het Vagevuur zou vin-
den , naar den Hemel zou overbrengen. Dit had ,
zegt men , de Paus in eene bijzondere BuUe be-
vestigd.
Zulke vertellingen wederleggen zich zelve; onder-
tusfchen heeft het fcapulier- of fchouderkleed der
Karmeliten^ hetwelk zij ook het kleine Meed der
Maagd maria genoemd hebben, zeer groote uit-
werking gedaan. Om niet van de voordeelen te
fpre-
GESCHIEDENIS. 59
rpreken, welke de Orde daar van genoten heeft, V
vele duizenden zijn 'er door bewogen , om zich, ^^^^
door het dragen van hetzelve, ten minfte in hunne ^qq^j^j^
laatfle levensftonden , van hunne zaligheid te vqtzQ' na C. G.
keren. Ook is 'er in de jongde eeuwen nog eene 'oJ^J^j?*
talrijke fcapuUer - broeder fchap ontftaan, die door dit ..- -
teeken, door eene bijzondere vereering van de H.
Maagd, en door zoogenoerade goede werken, heeft
zoeken uit te munten. De Roomschgezinde Schrij-
ver LANNOi heeft het fabelachtige van de verfchij-
ning aan stock , en der zoogenoemde Sabbat imfche
Bulle van joannes XXII overtuigend bewezen iti
vijf Verhandelingen: De Simonis Stochti vifo ^ de
Sahbatina Bull<£ Privilegio , et de Scapuhris Car»
melitarum Soda Ut at e (*},
Alle deze Geestelijke broederfchappen zijn in de Domlni-
XlIIde eeuw, als het ware, verdonkerd door twee ^^^'^
nieuwe Orden van Monniken , de Dominikanen en
Franciskanen , die de voornaamfle zijn geworden
onder de Bedelmonniken , en aan de Pausfelijke heer-
fchappij uitnemende dienften hebben bewezen, waar
door zij zich ook, niettegenfiiaande hunne gedurige
twisten en verfchillen, en zelfs inwendige verdeeld-
heden, hebben flaande gehouden.
De eerfte dezer Orden heeft tot haren Stichter domini.
eenen 5/)^«/^«r^, dominicus, die uit het Adelijk ^^■'' °^^
/, , , r- r. , MAN.
gedacht GUZMAN zal afgeltamd zijn, hetwelk ech-
ter door den Jefuifchen Schrijver van zijn leven in
de
(*) Op^. Tom. II. P. II. p. 385.
6o K E R K E L I J K E
V de /^cta SS. Antverp ( * ) , in twijfel getrok-
BOER ijen en betwist wordt. Daar in komt men meer
Vi
Hoofdfl. overeen, dat dominicus in het jaar 1170 re Qala-
na C. G, ruega ^ (^of Ca/aroga ,) een vlek in Oud-Kastilië^
,TJJtlx,'v^ het Bisdom Osma , geboren is. Voor dat ziine
— — — moeder nog van hem zwanger was, zoo vertellen
zijne Levensbefchrijvers , werd haar in eene verfchij-
ning aangewezen , dat zij een klein hondje in haar
iigchaam had, hetwelk een' brandenden fakkel aan
den fliaart droeg, en daar mede te voorfchijn ko-
mende , de geheele wereld fcheen aan te fteken ; dit
zal beduid hebben, dat zij een' voortrefFclijk Predi-
ker zou baren , die door het blaffen zijner heilige
geleerdheid de zondaren zou opwekken, en het vuur,
hetwelk christus op aarde gebragt heeft, door de
geheele wereld verftrooijen. Ook verfcheen hij aan
haar of aan eene andere voorname vrouw, als een
kind met eene ftar op het voorhoofd, welke door
de geheele wereld fchitterde ; als kind , (liep hij
reeds liefst op den blooten grond, en fpeelde hij
niet met andere kinderen. Hij beoefende de God-
geleerdheid op de Hooge School te PaJeucia^ die
naderhand naar Salamanka verplaatst is. Zich eenen
naam van geleerdheid en heiligheid verworven heb-
bende , verkreeg hij van den Bisfchop van Osma ,
in het jaar 1199, met de Priesterlijke waardigheid,
den post van regulier Kanunnik bij deszelfs Kerk.
Spoedig werd hij Onder -Prior van zijn gezelfchap.
Nacht
(*) Mcnf. Aug, T. L p. 358-ÖS8. ,
GESCHIEDENIS. 6t
Nacht en dag bleef hij , vlijtig biddende, in de Kerk, V
en vergoot tranen voor zondaren en ellendelingen. ^°^*
Ook bad hij God voornamelijk , dat die hem de wa- Hoofdft.
re liefde en beste middelen wilde fchenken , om het na C. G,
heil der menfchen te bevorderen , zoo als weleer de ;^^^°l^'
tot 1517*
Zaligmaker. i.
Zijn wensch werd fpoedig vervuld. Zijn Bisfchop
nam hem mede naar het Zuiden van Frankryk ^ on-
derweg bekeerde hij , na lang redetwisten , eenen
Ketter. Te Rome gekomen, kregen de Bisfchop en
hij de vergunning van den Paus, om aan de bekee-
ring der Albigenzm te arbeiden, dominicus kweet
zich hier ijverig, en bleef weldra in dit werk al-
leen; en niet zonder gevaar, voornamelijk toen de
Paus in het jaar 120S eenen ki'uistogt tegen hen liet
prediken , evenwel volhardde dominicus , en ver-
klaarde, als men hem dreigde, dat hij niet vreesde,
want dat hij niet waardig was , een Martelaar te
zijn. Allengs verzamelde hij een gezelfchap van lie-
den om zich , die insgelijks aan de bekeering der
Ketters arbeidden: nu voornemens om eene nieuwe
Orde te (lichten, reisde hij in het jaar 1215 met
hen naar Rome, alwaar de Paus hem zijne begeerte
inwilligde, omdat hij zich grooten dienst van hem
beloofde tegen de Albigenzen , die wel bij duizen-
den door den kruistogt omgekomen , maar niet uit-
geroeid waren. Evenwel ftreed dit verlof met een
beOuit van de vlet ds al^emeene Kerkvergadering van
Lateranen^ die het uitvinden van nieuwe Orden on-
langs verboden had , ( ne quis de ccetero novam re-
ligionem inveniat^ fed quicurtque voluerit ad reli-
«i KERKELIJKE
V gionem converti^ unam de approbatis fumatS) Doch
BOEK jjet belang zijner zaak deed den Paus tegen dit be-
Hoofdft. flui'^ handelen, dominicus nam den Regel van
m C. G. AUGUSTiNus aan voor zijne Orde, met eenige by-
torJ?!^?' voegfelen ten aanzien van het eten , vasten en an-
, dere ftrengheden. In het jaar 1216 verkreeg hij van
HONORius IIÏ eene vernieuwde bevestiging van zijne
Orde, in drie handvesten, in welker laatfle van het
jaar 1217, de Paus hen naar hunne hoofdbedoeling 5
het Prediken noemt, Fratres Pradicatores ^ gelijk
zij naderhand Frêres Prêcheurs , Predikmonniken
en Predikheeren genoemd zijn.
In het jaar 1206 flichtte dominicus ook een
Klooster voor Nonnen , in welk hij elf vrouwen
bragt, onder welke negen door hem bekeerde Alhi*
genzen waren. Vervolgens nam hij voor naar Afri*
ka over te fteeken , om aan de ongeloovigen het
Christendom te verkondigen; terwijl hij matthias
van Parys intusfchcn tot Opperhoofd der Orde aan-
llelde. Deze ftichtte in het jaar iai8 het eerfte
Klooster der Orde te Parys. Dit Klooster, aange-
legd in de ftraat van St, Jahoh ^ werd naar dezen
Heiligen genoemd , en de bewoners van hetzelve
heeten Jacobbis of Jakobijfien , welke naam aan
deze Dominikanen tot in onze tijden eigen gebleven
is, toen een geheel ander gezelfchap in dat zelfde
Klooster zijne vergaderingen hield, en daar van den
naam ^akohijnen ontleende.
In het jaar 1218 kwam renaud of reginald.
Deken der Kanunniken, te Orieans , een geleerd
man , te Rome , alwaar hij ziek geworden , op de
aaï5-
GESCHIEDENIS. €
3
sanrpraak van DomNicus een gelofte deed, en vol- V
gens dezelve, herfleld zijnde, lid der Orde werd. ^^^^
Dit wordt toegefchreven aan eene verfchijning van Hoofdft.
de Maagd maria , aan hem , die hem in het mid- na C. G,
den der heete koorts met eenen heiligen olie zalfde, J^^^^°73»
en tevens ook aan dominicus zal verfchenen zijn , — —
en dien een ordensgevvaad voor zijne Monniken zal
vertoond hebben , hetwelk dominicus naderhand
zijnen Monniken heeft voorgefchreven. Ondertus-
fchen is het bewezen, dat dominicus zijne eigen-
lijke ordenskleeding reeds vroeger gedragen heeft,
zoodat deze geheele vertelling vervalt. Nogtans
heeft men daar voor ten dienfle van hen, die dit
gewaad vereeren , ( gt4i aliquam in veste e coelo
allata pietatis partem ponunt ,') uitgevonden , dat
reeds innocentius III dezen Heiligen in een gezigt
gezien zou hebben, hoe dezelve in dat gewaad de
Kerk van Later anen ondcrfleunde; en dat de Maagd
MARIA in het jaar 1216 hem en den H. francis-
cus in hetzelfde gewaad aan haren Zoon vertoond
zal hebben, om zijnen toom tegen de wereld te
verzachten. Ook wederleggen Dominikaner Schrij-
vers het voorgeven der Franciskanen , als of dorii-
Nicus van franciscus een touw met knoopen ge-
vraagd zouden hebben, om zijn ligchaam daar mede
te omgorden , dewijl dominicus altijd een ijzeren
keten om het bloote lijf gedragen hebbe.
In de jaren 1220 en 1221 hield dominicus twee
Kapittels van zijne Orde, in welker eerfte hij alle
bijzonder eigendom en vaste inkomflen aan zijne
Monniken verbood, waar over naderhand de Domi-
64 KERKELIJKE
V nikanen en Franciskanen vrij hevig geftreden heb*
BOES \itxiy willende de laatstgemelden beweeren, dat do-
Hoofdft. MiNicus dit voorfchrift van armoede van fran-
Da C. G. ciscus zal hebben overgenomen , alhoewel de eerfle
Jaar 1073. j^^g^gj^ erkennen , dat dominicus dit gebod later
tot 1517. ' °
„ heeft gegeven dan franciscus.
Voorts breidde zich de Oide nog bij het leven
van DOMINICUS in verfcheidene landen van Europa,
uit. Hij zelve overleed te Bologna, den 6den Au-
gustus 1221. Terwijl hij leefde, wist men reeds
veel van zijne wonderwerken te vertellen. Te Rome
zal hij in het jaar 1220 eenen dooden opgewekt
hebben ; eens op reize zijnde met een' van zijne
Monniken, overviel hen eene zware regenbui, maar
door het teeken des kruis maakte hy, dat geen en-
kele droppel hen trof enz. In het uur van zijnen
dood zag een Prior van zijne Orde in den llaap uit
den geopenden hemel twee witte ladders dalen, een
van welken Christus, en de andere maria vast-
hield; op beiden klommen de Engelen op en neder;
eindelijk werd tusfchen beiden een flocl gezet ; op
welken een Broeder der. Orde zat, met het aange-
zigt bedekt; waar op Christus en zijne Moeder
de ladders ophaalden , en dus werd de doode onder
het gejuich der Engelen in den Hemel opgenomen.
Na zi;n dood vermenigvuldigden de wonderen, zoo-
dat de nieuwe Generaal der Orde, jordan, die ook
het leven van dominicus befchreven heeft, van den
Paus GREGORius VII de Canonizatie van benedic-
Tus in het jaar 1233 verwierf, nadat zijne (Irenge
deugd bewezen , en zijne wonderen door eene me-
nigte getuigen bevestigd waren. Hoe
GESCHIEDENIS. 6i
Hoe het eigenlijk gefteld ware, met het karakter V
van DOMiNicus , met zijne kundigheden , en bijzon- ^^V^
der met zijne predikatien , wordt ons niet gemeld. Hoofdfl.
Zijne Levensbefchrijvers verheffen hem fiechts met "^ C. G.
uitbundige algemeene loffpraken, of fchilderen zijne |^j"°{'^*
Monnikenftrengheid. Over dag was hij de aan- ■ ^
genaamde man , zeggen zij , in de verkeering ,
en werkzaam in het leeren en onderwijzen ; de nach-
ten bragt hij zeer dikwijls door in de Kerken, on-
der gebeden en tranen. Ook kastijdde hij zich el-
ken nacht driemaal met eene ijzeren ketting; eens
voor zich zelven; de tweede keer voor de zondaren
in de wereld ; en ten laatften voor de genen , die in
het vagevuur gepijnigd werden.
Men heeft voordezen doorgaans als zeker aange-
nomen, dat DOMTNicus de Inquifitie of het Ketter-
gerigt in zijne Kerk heeft gedicht, en dat hij zelve
de eerde Inquijiteur of Geloofsonderzoeker zal ge-
weest zijn; hier van is echter geene blijk, doch het
zou eene andere vraag zijn , of hij door zijn predi-
ken onder de Ketters aanleiding gegeven hebbe tot
zulk een gerigtshof ; meer hier van in het vervolg.
DOMINICUS heeft ook het een en ander gefchreven,
doch alles fchijnt van weinig belang geweest te zijn,
en is grootendeels niet meer voorhanden. Men vindt
daar onder eene verdediging van het toenmalige Ker-
"kelijk geloof tegen de Ketters, en uirieggingen van
eenige Bijbelboeken. Hij moge een ijverig en wei-
meenend godsdiendig man geweest zijn , en een be-
vorderaar van het prediken , hetwelk te dien tijde
zoo verwaarloosd werd, maar hij was een gezworen
-XVÜI. Deel. E vij.
66 K E 1^ K E L IJ K E
V vijand van al wat Ketter heette, en een bijgeloovig^
DOEK hoogachter van eigenwillige Monnikenvrooniheid.
Hoofdft. De opvolger van dominicus in het bezuur der
na C. G. Orde was jordan , die ook het leven van dojviini-
t t'^i^^? cus befchreven heeft, en berigten van zich zelven ,
,__ bevattende verfcbeidene gezigten , openbaringen enz.
In zijn' tijd kregen de Domin'i kanen het eerst vrij*
heid, op de Univerfiteit te Parys , om openlijk te
leeren. jordan was zeer werkzaam, om de Orde
verder in aanzien te brengen. Eindelijk reisde hij
naar het Heilig Land, om de Broederen aldaar te
bezoeken, en overleed op de terugreize in het jaar
1237.
Zijn opvolger was in het Jaar 1238 raymundus
DE PENNAFORTE , een bekend verzamelaar van De-
dretalen , dien wij als zoodanig reeds hier voor
hebben leeren kennen. Reeds in het jaar 1240 leid-
de hij zijne waardigheid neder , en leefde tot het
jaar 1275 in zijn Klooster te Barceilona, wanneer
.hij dezer wereld overleed. Behalve zijne verzameling
der Decreiakn van gregorilts IX, heeft hij zich
voorn:imeIijk toejuiching verworven door een hand-
boek voor de Biechtvaders van zijne Orde en voor
de Geestelijken in het gemeen, (^Siimim} de Poerit-
tentia et Matrimonio ^^ hetwelk liet eerfte v/erk van
die natuur was.
De Orde maakte voorts fnelle voortgangen. Zij
bragt ten dezen tijde de beide groote lichten in de
«Sc^oö/yc/^^ Wijsbegeerte en Godgeleerdheid, voort al-
BERT den Grooten én thomas van ^quino. Andere
geleerde mannen op Univerfitciten , en bcbrijvers uit
.de-
GESCHIEDENIS. 6f
deze Orde voortgekomen, de roem van heiligheid, V
van wonderwerken , en godzalige ftrengheid , haar °°^*
aanzien aan het Paufelijk Hof, hare vlijt in het pre- Hoofdft.
diken en beftrijden der Ketteren ; ook de Inquifitie , na C. G.
welke GREGORius IX in het jaar 1233 aan haar {ot^^5f/*
aanbeval , dit alles vereenigde zich , om haren luis- '.
ter te vergrooten, en haar ongemeen te doen toene-
men. Zij heeft zich door geheel Europa uitgebreid,
en ook in Azië^ ja zelfs in Abysfïni'é. Door de
Reformatie heeft zij vele Kloosters en inkomften
verloren, en niet min door de Jefuiten, en even-
wel bezat zij in het begin der voorgaande eeuw nog
45 Provinciën , behalve twaalf Congregatien of bij-
zondere Reformatien enz.
Voor dezen hebben de Dominikanen wel beweerd,
dat hun ftichter, behalve zijne Monniken en Non-
nen, nog eene derde Orde, (^Tertiarii , Ie Tiers
Ordre , vollediger Fraires et forores de militia 'Je^
fu Chrtsti, de Poenitentïa B, Dominici ,^ gedicht
hebbe. Doch hun XXlIfte Generaal, raymund van
Kapua, die in het jaar 1399 geftorven is, erkent,
dat dezelve eerst na den dood van den Heil. domi-
Nicus ontdaan is. Volgens hem had dominicus
eenige vrome lieden verzameld , die zich bij eede
verbonden, om de Ketters met de wapenen te be-
dwingen en uit te roeijen. Deze noemde hij den
krijgidienst^ (^mi/iiia,') van christus, en fchreef
hun eene gemengde zwarte en witte kleeding voor.
Doch na zijne Heiligfpreking in het jaar 1234, toen
de zoogenoemde Ketterijen bijna vernietigd waren ,
veranderden ditzt lieden in eene foort van Boeteliii-
E a gen ,
68 K E R K E L U K E
V gen ^ aan welke in het jaar 1300 de regel van aü-
BOEK GUSTiiXUS vvcrd vooreefchreven.
VI
Hoofdft ^^^" ^^^^"^ °°^ DSMiNicus voor den uitvinder
na C. G van den Rozenkrans Vv^illen houden, aoch wij heb-
Jaari073. ^ ^j ^,^^j. ^ijn' tijd fporen van het gebruik van
tot 151 7. j j 1 t.
n deiizelven ; fchoon men niet kan onikennen , dat
DOMiNicus dit gebruik zeer bevorderd heeft , en
dat daar door in zijne Orde de Broederfchap van
den Rozenkrans ontdaan is.
Francis' Hoe aanzienlijk ook de Orde van den Heil. do-
kanen. minicus zich verheven had, ecliter ontfiond 'er
FRANCIS- ,-. .., , ,. ,
cus van genoegzaam ten zeilden tijde eene andere, die haar
Asfifi. (Jen voorrang betwistte, en die zich voornainelijk
daar op grondde, dat zij de eerfle Orde van EedeU
monniken geweest is. Derzelver ftichter verbeeldde
zich de volmaaktheid van het Monnikenleven daar
door te zullen bereiken, als hij aan zijne Monnikcii
allen bijzonderen eigendom verbood, om alleen van
het bedelen te beflaan , hoewel hij zijn oogmerk
niet bereikt heeft, alzoo zijne Monniken van het
bedelen rijk zijn geworden, en langen tijd hevig
onder malkanJeren getwist hebben, waar in deze
volkomene armoede eigenlijk bedaan zal.
De dichter van deze Orde, franciscus van As^
jifi , naar de plaats zijner geboorte, een klein dadje
van het oude Umbri'é, in de middeleeuwen het Her-
togdom Spokto, kwam daar in het jaar 1182 ter
wereld. Zijne Levensgefchiedenis , befchreven door
BONAVENTURA, die zelve een Heilige in deze Orde
geweest is, vervolgens door eenen anderen Francis-
kaner lukas vvadding, door helyot en anderen
is
GESCHIEDENIS. <5(,
ïs voi zonderlingheden , wonderen en hemelfche ver- V
fchljningen , welke niet -waardig zouden zijn , ge- ®°^*
noemd te worden, indien het niet ware, om ons Hoofdft.
den geest dier eeuwen te Iccrcn kennen. na C. G*
TnnrioT^
De ftichter dezer Orde zal van de Ër'^jthréifche jj^^ j.j^J
Sibylle reeds te voren verkondigd zijn, ook zal de '« • ■
Profeet zacharia (XÏ. 7.) van iietn voorzegd heb-
ben, en één der Engelen Openh. VH. 2. is niemand
anders dan franciscüs. Zijn Vader pietf.r ber-
NARDONi was een rijk koopman. Zijne Moeder
kon niet anders van hem verlosfen , dan in eeneii
ftal op wat hooi, en dus had hij reeds in zijne ge-
boorte gelijkvormigheid met den ZUigmaker. Bij
den doop kreeg hij den naam joannes , maar dewijl
hij al vroeg vlug Framch leerde ipreken met de
Franfchen , met welken zijn vader handelde , gaf zijn
vader hem daarom den naam frans of francis»
cus.
De Zoon zou insgelijks koopman worden , maar
was genegen tot verkwisting, en een liefhebber van
alle vermaken. In het Jaar 1201 werd hij in eenen
kleinen oorlog tusfchen de fleden Asftfi en Pcrugia
gevangen weggevoerd , maar voorfpelde aan zijne
medegevangen toen reeds, dat zij hem een van de
geheele wereld vereerd zouden zien. Na zijne be-
vrijding eenen foldaat ziende , die flecht gekleed
was, trok hij zijn' rok uit en gaf hem denzelven.
Den daar op volgenden nacht zag hij in den flaap
een groot paleis met wapenen , die met het kruis
geteekend waren : op zijne vraag , w ien dezelve toe-
behoorden , ontving hij ten antwoord , hem en zijne
E 3 fol-
70 KERKELIJKE
V foldaten. Daar op wilde hij eenen veldtogt bijwo»
BoüK Hen , die in Beueden - Italië ondernomen zou wor-
Ho'jfdfl ^^^"5 ^^^^ onderweg verfcheen God licm bij nacht,
11:1 C. G. en gebood hem naar zijne vaderftad terug te kee-
J aan 073 • alzoo het voorgaande gezigt eene geestelijke
lot 1517 ' ^ C Z3 ^ J
, beteekenis had. Van toen at onttrok franciscus
zich meer en meer aan het gewoel der gezelfchap-
pen , en hield zich bezig met geestelijke oefeningen.
Eens ontmoette hij buiten Asjtfl eenen melaatfchen ,
en begrijpende , dat hij zich zelven overwinnen
moest, als hij eeu foldaat van christus wilde zijn,
ftapte hij van het paard, kuste den melaatfchen, en
gaf hem een aalmoes. Voortrijdende, zag hij den^
zelven niet meer, en dit nu voor een wonder hou-
dende, befloot hij tot grooter dingen voort te gaan.
Eens verfcheen hem christus aan het kruis, ter-
wijl hij zijn gebed deed, en hij geloofde, zich te
hebben hooren opwekken , dat hij zich zelven ver-
loochenen, zijn kruis op zich nemen en hem volgen
zou. En van dien dag af, leide hij zich met ijver
toe op armoede en nederigheid. Eens zich onder
eenen hoop Bedelaars aan de deur der Sr. Pieters
Kerk te Rome vervoegd hebbende, wisfelde hij met
een' van de'zelven van kleederen, en ftond dus in
bedelaarsgewaad den geheelen dag onder de Bede-
laars , zich verbeeldende , op deze wijze nader te
zijn aan de Euangclifche volmaaktheid. Naar zijne
vaderftad terug gekeerd, zocht de Duivel hem van
Zi.ine godsvrucht af te fchrikken , door hem te drei-
gen, dat hij den verfchrikkelijken bogchel van zeke-
re oude vrouw , waar van franciscus altijd een
af.
GESCHIEDENIS. 71
afkeer gevoeld had , hem op den rug zou planten , V
waarom hij den Duivel , met in holen en kuilen ^^ek
VI
buiten de Had zijn gebed te doen, ontweek. Hoofdlf
Op zekeren dag in eene bouwvallige Kerk buiten na C G.
As0fi zijn gebed doende, voor een Crucifix, hoor- J*'^^'"^°73'
■" , . tot 1517,
de hij hetzelve dviemaal zeggen: „ franciscus, — — .
„ ga en verbeter mijn huis, hetwelk, zoo als gij
„ ziet , geheel vervallen is I " franciscüs , dit
van het Kerkgebouw verllaande, verkocht eene par-
tij lakenen van zijnen vader, en gaf het geld aan
den Priester, om de Kerk te doen herftellen. Zijn
vader, dit ontdekt hebbende, kwam woedend toe-
fchieten met eenige nabtflaanden, franciscüs, die
niet ontvlugten kon , drong zich beangst tegen eenen
muur, die zidi opende, en hem voor het gezigt
van zijnen vader verbergde. Na eenige maanden
zich in een kuil verborgen te hebben gehouden ,
verfcheen hij weder in zijne vaderllad, alwaar zijne
burgers hem voor krankzinnig aanzagen, hem be-
rpotten en met drek en fteenen wierpen ; waar op
2ijn vader hem in boeijen floot. Zijne moeder be-
vrijdde hem uit dezelve, maar de vader beklaagde
zich bij de overheid, doch deze wees den vader tot
de regtbank des Bisfchops. Voor dezen verfcheen
FRAKCJscus waarfchijnlijk in 1206. Op den eisch
zijns vaders , dat hij van zijn vaderlijk erfgoed
afltand zou doen , gaf hij alles wat hij had , tot
zijne kleederen toe, over, waar bij men ontdekte,
dat hij een grof haren vel over zijn naakte lijf droeg.
Nu gansch naakt, zeide hij tegen zijnen vader: „Tot
5, Uier toe heb ik u mijn' aardfchen vader genoemd;
E 4 „ maai
7a K E R K E L U K E
V „ maar van nu af kan ik veilig zeggen : Mijn va-
BOEK ^^ (jgi-, die in de hemelen zijt; bij wien ik al mijn'
Hoofdll. ?^ fchat beware, en op wien ik mijn vertrouwen en
na C. G. ^^ mijne hoop gezet heb." De Bisfchop rees op ,
}^J"°J^' omhelsde hem, en gebood, dat men hem andere klee-
•*- deren zou brengen enz.
Vervolgens ging hij als een bedelaar in de wereld
rond, en zijne geliefde bezigheid was weder het be-
zoeken en oppasfen van melaatfchen , waar voor
God hem ook de gave der gezondmaking fchonk.
Nu dacht hij weder aan het herdellen der bovenge-
melde bouwvallige Kerk , waar toe hij al bedelende
zoo veel bijeenbragt, dat hij zijnen wensch voldoen
kon , terwijl velen van zijne medeburgeren hem voor
een' Heiligen hielden. Men begon hem te vereeren,
waar door hij in ftaat gerankte, om nog twee an-
dere Kerken te verbeteren , eene van welke op de
plaats Portïcella of Portiuncula ftond , welke plaats
aan de Benedictijnen behoorde; deze Kerk, aan de
Maagd mar ia en de Engelen gewijd, behaagde hem
meer , dan eenige andere plaats der wereld ; hier
leefde hij twee jaren lang, en leide den grond tot
zijne Orde.
De (lichting der Orde wordt gemeenlijk gefield in
het jaar 1208. In dit jaar hoorde franciscus eens,
als de Priester in zijne geliefde Kerk de Mis las ,
deze woorden van den Zaligmaker voorlezen , met
welke hij aan zijne leerlingen verbood , goud of zil-
ver in hunne gordels mede te nemen, geen buidel,
twee rokken , fchoenen of fliaven te hebben , en nu
riep hij met vreugde uit , dat dit het juist was ,
waar
GESCHIEDENIS. 73
waar hij naar verlangde. Terftond fchikte hij zich, v
om deze levenswijze aan te nemen, welke hij als de ^^^*
hoogde Euangelifche volkomenheid belchouwde. Hij [joofdft
wierp alles, wat hij om en aan had, weg, behalve na C. G.
eenen rok, welken hij den vorm gaf van een Mon- J"^^^°73»
iiikenklced , aan hetwelk een kap of k:ipot , (capuccio '
capitium ^') vastgenaaid was, van een fpiis of pljra-
miedaal fatfoen, omtrent zoo als de Herders in Ita-
lië gebruikten, om bij flecht weder over het hoofd
te halen. In de:?e kleeding gedroeg hij zich in de
omgelegene oorden als een Boetprediker, en vond
nu fpoedig navolgers. De eerfte was in het jaar
1209 BERNARDO DE QUINTAVALLA , ecu der aan-
zienlijk ftc lieden te Aifijt; een Kanunnik van dezelf-
de Ilad,PiETER CATANEO was zljti tweede leerling,
waar bij zich in het jaar laop nog een derde voeg-
de, ^GiDius, insgelijks een burger dier fiad.
Met deze leerlingen woonde hij eerst in eene el-
lendige hut aan een riviertje bij y^sfiji. Vervolgens
gingen zij uit om te prediken , en werden hier en
daar als landloopers behandeld , hetwelk zij alles, als
eene eer om christus wil, met blijdfchap verdroe-
gen. Toen in het jaar 1210 het gezelfchap tot een
elftal was aangegroeid, oordeelde franciscus, dat
het tijd was , hetzelve eenen gemeenfchappelijken
regel voor te fchrijven , en die door den Paus te la-
ten bevestigen. In dezen regel liggen blinde ge-
hoorzaamheid, de ftrengfle kuischheid en verzaking
van allen eigendom ten grondflag. Geen lid der
nieuwe Orde zou Prior, maar alle flechts minder
^ro^ders , {fratres minores ,^ heeten, waar uit de
E 5 naam
74^ KERKELOKE
V naam Mtnoriten ontdaan is. Hunne Opzieners moe-
"Bo?.^ ten ook Dienaars, (^Mim'stri,) genoemd worden.
Hoofdfl. ^y moeten gezamenlijk arbeiden; doch min in zul-
sa C. G. ke zaken , welke voor hun zielsheil nadeelig kunnen
Jaario73. ^ggen. Zij zullen, onder geen voorwendfel hoege-
EO£ 1517 ' . , =•
n naamd , behalve alleen voor zieke medebroeders ,
geld aannemen, dewijl de Duivel die genen begoo-
chelen wil, die geld voor beter dan fteenen houden.
Als navolgers der nederigheid en ramoede van Chris-
tus , zullen zij liefst onder verachte perfonen , ar- '
men , kranken , meiaatfchen , en bedelaars wezen.
Wanneer de nood het vordert, zullen zij zich des
te minder fchamen , aalmoezen in te zamelen , dewijl
ook de Verlosfer, de Heilige Maagd en zijne Leer-
lingen van aalmoezen geleefd hebben. Als iemand
hun eene aalmoes mogt weigeren, zullen zij God
daar voor danken, dewijl hun voor deze befchim-
ping eens groote eer voor den Rigterftoel van Chris-
tus gebeuren zal. Bijzonder zullen zij zich wach-
ten voor verkeering met vrouwsperfonen. Als zij
rondreizen, mogen zij niet het geringlle bij zich
dragen; en als zij in een huis komen, eerst zeggen:
Vrede zij dezen huize ! maar dan daar in blijven ,
en eten en drinken, wat men hun geeft. Als ie-
mand hen op de wang flaat, zullen zij hem ook
de andere toekeeren; en als men hun den rok ont-
neemt, zullen zij dien niet weder eifchen. Zij zul-
len geene beesten houden , en niet rijden , ten ware
ziekte of dringende nood hen daar toe dwong.
Hun zal ook van hunne Overften veroorloofd wor-
den, onder de Saracenen en andere Ongeloovigen
te
GESCHIEDENIS. 75
te gaan , en hun , wanneer zij zien , dat dit God V
beiiaa^t, dcszelfs woord te verkonüircn. Niemand ^^^^
. VI
van hen mag tegen de Kerkelijke inrigung en zonder i-ioofd.'ï.
verlof van zijnen Opperde prediken enz. na C. G.
Nu fpofcdde FRANCiscus zich nanr Rome^ om )''^rï°73»
*^ ' rot 1517,
de bevestiging van den Paus te verjjrijgen. inno- ■
CENTius Ili wees hem in liet eerst met verachting
af, maar door eene Openbaring den volgenden nacht
vermaand zijnde, liet hij hem terugroepen, en beves-
tigde dadelijk de nieuwe Orde, op voorwaarde, dat
zy alleen aan hunnen Opperde en deze aan den
Paus gehoorzaamheid zouden bewijzen.
Van hier begaf franciscus zich met zijn gezel-
fchap naar eene verlatene Kerk bij Horta , eene Pau-
feüjke ftad op de grenzen van Toskanen ^ maar als
de toeloop des volks hier voor hem te groot werd,
floot hij zich met zijne leerlingen weder op in de
kleine hut bij ^sfïfi. De Benedictijnen gaven hem
de bovengemelde Kerk van St, Maria in Portiun"
cula over, mids dat zijne Orde daar naar genoemd
zou worden. Hier had franciscus den eerden
nacht reeds eene verfchijning van Christus , verzeld
van deszelfs Moeder, hem verzekerende, gekomen
te zijn, om deze van hem en zijne Moeder geliefde
Kerk met hem te verloven. Zij is ook met de
daar tegendaande hut de grond en zetel der Orde
geworden, uit welke dezelve zich verder verfpreid
heeft. Naderhand is om deze Kerk of Kapel, even
als om het. heilige huisje te Loretto^ eene prachtige
Kerk gebouwd.
De Pausfelijke bevestiging was oorzaak, dat de
Or-
76 K E R K E L rj K E
V Orde fpoedig in getal van leden aanwies, velen van
BOEK welken nog ftrenger leefden dan franciscus, die
Hoofdfl:. echter hun voorganger en voorbeeld bleef; hoewel
na C. G. hij niet wilde, dat zij aan die geftrengheid hunne
Jaario73. «ggondheid en leven zouden opofftren; terwijl hij
£ot 1517. ö
r hen tegen alle lediggang en luiheid vermaande , op-
dat het oproerig vleesch door arbeid bedwongen
mogt worden. Om die reden noemde hij zijn lig-
chaam Broeder Ezel ^ en een lediglooper Broeder
Flleg, Opdat hij de booze lusten des viceschs in
zich geheel mogt te niete doen, \v\txry hij zich dik-
wijls in een' kuil vol ijs. Hij at kwalijk zoo veel,
als de hoogde nooddruft der natuur vorderde; ge-
kookte fpijzen mankte hij onfmakelijk , en dronk niet
ééns water genoeg.
In het jaar 121 1 zond hij zijne Broederen weder-
om uit door alle oorden van Italië, om te prediken,
en de Orde werd bijna overal met nieuwe Monniken
en Kloosters vermeerderd. Als hij eens in het jaar
I21S in eene Kluis bij Siena fliep, werd hij door
eene ftem wakker gemaakt, welke hem toeriep :
,, Daar is geen zondaar in de wereld, wien God
niet vergeven zou , indien hij zich bekeert ; maar
wie zich zelven door eene te harde boete ombrengt,
die zal in eeuwigheid geene barmhartigheid vinden.'*
FRANCISCUS herkende terftond, door eene Godde-
lijke Openbaring, dat dit eene verzoeking des Dui-
vels was, die hem nalatig in de boete maken wilde.
Hij ondervond naKielijk fpoedig- ontuchtige bewegin-
gen in geene geringe mate. Maar nu flond hij op;
gÊCsfelde zich zelven met het koord hevig op het
bloo-
GESCHIEDENIS. 77
bloote lijf, en zeide: „ Zoo, broeder ezel, moet v
gij gekl'pt worden; weet gij niet, dat deze rok den ^^^^
Monnikenftand, («//<? Religione,) dient, en dat hij Hoofdrt.
een teeken van kuischheid en heiligheid is ? dat een na C. G,
onkuifche een zoo heilig kleed niet (leelen mag." 10^1^1^^*
Vervolgens ging hij naar buiten in den tuin; wierp ■ . -
zich gansch naakt in ^e\\ diepen fneeuw, van wel-
ken hij zeven figuren maakte. Deze voor zich plaat-
fende, zeide hij tegen zijnen uitwendigen mensch:
,, Zie, deze grootfte figuur is uwe vrouw; deze
vier zijn twee zoons en twee dochters; de twee
overige zijn een knecht en eene meid. Haast u
dus, hen te kleeden , want zij zijn genoegzaam be-
vrozen. Maar valt u dit lastig, om voor zoo ve-
len te zorgen: zoo dien éénen Heer des te ijveri-
ger! " Daar door noodzaakte hij den verzoeker, om
hem te verlaten.
In het jaar 1212 naar Asjtjl terug keerende, ont-
ving hij de uitbondigfte eerbewijzingen ; men achtte
zich gelukkig, als zij zijne kleederen mogten aanra-
ken , en zijne handen of voeten kusfen ; de Geeste-
lijkheid ging hem te gemoet, de klokken werden bij
zijne intrede geluid ; men fneed flukken uit zijne
kleederen, zoodat hij op den rug half naakt was;
en nog was hij zoo nederig, dat hem dacht, dat
deze eerbewijzen te gering waren, want dat dezelve,
even als bij een beeld , niet hem , maar God be-
doelden.
Geen wonder, dat hij eene menigte Monniken Orde dei
aanwierf, en dat ook vrouwen tot een ongehuwd Klarisfen;
leven beQoten. Onder deze laatlle is de Heil. kla-
RA
78 KERKELIJKE
V RA naderhand de vermaardfte geworden. Deze kla-
BOEK RA was de dochter van een voornaam man te y^sfl-
"H ilft fit ^^^ ^^^^ rt&ès> m hare vroegfle jeugd aan een
na C. G. ftreng leven gewende, en onder anderen dagelijks
J^''"'''°73« driehonderd gebeden opzeide, welke zij met fteent-
^ . jes aftelde. Öp raad van franciscus ontvlugtte
zy, in den ouderdom van i8 jaren, haar vaders
huis , in de Porthmcula - Kerk , alwaar haar fchielijk
het haar door de broederen werd afgefneden ; vele
maagden en vrouwen volgden haar voorbeeld, en
zij werd in het jaar 121 2 de Stichteresfe van de
tweede Orde van den Heiligen franciscus, de
Orde der Klarisfen^ ook de Orde der arme vrou-
wen genoemd. Deze ontvingen van den Paus den
regel van den Heiligen benedictus , en werden
Damimüftlnnen genoemd. In het jaar 1224 gaf
FRANCISCUS haar nog een bijzonder voorfchrift ,
hetwelk in het jaar 1253 door den Paus voor haar
tot een' algemeenen regel gemaakt werd. klara
ftierf in het eerstgeraelde jaar , en is kort daar na
door ALEXANDER IV Onder de Kerkheiligen ge-
plaatst. Hare Orde is zoo talrijk geworden, dat zij
in het begin der XVIilde eeuw nog bijna 900 Kloos-
ters bezat , in welke zich meer dan 25000 Nonnen
zullen bevonden hebben.
Terwijl franciscus nog voor het beftuur dezer
Heilige bezorgd was, (tond hij in twijfel, of hij zij-
nen tijd te huis in heilige oefeningen zou doorbren-
gen , dan of hij voort zou gaan , met openlijk te pre-
diken. Hij raadpleegde hier over de Heil. klara ,
die hem verzekerde, dat het Gods wil was, dat hij
tot
-/llï'UeUr inv.dtl.tt/7u7f,.
,Cij vogelen: :mjnc broedei-s: niocl uwen ScLepper
. pr ij zen en Loven, en ^. XVIU.». Blaaz- 75).
GESCHIEDENIS. 7$
tot heil van anderen zou prediken. Zich daar op v
fpocdende, om aan deze beflemming te voldoen, ^^^^
kwam hij op eene plaats , waar eene menigte voge- pioofdft,
len waren, die hij groette, en ziende, dat zij met na C. G,
gebogene hoofden hem aanflaarden, dus aanfprak: joJ"?f|*
„ Gij vogelen! mijne broeders I moet uwen Schep- _
„ per prijzen en loven, die u met vederen bekleed,
„ u vleugelen gefchonken heeft om te vliegen, en
,, eene zuivere lucht, die u ook zonder uwe zor-
,, gen onderhoudt en beduurt!" Over deze woor-
den toonden zij, door het uitfleken der halzen, het
openen der fnebben, en andere gebaarden, hunne
vreugde. Eens wilde hij prediken, maar men kon
hem niet verftaan , door het geweldig gepiep en
geraas van eenige zwaluwen. Hij fprak ze aan , en
zeide: „ Zwaluwtjes! mijne zustertjes! het is nu
5, tijd, dat ik ook fpreek, nadat gij genoeg gefpro-
5, ken hebt, zwijgt, tot dat het woord Gods voor-
„ gedragen is ! " en — • zij zwegen. Men verhaalt
nog meer dergelijke voorbeelden van zijne magt over
de beesten; bij voorbeeld van eene krekel, die hij
ook met den naam van zuster vermaande , om Gods
lof te zingen ; waar mede dezelve zoo lang aanhield ,
tot dat FRANCiscus haar veroorloofde, uit te fchei-
den ; als ook van een visch , die zonder zijnen zegen
niet heen wilde gaan.
In het Jaar 1212 befloot onze Heilige, onder J/«-
hammedaanfcke Molktn te gaan prediken; maar werd
eerst door tegenwinden, vervolgens door eene ziekte
belet. Ia het jaar 1214 doorreisde hij Spanje^ met
voornemen, om naar Marokko over ie gaan, maar
werd
8o KERKELIJKE
V werd op nieuw door eene ziekte belet. In het Jaar
BOEK J215 woonde hij de groote Kerkvergadering van
Hoofdft. Lateranen bij, op welke innocentius III openlijk
na C. G. en plegtig verklaarde > dat hij deze Orde volkomen
10^517! goedkeurde.
■ Aangemoedigd door zoo veel geluk, hield fran-
ciscus in het Jaar 1216 het eerfle algemeen Kapittel
zijner Orde te Asfift^ alwaar befloien werd , tot uit-
breiding der Orde allerwege broeders te zenden. De
afgezondenen werden overal wel ontvangen, behalve
in Dtiitschland ^ alzoo zij de taal niet verftonden ,
en alle vragen, onder anderen: of zij Ketters wa-
ren ? met ja beantwoordden , waarom zij gevangen
gezet, befpot en mishandeld werden. Maar daar-
tegen verzocht franciscus in het jaar 1217 den
Kardinaal ugolino tot Befchermheer van zijne Orde,
hem tevens voorfpellende , dat hij eens Paus zou
worden. In het jaar 1218 hield hij het groot Kün
pittel zijner Orde, waar bij men zegt, dat meer
dan 5,000 Franciskanen tegenwoordig zullen ge-
weest zijn. Nu zond hij weder Predikers in alle
gewesten der wereld , terwijl hij zelve met XÏI broe*
deren, gelijk jezus van XII Apostelen verzeld was,
in het jaar 1219 naar Egypte reisde. Hier voorzei-
de hij aan de Christenen, die toen Damiate vero-
verd hadden, de ong>.'lukkige uitkomst van hunne
onderneming , en begaf zich in perfoon , met het
uiterfle gevaar, naar den Sultan^ wien hij vermaaii-
de, het Christendom aan te nemen, maar van wien
hl-i veracht werd, waar op hij, door eene Godde-
lijke Openbaring vermaand zijnde, naar Europa te-
rug
GESCHIEDENIS. .81
Tug keerde, evenwel, als men de Schrijvers dezer V
Orde gelooven wil, zal hij vervolgens dezen Vorst, ^^^^
door middel van Franciskanen , bekeerd hebben. Hoofdfl.
Gedurende het afzijn van franciscus, matigde na C. G,
Broeder elias, diep hij tot algemeenen Fikaris zij- 1^^^'°73.
ner Orde had aangelleld, zich aan, om verfcheide- ■
ne veranderingen in dezelve te maken. Meermalen
zeide hij in zijne vermaningsuren aan zijne Broede-
ren: dat de zuiverheid en heiligheid van hunnen
Stichter niet aan allen verleend was; dat men zijn
kven beter kon prijzen dan navolgen ; dat hij waar*
lijk het een en ander had voorgefchreven , hetwelk
de menfchelijke krachten te boven ging ; daarom
moest veel wegens de gebrekkelijkheid der menfchen
en wegens het verderf des tijds geduld, en veel ge-
matigd of afgefchaft worden, elias haalde niet
weinige leden der Orde aan zijne zijde over, maar
de ijveraars, met hem te onvrede, ontboden hunnen
meester terug. Deze in het jaar 1220 teruggekeerd,
verfoeide de kostbare gebouwen, die ondertusfchen
voor de Monniken gebouwd waren; hij fprak den
vloek uit over eenen Overfte , die zonder zyne
voorkennis een fraai Klooster met een Gebouw tot
onderwijs in de wetenfchappen , (^Jludium^^ gedicht
had; op deze wijze, zeide hij, zouden zijne Mon»
niken meer geleerd , dan godzalig worden ; hij wilde
liever , dat zij wisten te bidden , dan te lezen , en
dus vernietigde hij deze School. Aan eenen ande-
ren Overfte der Orde verbood hij zijne boeken te
behouden , en aan eenen Novitïus ontnam hij zelfs
zijn Pfalmbo.k , onder voorwendfei , dat men
XVm. Deel. F gee-
Sa KERKELIJKE
V gcene boeken mogt bezitten, dewijl men van alle el-
BOEK gendom afftand gedaan had. Hij zelve, zeide h^,
Hoofda. '^^<^ voorheen ook begeerte nasr boeken gehad ,
na C. G. maar toen hij om Gods wil daaromtrent te verllaan ,
Jaar 1073, ^^^^^ gebeden het Euangelie had opejigeflaeen , vva-
tüt I517. ^ '^ ICO?
»- ren hem deze woorden in het oog gevallen: ,, Ulie-
den is het gegeven, de verborgenheden van het Ko*
ningrijk der Hemelen te weten , maar den anderen
is het niet gegeven ; " daar waren 'er 200 velen ,
die angsivallig naar wetenfchappen trachtten , da£
die geen zalig was, die zich daar van onthield, oin
alleen den gekruisten Christus te weten,
Onbefchrijfelijk was in het jaar 1220 de vreugd©
van FRANCISCU3 , op het vernemen , dat vijf van
zijne Ordensbroederen te Marokko den marteldood
ondergaan hadden. Trouwens , de Reliquien of
OverbUiffelen dezer Martelaren , die fpoedig wonde-
ren deden, bezorgden aan de Orde Kloosters, Ker-^
ken, Kapellen en gefchenken. Aan den anderen
kant had echter franciscus t^n dezen tijde minder
reden, om te vrede te zijn. Hij had in het jaar
1221 den door hem afgezetten Broeder elias weder
tot Generaal -Vicaris van de Orde benoemd; maar
deze maakte een raerkeliik onderfcheid tusfchen der-
zelver leden, zoodat hij bijzondere achting betoon-^
de voor zulkcn, die in gaven, wetenfchap en ver-
diensten uitmuntten. Om hem deze partijdigheid
onder het oog te brengen, liet franciscus eens
twee Broeders, die voor de eenvoudigRen gehouden
werden, naast zich aan tafel zitten, elias dacht
bij zich zelven : „ Ach, Broeder franciscus i-:
uwe
GESCHIEDENIS. 83
tiwe eenvoudigheid zal zeker der Orde fchaden; gij V
laat onwelenden naast u zitten, en aciit geleerde °9^*
mannen geheel niet 1 '* De Schrijvers dezer Orde Hoofdd.
verzekeren , dat deze gedachten terltond aan fran- na C. G,
ciscus geopenbaard werden. Hij antwoordde ook l^r^'^iy
op dezelve, dat elia's hoogmoed en zijne men- ü
fchelijke fchranderheid veel meer de Orde zouden
benadeelen; ja hij voorzeide hem, dat hij, alhoewel
naar den Goddelijken wil tot hoofd der Orde ver-
klaard, evenwel een afvallige worden zou.
In het volgende jaar 1223 fchonk Paus honorius
aan de Orde het voorregt van den zoo vermaard
geworden Portiuncula - aflaat ^ voor allen, die op
den tweeden Augustus, als <\tw inwijdingsdag der
Kerk van dezen naam , in die Kerk hunne aandacht
zouden verrigten. De Franchkanen verhalen, dat
de Stichter hunner Orde dit voorreü,t van jezus
zelven, op voorfpraak van deszelfs Moeder, ont-
vangen hebbe. Zoo vermaard is deze aflaat gewor-
den , dat nog zelfs in de laatfle tijden menigmaal
de toeloop naar deze Kerk van alle oorden meer dan
10O5O00 menfchen bedroeg.
In der daad 'er behoort geduld toe, om zoo vel©
zonderlingheden , welke eenen Dweeper zullen ge-
beurd zijn , wiens hoofdoogmerk was , de wereld
met godvruchtig fchijnende l'edelaars te vervullen ,
ra te fchrijvea , maar dit geduld wordt genoegzaam
beloond , doordien de bloote opgave dezer wónder-
gevallen den Lezer zonder verdere aanmerkini^en ge-
noeg in (laat ftelt, om over derzelver geloofwaar-
digheid en ware gefchapenheid te oordcelen,
F 2 Al-
«4 K E R K E L ÏJ K E
V Alleen moeten wij hier nog bijvoegen het verhaaï
BOEK yarj (jg lidieekenen van christus, welke francis-
Hoofdft. cus van den Zaligmaker in zijn ligchaam zal be-
na C. G. komen hebben , opdat hij toch aan denzelven vol-
jQt'^J^^^' komen gelijk mogte zijn , zelfs in het lijden voor
»■ ■ - het menschdom. franciscus, zoo luidt het ver-
haal, had zich in het jaar 1224 op den berg AU
verna begeven, om ter eere van den Aartsengel
MicHAëL veertig dagen te vasten, tevens bad hij
God, dat die Iiem zijnen wil zou bekend maken,
ten einde zich geheel daar naar te gedragen ; onver-
ziens ontftond de gedachte bij hem, dat God hem
denzelven zou openbaren , als hij het Euangelieboek
opfloeg. Hij liet zulks door zijnen reisgenoot doen ,
en driemaal vielen hem plaatfen van het lijden van
CHRISTUS in het oog. Hier uit befloot de Heilige ,
dat, gelijk hij christus in zijn leven had nage-
volgd , hij hem dus ook in zijn lijden gelijkvormig,
moest worden. Op het Feest der kruisverhooging
dan kwam, als hij ijverig in het gebed en geheel
van de fmarten des Gekruisten doordrongen was ,
een Ser.ifv^n den hemel naar hem toevliegen. De-
ze verzocht hem driemaal, dat hij hem iets geven
zoude; en even zoo dikwijls vond franciscus een
Ituk gouds, hetwelk hij hem aan kon bieden, daar
door moesten zijne drie Ordens aangeduid worden.
Vervolgens drukte jezus — want deze zelve was
de Seraf — hem zijne lidteekenen aan handen ,
voeten en zijde in, niet zonder groote pijn en luid
gefchreeuvv van onzen Htiligen ; tevens zeide hij
hem eenige woorden , maar welke deze aan niemand
GESCHIEDENIS. 85
geopenbaard heefr. Scucrt Z5g men aan de lianden V
en voeten nasels of fpiikers van vleesch , doch wel- ^^f-J^
ke zich met het overige vleesch niet vereenigden ; Hoofdft.
zij bleven fteeds opene vi?onden, gelijk ook de zijde, na C. G.
en uit deze wonden liep fomtiids veel bloed: en het ;', °C^,
gaan werd hem vooral moeijelijk. ■-■
Men heeft deze omflandigheden , zegt men, uit
den mond van franciscüs zelven vernomen , en
van den Droeder leo, die bij deze gebeurtenis te-
genwoordig vv'as, en naderhand deze lidteekenen ge-
woon was te verbinden. Vele anderen van zijne
Ordensbroederen , ook de Heilige klara , hebben
ze gezien, zelfs Paus alexander IV. Zij zijn na
*s mans dood van vele inwoners van ^s/t/t vereerd
en gekust ; ook zijn 'er vele wonderwerken door
verrigr. De Maagd maria , Engelen en zelfs Dui-
velen hebben 'er getuigenis van gegeven enz. Paus
BENEDiCTUS XII heeft naderhand aan de Orden een
Feestdag van de lidteekenen van den Heiligen fran-
ciscüs , QFestum Stigmntum S, Francisci,) toe-
geftaan, welke verwaarloosd zijnde, door taulus
V, op verzoek van filips III, Koning van Spanje^
op nieuw bevoien is geworden. Behoeven wij wel
cenige beoordecling van deze gebeurtenis hier bij te
voegen, welker omdandigheden eerst na den dood
van FRANCiscus verhaald zijn ? Van het onderzoek,
op welke wijze !iij deze lidteekenen ontvangen heefr,
zal elk Lezer ons ligtelijk ontdaan, of franciscüs
zelve met behulp van zijnen reisgenoot zich d:e
wonden veroorzaakt heeft, ten einde toch volmaakt
F 3 aaa
$6 K E R K E L IJ K E
V aan christus gelrkvormig re zi 'n , dan of anderea
BOEK ]^Q^ hebben weten te be.lriegen ?
VI
Hoofilih ^y mogen bij deze gelegen !ieid niet met (lüzwij-
na C. G. gen voorbijgaan het boek, hetwelk in het jaar 1510
Jon !• T f^*7 "^
jf te Milaan in Folio gedrukt is, welke druk zeer
— ^_ zeldzaam is. ITet voert ten opfchrift: Liber Con-
Liber formitatum. Het is gelclireven in het jaar 1385,
Confor- , j
mitntum. ^^ nagelaten door bartholomeus de pisis , met
den geflachtnaam albizi, een' Italiaanfchen Monnik
van deze Orde, die in het jaar 141 1 overleden is.
Naderhand zijn 'er verfcheidene uitgaven van in het
licht verfchenen, doch meer of min verminkt. Het
oogmerk van den Schrijver was , zoo als hij in
eenen Brief aan het generaal Kapittel van zijne Orde
te Asfift in het jaar 1399, door hetwelk zijn Boek
plegtig bekrachtigd werd , zegt , om aan te toonen',
dat CHRISTUS den Heiligen franciscus zich in
alles gelijk gemaakt heeft, ten welken einde 40 Con-
formttaten of gelijkvormigheden tusfchen hen wor-
den opgegeven, ja meer dan ééns wordt francis-
cus boven christus gefield. Men kan met regt
dit Boek den volmaaktften onzin des Bijgeloofs noe-
men, boven welken men niets ongerijmders en er-
gerli'ikers denken kan. Het is daarom niet te ver-
wonderen , dat de Proteftanten , in de eerde tijden
der Hervorming, 'er gebruik van gemaakt, en het
der Roomfche Kerk bitter genoeg voorgeworpen heb-
ben. ERASMUS ALBER , een Predikant der Euange-
lifche Kerk, gaf in het ja ir 1531 , zonder zich te
noemen, met eene voorrede van luther, 'er een
uit-
GESCHIEDENIS. «7
uittrekfel van in het licht , onder den titel : der V
Sarrevceter - Monniken Üileiifpiegel en Alkoran, ^^^^
Daar uit nam een Boekdrukker te Geneve , koen- Hoofdff,
RAAD BADius , s;clegenheid , om een Fransch en ia C. G.
Latijnsch uittrekfel van dit Boek, met bijtende ^^n- j^J'^J^J^*
merkingen , onder den titel : r Alkoran des Corde- ■
liers ^ in het jaar 155Ö uit te geven, waar van een
fraaije nadruk te AmJJerdam in 1734 met kunstpla-
ten van picARD is uitgekomen in II Deelen in Oc-
tavo. In de Roomfche Kerk zelve is dit aanfloote-
lijk werk allengs met andere oogen befchouwd, dan
in het eerst, toen het veel goedkeuring vond. Ver-
ftandige Schrijvers befchouwden het met afkeer en
verachting ; zelfs is het op de Roomfche Lijst der
verbodene Boeken geplaatst. In het jaar 160;^ heeft
iiogtans de Franciskaner Provinciaal hündrik sedu-
Lius eene Apologie van dit werk uitgegeven, welke
hem echter geene eere heeft aangedaan.
Na den tijd, dat franciscus de eere der lidtee- Dood van
kenen van Christus ontvangen zou hebben, leefde ^^^'^^^^'
cus
hij nog twee jaren , volgens berigt der Schrijvers
van zijne Orden, in eenen ziekelijken, kwijnenden
toeftand. 'Er was naauwelijks een lid aan zijn lig-
chaam , hetwelk hem niet pijn veroorzaakte , zoo
dat men hem van de édne plaats naar de andere
moest dragen. Eindelijk, toen hij de aannadering
van zijnen dood befpeurde, liet hij zich in de Por»
tiuncula - Kerk brengen , waar hij zijne Orde ge-
grond had. Hier wierp hij zich naakt op den bloo-
ten grond neder , om ook in den fland der vol-
maaktfte armoede te kampen en te fterven. Een der
F 4 om-
88 KERKELIJKE
V omllaande Ordensbroederen , dien hij zijnen Guar-
BOEK diaan noemde , zijnen wensch bemerkende , gaf hem
Hoofdft. ^^"' ^'^^' ^^" koord en een kapot, met bijvoeging,
na C. G. dat hij iiem dit gaf, als eenen armen , die om Gods
jaario73. ji ^^^ w^s^ en dat hij hem, uit kracht der hei-
tot 1S17. j •>
, lige gehoorzaamheid , vermaande , dit aan te nemen.
De Heilige man deed dit ook met groote blijdfchap,
zeggende: dat hij Christus daar voor dankte, dat
hij , van alle dingen vrij , en zonder zelfs een eigen
kleed te hebben, tot hem gaan kon, zoo als hij
zelve aan het kruis had gehangen. Daarom gebood
hij ook aan zijne Ordensbroederen , hem eenigen tijd
na zijn' dood geheel naakt te laten liggen. In zijne
laatlle oogenblikken beval hij hun voor alle dingen
geduld, armoede en gehechtheid aan het geloof der
Roorafche Kerk aan , en ftierf den 4den October
1226, Zijne Ordensbroeders weten nog veel meer
omftandigheden van zijn overlijden te verhalen, bij-
zonder de Schrijver van het Boek over zijne Gelijk-
formigheden met ciiristus. Toen hij zou fterven ,
waren 'er vele Duivelen bij de hand, om hem mees-
ter te worden, maar zij konden, wegens de menig-
te der tegenwoordig zijnde Engelen , inzonderheid
van den Serafijnfchen rang, niet doordringen, welke
laatften zijne ziele in den Hemel voerden. Eerst
evenwel ging zij in het Vagevuur, alwaar zij vele
zielen uit hetzelve verloste, met welke verzeld fran-
ciscus in den Hemel zijne intrede deed , en daar
den voormaligen Stoel van lucifer bezette, op
welken hij van toen af vergood, {Franciscus dei'
ficatus^^ zit.
Men
GESCHIEDENIS. «9
Men had , uit hoofde van zoo vele wonderen , V
als verhaald worden, door hem verrigc te zijn, mo- ^^'^^
gen verwachten, dat hii reeJs bij zijn leven zou ge- Hoofdll.
canojiizeerd ge^'eest zijn. Dit gefchicdde ook reeds nn C. G,
twee itren na zijnen dood door gregoriüs IX, die )^"'''°73«
•■ - ' tot 1517.
ook in het jaar 1230 zijn' rtcrfdag tot eenen alge- ■
meenen Feestdag verordende.
Het kan ons niet verwonderen, dat eene Orde , Voorreg-
die zulken beroemden Heiligen tot Stichter had, dje^cn^^nde
door bedelarmoede tegen eene rijke en luije Geeste- leend.
lijkheid afdak, en op eenen aflaat roemde, haar van
den Hemel zelven gefchoiiken , eenen grooten op-
gang maakte. Zij kreeg ook van de Paufen bet
voorregt, om, zonder bewilliging der Bisfchoppen
en Parochiepriesters , overal te prediken , ten minüe
in hunne Kloosters en openbare plaatfen, ook mog-
ten zij biecht hooren van elk , die bij hen kwam ,
en hem abfolutie geven. Nog kregen zij van de Pau-
fen verfcheidene aflaten. De Zendelingfchappen ga-
ven ook aanzien aan de Orde, welke zij onder de
Ongeloovigen ondernamen. De Paufen, aan welken
zij de onbepaaldfte gehoorzaamheid bewezen , had-
den alle reden, om haar te begunfligen. Zij ver-
kreeg verders roem , door , tegen de oogmerken van
haren Stichter, ook geleerde leden onder zich te
hebben, al vroeg telde zij onder dezelve de beroem-
de Schoolfche Wijsgeeren en Godgeleerden alexan-
DER HALRS en BON AVANT URA, zelfs tegen het
einde der XlIIde eeuw den vernuftigen en fchrande-
ren roger bacon, en den fcherpzinnigen Wijsgeer
JOANNES DUNS SCOTüS. FRANClSCüS ZClve lefc
F 5 wel
90 KERKELIJKE
V wel eenige fchriften nagelaten, die ook gedrukt z'm,
BOEK jjj-ijii. i^gj- 2ijn enkel middelmatige, Askecdsch-mo-
Hoofdil. rele opftellen, gebeden, regelen voor de van hem
m C. G. geiliichte Geestelijke Ordens en dergelijke , waar van
tot 1517. FABRicius verfl:ig geeft (*).
■ Wat zal men nu na dit alles van het karakter van
Knrakter franciscus zeggen, die van tljdgenooten en nako-
^Icri'c melingen zoo geheel ftrijdig is befchouwd gewor-
den , immers , terwijl velen hem voor eenen uitre-
kenden Heiligen hebben gehouden, hebben anderen
hem aangezien voor eenen krankzinnigen van de eer-
fte foort! Het boven van hem verhaalde zal, bij
overweging , den Lezer zelven het best van hem
eene beoordeeling doen opmaken, en hij zal bij (lot
gewis erkennen , dat het 'er met het echte en ware
Christendom Hecht uit zou zien , indien zulk een
zonderling mensch een voorbeeld en fteunpilaar van
hetzelve zou moeten uitmaken.
ANTONius Reeds bij het leven van franciscus ontbrak het
vanPadua j-,eni in zijne Orde niet aan wonderdadige navolgers ;
onder dezen is een der voornaamlle antonius van
Padua, de Befchermheilig der Portugezen, naar de
(lad Padiia dus genoemd, waar hij meest geleefd
heeft, en ook geftorven is. Hij was in het jaar
1196 te Lufahon geboren, en trad in het jaar 1220
in de Orde der Franchkanen. Nu kwam hij in
ItaU'è , werd tot Priester gewijd , en te VercelU door
den Abt thomas in den Godsdienst onderwezen.
Hij heeft ook het een en ander, maar naauwelijks
mid-
(*) Bihl. med. et inf. Latin. 7", II. p, i8p.
GESCHIEDENIS. 91
middelmatig, gefc h reven , waar onder vele Predika- V
tien. Hij overleed in het jaar 1231, en werd reeds ^^^*
In het volgende jaar door grrgorius IX gecanoni- Hoofdü.
zeerd , wegens de menigvuldige wonderen , welke na C. G.
hij zal verrigt hebben. Onder andere predikte hij , J^j"^ ' °f |"
toe 15 1 7 •
in navolging van den Stichter zijner Orde , eens ■■
voor de visfchen , aan welken hij na het eindigen
der preek, den zegen mededeelde; waar op zij vol
vreugde met hunne vinnen en (laarten floegen, hun-
ne hoofden eerbiedig bogen , en zich toen in een'
oogenblik in het water dompelden; nu wendde de
Heilige zijne rede tot de Ongeloovigon, welken hij,
door dit wonder , de waarheid van het Katholij'c
Geloof bewees , en daar door velen der verllokllle
Ketters bekeerde.
De Orde heeft zich felert zoo zeer door Europa Talrijk-
uitgebreid, dat, nietregenftaande zij in de XVlde |l^^^ '^^
eeuw vele Kloosters verloor, men in het begin der
vorige eeuw nog meer dan 7,000 Kloosters van die
Orde tellen kon, in welke meer dan 115,000 Mon-
niken leefden; behalve nog meer dan 900 Vrouwen-
kloosters, wel'ie over de 28,300 Nonnen bevatten.
Eigenlijk waren het drie Ordens, alzoo ook de 7>r-
tierzen of Leek?nbroeders 'er bijgekomen waren ,
ook waren de beide eerften weder in verfcheidene
fcorten verdeeld.
De uitbreiding en voorregten der beide Hoofdor- Hnatder
dens der Bedelmonniken , en het gevoel van nadeel , ^"dere ^
hetwelk de voorige Ordens en de Geestelijkheid in ken'tegen
het gemeen daar door ondervonden, maakten derzelver de Domi-
afgunst fpoedig gaan Je. Overal verhieven zich klag- "^^^"^'^
ten
92 KERKELIJKE
V ten over hen , waar van de blijken nergens fterker te
^9J'^ vinden zijn dan in de Gefchiedenis vsn den Engelfchen
Hoofdft. Gefchiedfchrijver, mattheus paris, een' Benedic-
na C. G. tyuer , die ten dezen tijde leefde. Deze berchrijft
»^, ^^{, de (lichting van de Orde der Franc!ska?ien uitvoe-
rig, en fchilJert derzelver Stichter met hem eigene
en Fran- trekken. Onder anderen verhaalt hij , dat , toen
ciskcincn»
FRANC I SC us te Rome den Paus innocentius III.
om de bevestiging zijner Orde verzocht, deze, het
armhartige voorkomen befchouwende , Vi;aar mede
FRANCiscus voor hem verfcheen, tegen hem gezegd
hebbe : ,, Ga , Broeder , en zoek verkens op ,
met welke gij meer dan met menfchen vergeleken
kunt worden ; wentel u zelven met hen in eene
modderfloot rond, en hun uwen regel overgevende,
hefteed uwen pligt als prediker aan hun." fran-
ciscus boog zich op dit bevel, en eenige verkens
ontmoetende , wentelde hij zich met dezelve zoo
lang in dtn modder roi^d , tot hij van het hoofd tot
de voeten bezoedeld was. Toen weder bij den
Paus gekomen, zeide hij: Heer, ik heb gedaan,
het gene gij bevolen hebt ; verhoor nu mijn ver-
zoek! Toen de Paus hem in dezen toefland zag,
berouwde het hem , hem dus bejegend te hebben ,
gebood hem zich te wasfchen, en vervulde zijne
begeerte. Evenwel wilden de Romeinen zijne pre-
dikatien niet hooren. Daarom zeide hij , na ver-
fcheidene dagen vergeeffche proeven genomen te
hebben , om hen te bewegen , tegen hen : Hij wil-
de thans, om hen te befchamen, christüs aan
de dieren en vogelen verkondigen. Zoo gezegd ,
zoo
G E S C H I E D E KM S. 93
200 gedaan, ter (lad uitgegaan , gebood hij eene V
menigte raven, gieren, ekfters en andere vogelen, ^^f
in den naatn van Christus, het woord Gods aan Hoofdft.
te hooren. Die deden zij , hem (til en onbewegeUjk "^ ^' G»
aanziende, een' halven dag lang; hij herhaalde dit 'ót "5 17.'
nog twee volgende dagen, wanneer eindelijk de Ro- ■
pj^imn met hunne Geestelijkheid 'hem eerbiedig in-
haalden. Ook weet paris nog deze bijzonderheid
van onzen Heiligen , dat zich , veertien dagen vóór
zijnen dood, wonden aan zijne handen en voeten
vertoond hebben, uit welke veel bloed vloeide, en
eene heel diepe wonde in zijne zijde. Op de vraag-
der Kardinalen, wat dit verfchijnfel beteekende, ant-
woordde hij, opdat zijne Toehoorders des te vaster
in den gekruisten gelooven mogtpn; tot hunne ver-
zekering zou ook van deze wonden na zijn' dood
geene fpoor meer zigtbaar zijn: en dit was ook vol-
komen zoo gebeurd.
Maar des te meer klaagt deze Schrijver in zijne
Gefchiedenis op het jaar 1243 over de Do-minikanen
en Fraiici:kanen, „ Het is veifchrikkelijk , zegt
hij , en van eene treurige voorbeduiding , dat de
Monniksfland fcdert drie, vier en meer honderd ja-
ren geene zoo fchielijke omkeering geleden heeft,
dan van die Ordens, welker Broeders naauwelijks
24 jaren geleden hunne eerfte woningen in Enge-
land gebouwd hebben , die thans tot eene Konink-
lijke hoogte opklimmen. Dezen zijn het , die in
kostbare en dagelijks meer uitgebreide gebouwen en \^
hooge muren onfchatbare rijkdommen ten toon fprei-
den, terwijl zij de grenzen der armoede en de gron-
den
94 KERKELIJKE
V den van hunne gelofre fchaamteloos overfchreden»
^^^^ Zij dringen zich heel vlijtig in bij ftervende Grooten
Hoofdft. en Rijken, niet zonder nadeel en verlies der gewone
na C. G. Pfarheeren ; zijn gretig op voordeelen , persfen daar-
towsi?' '^^ biechten en geheime testamenten af, waar bij
p»- zij zich zelve en hircne Orde alleen aanprijzen , en
boven alle andere üellen. Reeds gelooft geen Ge-
loovige zalig te kunnen worden , als hij niet door
den raad van een Prediker- monnik of Minderbroe-
der beftuurd wordt. Ia het verkrijgen van Privile-
giën zijn zij heel zorgvuldig ; aan de Hoven van
Koningen en Vorsten zijn zij Raden , Kamerheeren ,
Schatmeesters , Bruidsleiders en Bruiloftsredenaars,
en Uitvoerders der Pausfelijke Geldafpersfiiigen ;
maar in hunne Predikaiien vleijers, of zeer bijtende
berispers , of ontdekkers van biechten , of onvoor-
zigtige beftraffers. I>e eehte van heilige Vaderen,
zoo als van den Heiligen benedictüs en augus-
TiNus, gedichte Orden en derzelver leden worden
van hen veracht; de hunne ftellen zij boven alle.
Zij houden de Cistercienzen voor ruwe, eenvoudi*
ge, halve Leeken, of liever Boeren; maar de Zwar-
ten, (zoo Koemde men de Benedictijnen,^ voor
trotsaards en Epikuristen. Hij merkt verders aan,
dat de Pausfen hun de hand boven het hoofd hiel-
den, en zegt op het jaar 1247, dat hij geloofde,
dat de Paufen hen, tegen wil en dank, met fchen-
ding van hunnen Ordesregel, en tot openbare erger-
nis, tot hunne tollenaars, {telonarii^^ en boden,
(^bedelli ^^ gemaakt hadden.
Twlsien In Fraukryk maakten de Domnikanett zich ins-
GESCHIEDENIS. 95
gelgks gehaat. „ Het volk, zegt de bovengemelde V
Gefchiedrchrijver op het jaar 1257, befpotte hen, boek
onthield hun de gewone aalmoezen , noemde hen f-joofdH.
ïiuichelaars , voorloopeis van den Antichrist , val- na C, G.
fche Predikers, vleiiervS en Raden van Koningen en J^^^'°73«
rt tot 1517;
Vorsten , verachters der Bislchoppen , flimma deel*
nemers iii Koninklijke huwelijken , en onregtmatige derBedel-
Biechtvaders , die, terwijl zij onbekende landen door- j^°""j ^"
trokken, tot eene roekeloosheid in het zondigen aan- Univerli-
leiding gaven." Maar in dit Rijk wikkelden zij zich p^'.Y^**
in twist met de Univerfiteit van Parys, In het jaar
1221 hadden zij reeds eene plaats in dezelve gekre-
gen, en als zij in 1229 bijna geheel verftrooid was,
maakten zij zich van eene openlijke leerphiats in de
Godgeleerdheid , {Cathedra MagiJlraUs in Theolo-
gia^') meester. Zelfs na de herflelling der Univer-
fiteit trokken zij nog eene zoodanige plaats tot zich ,
en bezetten de eene en andere met de bekwaamde
mannen van hunne Orde , als roland van Cremona^
ALBERT de Groote , ( toen Alhertus Teutomcus , )
en HUGO VAN ST. CHER, of DE S. CARO. De Unl-
verfiteit nam wel, ten einde voor te komen, dat de
Monniken niet geheel meester werden, een befluit,
dat in het vervolg geen Klooster eene Theologifche
leerplaats bezitten zouden; maar de Dominikanen
ftoorden *er zich niet aan. Evenwel bleef de rust
eenigermate ftand houden tot het Jaar 1250.
De Franciskanen volgden fpoedig dit voorbeeld
der Dominikanen na ; en alexander. van Hales
werd de eerde openlijke Leeraar der Godgeleerdheid
uit hunne Orde. Om zich te handhaven verwierven
de
g6 KERKELIJKE
V de beide Ordens in het jaar 1244 en 1249 Brieven
BOEK van den Paus, in welken de Univeifiteit geboden
Iloofdft. werd, hun de hooge waardigheden, als zij ze ver-
nn C. G, dienden , mede te deelen. Maar in het jaar 1254
,f!''!?'-' zaa; innocentius IV, door de menigvuldige klagten
tot 1517. '^ 000
^ tegen hen ingebragt , zich genoo.lzaakt , de regten der
Wereldlijke Geestelijkheid te handhaven; doch dewijl
hij kort daar na (lierf, ftrooiden de Dominicanen
en Frauciskanen uit, dat hij door God geftraft was,
en dewijl zij zich openlijk lieten verluiden , dat zij
den Paus dood gebeden hadden , ontdond 'er een
fpreekwoord : „ Lieve Heer , verlos ons van de
Litanien der Bedelmonniken. " O ik verzamelden
deze vrijwillige armen groote rijkdommen , waar door
zij trotschen laatdunkend werden , en hunne Klooster-
tucht fpoedig verviel , terwijl zij hun aanzien aan de
Hoven dikwijls misbruikten. Weinig fclieelde 'er
aan, of de Dominlkancn hadden den Franfchen Ko-
ning LODKWYK IX , ook de Heilige bijgenaamd,
' bepraat, om de kroon neder te leggen , en een
Monnik van hunne Orde te worden. Een van hen
vraagde den Vorst eens , of hij wel zou wenfchen ,
zoo veel van den Zoon van God dagelijks in han-
den te hebben , als het ligchaam van de Maagd ima-
RiA in zich bevat had. Toen de Koning dit met
ja! beantwoordde, onderrigtte hij hem verder, dat
hij, om zalig te worden , alles verlaten, en het
kruis van zijne Orde op zich nemen moest; alsdan
zou hij fchielijk tot het Priesterdom opklimmen, en
daireiijics in de I\lis den Zoon van God in handen
bekomen. De Koning was door deze voortellingen
2e-
GESCHIEDENIS. 97
getroffen ; maar toen hij het aan zijne Gemalin voor- V
droeg, en deze het aan den Broeder des Konings ^*
en aan hare kinderen bekend maakte, werden deze Hoofdft.
zoo zeer tegen de Dominikanen vergramd , en ftie- na C. G*
ten, zelfs in lodewyks tegenwoordigheid, zoo ^6-^^^"°^^*
vige bedreigingen tegen hen uit, dat zij van hun «
oogmerk moesten afzien.
Na het jaar 1250 ontflonden, door de pogingen
der Dominikanen , om meer Theologifche leerftoelen
te Parys te bezitten, nieuwe twisten tusfchen hen
en de Univerfiteir. Deze befloot in het jaar 1251 ,
dat geen Klooster meer dan eenen leerftoel in de
Tlieologie door zijne Monniken zou mogen vervul-
len. De Dominikanen zich hier over willende wree-
ken, vonden in het jaar 1253 daar gelegenheid toe,
wanneer de Leeraren der Univerfiteit zich te zamen
bij eede verbonden , om het aan hun geweigerd regt
over zeker groot bezwaar tegen de Burgers te Parys
met allen ijver te zoeken. Alleen de twee Domini'
kanen , die Leeraars der Godgeleerdheid waren ,
weigerden zich bij deze verbindtenis te voegen, en
hun ambtgenoot de Franciskaan , verklaarde zich
even zoo. Na hen vergeefs gezocht te hebben, tot
vereeniging te bewegen , ontnam de Univerfiteit hun
hunne leerposten. Hier over beklaagden zij zich ten
Hove en bij den Paus , en verkregen van den laat-
ften een bevel tot hunne hertelling. Nu kwam het
zelfs tot gewelddadigheden tusfchen de partijen en
de Univerfireit (telde in eenen Biief aan alle Pre-
laten het onregt nadrukkelijk voor, hetwelk zij ge-
leden had.
XVm. Deel. G Tot
98 KERKELIJKE
V Tot liaar ongeluk was alexander IV, een on-
BOEK gemeen begunfliger der Monniken , Paus geworden.
Hoofdft. Deze bepaalde in April 1255, dat de Kanfelier dej
na C. G. Univerfiteit het regt zou hebben , om aan eiken We-
J^^J°^^' reldlijken of Kloostergeesteüjken , dien hij bekwaam
p zou vinden, verlof te geven tot het openlijk Leer-
aarambt, en vernietigde het befluit der Univerfiteit
tegen de Dominikanen. Deze brak daar op hare
genooifchappelijke verbindtenis geheel af, om niet
verpligt te zijn, deze Monniken daar in aan te nemen,
maar dewijl dit enkel als eene nitvlugt werd aange-
merkt, deden twee Franfche Bisfchoppen, als Ge-
volmagtigden van den Paus, haar in den ban. In
het jaar 1256 werd wel een vergelijk voorgefleld ,
waar bij de Dominikanen hunne leerposten behou-
den, maar van de Univerfiteit afgezonderd zouden
blijven, doch dit voldeed den Paus niet, die inte-
gendeel vier van hare ijverigfte Leeraren van derzel-
ver waardigheid en inkomflen beroofde , en hen zelfs
uit Frankryk gebannen wilde hebben , en dewijl
Koning lodewyk IX geheel op de zijde der Mon-
niken was, noodzaakte hij eindelijk de Univerfiteit
om toe te geven. De Bedelmonniken zegevierden
volkomen, toen in het jaar 1257 twee van hunne
uitdekendfte mannen, de Dominikaner tuomas van
AQUiNO, en de Ffanciskaner boj^aventura, open-
lijk te Parys met de Godgeleerde Doctorale waardig-
heid bekleed moesten worden. Evenwel bleef de
Univerfiteit haar regt zoo nadrukkelijk voorfiaan,
dat de Paus tot aan ziin' dood toe in het jaar 1261
de Monniken door nieuv.'e Bullen geftadig te hulpe
moest komen. De
GESCHIEDENIS. 99
De voornaamfte verdediger der Univerfiteit tegen V
de Bedelmonniken was willbm van Si, Amour^ ^o^*
Doctor der Sorbonne, of van de Godgeleerde Fa- Hoofdll.
culteit te Parys. Hij had zijnen bijnaam naar het na C. G.
kleine ftadje St» Amour , in het Graaffchap Burgim- F^''^°73-
tot J S m7 %
die, zijne geboorteplaats. Hij behoorde onder de ■
vier Godgeleerden , welke de Paus uit Frankryk ge- willem
bannen wilde hebben , ook moest hij met nog een Araour,
ander gevangen gezet worden. De Dominikanen
hadden hem in het Jaar 1254 bij den Koning en
den Bisfchop van Pary^ befchuldigd, dat hij de eer
van den Paus mondelijk en fchriftelijk aangetast
had; hij werd echter onfchuldig verklaard. Maar
de Monniken , die hem voor hun grootllen tegen-
partijder hielden, bragten nieuwe bezwaren te voor-
fchijn, dat hij hunne Orde gelasterd, en dwaalbe*
grippen voorgedragen had. Ook daartegen verdedig-
de hij zich volkomen in eene Predikatie. Maar in
het jaar 1256 viel hij op zijne beurt hen aan, en
fchreef tegen hen zijn zoo vermaard geworden Boek
over de gevaren der laatfte tijden , ( de periciilis
mvisfimorum temporum,^ zijnde deze titel ontleend
uit 2 Timoth. IlI. i. welk Boek met andere hier toe
behoorende gefchriften in het jaar 1632 in Quarto,
te Konftans volgens den titel, maar in der daad te
Parys gedrukt is. In hetzelve noemt hij wel de Be-
delordens niet, maar fchildert de Monniken echter
met zulke levendige kleuren, dat men in de toepas-
fmg niet dwalen kan. Deze, inzonderheid de Do-
minikanen , beklaagden zich terllond over hetzelve
bij verfcheidene Franfche Prelaten, die zich thans
G 2 te
100 KERKELUKE
V te Parys bevonden. Maar de Schrijver verdedigde
B^K zich, omdat hij niemand genoemd had. De Mon-*
Hoofdft. "^k^" wendden zich toen tot den Paus, en wisten
na C. G. zelfs den Koning te bewegen , dat deze oen Pau»
toe i<i7 ^^^^ ^^^^ Geestelijken liet verzoeken, om een oor-
•- deel over dit Boek te vellen. De Univerfiteit zond
ook hare Afgevaardigden naar het Pausfelijke Hof,
en wel die vier Godgeleerden , die van den Paus
zoo ftreng behandeld waren, willem van St.Amour
zelven , en zijne drie ambtgenooten , benevens twee
Leeraren der Wijsbegeerte. Maar eer deze nog te
Rome kwamen, was het Boek reeds van vier Kar-
tlinalen, onder welken de vermaarde Dominïkaner
KUGo DE ST. CARO was , onderzocht en veroor-
deeld ; hetwelk door alexander IV in het jaar
1256 bevestigd werd, met een gebod, dat elk, die
het bezat, hetzelve verbranden zou, ook werd het
te Anagni ^ waar de Paus zijn Hof hield, openlijk
verbrand. De drie ambtgenooten van willem werdeir
daar door zoo bevreesd, dat zij herroeping deden,
maar willem bleef ftandvastig. Hij werd verhoord ;
en behalve den Generaal der Dominikanen ^ hum-
BERT, twistten de beste vernuften der beide Or-
dens, ALBERT de Groote^ thomas van aquino,.
en bonaventura met hem. Hij was fiim genoeg,
om, het geen hij van de Bedelmonniken gezegd had,
te draaijen op zekere dweepachtige partijen , en zich
te verklaren , dat hij zijn Boek op aandrang der
Fr^w/f^^ Bisfchoppen gefchreven had, dat, indien-
de Paus de vierde of vijfde door hem verbeterde
uitgave gezien had , hij het Boek zou hebben goed-
ge-
GESCHIEDENIS. loi
gekeurd, en eindelijk, dat hij alles, wat hij had ge- V
Tchrevsn, aan het oordeel van den Paus en der Pre- ^^^
laten onderworpen haJ. Niettegenüaande dit alles Hoofdft.
bleef het Boek veroordeeld , en aan willem werd "?- C. G.
het leeren en prediken als ook het verblijf in i^/v7«^- torisi?.*
ryk verboden, willem begaf zich dus naar zijne -
vaderftad , welke, gt^lijk het geheele Graaffchap ^ï/r-
gundi'è , van het Duitfche Rijk afhankelijk was.
Dewijl de opvolger van alexander IV, die ia
1261 overleed, urbanus IV, zich gundiger jegens
hem uitliet, keerde hij in het jaar 1263 weder naar
PiSTj»; terug, alwaar hij met groote blijdfchap van
de Univerfiteit ontvangen werd, zonder dat de Do-
minikanen zich tegen hem verzetten; ook heeft hij
nog tot na het jaar 1270 geleefd. Hij zond in het
jaar 1266 aan den volgenden Paus klemensIV eene
omgewerkte en vermeerderde uitgave van zijn ge-
fchrift toe, onder den titel: CoUcctiones Catholicce
et canontae contra pericula immtnentia Ecclefi<z uni-
ver fait per hijpocritas , pfeudoprccdicatores , et pene-
trantes domos et otiofos et curiofos et gyrovngos»
Toen de hevige twist der Paryfche Univerfiteit Verdedi-
met de Bedehiionniken ten voordeele der laatden ge- fcJ^ften
dndigd was, en thomas van Aquim als Doctor voorde
der Godgeleerdheid was aangenomen , maakte deze "^"^l"
, ^ , ,^ ' monmke»
van die overwinning gebruik, coor het bekendma-
ken van eene bijzondere, reeds vroeger opgedelde
wederlegging van het werk van hunnen tegenpartij-
der. ( Opusculum XIX, contra impugnantes Dei
eiiltum et religionem , in S. Thomce Aquin. Opm-
cuUi omnibus p, 247—312. Paris 1634 in Folio. )
Ga In
I02 KERKELIJKE
V In hetzelve onderzoekt hij zes tegenwerpingen tegen
BOEK de Bedelmonnil^en in even zoo vele vragen. Voor
Hoofdft. ^^''st: of het eenen Monnik geoorloofd zij te lee-
na C G ren? Ten tweeden: of de Monniken in een we-
^^^'^^°^^' reldlijk genootfchap van Leeraren overgaan mogen?
p 'I'en derden: of het hun geoorloofd zij\ te predi-
ken^ en biecht te hooren^ yvanneer hun geene ziel'
zorge is opgedragen ? Hier zegt hij , onder ande-
ren: dewijl vele Priesters zoo onwetend zijn, dat
zij geen Latijn kunnen fpreken , en de minden van
hen de Heilige Schrift geleerd hebben , zoo hebben
zij des te meer raedehelpers noodig ; ook zouden
velen niet biechten , als zij dit volftrekt bij hunnen
Parochiepriester doen moesten. Al is 'er dan een
gebod, dat elk bij zijn' eigen Priester moest biech-
ten, zoo moet men echter daar door niet alleen zijn*
Parochiepriester, maar ook zijnen Bisfchop, en den
Paus zelven verdaan , als ook de genen , aan wel-
ken zij volmagt geven. De Paus bezit een algemeen
regtsgebied over alle Christenen , en alhoewel hij
niet de algemeene Bisfchop, (Univerfalis Pontifex')
genoemd wil zijn, verbiedt hij dit alleen daarom,
omdat hij geen Opziener is van elke Kerk, als der-
zelver bijzondere Leeraar. christus, de Paus, de
Bisfchop en de Priester maken te zamen maar eenen
Bruidegom der Kerk uit. Alleen de Paus is dit van
de algemeene Kerk, van wien de bijeenroeping der
Kerkvergaderingen, en de daar op te maken beflui-
ten afhangen , hij kan ook de voorfchriften der Apos-
telen en der Heilige Vaderen veranderen , indien zij
Hechts geene Goddelijke regten betreffen, en gevol-
ge-
GESCHIEDENIS. 103
gel^k ook aan de Monniken het gemelde verlof me- V
dedeelen. De vijfde vraag: of een Monnik met de '^^^'^
handen arbeiden moet? De zesde: of het den Man- Hoofdft
niken geoorloofd is , al het hunne te verlaten , en "^ C. G.
niets eigens noch gemeen fchappelijks te bezitten ? ^^^^^'^'^^'
Eindelijk is de laatfte vraag: of een Monnik van .
aalmoezen leven kan? Alle deze vragen behandiilt
THOMAS met ongeraeene fchranderheid en vlugheid,
hoewel met dezelve zijne zaak ver of na niet vol-
dongen is. THOMAS heefc in zijne fchriften nog veel
meer vragen betreifende het Monnikenleven behan-
deld , doch in alle bijzonderheden te treden , zou
ons te wijdloopig doen worden.
Het geen thomas in naam der Dominikanen ter
verdediging der Bedelmonniken gedaan heeft, het-
zelfde ondernam ook van de zijde der Franciskanen
BONAVENTURA , Generaal van hunne Orde , in meer
dan dén gefchrift; bijzonder in een verdediging voor
de armen ^ hetwelk in het jaar 12Ó9 opgeiteld en
gerigt is tegen girard van Ahheville ^ eenen vriend
van WILLEM van St. Amour, Hij zoekt daar in te
bewijzen , dat de Christelijke volmaaktheid vordere ,
dat men zich in doodsgevaar begeeft; en meent de
fporen van volmaaktfte armoede in de Apostolifche
Kerk te vinden; en vindt die tegenwerping belag-
chclijk, dat de Franciskanen ontkennen , dat zij
iets eigens bezitten, en te gelijk zoo veel eigendom
verteeren; want, zegt hij: dit eigendom behoort aan
den Paus en aan de Kerk; de Franciskanen hebben
*er flechts het genot van, en hun oogmerk was ook
volftrekt niet op iets eigens gerigt. Men moet ze-
G 4 ker
104 KERKELIJKE
V ker met zijne zaak geheel ingenomen zijn, wanneef
soEK men zulk foort van bewijzen en oplosfingen wil doen
Hoofdft. gelden.
na C. G. Evenwel was bonaventura niet zoo geheel par-
iori<i7* ^y'^'S voor zijne Orde , dat de grove vlekken van
n;-. dezelve zijn oog ontgaan konden. In eenen Brief,
door hem als Generaal uit Parys in het jaar 1257
aan alle Frajiciskaner Provincialen gefchreven (*) ,
klaagde hij, dat de luister en glans der Orde ver-
donkerd was; en wel door eene menigte verrigtin-
gen, waar toe geld gevorderd wordt, hetwelk nog-
tans de grootfte vijand van armoede was. Hij be-
zwaarde zich, over luije ledigloopende en rondzwer-
vende broeders, en derzelver onbefchaamd bedelen;
hii beleed, dat de fchoonheid der voor de Orde op-
gerigte gebouwen derzelver vrienden lastig viel en
aanleiding gaf tot ongunftïge beoordeelingen ; de ge-
meenzame omgang en verkeering, door haren regel
verboden , verwekte kwaad vermoeden ; ambten wer-
den zonder keuze uitgedeeld; het hebzuchtig hunke-
ren naar begrafenisfen en erfmakingen haalde der
Orde het misnoegen der Parochiepriesters op den
hals; de Broeders vergenoegden zich niet meer met
iets weinigs ; daar door vermeerderden zij hunne
uitgaven; evenwel verkondde de Christelijke liefde,
en zij vielen meer en meer aan anderen tot last enz.
De Abt Behalve de bovengemelde en andere verfchillen der
joH-HiM, Univerfiteit van Parys met de Bedelmonniken, is
overliet vooral merkwaardig het verfchil over het eeuwig
Euan-
(*} Tm. II. Opp, p, 352.
GESCHIEDENIS. 105
SuaMge/te der Franciskanen» Onder dezen naam V
was voor eenigen tijd een Boek verfpreid, hetwelk "^^^^
deze Monniken zelve in beweging bragt. Men Hoofdlh
noemde het ook htt Boek van joachim, omdat de '^^ C G.
ze beroemde Cistercienfer Abt van Flora in Kala- J^^^^°73«
■' cot 1517.
hrië, die het gemelde Klooster en de Congregatie
van dezen naam gefticht heeft, en in het ]a;ir 1201 Boek: het
geftorven is , deszclfs Schrijver zou zijn. Hij had p;,aQj,e-
den naam van een Profeet te wezen. '£r zijn nog lie.
dertig voorzeggingen aangaande de Roomfche Pau-
fen, van nicolaus III af^ tot innocentius Vill.
welke hem worden toegekend (*). 'Er zijn nog
meer andere voorzeggingen onder zijnen nanm , die
ook gedeeltelijk ftaan in zijne mijftieke ophelderin-
gen over de Profeten en de Openbaring van joan-
NES. (^ Super jFeremiam Prophetam ad Henr. VI,
Imp. Venet. 1519. in a^to. Colon 1577. in '^vo. In
jipocalypfïn Explanatio , cum Pfalterio decem chor^
darum. Venet. 1527. in i^to, etc.^ Andere van zij-
ne fchriften zijn nog ongedrukt. Het geen hij van
de Koningen van Kastili'é en Leon tot filips V,
Koning van Spanje , zal voorzegd hebben , is eerst
in het jaar 1670 bekend gemaakt. Hij zal ook op-
helderingen over de Voorzeggingen van anderen heb-
ben nagelaten. Zulk eene (laat 'er aan het hoofd
«ener oude verzameling van foortgelijke ftukjes: Ex-
pofitio magni Prophetae Joachim in librum heati
Cirilli de magnis tribulationibus et de flatu fanctae
M^ttfis Ecclefias^ ab his nostris temporibus usque
in
(*) j. WOLF. Lectiones Memorab. T, l. p, 446-458,
G5
io6 K E R K E L IJ K E
V in fimm feculi , una cum compilatione ex diverjis
BOEK Prophetis Novi ac Veteris Testamenti. Theolospho-
Hoofdft. ^^ ^^ Cufentia, Presbijteri et Heremitae. Item eX"
na C. G. planatio figiirata et pulchra in Apochalypjin de re-
l^^\Vjl /td^*o Jlatif Ecdefiae ^ et de tribus Veh ^ (/^^^,)
. venturis debitis , femper adjectis textibus f. fcrip-
turae et Prophetarum. Item tractattis de Antechris-
to Magistri Joannis Parificnlis , Ordinis Praedicam
torum. Item Tractatus de feptem ftatihus Ecdefiae
devoti Doctoris , Fratris Ubertini de Cafali, Ordi-
nis Minor um. Venetiis 1516. in ^to. De hier ge-
noemde CYRiLLUs was een Kluizenaar op den berg
Kar mei , die in het jaar 1225 gellorven is. De ove-
rigen zijn van later tijden.
Niemand, die de dweepzucht van deze eeuwen
kent en gadeflaat, zal zich over deze menigte van
voorzeggingen verwonderen , welke toen te voor-
fchijn kwamen. Men maakte 'er ook werk van, om
de gezigten, in de Openbaring van joannes voor-
komende, uit te leggen en toe te pasfen. Men had
reeds voorheen meermalen gepoogd den tijd van de
komst van den Antichrist te bepalen, en geloofde,
uit de gebeurtenisfen van den toenmaligen tijd te mo-
gen befluiten, dat deszelfs komst met rasfe fchreden
naderde. In de Xllde eeuw had men den Profeet
MALACHiA , de bovengemelde cyrillus , joachim,
RAuvERius, de Heilige hildegardis in het Kloos-
ter Bui gut bij 3Ieniz, en meer anderen.
Voorzeg' Men heeft voor dezen aan foortgelijke voorzeggin-
gingen j^g geringe waarde toegekend. De Roomsck"
van den *' ° , " • , , ... , ...
Abt joA- Kathlijken vonden daar een bewijs lu van heihg-
cüiM. held
G E S C H I E.D E N I S. 107
heid en Goddelijke ingeving; maar de Proteflanten V
bedienden zich tegen de Roomfche Kerk van die, *^^*
welke voor de Pausfen en derzelver Kerk nadeclig Hoofdft.
waren uitgevallen. Ondertusfchen is de echtheid 'i^'- C. G,
van alle deze voorzeggingen, bijzonder die van den ^^^ ^ '^'
Abt joACHiM , niet volkomen bewezen , hoewel hij — — .
overigens van de Roomfche Kerk met geen groeten
roem fpreekt. Zoo fchrijfc hij onder anderen (♦^ï
„ De vleefchelljke Kerk, welke het nieuwe Babyion
genoemd wordt, zal niet een' driedubbelden geefel
gekastijd worden: te weten, met het verlies van ha-
re tijdelijke goederen door het Duitfche Rijk ; met
Ketterij , bijzonder van de Patarenen , uit wier fek-
te de mijftifche Antichrist zijn zal , en ten derde ,
met het zwaard der Ongeloovigen , inzonderheid van
de Mohammedanen. Deze drie zullen te gelijk te-
gen de Hoere , (^fornicaria , ) opfliaan , om haar ge-
heel op den grond te werpen , en opdat zij eindelijk
van haren bruidegom Christus , als de jeugd eenes
arends vernieuwd worde.'' De Roomfche Schrijver
MANSi (f) vertroost zich daar mede, dat, alhoewel
JOACHIM zich op zoodanige wijze tegen de Roomfche
Kerk hebbe uitgelaten , hij haar echter geene verval-
fching van het geloof heeft toegefch reven.
Men hield hem dus ook voor dezen voor den
opfteller van een in het Latijn gefchreven eeuwig
Euangelie^ een boek, welks titel uit Openh. XIV
6. ontleend is. Dit boek bevat de voorzegging van
eene
(*) Apud. J. WOLF. /. c. p. 491. fqq,
(t) Ad FABRICIUM /. C. />. 41.
io8 KERKELIJKE
V eene gelukkige en volmaakte eeuvv, de eeuw en het
»oEK Euangelie van den Heiligen Geest genoemd, welke
Hoofdft. de plaats der eeuw van den Fader en ó^n Zoon van
na C. G, God vervangen zal ; welke groote verandering de
^^"J°^^' Bedelmonniken zullen voortbrengen ; en dit mag de
m « reden wel zijn , waarom men dit Boek aan joachim
heeft toegefchreven.
Vijf en vijftig jaren lang was dit eeuwig Euan*
geïie onaangevochten gebleven , toen het door Wil-
lem van St, Amour in het jaar 1254 in zijn Boek :
van de gevaren der laatfte tijden , en te gelijk door
de overige Godgeleerden der Paryfche Univerfiteit
werd aangevallen. Eigenlijk echter was het een
nieuw gefchrift, hetwelk aanleiding tot dezen aan-
val gaf, zijnde eene inleiding en opheldering op het-
zelve, (^Introductorius in Evangelium jfEternum,')
welk werk van het voorgemelde boek wel moet on-
derfcheiden worden (*) , wordende dit laatfte aan
eenen broeder gerhard toegefchreven. Toen de
Univerfiteit van Parys in het jaar 1256 hare Afge-
vaardigden aan den Paus zond, liet zij hem tevens
verzoeken, om dit Boek van gerhard te veroor-
deelen, als behelzende vele goddelooze leerftukken,
te weten , in hetzelve werd beweerd , dat het Ëu-
angeïie van je zus flechts tot het jaar 1260 zon
duren , en dan zou een volmaakter Euangelie van
den Heiligen Geest aanvangen, en met hetzelve een
ander Christendom , van veel grooter aanzien ,
dan in de eerfte Kerk ; het tot hier toe enkel
werk-
(*) MosHEiM Kerk. Hijl. Deel V. Bladz. 115?.
GESCHIEDENIS. 105
werkdadig leven zou in een befchouwend overgaan, V
hetwelk zelfs Christus en de Apostelen niet volko- ^°^!^
men beoefend hebben ; maar eene nieuw op te ko- Hoofdff.
men Orde zal daar het hoogfle voorbeeld van ge- na C. G,
ven , en den waren weg ter zaligheid aanwijzen. fQj'^J^fl'
Men voegt 'er bij , dat in dit werk ook geleerd is , ,
dat het geestelijk verltand van het Nieuwe Testa-
ment zelfs in de Roomfche Kerk niet gevat wordt;
dat de derde Orde der Uitverkorenen , of de volko-
mene Bedelorde niet verpligt zij , haar leven voor
den Godsdienst op te offeren; dat de fcheuring der
Griekfche Kerk van de Roomfche een werk van den
Heiligen Geest zij, en dat daarom Geestelijke man-
nen niet verpligt zijn , aan de laatfte te gehoorza-
men; dat de Griekfche Paus^ ( of Patriarch , ) meer
geestelijk is, en zich meer in den ftaat van zalig-
worden bevindt, dan de Latijnfche; dat het heil
des Joodfchen Volks van den Vader, van het Roofn"
fche van den Zoon, en van het Griekfche van den
Heiligen Geest gewerkt wordt enz. Men begrijpt
ligtelijk, dat de Schrijver van dit Boek aan de Bar-
revoeter Monniken , of aan de Serafynfche Orde,
zoo als zij zich allengs , even als haren Stichter,
naar de wonderbare indrukfelen , welke een Seraf
hem gegeven had, den Serafynfchen Vader noemde,
alleen de hoogfte volkomenheid van het Christendom
heeft toegekend; maar niet zoo klaar is het, waar-
om hij den Griekfchen Patriarch boven den Paus
van Rome verheft; hoe het zij, de Univerfiteit van
Parys drong zoo fterk bij den Paus alexander IV
aan , dat hij het Boek moest laten onderzoeken ,
dat
lio K E R K E L IJ K E
V dat hij hetzelve eindelijk veroordeelde in het Jaar 1255.
BOEK. QqIj v^ertj hetzelve, op begeerte der Univerüteit ,
Hoofdlt. i" ^^^ Voorhof der Domkerk te Parys , openlijk ver-
na C. G. brand.
jaario73. p^j^^. gjjggj^ hadden de Bedelmonniken met ande-
tot 15 17.
. ren te ftrijden, maar zij waren het al fpoedig met
Twisten malkanderen oneens. Zij betwistten malkanderen de
monniken eerstheid van ontftaan , de Dominikanen beweerden ,
met mal- dat zij ouder waren, en dat zij zich welvoegelijker
kandcren. j^g^^j^jgj^ . 2ij hadden met regt , hunnen naam en ambt
van het prediken gekregen, en hun kwam eene Apos-
tolifche waardigheid toe. De Minoriten of Min*
derbroeders zeiden hier tegen : dat zij een firenger
en nederiger leven om Gods wille verkozen had-
den; hun leven was daarom waardiger, omdat het
heiliger was; en de Broeders konden van de Orde
der Dominikanen heel wel tot de hunne overgaan,
als van eene lagere tot eene hoogere Orde. Maar
de Dominikanen voerden hun te gemoet , dat fchooa
de Minoriten barrevoets gingen, mannelijk gekleed,
en met koorden omgord waren , hun echter het
vleesch eten niet verboden was , zoo als aan de
Predikmonniken; gevolgelijk moest men van der-
zelver Orde liever tot de hunne overgaan (*}. Bij
het verfchil onder de Wijsgeeren van dezen tijd, de
Nominalisten en Realisten^ hielden het de Domini-
kanen met de eerften, de Franciskanen met deze
laatilen. In het Godgeleerd zamenflel verdedigden
de Dominikanen het leerftelfel van augustinüs in
zij-
(*) MATTH. Parii. L c» p. 611.
GESCHIEDENIS. ni
ïljne volle fterkte, terwijl de Francïskanen tot het V
Semipelagianismm neigden. Eindelijk waren ook °°^*
deze, de Minderbroeders ^ ijverige aanhangers van Hoofdft.
het in deze eeuwen opgekomen gevoelen aangaande "a C. G.
de onbevlekte ontvangenis der Maagd maria, welke ['qJ^'^7\'
de Predikermonniken nooit aangenomen en meerma- »
len openlijk beftreden hebben.
Onderling waren de Franciskanen zelve al vroeg Verfchil-
oneens , en wel over het geen echter de hoofdzaak l?^ ^^}
. ° Francis-
van hunne Orde uitmaakte, de armoede. Reeds bij knnenoiir
het kven van franciscüs , had de Broeder elias derling.
zich afwijkingen van den Regel veroorloofd, gelijk
wij gezien hebben. Als Generaal der Orde handel-
de hij vervolgens nog willekeuriger, waar op zich
eene partij tegen hem vormde van zulken, die ftren-
ge ijveraars wilden zijn voor de inzettingen van den
Heiligen; onder welken antonius van Padua één
der voornaamflieH was. Deze bragten het zoo ver,
dat elias in het jaar 1230 door den Paus werd af-
gezet, en p. joAN parent tot hoofd der Orde
verkoren werd. elias begaf zich in een van de
Kluizen, welke franciscüs aangelegd had, alwaar
hij een zoo ftreng leven leidde, dat men hem voor
een* Heiligen begon te houden, terwijl hij heimelijk
eene partij onderhield , die met hem overeen ftem-
de over de noodzakelijkheid , om den Ordensregel
te verzachten. Deze partij bragt in het jaar i23(),
op een algemeen Kapittel der Orde, met onftuimig-
heid te weeg, dat hij op nieuw tot Generaal der
Orde verkoren werd , hetwelk door den Paus , die
zich zijne zoogenoemde bekeering liet welgevallen,
be-
ïia K E R K E L IJ K E
V bevestigd werd; evenwel wilden de ijveraars nïe<*
BOEK mand anders als Generaal erkennen, dan parent»
Hoofdrt. ELiAS wist zich ook te handhaven , zelfs met ge-
na C. G. weid; fommigen van zijne tegenftrevers , die, naar
iori?^7 ^* c.'ESARius van Spiers , welken zij aan hun hoofd
. hadden , Cczfarinen genoemd werden , verzond hij
in ballingfchap , andere werden in gevangenis opge-
floten en hard behandeld, antonius van Padua
moest ketenen en ftokflagen verdragen. Ook lag
c-(ESARius zelve twee jaren lang gekluisterd in eeneii
Kerker; en als hij in het jaar 1239 buiten denzelven
gegaan was , terwijl hij door verzuim opengelaten
was , om zich in de zon wat te verwarmen, gaf
de Opziener van zijne gevangenis , een ander
Franciskaan , hem een' doodelijken fiag. Eindelijk
zette GREGORius IX ELiAS in het jaar 1239 nog*
maal af; en albert van Pifa kwam in zijne plaats.
Doch bij eene nieuwe verkiezing in het jaar 1244,
als CRESCENzi van jfefi verkozen werd , poogde
ELIAS zich bij den Paus innocentius IV weder
in aanzien te brengen, door in deszclfs twisten met
Keizer frederik II voor middelaar te fpelen; doch
de Paus , bemerkende , dat hij in naam des Keizers
veel beloofde, zonder volmagt daar toe te hebben,
wees hem , in plaats van een naar willekeur om-
zwervend leven , een Klooster tot zijn verblijf en
gehoorzaamheid aan zijnen Generaal aan. Dit kon
ELiAS niet dulden, waarom hij de Orde geheel ver-
liet, en zich bij den Keizer begaf, bij wien hij den
Pans en de Roomfche Kerk in het gemeen aller-
fchandelijkst affchilderde.
GESCHIEDENIS. ii^
Zijne partij bleef echter ftand houden ; en inno- V
CENTius zelve kwam haar door eene zachtere uitleg- "^"L*
ging van den Ordensregei te hulp , vastftellende , dat Hoofdft*,
zij wel vaste goederen , huizen , huisraad en boeken na C. Gé
konden hebben en gebruiken , maar het regt , de loJ'^Jrii
eigendom en beheerfching derzelve zouden aan den ■■.
Heiligen petrus of aan de Roomfche Kerk behoo-
ren; en hier toe neigde ook de Generaal crescen-
zi, waar over de ijveraars ^ die zich ook Geestelij-
ken^ (Ze/atores, Spirituaks,') noemden, zich ver-
geefs bij den Paus beklaagden. Eindelijk evenwel
oordeelde de Paus het noodig in het jaar 1247, om
hem af te zetten, joannes van Parma , zijn op-
volger, hield zich nader aan het voorbeeld van
FRANCiscüS, doch in het jaar 1256 bij alexan-
DER IV befchuldigd zijnde, leide hij, op deszelfs
raad, zijn ambt neder, en benoemde den vermaar-
den BONAVENTURA tot zijneu opvolger , die dg
waarneming der oorfpronkelijke regelen bevorderde,
waar door de naam van Cafarinen nu geheel op-
hield, ook volgden drie van zijne opvolgers tot het
jaar 11278 denzelfden weg,
In het volgende jaar gaf nicolaus III eene nieu-
we verklaring van den gemelden regel, in eene ver-
maarde Bulle naar het eerde woord Exiit genoemd,
die ook in het Paufelijk Wetboek ftaat (*). Behal-
ve andere voorfchriften , werd daar in de vastftel-
ling van innocentius IV vernieuwd, de Monni-
ken
(♦) Sext. Decrctt. L. V. Tit. VI. de Verb. Signif\
C 3. pag. 1028- 103 7.
XVUI. Deel. H
tt4 K E R K E L IJ K E
V ken zouden geene bezittingen, eigendom noch be-
*9?|' heering hebben, maar alleen het eenvoudig vrucht»
Hoofdft. gebruik der noodige zaken met der daad , zonder
na C. G. eenig regt , {Jimplex iifus , non jurh fed facti ; )
£ori5i7 ^^^' eigendom zou aan den Room/eken Stoel voor-
■ behouden zijn.
p. j. VAN Hier mede echter waren de verfchillen in de Orde
nog niet geheel weggenomen. De flrengere ijveraars
waren met deze BuUe niet te vrede ; hoewel nie-
mand onder hen, in het voordragen van ongewone
gevoelens , verder ging dan pieter joan van oli-
VA. Deze was te Serignan 'm Languedok in het
jaar IS59 geboren, en reeds in zijn twaalfde Jaar
door zijne ouders in het Klooster van St, francis-
cus te Beziers gebragt. Te Parys werd hij Bacca*
laureus der Godgeleerdheid , en verwierf den roem van
een geleerd en heilig man te zijn. Hij was een ijverig
vereerder van den Stichter zijner Orde, en een ijve-
raar voor de ftrenge waarneming van deszelfs Rege-
len, waar door hij vele vijanden maakte, fchoon hij
te gelijk vele aanhangers had, oliva heeft veel ge*
fchreven , maar dewijl hij onder de befchuldiging van
Ketterij geftorven is, zijn zijne fchriften gedeeltelijk
vernietigd , gedeeltelijk in de Handfchriften in openbare
Bibliotheken blijven liggen. Uit zijn Boek over de
Maagd MARIA werden hem reeds in het jaar 1278
aanftootelijke gevoelens tegengeworpen, en hij door
den Generaal der Orde, hiüronymus van AscoU ^
genoodzaakt, het Boek zelve te verbranden. Toen
de Generaal der Orde imatthias van Aquas Spar-
tas, die in het jaar 1288 Kardinaal werd, niet al-
leen
GESCHIEDENIS. 115
leen zich zalven alle gemakken vergunde, maar ook V
toeliet, dat zijne Ordensbroeders in hunne Kerken °^^^
en bij hun bedelen geld verzamelden , hetwelk kin- Hoofdft.
deren , die hen verzelden , voor hen ontvangen na C. G.
moesten, verzette zich, behalve anderen, ook oli- ^^^'^ï^^^*
' tot 1517*
VA hier hevig tegen. Hij was reeds in een alge- — — —
meen Kapittel te Straatsburg in 1282 als een on-
rustige Geest en Ketter befchuldigd, maar had her-
roeping gedaan; doch in het jaar 1290 werd hij op
nieuw aangevallen. Toen hadden verfcheidene Fran'
eiskaner ijveraars met hem een gezelfchap gevormd,
hetwelk de Congregatie van Narbonne genoemd
werd. NicoLAUs IV gebood den Generaal der Orde
RAiMUND GAUFREDY, dcze als lustverftoorders te
ftraffen. oliva zelve werd ter verantwoording ge-
roepen, doch ftierf te midden van deze verwarringen
in het jaar 1297 in een Klooster te Narbonne. Zijne
vrienden hebben van wonderen gefproken , door
welke zijne heiligheid zou bevestigd zijn. Maar zij-
ne vijanden bragten het bij den Generaal joan de
MURO zoo ver, dat aan de Ordensbroederen verbo-
den werd, zijne fchriften te lezen, welk verbod in
het jaar 130a met zulke flrengheid werd uitgefpro-
ken, dat Paus sixtus IV hetzelve eerst tepen het
einde der XVde eeuw vernietigd heeft, verklhremle,
dat in de gemelde fchriften niets te vinden wüs,
ftrijdig met het geloof en de goede zeden.
De Spiritualen , getrouwe aanhangers van oliva ,
konden niet verhinderen , dat klemens V op de
Kerkvergadering te Fienne in het jaar 1312 de vol-
gende ftellingen van oliva verwierp: dar het v^t7.t\\
H 2 vaa
ii6 K E R K E L IJ K E
V van God genereert en gegenereerd wordt ; dat de
BOEK 2iel des menfchen, als iets redelijks, niet de wezen*
Hoofdft. ly'^^ vorm van z'yn ligchaam is; dat ciiristus de
na C. G. fteek met de lancie nog vóór zijn dood ontvangen
jaario73. j^g f^ . gjj ^^j ^e kinderen door den Doop wel de
tot 15 17. ' f 1 1 i_
- vergeving der Erfzonde bekomen , maar niet de ge-
nade en deugden, joannes XXII liet zijne fcbriften
nogmaals door eenige Doctoren in de Godgeleerd-
heid enz. onderzoeken, die omtrent 42 Artikelen,
voornamelijk uit de verklaring van oliva, over de
Openbaring van joannes getrokken, hun oordeel
velden. In het eerlte Artikel had oliva een'z^ve//-
voudigen flaat der Kerk opgegeven , als door even
zoo veel gezegden van den Apostel aangeduid, de-
zen Artikel verklaarden zij voor Kettersch^ omdat
de zesde en zevende Tijdkring boven de andere ge-
field was. De zesde , had oliva gefchreven , begon
eenigermate van den tijd van den heiligen man, on-
zen Vader FRANCiscus; maar volkomener na het oor»
deel van Babyion , die groote koere. Hier mede hangt
het derde Artikel zamen van het oordeel der hoere ,
en van het beest met zeven hoofden^ als oolc van de
nieuwe bruiloft des Lams met zijne bruid, al het-
welk toegepast wordt op de verwerping van de Ba'
hylonifche Oudheid, en de vernieuwing der geftalte
van CHRISTUS. Dit wordt voor Kettersch ver-
klaard, omdat OLIVA door de koere dQ Roomfche Kerk
en ook de algemeene Kerk, voor zoo ver zij haar
als hoofd erkent, verfliaat enz. Over het algemeen
ftrookten deze Artikelen vrij wel met èm inhoud
van het Eeuwig Euangelie , hetwelk men aan den
Abc
GESCHIEDENIS. 117
Abt joACHiM toefchreef, maar zoo flout waren de V
Paufen nog door geen' Monnik aangevallen. Ook ^^'^
werden werkelijk vier Franciskanen , die deze Arti- HoofdfL
kelen hardnekkig verdedigden , in het Jaar 1318 te "^ C. G.
Marfiilk als Ketters verbrand. De Paus veroor- J^j j-j^J
deelde het Boek zelve, waar zij in voorkwamen, in
het jaar 1326. Ook moesten de beenderen des
Schrijvers opgegraven en verbrand worden. Deze
had wel in ubertino van Cafale^ eenen zijner leer-
lingen, eenen ijverigen verdediger, die hem zocht
te verfchoonen , maar hij kon zijne tegenpartijders
Hiet voldoen.
ï)qzq. twisten onder de Franciskanen over de wa- Celesti-
re gedeldheid der hun voorgefcbrevene armoede, "^/ ^""^
hadden nog verdere merkwaardige gevolgen. De
Sperhuakn bleven klagen over de verflapping van
den regel hunner Orde. Hun Generaal matthias
van Aqiias Spartas liet eenigen daarom gevangen
zetten, die eerst na zijne afdanking in het Jaar 1290
in vrijheid kwamen. Vier Jareii daar na kwam ce-
LESTiNus V op den Pausfelijkcn troon. Dewijl de-
ze zich zoo moeijeiijk van zijn Kluizenaarsleven had
iaten aftrekken, verzochten hem eenige Spirituaïen ^
dat zij, als een bijzonder gezelfchap, een Kluize-
naarsleven zoo arm mogten leiden, als hun Stich-
ter gewild had. De Paus bewilligde dit, onder
voorwaarde, dat zij, in plaats van Minderbroeders^
voortaan Celestiner -Eremiten zouden heeten en
gaf hun p. LiBERATus tot opperde. De Paus
had zelve eene nieuwe Orde gedicht, die onder den
jiaam van Celestinen en eenen heel fcherpen regel
H 3 nog
ïi8 K E R K E L IJ K E'
V nog beflaat. De Celestiner Eremhen moesten ech-
BOEK ter ^ onder zijnen opvolger bonifaciüs VIII , uit
Hoofdft. hoofde van vervolgingen , op een Grieksch eiland
na C. G. vlugten. Maar ook hier werden zij verdreven , en
\TJ\V^' ^^ Latiinfche Patriarch van Konjlantimpolen deed
■ hen in den ban. Zij werden als Ketters te regt ge-
field, eenigen (tierven onder mishandelingen in de
gevangenis; anderen werden naakt door de ftraten
van Napels gegeeield, en uit het Rijk gebannen.
Fratrlcelli Doch door de vervolging nam hunne geestdrift
toe. Even voor de laatfte jaren der Xlllde eeuw
plantten zij zich voort, onder den Italiaanfchen
naam Fratrkdli , of kleine Broedertjes , en fcheid-
dcn zich geheel van de overige Franciskajien af (*),
Deze Fratrkelli hadden even zoo wel hunne Lee-
kenbroeders, of hunne derde Orde, (Terilarii,')
als FRANCiscus zclve reeds deze inrigting gemaakt
had. Bij wijlen heetten zij Bizochi of Bocafoti ;
waar van de eerfte naam uit het Italiaanfche Bizo*
cho, in het Fransch Beface ^ een bedelzak ^ ontdaan
is, en het tweede waarfchijnlijk oorfpronkelijk eene
gelijke beteekenis heeft. In Duitschland werden zij
van het woord Beggen of Beggeren , ( dat is , Jierk
of herhaald bidden of bedelen , ) Begharden , en in
Frankryk Beguinen genoemd, alhoewel deze bena»
mingen ook van andere gezelfchappen gebruikt zijn.
Doch van deze partijen in het vervolg meer.
Augustij- Behalve de Dominikanen en Franciskanen ^ ont-
ner Ere- (^Qu^ign 'gr nog andere BedeJordens , maar welke
inuea of
nooit
(♦) Men leze mosheim Kerk, Gefèh. Deel V. £1.136,
GESCHIEDENIS. 119
nooit dien trap van aanzien en vermaardheid bereikt V
hebben. Ëene derzelve, de Orde der yliigmtijner ^^^^
Eremiten, of Kluizenaars van den Heiligen au- Hoofdft,
GusTiNüS, is, alhoewel de geringfle van allen, bij ria C. G.
de nakomelingfchap vermaard geworden , doordien j J"?^!*
uit dezelve in de XVIde eeuw de man is te voor- .
fchijn getreden , die de gevaarlijkfte vijand der PaU' Kluize-
fen en van derzelver Heerfchappij geweest is. Wij
hebben al vroeg opgemerkt, dat augustinus geen
Kluizenaar, noch Monnik, ook niet Stichter der
nieuwe Kanunniken geweest is , en dat evenwel niet
alleen de Reguliere Kanunniken^ maar ook de Au-
gustijner Eremiten hunnen Regel van hem willen
ontvangen hebben. Hier over is hevig getwist ,
doch van welken twist wij hier niet breedvoeriger
willen fpreken, alleen zij het genoeg aan te merken,
dat 'er voor de Orde der Augustijner Eremiten ,
Congregatien van Kluizenaars in Itali'é geweest zijn ,
die in het eerst geenen bijzonderen Regel hadden;
en eerst van innocentius IV, in de jaren 1244 en
1252 , eenen Regel , die naar augustinus den
raam heeft, ontvangen hebben. Soortgelijke waren
de Kluizenaars van Toskane, en die, welke door
zekeren joan bon in Normandi'é gefticht waren.
GREGORius IX deed hetzelve ten aanzien der Bris»
tinifche Kluizenaars, dus genoemd naar eene een-
zame plaats Bristini in de Mark Ancona,
Eindelijk vereenigde alexander IV alle deze en
nog meer Kluizenaarsgenootfchappen door eene bij-
zondere Bulle in het jaar 1265, onder den zooge-
noemden Regel van den Heiligen augustinus, en
H 4 gaf
ï!2o K E R K E L IJ K E
V gaf daar aan den naam van Ordo Eretnitarum S,
EOEK y^uguitini. Deze kreeg tot Generaal den Broeder
Hoofdft. LANFRANK, zïj vvcrd in de bijzondere befcherming
na C. G, van den Apostolifclien Stoel genomen , en de Paus
€.0^10 7 S^f hun zwarte kappen. Deze Orde werd toen
m. 1 1.11 1 reeds in vier Provinciën Fraukryk , Duitschland ,
Spanje en Itali'é verdeeld, en is federt zeer aanmer-
kelijk in getal toegenomen. Ondertusfchen zijn het
geene eigenlijke Eremiten of Kluizenaars, maar niet
anders dan Kloosterbroedcrs ; de inrigting van hunne
Orde is eerst in de XVIde eeuw volkomen tot (land
gekomen , en eenige bijzonderheden uitgezonderd ,
ziet men aan hen alleen gewone Monniken, welke
pius V in het jaar 1567 eerst onder de Bedelmort"
viken aangenomen , en na de Dominikanen , Fran^
ciskanen en Karmeliten ^ de vierde plaats heeft aan-
gewezen. Het verval der Kloostertucht heeft reeds
federt de XlVde eeuw ook hier tot Hervormingen
en nieuwe Congregatien aanleiding gegeven, onder
welke de ongefchoeide of harrevoeter Augustijnen^
die eerst in de XVIde eeuw ontftonden, de ver-
maardfte en ftiengfte uitmaken.
• Allengs werd echter de menigte der Monniken
lastig zelfs voor den Paus, hoe zeer zij als Geeste-
lijke k rijgsbenden mogten aangemerkt worden, om
het Pausfeiijk gezag te fchragen, waar aan zij ook
geheel onmiddelijk onderworpen waren ; maar hunne
gedurige twisten, zoo onder malkanderen, als met
de overige Geestelijkheid , maakten het voor de
ÏVusfen ten uiterfte moeijelijk, om hen in toom te
houden. Het was dus geen wonder, dat reeds in-
NO-
I
GESCHIEDENIS. lai
NOCENTius III op de Kerkvergadering van Latera- V
nen in het jaar 1215 verbood, meer nieuwe Ordens ^^^
van Monniken te ftichten , opdat derzelver te groore Hoofdft.
verfcheidenheid geene verwarringen in de Kerk zou "^ C. G.
aanrigten, welk verbod ook door volgende Paiisfen j^'j 1517J
vernieuwd is geworden. -■
In de XlIIde eeuw ontftonden echter, behalve de Orde der
reeds gemelde, nog twee Ordens, welke hier ver- '■^"^°*
dienen gewaagd te worden. De ééne derzelve is de
Orde der Serviten ; van deze waren zeven Kooplie-
den en Raadsheeren te Florence de ftichters , bijkans
allen van de aanzienlijkfte huizen in Toskane. Deze
allen leden zijnde van eene Geestelijke Broederfchap ,
wier voornaamfte pligt was , Lofliederen ter eere van
de Heilige Maagd te zingen , bevonden zich op ha-
ren Hemelvaartsdag in het jaar 1233, in haar Bede-
huis , alwaar zij geloofden door hemelfche gezigten
geroepen te worden, om de wereld te verzaken. Zij
maakten daar mede terftond een begin, met het ver-
koopen hunner goederen, en het geld aan de armen
uit te deelen. De Bisfchop van Florence^ door hen
geraadpleegd, vergunde hun een Bedehuis met eenen
Altaar , om daar Misfe 'm te lezen , en dewijl zij
enkel van aalmoezen wilden leven , veroorloofde hij
hun, om openlijk te bedelen. Zij begaven zich dus
in een armoedig huis buiten de (lad ; trokken flechte
kleederen aan ; bedekten hun ligchaam met haren
hemden en ijzeren kettingen ; leefden in eene volko-
Eiene gemeenfchappelijke armoede , en verfchenen nu
ifl deze toerusting in de (lad. Hier , zegt men ,
jyezen de kinderen, die nog aan de borst lagen,
H 5 met
laa K E R K E L IJ K E
V met den vinger op hen, roepende: zie de dienareM
BOEK fi^f Heilige Maagd, De Bisfchop raadde hen, de-
Hoofdfl. zen hun zoo wonderbaar gegevenen naam te behou-
B3 C. G, (Jen , van daar werden zij Serviten , of vollediger
^^"°j^* ^y^m S, Marine^ genoemd. Maar een jaar daar
. na verwijderden zij zich op eei-ien tamelijken affland
van Florence op den Berg Monte Senario , alwaar
zij van een vervallen Kasteel eene Kerk, en verfchei-
deiie Kluisjes bouwden, en onder gedurige Lofzan-
gen ter eere van maria in het eerst alleen van wor-
telen en kruiden leefden, en naderhand hunne aal-
moezen door twee hunner te Florence lieten op-
halen.
Op raad van 'sPaufen Kardinaal - Legaat verzoch-
ten zij den bovengemelden Bisfchop, om hun eenen
Regel voor te fclirijven; maar, volgens het verhaal
der Schrijvers van deze Orde, befpaarde de Heilige
Maagd hem deze moeite, dewijl zij in het jaar 1239
dezen Monniken beval, ter gedachtenis van het lijden
van haren Zoon , een zwart kleed , lederen gordel ,
een fcapulier en kap te dragen , en hun tevens den
Regel van den Heiligen augustinus voorfchreef.
Hunne Orde werd bevestigd door alexander IV,
in het jaar 1255, doch innocentiüs V, die in het
jaar 1265 Paus werd , verbood hunnen Generaal,
Novitien aan te nemen, en was bedacht op de ver-
nietiging der Orde; volgende Pausfen echter waren
hun weder genegen , en honorius IV bevestigde in
het jaar 1285 hunne Orde op nieuw, die in de
XVde eeuw van martinus V al de voorregten der
Bedelmonniken ontving. Men heeft deze Monniken
ook
GESCHIEDENIS. 125
ook genoemd: Broeders van het lijden van omen V
Heere jezus Christus , als ook , omdat zij alle *°^*
hunne gefprekken met de groetenis des Engels be- Hoofdft.
gonnen : de Broeders van het Ave Maria, Deze na C. G.
Orde is "NtX talrijk geworden , maar heeft nooit flerk 'o^Jri?*
uitgemunt , alleen heeft in het begin der XVIIde .
eeuw een enkel man haar grooten roem verworven,
te weten, p. paülus sarpi, die van de Italianen
FRA PAOLO, de Broeder Pauhts ^ genoemd wordt,
en die in geest en verdienste grooter was , dan eene
menigte der vermaardfte Monniksheiligen te zamen. .
Van eene andere Orde , met deze der Serviten
naauw verwandt, in Franhryk weleer naar hunne
blauwe kleederen en mantels, Blanc - Manteaux ge-
noemd, die in het jaar 1157 te Marfeilk ontllaan
is, is het onnoodig, breeder te fpreken.
Van de tweede der bovengemelde Ordens , die Orde der
nog eenige aanmerking verdienen, kan men iets zeg- V'"^^^*
gen , hetwelk van de beste der overigen niet gezegd
kan worden ; dat zij namelijk ten behoeve des
menschdoms is opgerigt , en daar toe ook tot onze
tijden toe nuttig is geweest. Zij is de Orde der
Trinitarier Geestelijken of van de loskooping van
gevangenen. Haar oorfprong wordt weder verhaald
niet zonder hemelfche verfchijningen gebeurd te zijn.
Hare Stichters waren joan van matta, de Zoon
van eenen Edelman in Provence^ geboren in het Jaar
1160, en FELix VAN VALOis , een Kluizenaar;
door eenen Engel, zoo men zegt, geboden om naar
Rome te gaan, en daar hunne beftemming te verne-
men, droegen zij aan Paus innocentius IV in het
jaar
124 K E R K E L IJ K E
V jaar 1198 deze verfchijning voor, die hun vergunde
BOEK eene nieuwe Orde op te rigten, vireljjer hoofdwerk-
Hoofdft. zaamheid zou zijn , de gevangene Christenen bij de
na C. G. Ongeloovigen te rantzoeneren of vrij te koopen. De
Jaar 1073. p^^^ noemde ze de Orde der Heilisie Drie'éenheid ;
Eot I5I7'
— — — maar zij draagt ook den nnam: de redemtione capti-
vorum* Tot kleeding gaf hij aan de Monniken van
deze Orde, die anderen ook Kanunniken noemen,
een wit kleed met een rood en blaauvv kruis op de
borst, in welke kleeding de Engel verfchenen was.
In Frankryk wedergekeerd , werden zij door den
Koning filips augustus en andere Grooten zoo
rijkelijk begiftigd, dat zij fpoedig verfcheidene Kloos-
ters aanleiden. Eenige jaren daar na werd voor hen
te Parys het eerde Klooster geflicht,op eene plaats,
waar eene Kapel ftond, die aan den Heil. mathu-
RiN gewijd was , waar naar men hen in Frankryk
les Mathurins noemde, matïa overleed te Rome
in het jaar 1213 of 1214. felix de valois was
ongevaar een jaar vroeger overleden. Hun Regel
vergunde hun vleesch noch visch. Ook mogten zij
niet cp paarden, maar op ezels rijden, waar van
hunne Orde ook Ordo Ajinorum , en zij zelve de
Broeders op ezelen^ (^les Fr er es aux Anes^^ heet-
ten. Nog in de jongde tijden , hadden de Trinita-
rien tot hunne hoofdbedoeling de vrijkooping van
Christen flaven, waar toe zij aalmoezen, zelfs in
Protefiantfche Landen, inzamelden.
Orde van Eerlang begeerde ook de Heilige Moedermaagd,
onzelieve ^qq j^j^g ^^.^ verhaalt, eene dergelijke Orde; ten dien
vrouwdcr ..,...,. „ ,, , ,
vriikoo- emde zal zij m het jaar 1218 aan eenen Edelman
ping. uit
GESCHIEDENIS. 125
Bit Latiguedok , pieter nolasque , verfcheiien V
zijn, die reeds daar op bedacht was, om Christen *??*
flaven te losfen, hem gebiedende, tot dit oogmerk Hoofdft.
eene bijzondere Orde te (lichten. Toen hij dit aan "^ C. G.
zijnen Biechtvader, den vermaarden raymund van jJqj 1517
PENNAFORT, toen Kanunnik te Barcellona^ ontdek- —
te , gaf deze hem te kennen , dat hij dezelfde ver-
fchijning had gehad. Om dit te volbrengen wend-
den zij zich tot den Koning van Arragon^ alfon-
zus V, die uit kracht eener volmagt, hem van den
Paus vergund, hier in bewilligde. Reeds in het jaar
119a hadden eenige Edellieden in Kataloni'è een ge-
nootfchap opgerigt, hetwelk voor de oppasfing vati
armen en gevangenen zorgde. Christen flaven vrij-
kocht, en de kusten der Middellandfche Zee tegen
de aanvallen der Mooren befchermde. Deze voeg-
den zich bij de nieuwe Orde, waar bij ook eenige
Priesters kwamen, en men maakte fpoedig een ge-
lukkig begin met het losfen van flaven , bij de Ara"
bieren in het Spaanfche gebied. gregorius IX
bevestigde deze Orde in het jaar 1234 , en gaf haar
den zoogenoemden Regel van den Heiligen augus-
TiNus. De Orde voert den naam : Onze lieve vrouw
der losjing; in het Spaanschi JSJostra Senora de Ia
Merced ; in het Fransch : Nosire Dame de la
Merci.
Met voorbijgaan van eenige Ordens, die in deze Humilia-
eeuwen ontflionden , maar fpoedig te niet liepen (♦) , ^^°*
ver-
(*) Men zie eene lijst van dezelve bij mosheim Kerk,
Qefchied. V DeelyBladz. 323.
iftö KERKELUKE
V verdienen de Humiliaten nog eenige melding, een
*vT gezelfchap van eenige , waarfchijnlijk onder hen-
Hoofdft. DRiK II, verdrevene Milanezen ^ èiQ zich 'mDuitsch-
na C. G. land vereenigden , maar fpoedig weder naar hun va-
Tflciri 07*^
tot 1517* ^^'■l^"^ iQxxxg keerden. In het eerst waren zij flechts
I Leeken, die zich tot handenarbeid, en bijzonder het
vervaardigen van lakenen , tot eene geringe kleeding ,
vele goede werken, en godsdienftige oefeningen ver-
bonden. In het vervolg ontftonden daar uit twee
Ordens: eene van Monniken en Nonnen; maar die
bijeen woonden, om hun handwerk te oefenen; de
andere van Priesters; doch deze bleven ook Leeken-
broeders. innocentius III bevestigde ze in het jaar
1201. Lang bleef deze Orde bij haren handenar-
beid, maar eindelijk werd zij, naar het gemeene lot
der Monniken, rijk en dartel, en hare zeden zoo
geheel bedorven, dat pius V in het jaar 1571 de
geheele Orde vernietigde.
Kerkelij- Hoe zeer fpoedig en vrij algemeen de Monniken
ke wetten hunnen Re^el afweken , en tot zedeloosheid
omtrent ^ '
deMoniii- overhelden , blijkt uit menigvuldige befluiten van
ken. verfcheidene Kerkvergaderingen, alhoewel met wei-
nig vrucht omtrent hen genomen. De Bisfchoppen
onder voorzitting van eenen Pausfelijken Legaat in
het jaar 1267 te Weenen vergaderd , geboden ,
dat , dewijl de Benedictijner Abten en Monniken
in de meeste Kloosters een uitfporig en aanftote-
lijk leven leidden, de Bisfchoppen alle half jaren,
verzeld van twee Cisterjienzer Abten , de Kloos-
ters der Zwarte Monniken in hunne Bisdommen
bezoeken , en de misbruiken herflellen zou-
den.
GESCHIEDENIS. 127
den. (*) De vergadering te Saumur in het jaar V
BOEK
VI
1276 wilde niet, dat de Monniken zijden gordels
en beurzen, mesfen met goud en zilver beflag, kost- Hoofdft.
bare pelfen en ftevels , gelijk de Leeken , dragen na C, G.
zouden (f). Die te Buda of Ofen in Hongaryen lH^lrij'
in het jaar 1279 gebood, dat de Monniken hunne ■
Kloosters niet wilkkeurig verlaten, zonder verlof der
Bisfchoppen geene Kapellanen bij Kerken worden,
noch met honden en valken ter Jagt zouden gaan (§)
en meer andere, die echter doorgaans weinig nut
deden.
Wanneer wij onze oogen vestigen op de Nonnen NonneiL.
van dezen tijd , dan vindt men een aantal nieuwe
gezelfchappen van dezelve, van welke reeds gefpro-
ken is. Zij evenaarden , ja overtroffen zelfs , in ha-
ren eerden aanvang, de Monniken in ftrenge levens-
wijze , en dienden dus , om het Monniken- en
Kloosterleven te meer aan te prijzen en uit te brei-
den. Maar weldra eischte de Natuur hare regten
weder, en de Nonnen verbasterden even zeer als de
Monniken, en vervielen van de ftriktfte kuischheid
en onthouding tot het tegenovergeftelde uiterfle.
IVO, Bisfchop van Chartres ^ verzocht den Bisfchop
van Meaux , dat hij toch zeker Nonnenklooster ,
hetwelk volkomen een Hoerhuis geworden was, op
de ééne of andere wijze wilde hervormen (♦*). Zoo
vindt men zelfs wetten van Kerkvergaderingen in
l^ngelandy tegen de ontucht der Nonnen, en an-
de-
(*) /lp. HARD. T. VII. p. 584. (t) /. C, p, -Jn,
(J) /. c. (**; Epht. 127,
laS KERKELIJKE
V dere tegen haar omloopen buiten haar KIoos-
BOEK tej.^ enz.
Hoofdft. Merkwaardig is de Regel van den vermaardes
na C. G. ABELARD , welken hij voor zijne Nonnen in Para^
^ ' ' cktus, op verzoek van hare Opzienfter , zijne ge-
. liefde HELOizA, ontworpen heeft (♦). In eenen bij-
zonderen Brief (f) vermaande hij haar , om , tot
gemakkelijker verftand der Heilige Schrift, behalve
de Latijnfche, ook de Hebreeuwfche en Griekfchs
Taal te leeren. Op verzoek van heloiza befchreef
hij haar in eenen bijzonderen Brief den oorfprong
der Nonnen, welke hij van de vrouwen afleidt, die
CHRISTUS in zijn leven verzeld hebben (§).
Duizend jaren waren nu verloopen federt den oor-
fprong van het Monnikenleven onder de Christenen
in de III en IVde eeuwen , en hetzelve overtrof thans
die vorige tijden, niet in de volmaaktheid, welke de
oude Monniken zich hadden voorgefleld, maar in
zonderlingheid, in het onnatuurlijke en bovenmen-
fchelijke, en te gelijk niet zelden in het ongerijmde
en kluchtige. Reeds werd dit omtrent het jaar 1400
aangewezen door eenen Monnik in een Hekel fchrift ,
hetwelk hij Brunellus , feu Speculum Stultormn
noemde, en hetwelk te Keulen in het jaar 147 1 in
Folio, en federt meermalen, en het laatst te WoU
fenbuttel in 1662 in Octavo gedrukt is.
De
(*) Epist. VIII. Injlitutio in regiila fanctimoniaïium
Opp. pag. 130-197-
(t) Epht. VI. de Studio Litterariim p. 251-^63^
(§) ^J^' VII, de origine fanctimoniaïium jp. 129.
GESCHIEDENIS. 129
De onderlinge twisten der Fraticiskanen over ïiet V
ftrenger of gematigder waarnemen van de voorfchrif- ^^^^
ten van hunnen Stichter bleven nog fleeds aanhou- Hoofdff.
den. Hun Generaal gonsalvo, begeerig, om de- na C. G.
zelve, al ware het met geweld, geheel te bedwin- |^j"°J^*
gen, verzocht in het jaar 1307 Koning karel van
Napels^ dat hij de Scheurmakers en Ketters, waar 7^''^^'^
beri"'tv3n
door hij de Franciskanen van de fbrenge gehoor- detwisten
zaamheid verftond , uit zijn R.ijk mogt verdrijven, der Fran-
De Koning beval deze zaak aan den Inquifiteur van onderling
zijn Rijk aan, die hen gevangen zetten en pijnigen
liet, en eindelijk te Napels openlijk met roeden deed
geefelen, en uit het land jagen. Sommigen verloren
hun leven, de overigen vlugtten naar den Paus te
Avignon. Hier ontbood de Paus in het jaar 1310
de voornaamfte Spiritualen en derzelver partijen ,
die zich Fratres de Communitate noemden , maar
kon hen niet vereenigen. Even min hielp het, dat
de Generaal gonsalvo op een algemeen Kapittel in
datzelfde jaar verfcheidene ftrenge geboden gaf; de
Spiritualen hier mede niet voldaan, en der vervol-
gingen moede, verkoren zich eenen eigenen Gene-
raal , waar door zij hunne zaak flechts erger maak-
ten. Eindelijk deed klemens V in het jaar 131 2
uitfpraak ten nadeele der Spiritualen , en veroordeel-
de te gelijk eenige ftellingen van oliva, die bij hen
zoo geacht was. Sommigen van hen keerden toen
wel tot de gemeenfchap der Orde weJer, maar an*
deren, bijzonder van de Italianen^ verftrooiden zicil
in verfcheidene landen , voornamelijk naar Sicilië , waar
zij de befcherming van den Koning frederik genuten.
XVÜL Deel. I Na
5 I30 K E R K E L IJ K E
V Na den dood van klemens V in het jaar 1314,
BOEK grepen de ftrengere Franchkanen weder moed, en
Hoofdft. maakten zich in Provence en Languedok qiet ge-
na C. G weid van eenige Kloosters meester , waar op de
tot"si7 ^o^^i^^^^Se Generaal der Orde in het jaar 1316 de
■ ,, hulp inriep van Paus joannes XXII , welke hen
voor zich daagde , gelijk 'er ook G6 te Avignon
verfchenen in het jaar 1317. Als zij weigerden aan
'sPaufen bevelen te gehoorzamen, liet ditzQ. hen in
bewaring brengen, en beval de zaak aan den Inqui-
fiteur hunner Orde aan. Vijf en twintig nogtans
bleven wederftreven , en dezen liet de Paus nu, als
eigenlijke Ketters, behandelen. Vier van hen wer-
den in het jaar 14 18 te Marfeille^ op bevel van
den Inquifiteur ^ verbrand , de overigen moesten
hunne dwalingen afzweren ; een werd tusfchen vier
muren gemetfeld.
De Paus geloofde tegen deze ellendige Dvvéepers ,
wier hoofdmisdaad was, dat zij zich tegen zijn ge-
zag verzetten, en hetzelve in twijfel trokken, dus
hard te moeten handelen; dewijl zij talrijke navol-
gers van een nieuw foort gekregen hadden. Wij
hebben in het voorgaande gezien, dat 'er onder de
Fratricelli , of ftrengere Franciskanen , even zoo
wel eene derde Orde , (of Tertiarii ,) was , eigenlijke
Le^kenbroeders ^ als de Heil. franciscus reeds deze
inrigting gemaakt had ; en daar door werden de
eerstgemelden nog meer gehaat. Dezen zocht de Paus
in het jaar 1317 door een bijzonder Decretale uit
te roeijen. Hij zegt daar in , dat tegen het Pausfe-
lijk verbod eenigen van den onheiligen hoop, die
Fra-
GESCHIEDENIS. i^t
f\ratriceUi , of Fratra de pauper e vita , ook 5/2«- V
ehi , Beguini , en nog andere namen dragen , met ^^^^
verdoemelijke ftoutheid onderdaan hadden , eene Hoofdf!.
nieuwe Orde aan te nemen ; zij verdichten , dat zij na C. G.
den Regel van den Heiligen franciscus letterlijk ''\^'^J^^y'
waarnemen , en onttrekken zich nogtans aan de ge- ,!■
hoorzaamheid van den Opperflen van deszelfs Orde;
en bij andere befchuldigingen voegt de Paus deze,
3at zij de Kerkelijke Sacramenten verachten , en
andere dwalingen menigvuldig uitRrooijen. Maar in
een ander Decretale in het jaar 1321 geeft de Paus
zich alle moeite, om den twist der Spirituahn met
(ïe zachter Broederen over de flechte ordenskleeding
en over voorraad van levensmiddelen , bij te leggen ,
doch hij weet 'er bij flot geen ander middel op, dan
dSt de Generaal de Provincialen en andere Opperflea
der Orde zullen bepalen, van welke lengteen breedte,
grofte en fijnte en van welke gedaante het kleed zijn
moet ; insgelijks of de Broeders zonder aanzienlijken
voorraad hun levensonderhoud niet vinden kunnen.
Ondertusfchen gebood hij den Spiritualen , onder
ftrafFe van den ban , hunnen Generaal in alles te
gehoorzamen , alzoo gehoorzaamheid de grootile
deugd was.
Hoe glimpig ook de beide Pausfelijke bevelen zijn DeFiatrl-
mogten, echter was daar door ééns voor al het fein cclliwor-
fit?n ver*
tot vervolging gegeven. De Spiritualen , FratriceU ^jj-^^j^
Itn , en zoo als zij meer heeten mogten , werden nii
van de Inquifitie zoo min als andere Ketters ver-
fchoond. Uit een met de hand gefchreven Marte'
laarsboek van deze partij, {Martijrohgium Spiri-
I 2 tua»
1^2 KERKELIJKE
V tualium et Fratricellorum ^') bij mosheiim (*), het-
^^^ welk zij in het jaar 1454 aan de Inquifitie te Car-
Hoofdih <^^^fone in Languedok overgaven , biijkc , dat van
na C. G. het jaar 1318 af tot op innocentius Vi , die in
^^^"°[^' het jaar 1352 den Pausfelijken troon beklom, 113
M perfonen van beide kunne verbrand zijn, en hij ge-
looft, dat 'er in de XIV en XVde eeuw wel aooo
om hunne gekantheid tegen de Pausfen , en dweep-
zuchtige liefde tot armoede , een gelijk lot gehad
hebben. Een voorbeeld, in eene oude oorkonde bij
LiMBORCH (f), leert ons, hoe deze menfchen ech-
ter hunne leerftellingen verichoonden. Zekere rai-
MOND van Btix ^ (^de Buxo ^') een l^ertiarier van
den Heiligen franciscüs, werd in de jaren 1321
en 1322 voor het Kettergerigt te Totdoufe ter ver-
antwoording geroepen. Hij bekende, dat hij uit de
Postille of de verklaring van Broeder oliva over de
Openbaring van joannbs had hooren lezen, dat de
daar in voorkomende Hoere met den gouden drink-
beker , zittende op het beest met zeven hoofden en
tien horenen, de Roomfche Kerk was; niet ten san-
zien der geloovigen en uitverkorenen , maar met be-
trekking tot de verworpenen; en dat, gelijkerwijze
op het einde der eeifte Kerkinrigting de Sijnagoge,
welke CHRISTUS gekruist had, deswegens verwoest
was geworden , dus ook bij het einde van den
tweeden ftaat der Kerk , die tot den Antichrist duur-
de , over de vleefchelijke Kerk , welke het leven
van
(*) Kerk. Gefch. Deel V. Bladz. 306.
(f) Achter deszelfs Hijl. Inquijit. p. 298.
GESCHIEDENIS. 133
5ran christus vervolgde in die geestelijke mannen, V
•die deszelfs armoede naar de regelen van den Heil. ^°-"
FRANCiscus wilden in acht nemen, gerigte zou ge- HooWfl.
houden worden; en als deze na den dood van den "?• C. G.
.^»//Vj^r/V; zou verwoest zijn , zou in de Spiritim' H^f Jl'z.'
ien de derde ftaat der Kerk opgerigt worden. Ver-
ders geloofde hij, dat christus en zijne Apostelen
niets eigcndoramelyks of gemeenfchappelijks , ten
minfle niet in groote menigte, gehad hadden; en het
tegendeel te zeggen , hield hij voor Ketterij. Aan
óm Paus ontzeide hij het regt, om iemand van de
gelofte van armoede of knischheid te ontheffen. Hij
geloofde zelfs , dat de Paus , die Spiritualen had
laten ter dood brengen, een Ketter was; hoewel
riet, als Paus, dewijl hij zich van zijne Pausfelijke
inagt niet ten kwade bedienen kon; maar als mensch,
naar de boosheid van zijnen wil enz.
Voorts bewijzen gelijktijdige Schrijvers genoeg,
hoe velen van deze Ongelukkigen door de Inquijt-
teurs het leven verloren hebben. Van het Jaar 1319
af werd een groot getal Beginnen van de beiderlei
kunne aan de Wereldlijke Overheid , bijzonder in
Languedok , ter ftraffe overgeleverd. De genen , die
hier levende verbrand werden , (lieten fcheldwoor-
den en vloeken uit tegen de Bisfchoppen en Inqui-
fireuren ; op andere plaatfen wierpen zij zich zelven
in de vlammen, dewijl zij dit voor hunnen martel-
dood hielden. Te Narhonne gebeurde in het Jaar
131 1 het volgende geval, hetwelk veel opziens baar-
de. De Anrtsbisfchop aldaar en de Inquiftteur pAS
VAN BEAüKE wildcH ccneu Begi'.in of Bizoi, zoo
I 3 als
,54 K E R K E L IJ K E
V als zij ook genoemd werden, geregtelijk verhooren,
■ORK vvaar toe zij ook de Opzieners der Kloosters ea
VI J r
Hoofdfl. verfcheidene Doctoren zamenriepen. Het maakte al
na C. G. een groot opzien , dat de gevangene ftaande liieid ,
l^^^f^l'^^,1' dat CBRisTus en de Apostelen niets eigens hadden
KOI 1 5 ï /•
»■'■' gehad , noch voor zich , noch in gemeenfchap ;
maar het maakte een veel grooter opzien, toen de
Lector der Theologie in het Franciskaner Klooster
BERENGiiR. TALON vcrzekerde , dat dit eene heel
regtzinnige leer was. De Inquifiteur gebood hem
dit te herroepen ; maar hij beriep zich op den Paus.
TALON werd voor een geleerd man gehouden, en
beriep zich op eene Bulle van Paus nicolaus III ,
in welke van Christus hetzelfde gezegd was. Hij
vervoegde zich te Avignon bij den Paus, maar deze
reeds door den Inquifiteur vooringenomen , hield
hem in een Klooster der Franciskanen opgefloten.
Deze trokken zijne parij, terwijl de Dominikanen
zich tegen hen verzetten , en beiden lelden zij mal-
kanderen Ketterij te last. De Paus beval daar op in
het jaar 1322 den beroemden Franciskaan \iv,'2.v:JïY^Q>
DF. CASALi, zijn gevoelen te zeggen. Deze behoor-
de wel tot de ftrenge partij zijner Orde en tot de
Ijverige verdedigers van oliva, ook had hij den
Pjus al verzocht, om in de Orde der Benedictijnen
over te treden , ten einde alle vervolging te ont<»
gaan; d^ch dit fchijnt hem geweigerd te zijn. On-»
dertusfchen had men groot vertrouwen op zijne
fchranderheid , en deze deed hij in dit geval ook
uitnemend blijken , door eene heel fijne onderfchei-.
^ing te maken, jezus en zijne Apostelen konden
aan-
GESCHIEDENIS. 135
aangemerkt worden , als de algemeene Prelaten der V
Kerk des Nieuwen Testaments , en in dit opzigt ^^^^
hadden zij gemecnfchappelijke goederen , om aan de Hoofdft.
armen en de Dienaren der Kerk mede te deelen ; ^^ C. G.
maar zij kunnen ook als bijzondere perfonen aange tori'^iri
merkt worden, die de raadgevingen van Christus — —
over den hoogden trap van volmaaktheid , (</<? fuper-
erogatione perfect ioni s ^') in acht namen; maar dan
moest men weder onderfcheiden , tusfchen eene bur-
gerlijke bezitting, waar omtrent de Keizerlijke wet-
ten golden, en die men tegen alle geweldige onder-
nemingen kan en mag verdedigen, zoodanige had-
den JEZUS en de Apostelen niet, en de Franciska-
ften hadden in dit opzigt gelijk, dat zij het tegen-
geftelde voor Ketterij verklaarden. Maar men kan
ook iets enkel naar een natuurlijk regt bezitten, het-
welk fomoiigen het jus poli noemen , en naar dit
regt hadden jezus en de Apostelen zoo veel bezit-
ting, als hunne noodige behoefte vereischte; en hier
hadden de Dominikanen gelijk , dat zij het tegenge-
ftelde voor Ketterij hielden. Dit oordeel behaagde
aan beide de partijen, omdat elke haar meening nu
voor regtzinnig hield, en de Paus insgelijks daar in
berustende , wilde van dezen twist niet langer hoo-
ren.
De tvlrist brak echter in het volgende Jaar 1322 T^^ist der
op nieuw uit. De Paus flielde daarom aan alle Pre- Francis-
laten en Doctoren in de Theologie , die zich aan ^0"^^^^
zijn Hof bevonden, de vraag fchriftelijk voor: 0/joaknes
het Ketterij was, hardnekkig flaande te houden, ^^ll*
dat CHRISTUS en de Apostelen noch elk voor zich,
I 4 noch
1^6 K E R K E L IJ K E
V fioch tn gemeenfchap , goederen bezeten hebhen ?
BORK Bijzonder begeerde hij, dat de ware zin van de bo-
Hoofdd. vengenoemde Decretale van eenen zijner voorzaten
na C. G. zou onderzocht worden. De Franciskanen gaven
Jaario73. ^^^i, op twee gefchriften uit, in welke zij beweer-
^ , , _ den , dat de vraag met ja te beantwoorden gecne
üetterij was. Ook zonden zij hunnen Medebroeder
30NC0RTESE of BONAGRATiA naar Avignon , om
hunne zaak te bepleiten , en voeren te gelijk hevig
]uit op hunne predik ftoelen. De Paus hier door ver-
bitterd, verklaarde in November 1322 bij een nieuw
Decretale: dat het alleszins Kettersch zij, hardnek'
hig te keren, dat Christus en de Apostelen voor
zich en in het gemeen geen eigendom , en geen regt
gehad hebhen , om het geen zij hadden , willekeurig
te gebruiken , te verkoopen , weg te geven , of iet
anders daar voor te verkrijgen. Hij ftond te gelijk
af van het eigendom der goederen van de Francis-
kaner Orde , hetwelk de Paufen zich voor de Room'
fche Kerk hadden voorbehouden, en verbood haar
verder ambtenaren, {Sijndici , Procuratores ,^ in
naam van den Apostolifchen Stoel aan te nemen ,
om die beziuingen te befluren of derzelver inkom-
ften te ontvangen.
Niet alleen vonden de Franciskanen dezen (lap
van den Paus zoo aandootelijk als ongehoord, maar
ook één der aanzienlijk fle Gefchiedlchrijvers van de-
zen tijd, JOAN viLLANi (*) , vvicus Brocder bij het
Paus-
(*) Bhtoria 'Fiorentine L. IX, C. 155. ;;; murator*
55. Kev. ItaL T, XIII. />. 518.
GESCHIEDENIS. 137
Pausfelijke Hof in dienst wns , fchrijft , dat men dit V
voor eene groote nieuwigheid in de Koomfche Kerk ^^^'^
gehouden hebbe. Men geloofde , dat behalve de (loofdft.
vijanden der Orde, bijzonder ook willem occam, n^i C G.
die als Eugeifche Provinciaal op een algemeen Ka- J^^'"'°73»
pittel der Orde te Perugia zeer ijverig geweest was, ,
den Paus getergd hebbe, om étz^ overhaasting te
begaan. De Zaakgehistigde der Orde bij den Paus ,
BONAGRATiA, appelleerde in het volle Confiflorie in
januari j 1323 van dit Dekreet van den Paus, en
leverde hem een gefchrift over , om de hardheid en het
wederregtelijke als ook het (Irijdige van hetzelve met
de befluiten van vorige Paufen aan te toonen. Daar
voor werd hij in een' ellendigen Kerker geworpen ,
in welken hij een jaar lang blijven moest. De Paus
zocht door een nieuw Dekreet in November 1323
zijn voorgaande te regtvaardigen , en twee jaren daar
na verbood hij iedereen het lezen der Postille van
den beroemden oliva , hetwelk echter naderhand
door siXTUs IV, toen deze onrusten geheel ge-
dempt waren, weder toegelaten is. Alhoewel de
Paus de Orde zelve niet ongenegen was, zoodat hij
aan Inquifiteiiren uit dezelve, welk ambt zij thans
nog, bijzonder in Italië^ met de Dominikanen deel-
den, vele zaken opdroeg, echter daagde hij in het
jaar 1327 den Generaal der Orde, michael van
CESENA voor zich , omdat hij tegen de gemelde
Decretalen was uitgevaren , en den Keizer lode-
WYK van Beyeren, die zonder zijne fchuld van den
Paus gehaat werd, met zijnen raad zou hebben blj-
geftaan; maar deze appelleerde van den Paus, waar
1 5 op
138 K E R K E L IJ K E
V op de Paus hem in het jaar 1328 zocht af te zd-
BOEK tej, ^ niaar het algemeen Kapittel der Orde bevestig-
Hoofdft, ^^ ^^^ veel meer in zijne waardigheid. Eindelijk
m C. G. ontvlugtte hij , in het jaar 1328 , met occam en
Sri^^r BONAGRATiA van Avignon naar Pifa. De Paus
. zette hem toen cigeumagtig af, verklaarde hem on-
bekwaam tot eenige waardigheid, en benoemde den
Kardinaal bertrand de turre tot zijnen plaats-
vervanger. Zoo dra miciiael dit te Pifa hoorde,
appelleerde hij in 1328 voor de derdemaal van deti
Paus aan de Katholijke Kerk en aan een toekomend
Concilie. Ook waren hem verfcheidene geleerde
mannen toegedaan in en buiten zijne Orde, buiten
zijne Orde marsilius van Menandrino of van Pa*
dua, maar onder de Franciskanen de beroemde oc-
cam, BERiNGARius BOCHUsis , ceu Leeraar der
Theologie, dien hij tot zijnen Generaal -Fikaris irt
Italië aanfielde; franciscus de esculo of ascuj
LANUS enz. Ook bleef hij tot aan zijnen dood in het
jaar 1343 in zijne gevoelens, noemde zich fteeds het
hoofd, (^Minister Generalis ^^ van zijne Orde, ap»-
pelleerde te Munchen in het Jaar 1329 voor de vier-
de keer van den Paus, en gebood zelfs, dat de
Pausfelijke Legaat en Stadhouder gevangen zouden
genomen worden. Wederzijds beflreden ook de PauS
en MTCHAEL van Cefena malkanderen in gefchriften^
in de zijne befchuldigde michael den Paus van
verfcheidene dwalingen en zelfs van ketterijen.
De hevige twisten tusfchen den Keizer en ètn
Paus verfterkten de Franciskanen in hunnen tegen-
ftand tegen den Paus , waar in bijzonder occAivt
zich
GESCHIEDENIS. 139
zich onderfcheidde , die den Paus in een bijzonder V
gefchrift aantastte , lietvvelk hij Compendium errorum ^^^-^
Joa. XXÜ noemde , en lietwelit met veel hevigheid ^oofdlt.
is opgedeld, befchuldigende den Paus joannes XXU na C G.
van verlcheidene KettLrijen , waar onder het merk- r!^'°^£*
■' ' tot iS'/»
waardigfte is, dat hij den Paus verwijt, dat deze in ■
een Leerrede in het jaar 13 31 geleerd hebbe, dat de
zielen der zaligen in den Hemel Gods aangezigt
niet zien , en ook het Goddelijk wezen niet zien zul'
len voor den jongften dag.
Keizer lodevvyk verzuimde niet al vroeg vnn de-
ze ergerlijke verfchillen tusfchen den Paus en een
groot gedeelte van de Orde der Franciskanen ge-
bruik te maken , en leide den Paus in meer dan een
openbaar gefchrift dwalingen en ketterijen te last,
terwijl niet alleen die beroemde Franciskanen ^ die
*& Keizers en hunne eigene zaak tegen den Paus met
de pen verdedigden , maar ook alle Spiritualen ,
Fratricellen ^ Begharden, en zoo als zij meer ge-
noemd werden, in Duitschland befcherming en toe-
vlugt vonden. Van daar de menigte van dweepen-
de ledigloopers en bedelaars, die dit land federt
overftroomd hebben. De Dominikanen integendeel,
die de zijde van den Paus waren toegedaan , haal-
den zich 's Keizers haat op den hals , en velen van
hen werden ten lande uitgebannen. Deze twisten
duurden dus genoegzaam de geheele regering van
JOANNES XXII , die met het Jaar 1347 eindigde ,
voort.
Wel werd in het Jaar 1329 ten minde een aan* Gevoelen
merkelijk deel der oneenigheid tusfchen den Paus en ^^" ^^"'
JOANNES
de
Ï40 KERKELIJKE
V de Orde der Franciskanen bijgelegd. Op een alge-
^^^ meen Kapittel der Orde werd befloten, dat imicha-
Hoofdft. EL van Cefena niet meer als opperhoofd derzelve
na C. G. zou erkend worden , wordende in zijne plaats de
tot 1517! ^y ^^^ ^^"^ geliefde Broeder gerhard oddonis
■■ verkoren. Ook nam de twist over de armoede van
XXII. CHRISTUS een einde , door dat men de Decretaïen
omtrent , r,- n
den fiaat van nicolaus lil en de beflisnng; van de Kapittel-
dergeluk- vergadering te Perufia met de verordeningen van
^ * den tegenwoordigen Paus zoo veel mogelijk plooide.
Maar nieuwe, en voor het gezag van den Paus nog
gevaarlijker twisten , konden echter bij zijn leven
niet beflist worden, occam had hem, gelijk wij
gezien hebben , onder anderen , als eene Ketterij , te
last gelegd : dat de Paus ontkende , dat de zaligen
voor den jongften dag tot het annfchouwen van God
zelven geraakten , niettegenflaande zij door het Vage»
vuur genoegzaam gereinigd waren. Een Engelfche
Dominikaan ^ joannes vallensis, beftond het
eerst in het jaar 1331, deze leere openlijk te ver-
werpen ; maar werd , wegens gebrek aan eerbied
voor den Paus, op bevel van eenen Inquifiteur, die
een Minderbroeder was , in de gevangenis geworpen.
De Pans handhaafde zijn gevoelen in het volgende
Jaar nog (louter, en zocht hetzelve uit oude Kerk-
vaders te bewijzen. Doch zoo dra een Dominikaan '
en Franciskaan , door hem uitgezonden, hetzelve
begonnen te prediken , werd het door verfcheidene
Godgeleerden der Univerfiieit te Parys als eene Ket-
terfche nieuwigheid verworpen. Onder dezen was
de Franciskaan nicolaus de lyra , en de Bis-
fchop
GESCHIEDENIS. 141
fchop DURAND DE ST. pouRCAiN , uit de Ofdc dcr V
Dominikanen^ die 'er ook eene Verhandeling tegen boek
Ichreef. üe Koning van Frankryk liet daar op in fjoofdft
het jaar 1332 in zijn Paleis te Vincennes een aantal na C. G.
Prelaten en Godgeleerden bijeenkomen, dertig van •'^^''°^^*
» ^ ' ö tot 1517.
dezelven gaven een befluit uit, bij wijze van eenen ,
Brief aan den Koning , waar in zij zeiden , dat de
Paus, wiens onderdanigfte Dienaars en Zonen zij
waren, deze ftelling inec als een leerftuk behandeld,
of als zijn gevoelen voorgedragen, maar 'er alleen
van gewaagd had , ( non asferendo feu opinando pro-
tuier it ; fed folummodo recitando ; ) maar voorts dat
dit gevoelen eene dwaling was. De Koning filips
van Falois werd door deze uitfpraak zoo vertoornd
tegen den Paus , dat hij hem , bij het overzenden van
hetzelve , in eenen bijgevoegden Brief dreigde , dat hij
hem levende wilde laten verbranden , Qqu'il Ie feroit
ar dr e ^'^ als hij zijn gevoelen niet herriep. De Paus
hier door ontfteld, antwoordde den Koning, dat hij
de gezegde ftelling niet als een leerftuk beweerd,
maar flechts als eene vraag aan de Godgeleerden
voorgelegd had, en dat hij geene van beide de par-
tijen volkomen had toegeltemd. Toen hij eindelijk
in het jaar 1333 den dood voelde naderen , en be-
fpeurde, dat hem wegens dit gevoelen nog zekere
vlek aankleefde, verklaarde hij, in eene bijzondere
Bulle, dat hij met de Katholijke Kerk geloofde, dat
de gezuiverde en van hare ligchamen gefcheidene
zielen in het Paradijs zijn, en God en het Godde-
lijk wezen van aangezigt tot aangezigt zien , zoo
ver haar toeftand zulks toelaat; maar zoo hij anders
iets
144 KERKELIJKE
V iets mogt geleerd hebben, het geen met het Katho»
^^^ lijk Geloof, de bepalingen der Kerk , de Heilige
Hoofdft. Schrift en de goede zeden niet overeenkwam , dan
na C. G. wilde hij het hier mede herroepen hebben. Dewijl
tot'*is?7* ond^rfusfchen het gemelde vraagftuk nog fteeds on-
. beflist bleef, onderzocht de volgende Paus bene-
DicTus XII het in het jaar 1336 met de Kardina-
len, Bisfchoppen en Doctoren in de Theologie, en
'er eene Verhandeling over gefchreven hebbende,
gaf hij een bijzonder Decretale uit , waar in vast-
gefteld werd , dat de zielen , die geene verdere zui-
vering behoeven, allezins tot het aanfchouwen van
God terftond geraken; verbiedende tevens, op ftraf-
fe van den ban , het tegendeel te leeren.
Vervol- Allengs bedaarde nu de fcheuring bij de eigenlijke
ging der Minderbroeders grootendeels , terwijl de partijen zich
den, zamen vereenigden tegen de bij hen gehaatte Fratrt"
cellen en Begharden, De Franciskaner -Inquijiteurs
vielen , op bevel der Paufen , op hen aan , verjaag-
den hen of leverden hen ter ftrafFe over. De veer-
tien zoogenoemde Luciferianen , mannen en vrou-
wen, welke een Guardiaan der Franciskanen in het
jaar 1336 te Tangermunde in de Mark Branden*
burg^ door den Voogd van den Markgraaf liet ver-
branden, behoorden misfchien ook tot deze partij.
Maar hun lot verergerde voornamelijk in Duitsch'
land^ toen karel IV, die Keizer, die zoo aan de
Paufen onderworpen was , in het jaar 1347 den
troon beklommen had. Hij fchilderde hen in eene
zijner tegen hen gegevene wetten dus af: „ Uit-
„ wendig nemen zij eene groote armoede aan, en*
„ doea
GESCHIEDENIS. 143
„ doen voor dezelve eene uitdrukkelijke gelofte, dat y
3^ zy namelijk niets eigens in liet bijzonder of ge- boek
„ meenfchappelijk hebben zullen. Zij vertoonen HoofdCL
„ ook deze armoede met bedriegelijke boosheid ui- na C. G,
„ terlijk in hunne flcchte kleeding; maar inwendig ï^^'^^°73-
„ zoeken zij , als de kleine vosfen , den Wijnberg , *
„ des Heeren Zehaoth te verderven; alzoo toch de-
„ ze fekte , gelijk bekend is , voor lang door de
„ Kerk veroordeeld , en zoodanige armoede voor
„ Kettersch verklaard is." Hier uit kan men ge-
noeg opmaken, hoe veel overeenkomst zij hadden
met de Spiritualen* Zij werden in Duitschland ge-
noegzaam onderdrukt, en vlugtten omtrent het jaar
1372 naar de Nederlanden en Braband ; ook zag
men nog overblijfrelen 'er van in Stettyn,
Doch met al de pogingen , om de eensgezindheid Hervor-
in de Orde der Franciskanen te herftellen , kon men '"'"g^^i
niet verhinderen , dat zij in twee Hoofdpartijen ver- odre dei
deeld werd. Reeds vroeger hadden zich meer kleine Francis-
hoopjes in dezelve gevormd. Van de Coelestinerm ^^^^
Eremiien is reeds gefproken. De Congregatie der
Clarentinen , welke angelo van Cordone in het
jaar 1302 in de Mark Ancona ftichrte , bij de
Rivier Clarena , eenc foort van Kluizenaars , die
in eene grot of fpelonk leefden , duurde tot
het jaar 1580 , wanneer zij vernietigd is gewor-
den. Andere zoogenoemde Hervormingen der Orde
hadden nog minder geluk, gelijk die, welke filip
van Majorka ontwierp in het jaar 1228, maar
wiens verzoek om bevestiging van zijn gezelfchap
door Paus joannes XXII werd afgewezen, onder
voor-
144 K E Pv K E L rj K E
V voonvendfel, dat hij een Begharde v»^as. joan des
BOEK VALLEES vond cenigen ingang in het jaar 1336 bij
Hoofdd. BENEDicTus Xfl. Zijn gezelfchap woonde op eene
na C. G eenzame plaats in eene ellendige hut te Bruliano ,
jaaiio73. p^l^^^ Q^jj^grino en Folipfii , tot het overlijden
tot 1517. ö J J
■ van DES VALLEES in het jaar 1351. gentili van
Spoleto volgde hem op, maar alzoo hij het regtsge-
- bied van den Generaal der Orde volftrekt niet wilde
erkennen, en befchuldigd werd, dat hij ook Ketters
aannam, werd hij in het jaar 1355 gevangen gezet
en zijn gezelfchap verdrooid.
Obfer- Doch nu kwam 'er eene nieuwe Reformatie op,
vamen en ^^jj^e (jg Qrde niet aannam , maar ook niet heeft
Conven- '
tualen. kunnen onderdrukken, paolucci, (of de Kleine
PAULUS,) van FoUgni ^ een leerling van des val-
LEES en GENTILI, was derzelver ftichter. Deze
kwam in het jaar 13 13, naauwelijks veertien jaren
oud 5 in de Orde der Franciskanen ,• maar wilde en-
kel een Leekebroeder zijn , om nederigheid te oefe-
nen. Men moest hem eene afgezonderd kluisje ge*
ven , omdat hij zoo luid (leende en zuchtte , dat
niemand het digt bij hem harden kon. Na het ver-
nietigen der Congregatie , begaf hij zich alleen , op
den Berg Ceji, in eene hutte van boomtakken , in
welke de Heilige frakciscus zich meermalen bege-
ven had. Hier bouwde bij een klein Klooster met
een Kerkje; maar de Franciskanen van de zachter
foort noodzaakten hem , die plaats te verlaten. Hier
op floot hij zich op in een toren te Foligni^ voor-
heen eene gevangenis, welke de Heer dier ftad ,
UGOLINO DE TRiNci, zijn nabeftaandc , aan hem
over-
GESCHIEDENIS. 145
overgelaten had; alwaar andere Ordensgenooten zich V
bij hem voegden , die zich met hem tot de volkomenfte ^^^^
armoede en aanhoudende geestelijke oefeningen ver- Hoofdft,
bonden. Eindelijk verkreeg ugolino voor hun , na C. G.
dat de Generaal der Orde hun vergunde zich in het Jo^J^fi*
bovengemelde Kluizenaars -verblijf van BruHano ne-
der te zetten. Het begin daar van werd gemaakt
in het jaar 136!^, hoewel fommigen het gezelfchap
fpoedig verlieten, alzoo men niets ellendiger dan de-
zen oord kon uitdenken. Behalve de nabijheid van
een meer, waar de kikvorfchen eindeloos kwakten,
was dezelve met een moeras omringd , hetwelk een
boosaardige lucht uitdampte. 'Er was eene zoo
groote menigte flangen , dat zij de Monniken in den
flaap aanvielen, en de geheele omtrek was zoo on-
vruchtbaar als onbewoond. Van fommige boeren ,
op de naburige bergen , die eene foort van houten
fchoenen, {focco, ) droegen, nam paolucci met
zijne Broederen deze dragt over, waarom zij Socco-
lanti of Soccodragers genoemd werden. Zij breid-
den zich fpoedig uit, voornamelijk toen paolucci
in het jaar 1374 de Fr a tri cellen en Begharden te
Perugia in een openbaar gefprek overtuigde , met
die enkelde aanmerking, dat de Heilige franciscus
de gehoorzaamheid aan den Heiligen Stoel voorna-
melijk had aanbevolen , welke zij hardnekkig weiger-
den. Het gevolg hier van was, dat de Fratricelli
de ftad uitgejaagd , en hun Klooster aan paolucci
overgegeven werd.
Allengs kwamen 'er onder de Franchkanen vier
bijzondere benamingen op. Conventuaïen , of Cvn-
XVUf. Deel. K ven-
14^ K E R K E L IJ K E
V ventuale Minderbroeders ^ noemde men reeds fedefi
BOEK het jaar 1250, al die leden der Orde, die gemeen-
Hoofdfl. rchappelijk leefden ; Woudhroeders of Kluizenaars
na C. G heetten zulken , die zich in kleine Kloosters en een-
Kri^? ^^™^ plaatfen onthielden ; allen , die eene nieuwe
, , levenswijze voor den dag bragten, en als het ware
eene nieuwe Familie ftichtten, werden Familiehroe-
den genoemd. Eindelijk ontftond ook de naam vaa
Obfervanten , ( Obfervantes , Fratres de Ohfervati'
iia^ of Regularis Obfervantia ^') of ftipte waarne-.
mers van den Ordensregel; welke echter eerst van
de Kerkvergadering van Konflans werd bevestigd.
Sedert verdeelde zich de geheele Orde in twee hoofd-
ta' ken , Conventualen , die voor de verzachting van
den Ordensregel waren , en Ohfervanten , die den-
zelven ftrenger in acht namen.
Toen de groote fcheuring tusfchen de Paufen te-
gen het einde der XlVde eeuw uiiberstte, werd 'er
telkens van den Tegenpaus een andere Generaal der
Orde benoemd. In Frankryk werden aan de Co«-
gregatie van paolucci , die in het jaar 1389 ge*
ftorven was, vele Kloosters en voorregten door de
Provintialen ontnomen. Maar de Kerkvergadering
van Konftans deed in het jaar 14 15 eene uitfpraak
ten voordeele der Obfervanten» Vergeefs wendden
zich de Conventualen aan den Paus martin us V,
die in het jaar 1420 het befluit der Kerkvergadering
bekrachtigde. Ondertusfchen liet hij , op begeerte
van den beroemden Heiligen joan van capistra-
NO , in het jaar 1430 te Asfiji een algemeen Kapit-
tel der Orde houden, op hetwelk ook een vergelijk
ge-
GESCHIEDENIS. 147
fctroffeii werd, doch van hetwelk de ConvetituaUn V
nog ftaande deze vergadering terug traden, en de *°^*
Obfervanten op nieuw begonnen te vervolgen ; ein- Hoofdff.
delijk werden de twisten onder leo X geëindigd in na C. G.
eene algemeene vergadering der Orde in het jaar r!^!°{^*
tot I5I7»
1517, in welke de verkiezing van eenen Generaal ■
der Orde werd opgedragen aan de Obfervanten en
Hervormde Congregafien , die 'er verfcheidene wa-
ren : Clareninen , Amadeisten , Colletanen , Kapuclj'
nen^ of van het Heilige Ëuangelie^ en Barrevoet er s
of Ongefchoeiden , ( Discakeati^ ) maar die zich
voortaan allen Minderbroeders van de Reguliere
Obfervantie noemen moesten. Zij verkozen dus
GHRiSTOFFEL van For/i tot opperhoofd der Orde,
( Minister Generalis. ) De Conventualen verkozen
een ander, aan wien de Paus alleen vergunde ótn
naam van Magister Generalis te voeren; ook zou-
den de Obfervanten in alle oorkonden den voorrang
hebben,
Hoe zeer deze tijden de Gouden Eeuw der Mon Verfcbil-
niken mogren genoemd worden , hunne trntschheid, p^A^""
dartelheid en heerschzucht ftond der Wereldlijke nonni-
Ceesielijkheid zeer tegen de borst, en bijzonder had- '<enmfï
den de Redelmonni'.-en ve^e vijanden onder dezelve, v^jfiret't
maar ook op de Univerfiteiten of Hoos;e Scholen vanP&jys.
en onder de overi'.!e Mon-iiken. Vnn eerden af wa-
ren zij voor de Univerftteit van Parys onverdrage-
Hik geweekt, die zic'i van tijd rot ti;d tegen hen,
ja zelfs teg-Mi de P.uilen , die hun begunfligden ,
verzette. Omtrent her faar 1^20 beweerde een vaa
dtf Godgeleerden der Univerfueit, joan van poil-
K a LI,
148 K E R K E L IJ K E
V LI? openlijk, dat de genen, die hunne zonden aaa
BOEK eenen Monnilf, bijzonder eenen Bedelmonnik, ge-
Hoofdft. biecht hadden, verpligt waren, die nog eens aau
na C. G. hunnen eigen' Parochiepriester te biechten, ja dat
jaario73. j^ ^^ Paus, noch God zelve, de geloovigen van
tot 15 17. 7 o o
- deze verpligting ontflaan kon, zoo lang de regel van
Lateraan : ■ Omnis utriusque Sexus gelden zou.
poiLLi door JOANNES XXII desvvegens te regt ge-
field, verdedigde zich wel in het Pausfelijk Conli-
Itorie te Avigmn^ maar onderwierp zich echter aan
de beflisfing van den Pausfelijken Stoel , en de Paus
veroordeelde zijn gevoelen door eene bijzondere Bul-
Ie in 1321, met bevel aan hem, om het openlijk te
herroepen. Doch in de volgende eeuw nam de
Univerfiteit zelve hier deel aan. Wanneer een Fran~
chkaner^ joan gorel, op het einde des jaars 1408
in een openbaar Dispuut aan de Monniken veel groo-
ter regtendan aan de Parochiepriesters toegekend had,
noodzaakte de Univerfiteit hem terflond, om dit te
herroepen. Daartegen moest hij de volgende Hellin-
gen openlijk belijden : De Parochiepriesters zijn ,
naar de inftelUng van Christus, de geringere Pre-
laten en liierarchen in de Kerk , aan welken , uit
kracht van hunnen ftand , het regt om te prediken ,
biecht te hooren, de Sacramenten te bedienen, be-
grafenis te verkenen, en daar voor hunne inkomften
te genieten, toekomt; maar den Bedelmonniken komt-
het regt, om te prediken en biecht te hooren,
fechts toevalligerwijze toe , en uit een Privilegie,
hetwelk de Prelaten hun gefchonken hebben. On-
dertusfthen vond dcze gorel middel om bij alex-^
GESCHIEDENIS. 149
'ANt»F.R V eene Bul te verwerven , in het jaar 1409, V
welke geheel ten voordeele der Bedelmonniken luidde. ^^^
Zoodra deze Biille te Parys bekend was, gaf de fjoofdl!.
Utjiverfiteit zoo luid haar ongenoegen over dezelve na C. G.
te kennen, dat de Dominikanen ^ ziende, dat de j^j'^ ^j""]
Univerfiteit op het punt ftond , hen volflrckt van — —
haar genootfchap uit te fluiten , verzekerden , dat
zi] zich aan deze Bnlle -niet begeerden te houden ;
op dezelfde wijze verklaarden zich de Karmeliten,
Maar de Franchkanen liepen, als onzinnig, bij hoo-
pen in de ftad rond , als of zij eene volkomene zege
behaald hadden. De Univerfiteit verwierf daar op
«en Koninklijk gebod, waar bij aan de Franciska-
nen en Augustijnen verboden werd, in hunne Ker-
ken te prediken of biecht te hooren. Ook hield
haar vermaarde Kanfelier joan gerson, in het jaar
1409 eene Predikatie over Luk. XI. 18, waar in
deze Bulle niet verfchoond werd (♦).
Nadat de Univerfiteit door Gevolmagtigden de
Bulle had laten onderzoeken, gaf de Theologifche
Faculteit haar ad vijs uit, waar bij zij dezelve voor
onverdragelijk verklaarde; tevens deed zij eenige
voorflagen , onder anderen , dat in al de Provinciën
van het Koningrijk kleine opdellen in de Franfche
taal over de noodzakelijkfle leerftukken en pligten
van het Christendom zouden bezorgd worden, op
dat
(*) Sermo faciu% ad popultim Tari/ienfem ex parte
'Univerfitatis fitpfr facto Bullce Mendicantium ex Cal-
li'co Latine verfiis. in gurson. Opp. Tom. I. P, III, p,
431-442-
K3
15© KERKELIJKE
V dat ook de eenvoudigfte Parochiepriesters volgen*
^^j^ dezelve op Zon - en Feestdagen hunne gemeenten
Koofdft. zouden kunnen onderrigten. Paus joannes XKIIf,
na C. G een van de drie Scheur- Pausfen van dezen tijd, die
Jaario73 ^ gunst der Univerfiteit behoefde, verzaciitte in
tot 1517. » '
, I het jiar 1410 deze Bulle, maar ook hier mede was
de Univerfiteit niet voldaan.
Van tijvi tot ti'd volgden nog andere bezwaren
van de Univefneit o ver de Bedelmonniken. Dezt
hadden van ecoenius IV eene UulJe bekomen ,
w^I'^e hen in zekere gevallen ontfloeg van de flipte
waarneming der grondwetten van de Univerfiteit, en
hen tevens t^^eliet tot der/>eher Theologifche waar-
digheden. De Theologifche Faculteit floot hen daar-
om in het jaar 1415 van haar genootfchap uit, ge-
lijk ook op haar verzoek de geheele Univerfiteit deed,
tot zij eene Bulle zouden bezorgd hebben , van
woord tot woord , tegen deze overgefteld. Dewijl
EUGENius thans de handen volhad met het Con-
cilie van Bafel^ moesten de Doctoren en Baccalau-
reën uit de Monnikenorden beloven, dezelve te zul-
len bezorgen, hetwelk zij in het jaar 1443 deden.
In het jaar 1456 werd de oude twist tusfchen de
beide partijen weder vernieuwd , en nu bijzonder
over de regten der Wereldlijke Geestelijkheid, ni-
coLAUS V had in eene Bulle voor de Monniken
het regt om biecht te hooren op nieuw bevestigd,
maar de Univerfiteit verzette zich ook weder zoo
Üerk tegen dezelve , dat 'er in het volgende jaar een
vergelijk getroffen werd , hetwelk niet voordeelig
was voor de Bedelmonniken, en waar tegen de Do-
mi'
GESCHIEDENIS. 151
mimkanen zich , hoewel vergeefs , nog een jaar lang V
annkantten. Evenwel gingen de Pausfen nog fteeds ^9?i^
voort , om de Bedelmonniken tegen de Univerfiteit Hoofdft.
en ook tegen de overige Geestelijkheid te befcher- "^ C. G.
Taan 073,
»"en. ^ Jot IS17.
De Univerfiteit van Oxford had insgelijks niet zei-
den met de Bedelmonniken, bijzonder met de /)ö. Metde
minikanen , te ftrijden. Deze begonnen in het jaar t^it van
131 3 de AkademiCche wetten aan te vallen, als voor Oxtbrd.
hen nadeelig, en op zich zelve onvoegzaam. Ook
maakten deze Zwarte Monniken, zoo als men de
Dominikanen noemde, zich omtrent het jaar 1390
gehaat, doordien zij, om het onderzoek in bun va-
derland te ontgaan , zich de Akademifche waardighe-
den in vreemde landen lieten opdragen. Hier over
beklaagden zich de beide Hooge Scholen van Oxford
en Camhridge bij den Koning, die nu den Domini-
kanen gebood, de wettige orde niet te buiten te
gaan. Deze onrusten duurden tot het jaar 1460,
dewijl de Pausfen zich dan voor de ééne, dan voor
de andere partij verklaarden, In dat jaar ftierf te
Avignon richard, Aartsbisfchop van Armagh in
Ierland , die te voren Kanfelier der Univerfiteit te
Oxford en een groot vi.iand der Monniken geweest
was; ook heeft hij een Boek tegen hen gefchreven:
De Audi ent ia Confesfionum,
Menigvuldig waren ook de twisten tusfchen de Met de
Bedelmunniken en de Wereldlijke Geestelijkheid , die gereld-
lijke
door de Monniken in hare regten en voordeden be deeste-
nadeeld werd. bonifacius VIII had wel door een IJjkheid,
bijzonder De:retate in het jaar 1300 alle twisten
K 4 tus-
ija KERKELIJKE
V tusfchen hen zoeken bij te leggen , door de bepaling
BOEK van ^Q grenzen der voorregten van de Monniken,
Hoofdft. ^" KLEMENS V liad deze Bulle bevestigd in het jaar
na C. G. 1311. Maar echter was de oorzaak der twisten niet
J^^'^^°^3' weggenomen. De Monniken, die bij het volk in
- den roem van bijzondere heiligheid ftonden, eii zoo
vele Aflaten en Heilige Reliquien bezaten, onttrok-
ken het volk aan de gewone Geestelijkheid en ble-
ven niet binnen de palen , hun door de Pausfen ge-
field. Ook hadden de Monniken menigvuldige
Exemtien of bevrijdingen van het Regtsgehied der
Bisfchoppen van tijd tot tijd vveten te verkrijgen,
waar over vele Bisfchoppen zich bezwaarden , ter-
wijl de Monniken met woorden en gefchriften hunne
zaak voorflonden. In het jaar 1384 fcheen het ech-
ter, dat de Monniken weder onder het opzigt van
hunne wettige Kerkelijke Opzieners, de Bisfchop-
pen , zouden hebben moeten keeren , toen Paus ur-
BANUS VI, één van de Scheur- Pausfen van dien
tijd, wien zij in hunne Kerkredenen en op andere
wijzen hadden mishandeld, hun het voorregt ont-
nam om willekeurig te prediken en biecht te hooren
enz., maar het gezag van dezen Paus werd niet al-
gemeen erkend, en zijne befchikking werd door vol-
gende Pausfen weder vernietigd. Trouwens, de Be-
delmonniken hadden doorgaans eenen witten voet
aan het Pausfelijke Hof. Eindelijk flichtte sixtüS
IV in het jaar 1478 een foort van vergelijk, volgens
hetzelve zouden de Parochiepriesters niet meer zeg-
gen , dat 'er van de Bedelmonniken Ketterijen voort-
gekomen waren , maar integendeel dat door hen,
bij*
GESCHIEDENIS. - 153
bijzonder door de Dominikanen en Franc'tskanen , V
het Geloof en de Kerk veel gewonnen halden. Daar "^^*
tegen zouden ook de Bedehnonniken niet keren , [loofdft,
dat de Gemeente van cenen Parochiaan niet verpligt :ia C. G«
was , op Feest - en Zondagen de Misfe in zijne lot"?!^^
Parochiekerk te hooren; hetwelk zij zonJer gewig- -
tige reden niet verzuimen moest. Geene der beide
partijen zou de Leeken op door de Kerk gedreigde
ftrafFe overreden, om hunne begrafenis bij haar te
verkiezen, dewijl dit volkomen vrijfliond. De Be-
delmonniken zouden verders niet prediken, dat de
Parochiekinderen niet verbonden waren , om ten
minde op Pafchen bij bunnen eigenen Priester te
biechten; evenwel zouden zij zelve daar door van
het voorregt niet uitgefloten zijn, hetwelk hun vol-
gens zekere fchikking toegedaan was. In hunne
Predikatien zouden zij niet nadeelig van de Prelaten
en Parochiepriesters fpreken ; ook aan dezen der-
ielver Toehoorders niet zoeken te onttrekken ; en
dezen zouden ook hen insgelijks minzaam bejege-
nen.
In het voorgaande hebben wij reeds gezien , hoe Gebrekea
vele misbruiken en gebreken, in de vorige eeuwen, c" Her-
bij de Monniken hadden fland gegrepen , en hoe o-en der
vaak zij Hervormingen noodig hadden. De oude, Monni-
rijke , en reeds voor lang meer tot levensgenot dan ^^"*
tot infpanning van den geest geneigde Orde der Be-
nedictijnen openbaarde inzonderheid ècz^ behoefte.
KLEMENS V verordende daarom op de Kerkverga-
dering te Vienne federt het jaar 131 1 ten aanzien
^ 5 de-
154 KERKELIJKE
V dezer Monniken het volgende (*): Zij zouden de
BOEK yQQj. hunne Orde pasfende befcbeidene kleederen dra-
Hoofdft. gen 5 niaar zich van allerhande kunftige dingen , ook
na C. G. van gordels , groote mesfen en fporen onthouden.
tol 151^7 ^^^^ maanden zouden zij ten minde eens ter biech-
■ te, en op eiken eerften Zondag van iedere maand
ten Avondmaal gaan. Hun Regel zou, als die in
het Kapittel voorgelezen werd , om der jongeren
wil, in de landtaal voorgelezen worden. (^Fulga"
riter exponatur. ) Zij zouden zich van jagen en
vogelen voiflrekt onthouden , gevolgelijk ook geene
kleine honden en valken hebben. Ook verbood de
Paus hun volftrekt , hun Klooster zonder verlof van
den Prelaat te verlaten , of in hetzelve wapens te
dragen enz. De Pausfelijke verordeningen waren
echter in het jaar 1312 reeds weder vergeten, zoo-
dat zij op de Kerkvergadering te Falend a vernieuwd
moesten worden (f). In een Provinciaal Kapittel
dezer Orde der zoogenoemde Zwarte Monniken te
Westmunfter in het jaar 1422 bekende men ronduit,
dat in dezelve vele grove buitenfporigheden waren
ingeflopen, en men verbood aan de Abten hunne
kostbare en ergerlijke Equipagien , (equitatura fcan*
dalofa , ) als ook hunne verkwistingen ; en aan de
Monniken hunne geheele afwijking van den Ordens-
regel, in fpijs, kleeding, bezitten van geld, rond*
zwer-
(*) Clementinar. L. III. t. lo. de Statu Monachor,
vel Canonicorum Regularium C. t. p. 1072.
(t) HARD. /Iet. Concill. T. VII. p. 147 1. C ia.
GESCHIEDENIS. 155
zwerven in fteden en dorpen, e. d. m. (♦) Men V
heeft meer dergelijke verordeningen. Onder anderen *°^*
beeft de Kerkvergadering van Konftam werk ge- Hoofdft,
maakt van het Hervormen der Monnikenordens , na C. G,
door het afTchafFen van verfcheidene Exemtien, en ;'. ._;,
tot ij* f •
het bevelen , dat de drie wezenlijke p dof ten van — — —
elke Orde, ( tria Siihftantialia cujusciinqtie Heli'
giom's , ) van gehoorzaamheid , onthouding en ar-
moede , door alle Monniken frreng waargenomen ,
en de overtreders , behalve door Excommunicatie
en Schor Jingy met gevangenis zouden geftraft wor-
den.
Hoe hoog ook de eerbied voor den Monniken-
ftand in deze eeuwen gellegen was, nogtans klaag-
de men fpoedig vrij algemeen over de groote menig-
te derzelven, gelijk wij dan ook boven gezien heb-
ben, dat de Pausfen het ftichten van nieuwe Ordeiis
verboden, piüs II. vernietigde verfcheidene kleine
Monnikengenootfchappen , maar daartegen rigtte hij
twee nieuwe Geestelijke Ridderordens op, gedeelte-
lijk ook op kosten van de vernietigde.
Ook ontftonden 'er nog in de XlVde eeuw nieu- Orde der
we Ordens , wel niet juist door Pausfen , maar door Ol'vita-
godvruchtige lieden, die van het Bijgel lof dier tij-
den befmet waren, dat men alleen in zulke Ordens
een volkomen regt op den Hemel verkreeg Dus
ontftond in het begin der XlVde eeuw de OrJe van
Monte Oliveto , als eene Hervorming der Benedic-
tijnen , waar van joan tolomei , een Edelman uit
Sie-
(*) HAED. T. VIII. p. 997.
1-6 KERKELIJKE
V Siena, de (lichter was. Eerst fiond hij nnar den
*°f-J^ roem Vitn een geleerd man te worden, en beoefende
Hoofdft. de Wijsbegeerte. Maar eens een moeijeliik vraag-
na C. G. (luk willende oplosfen , verloor hij zijn gezigt , het«
TjiïirioT*^
^Qjj^J^jwelk hij op voorbede der Heih'ge Maagd, zoo als
■ hij verzekerde, fpoedig wederkreeg. Daar op beflo-
ten hebbende , zich aan haren dienst te wilden ,
hield hij in het volgende uur voor zijne. Hoorderen
eene voorlezing over de verachting der Wereld ,
waar door verfcheidenen aangezet werden , om zich
daar naar te voegen. Hij zelve verhet zijne familie
in het jaar 131 3, en begaf zich raet twee Senato-
ren van Siena , zijne Toehoorders , eenige mijlen
ver van die (lad, in eenen eenzamen oord tusfchen
rotfen en boomen , welke hem toekwam , alwaar hij
zich met zijne medgezellen in alle foorten van ' lig*
chaamskwellingen oefende. Binnen kort vereenigden
zich meer anderen met hen. Zij werden in het jaar
1319 bij joANNES XXII als Ketters opgegeven, maar
onfchuldig bevonden. Nu tot den Regel van be-
NEDiCTUS gewezen , ontvingen zij den naam van
Congregatie van onze Lieve Prot/^y van den 'Olijf-
berg; of Kluizenaars van den Olijfberg; en tolo-
MEi verwisfelde zijnen naam joannes met dien van
BERN HARD. lu het cerst leefden zij veel ftrenger,
dan hun Regel verordende, maar verzachtten allengs
hunne levenswijze. De pest rukte den Stichter in
het jaar 1348 weg. De Orde plantte zich vervol-
gens vrij gelukkig voort. In fommige van hare
Kloosters leide men zich op de Wijsgeerige en
Godgeleerde Wetenfchappen toe; doch, hoewel zij
Tho-»
GESCHIEDENIS. 157
Thomisten zijn, echter wijken zij in vele ftukken V
van tiet ftelfel van deze School af. Daar is ook een ^°^f-
Nonnenklooster van deze Orde te Biponto in het Hoofdft.
Nopelfche gefticht. «^ C. G.
Kort na het midden der XlVde eeuw vormde zich [^^ J^J^*
ook de Orde der yezuaten^ insgelijks in Toskanen,
Derzelver Stichter, toan colombino, was ook één y^deder
Jezuatea,
der rijkfle en voornaamfte Edellieden te Siena , waar
hij de waardigheid van Gonfaloniere bekleedde. Hij
leefde in het huwelijk; en geldzucht en drift maak-
ten hem niet beminnelijk. Onverziens veranderde
dit alles, nadat hij het leven der beroemde Heilige,
de Egyptifche maria, gelezen had. Thans was hij
ongemeen milddadig jegens de armen ; matte zijn
ligchaam af door kastijdingen , en bewoog zijne
Gemahn ligtelijk, dat zij voortaan als Broeder en
Zuster leefden. Hij veranderde zijn huis in een
Gasthuis, waar hij armen, vreemdelingen en zieken
ontving, onderhield, oppaste en bediende. Een an«
der Edelman van «S/V;//? , franciscus de mino vin-
CENTi, zijn vriend, ftond hem in deze liefdediens-
ten bij. Ziek geworden zijnde en vindende , dat
zijne vrouw en zijn vriend hem al te zorgvuldig op-
pasten, floop hij heimelijk naar het armQe Gasthuis
van de (lad. Zij konden hem ook flechts onder deze
voorwaarde naar zijn huis terugbrengen , dat zij hem
enkel grove fpijzen geven zouden. Eens zag hij bij
de Kerkedeur eenen Melaatfchen liggen ; dezen droeg
hij op zijne fchouders naar huis , wiesch zijne zwee-
ren, en droPik zelfs van het water, dar.r hij hem
mede gewasichen had. Zijne vrouw had des te meer ,
af.
158 K E R K E L IJ K E
V affchuw van dezen kranken, en toen zij hem einde-
^^ lijk , op zijn aanhouden , wilde bezoeken , kwam
Hoofdrl. haar, zoo als zij vertelde, aan zijne knmerdeur een
m C. G. 200 heerlijke reuk in plaats van den gewonen flank
tot IS17 ^^S^"' ^^^ ^y "'^ eerbied niet durfde binnentreden.
. joAN en zijn vriend werden dezen reuk insgelijks
gewaar, gingen bij den kranken; maar vonden nie-
mand, waar uit zij befloten, dat het Christus zel-
ve geweest was. Des te meer befloten zij, hem in
de volkomenfle armoede na te volgen; zij fchonken
hun gebeele vermogen san de Kerken en Hospitalen,
en bedelden hun brood in de armhartigfte kleeding
bij de huizen. Behalve haren hemden en geefelen,
vonden zij dagelijks nieuwe martelingen voor hun
ligchaam uit. Ten einde, naar hunne verbeelding,
den Zaligmaker geheel gelijk te worden, zochten zij
op de plaats zelve , waar zij als regeringsleden ver-
eerd waren geweest , de algemeene verachting op
zich te laden. Zij droegen water en hout in het
Paleis, waar de Regering bijeenkwam, en veegden
het vuilnis weg. Dewijl het Bijgeloof zulke levens-
wijze tot heiligheid gemaakt had, kregen zij fchie*
lijk navolgers; voornamelijk federt het jaar 1365,
toen dit gezelfchap meermalen door de ftraten van
Siena rondging, onder het zingen van liederen. Den
nieuwen lei'en vverden harde proeven opgelegd. Niet
zelden voerden zij hen op een* ezel zittende, met
eene kroon van olijftakken op het hoofd , door de
ftraten rond , terwijl de geleiders , die foortgelijke
kronen en takken in de banden droegen , zonder op-
houden riepen : Leve jezus christüs ! Hij zij
ge-
GESCHIEDENIS. 159
geloofd in eeuwigheid! Menigmalen voerden zij de- V
zelven half naakt rond , met de handen op den rug ^^'^^
gebonden, hen befpottende en het volle vermanende, HoofdlL
om voor dezen zondaar te bidden. Maar het ge- na C. G.
wonelijkfte was , dat zij zulk eenen voor het beeld K!^'?j J*
der Maagd marta op de openbare markt plaatften, — — —
hem in plaats van zijne kleederen, ellendige lom-
pen omhingetï, terwijl zij allen met kronen en tak-
ken behangen Geestelijke Liederen aanhieven. In
minder dan twee jaren had columbino meer dan
70 aanhangers , terwijl hij zelve rondging , en de
zondaars vermaande , boete te doen.
URBANus V kwam om dezen tijd in het jaar 1367
van Avignon naar Rome weder. Om van hem de
goedkeuring der Orde te bekomen, ging colombi-
NO met velen zijner aanhangers, met hunne gewone
kronen en olijftakken hem te gemoet,tot aanCro«(f/o,
daar hij aan land trad, en riepen hem toe: Geloofd
zij JEZUS CHRISTUS.' Lcve de Heilige Vader! De-
ze ontving hen wel , maar beloofde hun , voor hun-
ne lappen, eene andere kleeding te zullen geven. Hij
gaf hun ook kort daar na een' witten rok , eene der-
gelijke muts en houten muilen aan de bloote voeten
ter onderfcheiding ; waar bij des Paufen Broeder nog
een' valen mantel voegde. De Orde, die zich in
het eerst de ApostoUfche Klerken, (^Clerici,') noem-
de, heette in het vervolg: de Congregatie der j^e-
zuaten , ( naar het onophoudelijk gebruik van den
naam jezus,) van den Heiligen hieronymus, dien
zij tot Patroon verkozen had, naar den Regel van
den Heiligen augustinüs. columbino ftierf om-
trent
i6o K E R K E L IJ K E
V trent het jaar 1367. De Paufen hebben hem nader-
BOER i^^^f^ j(j }^et Roomfche Martelaarsboek, ( Martij-
Hoofdft. roïogium ,') geplaatst, en aan die genen aflaat be-
na C. G. loofd , die op zijn Feestdag zijne Ordenskerk te
tot 1-^17 ^^^^^^ zouden bezoeken. Meer dan 200 jaren lang
m ■ ■■■ waren de leden dezer Orde flechts Leekebroeders ,
en enkel verpligt , om dagelijks 150 Paternoster' s en
even zoo veel ^ve Maria's te bidden. Eerst met
den aanvang der XV^IIde eeuw werd hun geoorloofd
zich tot Priesters te laten wijden. In de meeste van
hunne Kloosters hadden zij Apotheeken, en deelden
de geneesmiddelen om niet onder de armen uit. In
andere distilleerden en verkochten zij brandewijn,
waarom zij op fommige plaatfen Gïi Padre deW
aqua vita genoemd werden. Eindelijk toen zij in
het Fenetiaanfche Rijk meester waren geworden, en
de Republiek tot den Turkfchen oorlog geld noodig
had, vernietigde klemens IX op derzelver verzoek
in het jaar 1668 de Orde aldaar en over het alge-
meen. Buiten ItaJi'è had zij zich alleen te Touloufe
gevestigd. Eene Nicht van den Stichter, katha-
RiNA coLOMBiNA , had ook een gezellchap van
Nonnen van denzelfden naam en ftrenge levenswijze
opgerigt.
Eremiten De Eremiten van den Heiligen hieronymus
van den yokden de '^ezuaien op den voet, en maakten vier
H. IIIERO- ° "^ , . . „ . _
KYAius. ondel fcheidene Ordens uit in Spanje en Italië. De
eerde , die eigenlijk den naam van Hieronijmiten
voert, vormde zich door eenige Italiaan f che Mon-
niken van de derde Orde van den Heiligen fr/^n-
ciscus , die zich naar Spanje begaven , en daar
Klui-
GESCHIEDENIS. i6i
Kluizenaarsverblijven aanleiden. Heel fchielijk von- V
den zij navolgers , van welke de merkwaardigfte was °^^*
piETER FERDiNAND PECHA , Kamerheer van den Hoofdfï
Koning van JCasiiiië, pieter den Wreeden, Deze na C. G,
verkreeg voor hun in het jaar 1373 de bevestiging J^^''^°73»
van Paus gregorius XI, doch met die verandering, — __« *
dat zij nu Kloosterbroeders werden, peciia nam
nu ook den naam aan van zijne vaderflad ^ en noem-
de zich FERDINAND vau GuadaJüjara, In Estre-
madura kreeg deze Orde in het jaar 1389 het ver-
maarde Klooster van Onze Lieve Vrouw van Gua-
daïoupe. Het prachtigflie van alle hare Kloosters,
ja van de Roomfche Kerk in het gemeen, is dat,
hetwelk filips II, Koning van Spanje ^ xtx eere
van den Heiligen laurentius , gefticht heeft, bij
Escorial , niet ver van Madrid , federt het jaar
1557, waar aan zijne opvolgers ter verdere voltooi*
jing millioenen dukaten befteed, en in hetzelve te
gelijk het zoogenoemde Pantheon tot eene begraaf*
plaats der Koningen van Spanje beflemd hebben.
PIETER gambacorti , gemeenlijk pieter van
Pifa genoemd, ftichtte een tweede dergelijke Con-
gregatie van Kluizenaars van den Heiligen hiero-
NYMUS ; hij was een Zoon van den toenmaligen
Heer van Pifa en Lucca ^ en begaf zich omtrent
het jaar 1377, in den ouderdom van 25 jaren, met
verzaking van al de groote ultzigten van zijn llnis,
op den Berg Montehello in Umbri'è ^ niet ver van
Casfana^ van welken hij dagelijks afkwam , om zijn
onderhoud in de naaste dorpen te bedelen. Daar
door kreeg hij zoo veel geld, dat hy eene kleine
XVm. Deel. L Kerk
i^i. K E R K E L U K E
V Kerk en woonplaatfen voor andere Kluizenaars, die
BOEK allengs tot twaalf in getal bij hem verzamelden, ko»
Hoofdft. bouwen. Zij namen den Htiligen HiERONviMüSf to£
na C. G. hunnen Befchermheilig en voorbeeld, alhoewel bij
tot 1517.* ^^^'^^ ^^" Kluizenaar geweest was. Eerst heetten
■-- zij de arme Kluizenaars van Broeder p ie ter van
jP//2r, en fchreven zich volkomene armoede, menig-
vuldig bidden , vasten , geefelen , zuinig eien enz. ,
tot eene wet voor, welke echter in de X Vilde eeuw
merkelijk verzacht werd. Eerst in het jaar 15Ó8
begonnen zij, op bevel van Paus pius V, de Moa-
liikengelofte af te leggen.
Behalve deze zijn 'er nog twee bijzondere Ordens
van Eremiten van den Heil, hieronyjsius in dezen
tijd in Spanje en Italië gefticht , welke tot onze tijden
zijn ftaande gebleven; de éénen door eenen Spanf
jaard, Lupo d'oLMEDO, die in het jaar 1433 gq-
ftorven is; de andere door den Italiaan^ karei,
van Montegraneli , dfe in het jaar 1417 overleed,
en de Congregatie van Fiefoli bij Florence op»
rigite.
Lollütds, Een veel nuttiger, en voor de raenschheid waar»
of CeUe- ^^^^^ gezelfchap van lieden , dan zoo vele , ledigloo-*
brof^ders, pende, bijgeloovige Monniken, Kluizenaars en Be-»
Alexianen jgjgjjjg ^ ontftond in de XlVde eeuw; namelijk de
Lolharden of Lollarden , welke men weleer door-i
gaans onder dweepachdge , ketterfche of zelfs on^
deugende aanhangen heeft gerekend , maar Welke
men thans geregtigheid laat gefcnieden (♦). Men
meen-.
(*) MosHEiai Kerkgcfck. V. Dcd, Bladz» 324. volgg^
GESCHIEDENIS. 163
meende, dat hun ftichter geweest was zekere wal- v
THER LOLLARD , die TRITTENHEIM (*) als het Op- ^^^^
perhoofd der Fratricellen , en eenen der ergfle Ket- Hoofdft.
ters befchrijft, gelijk hij ook daarom te Keulen ver- na C. G.
brand is geworden. Doch hij noemt hem niet lol- J^"^°73»
tot 1 5 1 7»
HARD, maar lohareus , en uit zijn verhaal volgt .
niet, dat deze man, hoe hij ook geheeten mag heb-
ben, ftichter der Lolharden zou geweest zijn. Der-
zelver oorfprong is, volgens geloofwaardige berig-
ten, deze: Kort na het jaar 1300 ondernamen eeni-
ge godvruchtige lieden te Antwerpen , onder den
naam van Aïexianen , of Broeders en Zuster^ van
den Heiligen alexius , dien zij tot hunnen Be-
fchermheiligen verkoren hadden , zich aan werken
van barmhartigheid toe te wijden, door het oppas-
fen van zieken en kranken , inzonderheid bij de
toenmaals heerfchende pest en befmettelijke ziekre,
en door het zorgen voor de begrafenisfen en het be-
ftellen der lijken. Wegens hun matig en gefchikt
leven , noemde men hen Matemans, naar hunne
Cellen , of geringe woningen , CelHten of Cellehroe-
dersi en omdat zij, bij het bezorgen en begraven
der dooden , op eenen weenenden , treurigen toon
liederen zongen , Lolhards of Lollards , naar hef
oude woord lollen^ lullen^ lallen^ van waar nocr
eene ftraat binnen Utrecht de Loüe/fraat genoemfï
wordt, in welke velen van deze lieden woonden;
ook werden zij , met een woord van gelijke betee-
kenis , Nolbroeders genoemd. Dewijl deze goede
men-
(*) Chron. Hirfaug. T. II. p. 155.
L a
1^4 K E R K E L IJ K E
V menfchen dus liefdedaden verrigtten , en de plaats
BOEK (Jer Geestelijken , die dezelve verzuimden en geheel
Hoofdft. verwaarloosden, vervingen, kan men ligt btgriipen,
na C. G hoe het gekomen zij , dat zij van dezelve gehaat ,
Jaario73 ^^^ ^^ Begharden vermengd, en veelal hevig
tot 15 17. . ,
, vervolgd zijn geworden. Misichien vervoegden zich
eenige dweepers en zonderlingen met hen, maar ze-
ker (tonden zij den Bedelmonniken meest in den
weg, omdat zij de giften der burgeren ontvingen,
ter onderfleuning in hunnen liefdearbeid , welke de-
ze Monniken gewoon waren te genieten. Hunne
weldadige pogingen maakten hen bij het volk geëerd
en geliefd, zelfs werden zij door Vorsten en Over-
heden befchermd, die te wege bragten , dat de Pau»
fen hen aan de magt der Inquifttenren onttrokken,
en aan het regtsgebied der Bisfchoppen onderwier-
pen, Ja op verzoek van karel den Siouten^Htnog
van Burgundi'è , nam sixtus IV hen in 1472
onder de Geestelijke genootfchappen aan , die on-
middelijk onder den Paus ftaan, en julius II gaf
hun in het jaar 1506 nog grooter voorregten. De
latere van hen afkomftige genootfchappen in de Ne-
derlanden eu in Keulen zijn van hunne eerfte be-
ftemming geheel afgeweken.
Broeders Nog algemeen nuttiger was het genootfchap van
van het Geestelijken en Broeders van het gemeen fchappelijk
gemeen- , , ,, r 1
fchappe. i^"^^^^ 5 hetwelk gerkard or gerrit groot ook
lijk leven jn de XlVde eeuw (ligtte. Zijn leven is door tho-
S^^Il'l^^ MAS A KEMPIS of VAN KEMPEN bcfchreven. GER-
HARD of RIT GROOT kvvaiii in het jaar 1340 te Deventer in
GE RIT Qy^t-ysfel ter wereld. Zijn Vader , een voornaam
GROOT. -^ -^
bur-
GESCHIEDENIS. 165
burger dier ftad , zond hem op de Univerfiteit te V
Parys , alwaar hij in zijn XVlIde jaar de waardig- ^^^
•heid van Magister verkreeg, en zich vervolgens in Hoofdft.
de Godgeleerdheid oefende. Wedergekeerd bekwam " C. G.
hij eenige Prebenden , en gaf zich aan allerhande ^^^ 1C17]
vermaken over. De Prior van het Karthuizer -
Klooster te Monnikhuizen bij Arnhem , die zijne
medeleerling geweest was , wenschte zulk een ge •
leerd man op eenen edeler weg te brengen, en hem
te Utrecht ontmoetende , gelukte het hem ook , door
ernfl:ige voortellingen hem te beweoen, om de we-
reld te verloochenen, gerrit flond van alle zijne
Prebenden af, en trok in plaats van zijne kostbare
kleederen heel flechte aan , en ging voorts tot etne
armoedige levenswijze over. Vervolgens begaf hij
zich in het bovengemelde Karthuizer - Klooster ^ al-
waar hij een ftreng leven leidde. Drie jaren dus
doorgebragt hebbende , trad hij , op raad zijner Mon-
niken , als Prediker te voorfchijn , waar bij hij eene
algemeene toejuiching verkrecrg en de bekeering van
velen zijner Toehoorderen bewerkte. Schielijk volg-
de hem de nijd van Prelaten, Priesters en Monni-
ken, die hem door laster zochten te benadeelen en
zelfs het prediken te verbieden, gerrit ontweek
hun een' tijd lang; zij zijn toch onze Prelaten, zei-
de hij, en wij zijn fchuldig, hun te gehoorzamen.
Men heeft nog eenen Brief voor hem , of misfchien
van hem, aan den Bisfchop van Utrecht^ in wiens
Kerspel hij Diaken was geworden , waar in om
opening verzocht wordt der redenen, om welke het
L 3 pre-
1^ K E R K E L IJ K E
V prediken hem verboden werd. Dit verbod fchijnt
BOEK evenwel niet lanof geduurd te hebben.
VI
Hoofdft. GERRiT had van zijn' Vader te Deventer een huis
na C. G. en een aanzienUjk vermogen geërfd , dit alles be-
}a^"o73 fteedde hij tot nut van het algemeen. Hij ver^ader-
'- de welgezinde jongens en arme Geestelijken bij zich
in groot aantal, die hij onderwees en vermaande,
zorgende tevens voor het onderhoud der genen, die
niet hem een godzalig leven wilden leiden. In een
ander naburig huis rigtte hij een dergelijk gezelfchap
op van vrome vrijsters , die zich in naaijen , breijen
en andere vrouwelijke handwerken, maar voorname-
lijk in eene Christelijke ingetogene levenswijze zoo
lang oefenden, tot zij vrijwillig tot het Kloosterle-
ven belloten. Hij wilde zelve aan alle zijne leerlin-
gen een voorbeeld van volkomenheid zijn , maar
dreef zijne zelfsverloochening en ftrengheid tot uiter-
ften. Met dit alles worden zijne vlijt in het lezen
der Heilige Schrift , zijn ijver , om eene nuttige boe-
kerij te verzamelen, en zijne ftichtelijke opltellen zoo
jn brieven als andere fchriften, bij uitnemendheid
geroemd , voornamelijk zijne gelukkige gave van pre-
diken, welke hij te Deventer en in vele andere (le-
den, Zwül, Kampen, Leyden , Delft, Gouda, Am^
fier dam en andere aan den dag leide. Trouwens,
hoewel geheel overgegeven aan den Paus, de Leer-
ftellingen en het Kerkplegtige van zijne Kerk, en
vol Mijftieke en Monniken grondbeginfelen, bezat
hij tevens het goede en nuttige der betere Mijftieken.
Hij bragt den Godsdienst, zoo veel hem mogelijk
was.
GESCHIEDENIS. tCy
was, tot deszelfs Bijbelfche bron terug, en het is V
blijkbaar, dat zijne praktikale manier van prediken ^^^^
hem zoo veel toejuiching verfchafte. Hij vermaan- Hoofdlh
de ook , dat men de Zedekunde zelfs van sokra- na C G.
TES, PLATO en SENEKA bchoorde te leeren. Het F^'"*^73'
' tot iST'
Kamnieke Regt wilde hij alleen doorgeloopen heb- »
ben, ten einde in de Kerkelijke wetten niet geheel
vreemd te zijn. Van Scholastieke Wijsbegeerte of
Theologie te fprelicn, kwam bij hem niet in aan-
merking.
Hij ftierf al vroeg in het jaar 1384, voordat hij
zijn geliefd ontwerp volkomen ten uitvoer kon bren-
gen. Kort na zijnen dood werden naar zijn ont- '
werp Kloosters aangelegd in den omtrek van Zwol ^
in welke men een gemeenfchappelijk leven leide, en
lïiet handwerken de kost verdiende. Onder alle zij-
ne leerlingen was florentius radewin , van den
■Leydfchen Dam in Holland , van aanzienlijke af-
komst , een tijd lang Kanunnik te Utrecht , de voor»
naamfte. Deze leide zijne P ebende neder , en ver-
genoegde zich met een enkel Vikariaat bij eene Kerk
te Deventer^ ook had gerhard hem beftemd, om
zijn opvolger te zijn, en kloris nam dezen post
met allen ijver waar; door alle de leden van het
genootfchap in eensgezindheid , arbeidzaamheid en
Christelijke zedelijkheid te houden. Niemand der-
zelven noemde iets zijn eigendom ; allen leefden
kuisch en fober met malkanderen. Om niet ledig
en geheel behoeftig te zijn , moest elk boeken af-
fchrijven; of kinderen onderwijzen; en al wat zij
met hunnen arbeid verdienden, bragteu zij aan de
1» 4 voe-
168 K E R K E L IJ K E
V voeten van hunnen Opziener. De ongeleerde ledea
BOEK waren ijverig bezig in handwerken, floris zelve,
Hoofdft. ^i^ gs^"^ groote vaardigheid in het fchrijven bezat,
na C. G. bereidde ten minde het Pergament voor de Hand-
tori^fz Schriften; die hij naauwkeurig doorlas en verbeter-
■t- de, terwijl hij heilzame voorfchriften uit de beste
boeken verzamelde. Hij ftierf in het jaar 1400 ,
maar het genootfchap breidde zich (leeds verder uit,
EüGENius IV en pius II fchonken ook aan hetzelve
aanzienlijke voorregten. Inzonderheid maakte het
genootfchap zich verdienftelijk door zijne Scholen ,
in welke velen der bekwaamde lieden in Duitschland
en in de Nederlanden hunne eerde vorming ont-
vangen hebben. Desniettemin werden zij meermalen
door de nijdige Priesters en Monniken met den ge-
haatten naam van Begharden en Lolhards gelasterd.
Eindelijk, 'er waren ook vrouwelijke gezelfchappen
van deze foort, die haren tijd tusfchen bidden, le-
zen, handwerken en onderwijs van meisjes verdeel-
den.
Orde der Eene Orde, die in het laatde gedeelte der XVde
Mini- eeuw opkwam, mogt meer bewondering van den
fte^of "e"' g^ooten hoop wegdragen , maar zij dond ver achter
ringde in wezenlijk nut. Deze is de Orde der Minimetj ^
broeders, jfjifjjj^n oï geringfteu^ die al de drengheid d^txEran*
ciskaner Orde nog meenden voorbij te dreven. Der-
zelver dichter, franciscus van Paula ^ dus naar
ziine geboortedad in het Koningiijk NapeJs ge-
noemd, werd geboren in het jaar 1416, op eene
gelofte zijner ouderen, dat zij hun kind aan den H".
FRANGiscüs van 4sftfi zouden wijden. Ingevolge
daar
GESCHIEDENIS. 169
idaar van zonden zij hem, een' jongen van 13 ja- v
ren, naar het Franciskaner Klooster te San Marco boek
VI
in Kalabrië; alwaar hij fpoedig de flrengrte en ijve- j^Q^pj^^^
rigfte Monniken in de waarneming van den Ordens- na C. G.
regel overtrof , onthoudende zich van alle linnen J^^''^°73.
° tot 1517.
goed en van vleesch te eten. Na in pelgrimfchap .
al de voorname plaatlen en Kloosters der Orde be-
zocht te hebben , floot hij zich op eenen genoeg-
zamen afrtand van hen in het hol eener rots, waar
een fleen zijn bed, kruiden en wortels uit een na-
burig woud zijn voedfel waren. Zijne Ordensge-
nooten, die hem aan christus gelijkvormig willen
maken, verzekeren, dat Engelen zijne geboorte be-
zongen hebben, dat hij in zijn veertiende jaar van
den Geest in de woestijn geleid, en van den Duivel
verzocht, en door de Engelen gediend is geworden,
een van welken hem een kapot opzette. Hoe het
zij , onze jonge Kluizenaar verkreeg fpoedig den
roem van heiligheid in geheel Kalabrië. — Reeds
in het jaar 1435 kreeg hij leerlingen, met welken
hij in de nabijheid van Paula Kluizen benevens eene
Kapel bouwde, in welke zij te zamen zongen. Men
noemde hen de Kluizenaars van den Heiligen fran-
ciscus. De Sicilianen , van zijne deugden en won-
deren gehoord hebbende , noodigden hem in hun
eiland. Toen hij nu in het jaar ^464 met twee van
zijne reisgenooten derwaards wilde overvaren , wei-
gerden de fchippers hem mede te nemen, omdat hij
de vracht niet betalen kon. Maar knap wierp de
Heilige man zijnen mantel in zee en wandelde, met
zijne reisgenooten, zoo als men vertelt, op denzel-
L 5 ven.
iro KERKELIJKE
V ven, zonder omflag naar Sicilië over. Vier jarea
lOEH (Jaar na keerde hij naar Kalabrïé terug, alwaar hij
Koofdft. de armen in een' grooten hongersnood hielp. On-
na C. G. dern sfchen had pius II van zijne wonderdaden ge-
Jaar 1073 ^QQj.^ waarom hij eenen van zijne Kamerheeren
tot 1517. -> ■> j
— — zond, om 'er onderzoek naar te doen. Deze be-
flrafte 's mans overmatige geflrengheid en nadeelige
zonderlingheid , maar franciscüs nam , zonder
hem te antwoorden , gloeijende kolen in de hand ,
zonder zich te branden, en zeide tegen den Kamer-
heer, dat God hem zulke kracht gegeven had; dus
kon men daar ligtelijk uit befluiten, dat hij ook in
fiaat moest zijn, om de allerflrengfte boete te ver-
dragen. De Kamerheer wilde zich hier op voor zij^
ne voeten werpen, en om zijnen zegen verzoeken,
maar de Heilige man verzocht veel meer om den
zijnen. Dit alles baande allengs den weg tot de
bevestiging van dit nieuw genootfchap, welke six-
Tus IV in het jaar 1474 onder den bovengemelden
naam haar ter hand liet (lellen. Hij ftelde den (lich-
ter der Orde tot haren algemeenen Opperde aan, en
onttrok haar aan het regtsgebied der Bisfchoppen.
Men moet verbaasd (laan over de menigte en ge-
fleldheid der wonderen, welke de Gefchiedfchrijvers
dezer Orde van haren Stichter verhalen, en welke
duidelijk eene ongelukkige naarbootfing van de won-
deren van JEZUS aanwijzen. Hij werd als jezus
op eenen Berg verheerlijkt , en de Aartsengel mi-
CHAEL bragt hem eenen Brief, in welken het woord
Caritas , ( Liefde , ) met gouden letters in een he-
melsblaauw veld ftond, hetwelk naderhand ook het
wa-
GESCHIEDENIS. 171
wapen der Orde geworden is; hij genas kreupelen v
en lammen , fpijsde 300 menfchen met één brood boek
£u eene flesch wijn , veel werd hij befireden van ^^oofdf!
booze geesten , maar overwon hen (leeds. Doch na C. G,
een' gevaarlijker vijand had de Heilige man aan zij i^^^*°73»
nen Landsheer, den Koning van Napels^ ferdi- __i-.
NAND den eerfien zelven ; misfchien omdat hij dien
eenige beftraffingen en vermaningen gegeven had.
De Koning zond eenen Hopman met Soldaten in
het Klooster te Paterno ^ om den Heiligen naar A^^-
peh te brengen. Doch , niet alleen de groote be-
weging , welke daardoor onder de inwoners van
Paterno ontftond, maar voornamelijk het bewonde-
renswaardig gedrag van den nederigen Heiligen ,
deed zulk eene werking op den Hoofdman, dat hij,
in plaats van zijnen last te volbrengen, den Koning
deed begrijpen , welke gevaren daar mede gepaard
gingen , en hem daar door tot andere gevoelens
bragt.
LODEWYK XI , Koning van Frankryk , naderde
ten dezen tijde zijn levenseinde ; geen Vorst was
ooit zoo bevreesd voor den dood, als deze. De-
wijl de kunst der Geneesheeren was uitgeput , en
Godsdienllige middelen, als geloften, bedevaarten,
heilige Reliquien , geene werking deden , geloof-
de de Koning, dat de groote Wonderman, frans
VAN PAULA, de eenige was, die hem zijne gezond-
heid zou kunnen wederbezorgen. Hy liet hem dus
bij zich noodigen , maar de Heilige man , misfchien
niet vertrouwende op zijn wondervermogen , wei-
gerde te komen, lodewyk. wendde zich tot den
Paus,
172 KERKELIJKE
Paus, en op deszelfs bevel ging de Heilige man in
het jaar 1482 op reize. In Napels ging de Koning
met de geheele Hofftoet hem te gemoet; de Paus
bewees hem grooter eere, dan aan regerende Vors-
ten ; bood hem vergeefs Kerkelijke waardigheden
aan ; maar fchonk hem daar voor het regt, om
waschkaarfen en roozenkranfen in te zegenen, welke
hij als gefchenken uitdeelde en door welke hij vele
wonderen verrigt zal hebben. Bij zijne aankomst
m het Rijk , zond lodewyk hem den Daufïjn te
gemoet, en ontving hem vervolgens zelve met zijne
Hovelingen , op eenigen afftand van zijn Kasteel
Tours y hier wierp de Koning zich voor hem neder,
met verzoek , dat hij bij God verlenging van zijn
leven wilde uitwerken. De Heilige man antwoordde
vry verftandig, dat de Koning dit alleen van God
moest bidden en verwachten. Evenwel zegt men,
dat hij den Koning gewilliger tot derven gemaakt
zal hebben , hetwelk in Augustus 1433 volgde, ka-
rel VIII, zijn Zoon, raadpleegde onzen Heiligen
niet alleen in gewetenszaken, maar ook in (laats -
aangelegenheden , maakte hem tot Dooppeet van zij-
nen Zoon , en liet hem toe in Frankryk twee Kloos-
ters te bouwen, en ftichtte een derde te Rome ^
hetwelk alleenlijk van geborene Pi-anfchen bewoond
zou worden, franciscus van paula ftierf in
Frankryk in het jaar 1507 , en leo X plaatfte hem
in het jaar 1519 onder de Heiligen van zijne Kerk.
De door hem gedichte Orde heeft haren eerden
naam. Kluizenaars van den Heiligen franciscus.
Biet behouden. Toen deze Monniken het eerde
Kloos-
GESCHIEDENIS. 173
Klooster te Mallaga in Spanje van ferdinand den V
Katholijken en izabella kregen, noemde men hen ^^^^
de Broeders der Overwinning ^ omdat men eene op Hoofdft.
de Mooren behaalde overwinning aan hét gebed van "^ C. G.
Tont» T^-^o
hunnen Stichter had toegefchreven. alexander '^^ j_j^'
VI, die in de jaren 1493 en 1501 hunnen Regel be- — —
krachtigde, gaf hun den naam , Minimi Fratres
Eremitae francisci de paula , federt heetten zij
Fratres Minimi en Minimi , de Min/ie of Gering-
fte Broeders, Te Par'^js kregen zij nog eenen .bij-
zonderen naam , welken zij nog in de jongde tijden
gevoerd hebben. Te weten, dewijl men hunnen
Stichter, toen hij aan het Hof van lodewyk XI
kwam, den goeden man ^ (Je bon homme ,') noemde:
e in den grond een fpotnaam , welken de Hovelin-
gen hem gaven,) zoo heette ook hun eerfte Kloos-
t^ te Parys , Ie Convent des Bons Hommes.
Langen tijd had deze Orde geenen bijzonderen
Regel, maar hield flechts het voorbeeld van haren
Stichter voor oogen. Eindelijk gaf deze hun een
voorfchrift van volkomenheid , hetwelk hem door
den Heiligen Geest, zoo men zegt, was ingegeven.
Deze Monniken, zoo wel Geestelijke als de Leeke-
broeders, moesten een kleed, tot op de hielen han-
gende , dragen , van natuurlijk zwarte wol , bene-
vens eene kap van dezelfde kleur, tot op de heu-
pen hangende; als ook zulken gordel met vijf knoo-
pen; al hetwelk zij bij nacht noch dag mogten af-
leggen. Het zoogenoemde vasten/even^ (^vita qua-
drageftmalis , ) moesten zij zoo ftreng waarnemen ,
dat zij nooit vleesch, nooit iets, dat van vleesch
komt ,
174 KERKELIJKE
V komt , ook geene eijeren , boter , kaas of eenige
BOEK nielklpijze aten , uitgezonderd in zware ziekten ; al-
Hoofdft. ^^^" ^^^ ^"" brood , olie en water geoorloofd*
na C. G. Ook was hun een aanhoudend zwijgen opgelegd.
Jaar 10 73 ggjjjj|yg ^q Minimen - Nonnen . wier Abdisfen Cor»
tot 1517.
. recirices heeten, bevonden zich ook vele Tertiarien
bij deze Orde , of Wereldlijken , die , zonder de
Orde aan te nemen , echter door het waarnemen vaii
eenige voorfchriften , en het dragen van een kleitt
koordje , aan de verdienden der Orde deel namen.
De Adel Wij hebben op zijne plaats aangeteekend , hoe de
mnnkt ^^ ^^^^ ^jch lieverlede hebbe ingedrongen in het bezit
ter vnn de der vaste Prebenden en Kanunnikdijen , niettegen-
Domka- f^aande gregorius IX zich in het iaar la-^a nog
door een bijzonder Dscretale daar tegen verzet-
te ; thans met de XlVde eeuw ging dit zoo ver„
vooral in DuHichland ^ dat zulken, die niet vaa
Adel waren , daar geheel van uitgefloten werden*
Vergeefs poogde de Kerkvergadering van Kon/lans
dit misbruik afgefchaft te krijgen, ook verbood zij,
het toelaten van jonge knapen , onder den naan»
van Canonici Parvi , voor dat zij ten minfle den
ouderdom van achttien jaren zouden bereikt hebben.
Nonnen. Ten aanzien der Nonnen vindt men in dit Tijd*
vak weinig verandering, alleen dat de meeste nieuwe
Monniken -Orden ook hunne Nonnenkloosters had-
den. Voor het overige , gelijk deze Kloosters in
de XII en XHlde eeuw niet zelden verblijven van
ontucht waren , zoo verklaarde cLr^MANGis thans
dezelve over het algemeen , ten minfte in Frank»
ryk , voor boeihuken. Ook verzekert d'ailly,
dat
GESCHIEDEN IS. r?^
dtt deze Kloosters erger verbasterd waren, dan hij V
jich veiïloutte te zeggen. Wij vinden ook verfcliei- ^^^^
dene btfluiten en vastileilingen van Kerkvergaderin- Hoofda.
gen en Bisfchoppen , omtrent de buiteniporigheden na C. G,
der Ncn^.. I--73.
Doch merkwaardiger dan dit alles, is de nieuwe ,
Orde van de Heilige birgitta, of, zoo als men Orde der
,.., . „ , H. BIR-
haar gewoonlijk noemt, brigitta, in Zweden ge- gittaoF
(licht, voor Nonnen en tevens voor Monniken^ die brigitta.
met haar zamenwonen zouden. Zij was de dochter
van BiRGER PETERSONS, een* Ridder, Koninklijke
Raad, en Laghman^ (of fpreker van het volk op
den algemeenen Rijksdag,) te Upfala^ en zal om-
trent het jaar 1302 ter wereld gekomen zijn. Hare
ouders waren naar de bijgeloovigheid der tijden vro-
me lieden, en plantten hunne gevoelens op de doch-
ter al vroeg over, die reeds met haar zevende jaar
gezigten begon te zien. De Maagd maria bood
haar eene kroon aan, en christus zelve fprak met
haar over zijn lijden. Toen zij dertien jaren oud
was, werd zij uitgetrouwd aan ulf gudmarson,
Rijksraad en Laghman in Narike, uit welk huwe-
lijk vier Zoons en vier Dochters geboren zijn. Even-
wel waren deze echtelingen Tertiarien van de Orde
van den Heiligen franciscus , wier ftrengheid zij
zoo veel mogelijk in hun huis zochten na te volgen,
BIRGITTA inzonderheid fliep van^ tijd tot tijd geheel
gekleed op den blooten grond, of op eene plank,
bragt een groot deel van den nacht in het gebed
door; klcci-dde zich met een haren hembd ; bezocht
de Hospicalen , waar zy de zieken bediende , en
deel'
176 KERKELUKB
V deelde vlijtig aalmoezen uit. Eindelijk begaven zij
BOEK zich beiden, haar Gemaal en zij, in een Klooster;
Hoofdft ^^^^ Gemaal ftierf kort daar na. Nu weduwe zijn-
na C. G. de , verloochende biroitta de wereld geheellijk , en
jaario73. j^ggon fpoedig den naam van eenen Heiligen te krii-
^ gen. MAGNUS ERiKSON regeerde toen in Zweden ^
een zorgeloos en wellustig Vorst, wien birgitta
in bloedverwantfchap bellond. Zij beftrafte dezen
Koning meermalen, en zeide hem in het aangezigt
aan , dat hij flecht regeerde. Maar dewijl zij hier bij
zich op de verfchijningen aan haar gebeurd beriep ,
noemde de Koning hare vermaningen , Karing "
Sagor , oudewijvenpraat ; en vraagde gemeenlijk ha-
ren Zoon, BiRGER ULFSON , die meermalen aan het
Hof kwam: Wat zal onze Nicht, uwe Moeder,
dezen nacht wel van ons gedroomd hebben? Toen
hij naderhand de liefde van zijn volk verloor , en
van zijne eigene Bisfchoppen in den ban gedaan
werd; fchonk hij haar in het jaar 1348 eene Hoeve
te Wadftena^ alwaar zij terrtond een Klooster het
bouwen, hetwelk naderhand zeer vermaard is ge-
worden, en voor hetwelk, van het jaar 1382 af,
een Onze Lieve Vrouwen -Penning van elk perfoon
in het geheele Koningrijk, die 16 jaren oud was ,
opgebragt moest worden. De droevige verwarrin-
gen in haar vaderland, als ook de pest, welke het-
zelve, gelijk geheel Europa^ federt het jaar 1349
verwoestte , bevorderde in het volgende jaar bir-
gitta's bediiit, om naar Avignon en Rome te rei-
zen , en daar het Jubeljaar te vieren; Vergeefs
yaadde zij klemens VI , om zijnen Zetel weder
naar
GESCHIEDENIS. 177
flaar Rome over te brengen. In deze hoofdftad leef- V
de zij zelve nog vele jaren, tot zij in het jaar 1370 ®??*
van uRBANus V de bevestiging van hare Orde ver- Hoofdft.
kreeg. Thans geboden haar gewaande Goddelijke "^ C. G.
Openbaringen, om eene bedevaart naar jFeruzakml^Q^\'^{y*
te doen , op welke zij van twee Zonen , eene Doch- '
ter , en nog twee Zweedfche Geestelijken verzeld
werd. Niet lang na hare wederkomst ftierf zij te
Rome in het jaar 1373. Hare Dochter katharina
voerde haar lijk naar Zweden in het Klooster fVad'
fiena, waar zij de eerfte Kloostervoogdes werd, en
even als haar Moeder, in den roep van wonderda-
dige heiligheid geftorven is. birgitta is in het
jaar 1391 door bonifacius IX, op verzoek van
MARGAREET , Koningin van het Noorden , plegtig
gecanonizeerd. Haar Feestdag werd bepaald op dea
fiSften van Augustus. Zelfs was hare oudfte Doch*
ter insgelijks bijkaHS gecanonizeerd, doch inngceint*
Tius VIII heeft dit in het jaar 1485 tot eenen meer
gelegenen tijd ver fc hoven.
De bedenking, dat birgitta van eenen Schisma*
tiken Paus gecanonizeerd was, en misfchien ook
eenige twijfeling aan de waarheid der verfchijningen
en openbaringen van deze Heilige waren waarfchijn*
lijk oorzaak, waarom de Zweedfche^ Deenfche en
iVborji^^f^/c/^g Geestelijkheid het Concilie s-^wKonftam
en den Paus joannes XXIII om eene ftatelLjke hei-
ligspreking van birgitta verzocht. Deze is ook
werkelijk gevolgd op den iden Februarij 1415, na-
dat eenige Doctoren en Licentiaten gezworen had-
den, dat birgitta vele wonderen gedaan had en
XVm. Deel. M nog
Ï78 KERK E*L IJ K E
V nog bij haar graf deed. Doch dewijl de gemelde
BOEK Paus kort daar na werd afgezet, befchikte men eene
Hoofdft. derde Canonifatie ter bevestiging der voorgaande ,
n?. C. G. door den nieuwverkozenen Paus martin us V. Bg
jaario73. ^^^^ gelegenlieid toonde gerson zich geheel niet
I- gundig voor de Heilige birgitta, in zijn Boek,
hetwelk hij ten dien tijde fchreef over de beproeving
der geesten , ( Tractatus de probatione fpiritu*
urn) (*). . Hij wil , dat men bij dit onderzoek voor-
al dei) perf.ioü moet befchoiivven , die voorgeeft
Goddelijke gezigten te hebben, en dan de gefteld-
heid dezer gezigten zelve; verders moet men onder-
zoeken, waarom deze gezigten zouden plaats gehad
hebben, en waar toe zij zouden hebben moeten die-
nen. Van gelijken inhoud is eene andere verhande-
ling van GERSON, die niet lang daar na opgefteld
is: Tractatus de diftinctione verarum vtfionum a
falfis Ct).
Wat nu de gezigten en openbaring van birgitta
zelve betreft. Haar Biechtvader, matthias. Doc-
tor der Theologie, en Kanunnik te Linköping , had
haar het eerst tot een befchouwelijk leven opgeleid,
en op hemelfche openbaringen opmerkzaam gemaakt.
Maar de Prior van het Cistercienfer Klooster AU
yasta , pieter , heeft ze grootendeels uit het
Zweedsch in het Latijn vertaald, alfonsus , Bis-
fch(>p van Cy'ènne^ heeft ze in VIIl Boeken ver-
deeld, voor welke de bovengemelde matthias eene
voor»
(*) Opp. Tom. I. />. I. /. 37.
(t; /. c. pag. 43-59.
GESCHIEDENIS. 179
voorrede heeft geplaatst. De aanmerkingen van ger« V
SON fchijnen ondertusfchen aanleiding gegeven te heb- ^^^
ben , dat de Kerkvergadering van Ba/al een nieuw Hoofdfl.
onderzoek van dezelve in het jaar 1435 aan den be- na C. G.
roemden Spaanfchen Dominikaan, ïheologant en loj^Jfi*
Canonist , joan van torquemada , ( de Turre
Cremata , ) aanbeval ; welk onderzoek gunftig voor
deze gezigten uitviel. Zij zijn federt verfcheiJene-
malen in druk uitgegeven.
In deze gezigten is het dan de Zoon van God ,
die aan deze Heil. Vrouw verfchijnt, en met haar,
als zijne Bruid, fpreekt; dan zijn het de beide an-
dere perfonen der Godheid , de Maagd maria ,
goede en kwade Engelen, ook verftorvene Heiligen,
die met haar , of onderling met malkanderen , fpreken.
In fommige plaatfen verklaart zij zelve zich omtrent
den toeftand, in welken zij zich bij deze openbarin-
gen bevond. Zoo verzekert zij , dat zij eens te
Rome in de Kerk Maria Maggiore biddende, in
een hemelsch gezigt verrukt was geworden, terwijl
haar ligchaam door zekere bedwelming, Qgravedo ^')
maar toch geen' volkomenen flaap bevangen was.
Over het algemeen geeft zij te verftaan , dat zij wa-
kende onder het bidden , maar in eene foort van
verrukking , ( in raptu mentis contempïatione fus-
penfa^^ hare openbaringen ontvangen hebbe. Dit
verdient aangemerkt te worden, dat zij zelve fom-
tijds eenig wantrouwen aan de echtheid van hare
gezigten en openbaringen te kennen geeft.
Menigmaal ontbreekt aan hare gezigten het Goue-
waardige en de overeenflemming met de Ciirisieliike
M 2 Open-
i8o K E R K E L ÏJ K E
V Openbaring. Eens leerde haar joannes de Dooper ^
BOER dac »cr een. vogel is, dien men den Exter noemt -
Hoofdft. welke zijne jongen lief heeft, omdat de eijeren, mt
na C. G, welke zij voortgekomen zijn, jongen in zijn buik
jaario73. ^yjj^gjj. ^^gj. ^jgge vogel zich een nest maakt van ou-
I de en verdetene dingen: zoo wel om te rusten, als
om zich voor den regen en te groote droogte te be-
dekken; en eindelijk ook, om zijne jongen op te
voeden; deze gewent hij op driederlei wijze te vlie-
gen , door fpuwen , toeroepen en zijn voorbeeld.
Deze vogel zal God zijn , uit wiens baarmoeder der
Godheid alle redelijke zielen voortkomen; voor elke
van dezen bereidt bij een ligchaam van aarde; en
(lelt haar in veiligheid tegen den regen van booze
daden ; en wat dergelijke kinderlijke vergelijkingen
meer zijn. De Maagd maria onderrigt haar, dat
Vader, Zoon en Heilige Geest te gelijk in haar ge-
weest zijn. Op een* anderen tijd verzekert zij haar,
dat zij voor hare gehoorzaamheid eene zoo groote
magt ontvangen had, dat zelfs de onreinfte zondaar
vergeving kreeg, wanneer hij zich met voornemei*
van zich te zullen beteren en met een verbrijzeld
hart tot haar wendck; ja wie haar zag, befchouwde-
de Godheid en menschheid te gelijk, als in eenen
fpiegel. Zij noemt het waarheid , dat zij zonder
erfzonde ontvangen is geworden; zij verhaak haar,
dat zij , na de befnijdenis van haren Zoon , dcszclfs
voorhuid altijd bi.) zich gedragen, dezelve bij haar
overliiden, benevens het van hem bij het afnemen
van het kruis , afgevloeide bloed aan den Apostel
JOANNES overgegeven hebbe; dat deszelfs opvolgers,
we-
GESCHIEDENIS. 181
wegens de toenemende boosheid der wereld, het één V
en ander op etne reine plaats onder den grond be- ^^^
graven hebben , tot dat een Engel dit aan de vrien- Hoofdft.
^en van God ontdekt had , en zij voegt 'er bij: ^''^ C, G.
Rome zou zich verheugen , ja van vreugde weenen , J^^J^^ °[^*
als het wist , welken lieven fchat het daar aan be- ■
zit , zonder dien te eeren. Doch deze weinige
voorbeelden zijn genoeg, om den geest dezer ge-
waande openbaringen te leeren kennen. Het geheel
is, eenige bekende zedelijke aanmerkingen en voor-
fchriften uitgezonderd, een dweepachtig en verward
gefnap van eene vvelmeenende vrouw vol bijgeloof,
die zich waarfchijnlijk door hare inbeelding heeft
bedrogen ; of ook door hare biechtvaders en gewe-
tensbeftuurders misleid is geworden; zoo niet ove-
rigens een groot gedeelte dezer gezigten van dezen
zelfs afkom (lig is. Aan vele Grooten zeide zij fl:ou-
te en bittere waarheden. Aan de Paufen t^Avis^mn
kondigde zij, niet zonder bedreigingen en verach-
telijke affchilderingen van dezelven , den wil van
God aan, dat zij naar Rome terug moesten keeren.
Zij zag de ziel van eenen overledenen Paus wegens
verfcheidene misdaden in het Vagevuur. Maar bij-
zonder laat zij CHRISTUS, éénen der Paufen van
haren tijd , zeer flccht afbeelden. „ Ik bezwaar mij
over u , zegt hij , gij Hoofd mijner Kerk , die op
mijnen Stoel zit, welken ik aan petrus en zijne
opvolgers met driedubbelde waardigheid en gezag
ten Zetel overgegeven heb. Voor eerst, opdat zij
magt zouden hebben, om de zielen te binden, en
tan de zonde vrij te fpreken; ten tweede, opdat
M 3 zy
iS2 K E R K E L IJ K E
V zij voor boetvaardigen den hemel openen, en ten
unp.Tt écrie , opdat zij dien voor verdoemelingen en ver-
Hoofdd. acbters fluiten zouden. Maar gij , die zielen be-
m C. G hoort te ontbinden en mij te vertegenwoordigen ,
Jnario73 ^.^-j. ^^^rwaar een moordenaar der zielen, (aniwa-
COt I5I7 « ^». 11 Tl
. r;/;;; interfector. ) Ik heb petrus tot eenen Her-
der en Hoeder mijner Schapen gefield; maar gi.) zijt
dcrzelver verflrooijer en verderver. Gij zijt erger
dm lucifer: want deze benijdde mij, en wilde
mi,i flechts ombrengen , om in mijne plaats te heer-
fciien. Maar gij zijt des te boozer, dewijl gij niet
alleen mij ombrengt , naardien gij mij door uwe
booze vvcrken van u vervreemdt; maar ook de zie-
len door uw boos voorbeeld. Ik heb haar door mijn
bl)cd verlost , en ze aan u als eenen getrouwen
vriend toevertrouwd ; maar gij geeft ze op nieuw
den vijand over, van wien ik ze verlost heb. Gij
zijt onregtvaardiger dan pilatus, die mij ter dood
veroordeeld heefr. Doch gij oordeelt niet alleen mij,
als of ik over niemand heerschte, en niets goeds
verdiende; maar gij verdoemt ook onfcbuldige zie»
len , en laat de fchuldigen los. Gij zijt harder dan
lUDAS, die mij alleen verkocht heeft; doch gij ver-
koopt niet alleen mij, maar ook de zielen mijner
uitverkorenen, om een' kleinen winst en ijdelen
naam. Gij zijt affchuwelijker dan de Joden; want
die hebben flechts mijn ligchaam gekruist; maar gij
kruist en flraft de zielen mijner uitverkorenen, voor
welke uwe boosheid en overtreding bitterder is, dan
ecnig zwaard."
Orde der Volgens zekere gewaande openbaring ftichtte zij
eene
GESCHIEDENIS. 183
cene Orde, wanr van zij den grondflag leide in het V
omftreeks het jasr 1344 gebouwde Klooster fVadfie- ^^^
va , in het Kerspel van Link'óping , in Oostgothland. Upofdll.
Behalve de hier voor gemelde acht Boeken van hare "'s C G.
Openbaringen , gaf eenigen tijd na haren dood pie- \^l^^J^'
TER , Prior van het Klooster Alvasta , aan de
Monniken van IFadJlena, nog eene verzameling over "^''- ^^'^"
van andere Openbaringen , we.'ke in zijn Klooster
bewaard werden , en voor welker echtheid ook het
getuigenis van htire Dochter katharina inftond.
Dewijl deze in die eerfte verzameling niet zijn inge-
lijfd, heeft men ze Revelationes Extravagantes ge-
noemd. In dezelve is de bovenmenfchelijke oor-
fprong van den Ordensregel en het Klooster, waar
dezelve het eerst zou waargenomen worden, ge-
grond. De Heilige zag de Maagd maria, die ha-
ren Zoon om Wadfiena verzocht. Nu verfcheeii
wel de Duivel, en beweerde om verfchillende rede-
nen zijn regt op deze plaats ; maar biaria flelde
hem andere redenen tegen, en christus wees haar
eindelijk in dit pleidooi Wadftena toe. Zelfs gaf
CHRISTUS zelve aan birgitta de ligging, de maat,
en de geiieele inwendige inrigting van de Kerk in
gemelde Klooster op , en op dezelfde wijze keurt
hij den Regel van hare Orde goed , heldert denzel-
ven op en breidt hem uit. Ook geeft de Maagd
MARIA daaromtrent eenige voorfchriften. Inderdaad
men zou zich zeer moeten bedriegen , of in alle de-
ze gezigten en openbaringen vertoonen zich de Ab-
dis, de Nonnen en Monniken van Wadftena al te
fterk, die de Heilige na haren dood alles konden
M 4 la-
j84 k e r k e l ij k e
V laten zien , hooren en zeggen , wat zij wilden ; zoa
BOEK als zij dan christus onder anderen ook eene alge-p
Hoofdft. ïnsens geldbelasting in geheel Zweeden tot het vol»
ifca C. G. bouwen van meergemelde Klooster lieten uitfchrij»*
*f '°73. yen.
tp^ ^ BiRGiTTA wijdde hare Orde aan de vereering der
Maagd MARIA ; maar zij werd de Orde van den
Zaligmaker , ( S» Sahatoris , ) genoemd , omdat zij
haren Regel van hem zelven ontvangen zou hebben;
of de Orde van birgitta , naar den Regel van den
Heiligen augustinüs. Eigenlijk zou het eene
Nonnen-Orde zijn; met welke echter een gezelfchap
van Monniken verbonden werd, die aan de Nonnen
de Sacramenten bedienen, en haar anderen Geeste-
lijken bijftand bieden zouden. Over beiden werd
fiene Abdis gelleld : eene 'm het oogloopende gelijk-
vormigheid met de Orde van Fontevraud ^ waar van
jn de Gefchiedtnis op hare plaats verhaald is. Elk
Klooster zou dus 60 Nonnen en 13 Priesters heb-
ben, die de Apostelen, paulus medegerekend , ver-
beelden; vier Diakenen, door welken de vier hoofd-
leeraren der Kerk zouden afgebeeld worden ; en acht
Leekenbroeders , (^ Converfi ; ") zoodat 'er, behalve
de Apostelen, het getal der 72 Leerlingen van
CHRISTUS uitkomt. Geene Non zou vóór haar
ifUde, geen Monnik voor zijn asfte jaar aangenomen
worden. De kleeding van beiden werd ook, zegt
jnen, door christus zelven naauwkeurig bepaald,
pa voorgefchrevene vasten en ftilzwijgen was vrij
gematigd, maar zeer (Ireng het gebod, dat de Mon-
jiiji^n en Nopnen gefcheiden zouden blijven. De
GESCHIEDENIS. 185
Abdis van Wadflena had het algemeen beftuur der V
Orde, welke echter tevens aan het regtsgebied en ''^'1*
toeverzigt der 15t>lchoppen onderworpen bleef. Spoe- Hoofdft.
dig breidde de Orde zich allerwege uit , en alzoo ^^ ^■- G«
« • L j n 1 laan 073.
£r ten aanzien van het waarnemen des Regels eene \^^^ j j^^
groote verfcheidenheid in de verfchillende Kloosters
met den tijd was ingeflopen, liet innocentius VIII
in het jaar 1487 eene algemeene vergadering der
Orde houden, in welke eenige veranderingen en bij-
voegfelen bij den Regel bepaald werden , en onder
anderen het vereischte getal Nonnen tot het aanleg-
gen van een nieuw Klooster op 20 bepaald werd.
Eenige Geleerden van later tijd hebben beweerd , OfniR.
dat BiRGiTTA ook ecue Geestelijke Ridderorde heb- ^^'^/^
ook eene
be ingefteld, omdat 'er in hare openbarmgen breed- Ri^der-
voerig van gefproken wordt, doch bij nader inzien orde heb-
van dezelve is het blijkbaar, dat zij in het gemeen (^^j^i^
van de Ridderfchap fpreekt, en ten doel heeft, om
de verbastering der toenmalige Ridderordens af te
keuren en te beftraffen.
JUj het begin der XlVde eeuw bevonden de drie Jofm^ter
vermaarde Ridderordens , nadat de Kruisvaarten had- ^f j^j^j. *
den opgehouden, zich wel buiten ftaat, om hunne ders van
dapperheid in het Heilig Land te vertoonen , maar tP^ , ^
zij waren nog vermogend genoeg, om elders de On-
geloovigcn te beoorlogen. De oudde derzelve, de
Orde der Hospitaalbroeders van den Heil. joannes
te 'Jeruzalem had zich, na het verlies van Ptoh'
tnais, de laatfte bezitting der Christenen in Pales-
tina ^ in het jaar 1291 naar het eiland Cyprus bege-
ven, alwaar de Koning hendrik van Lu/ïgnanhsüT
M 5 de
iS6 KERKELIJKE
V <^e ftad Limisfon in eigendom fchonk. In het jaar
^^^^ 1308 kreeg zij tot haren Grootmeester foulques
Hoofdfl:. van Villaret ^ ^^7.0. veroverde het eiland Rhodus ,
Ba C. G. alwaar toen de Ridders hun vast verbilJF namsn, en
jaano73. jjj,arom Ridders van Rhodus genoemd werden. Kort
ïot 1517 *
■■■ daar na fchoek de Paus hun een gedeelte van de
goederen van de Orde der Tempelhceren ^ maar meer
voordeel had zij uit de verecniging met de Orde van
den Heiligen simson van Konflantvnopolen en Corin-
the en derzelver goederen, ook met eene foort van
Hospttaalhroederen , die in de eerfte tijden der XIIFde
eeuw ontdaan waren. De Ridders behielden het ei-
land Rhodus tot het jaar 1522 , toen het door de
Turken veroverd werd, maar zij kregen daar voor
in het jaar 1530 van Keizer karel V, als Koning
van Napels^ het eiland Maltha in de plaats, naar
hetwelk zij tot in onzen tijd Ridders vnn Maltha
geheeten hebben,
Bnitfche De Orde der Duitfche Ridders was met het be-
Sjüders. gjj^ ^gj. xiV^de eeuw zeer rijk en vermogend, maar
ook geheel vervreemd van hare eerlle beftemming.
Zij waren onlangs Heeren van geheel Pruisfen ge-
worden, na eenen oorlog van 53 jaren met deszelfs
oude inwoners ; ook was Lyfland aan hun onder-
worpen , hetwelk de Zwaardbroeders veroverd had-
den, die nu in de Duitfche Orde werden ingelijfd.
Zij bezaten bovendien vele goederen in Duitschland,
maar nu namen weelde en dartelheid onder hen de
overhand. Toen in het jaar 1290 Ptokmais , de
laatfte (lad, welke de Christenen in Palestina beza-
ten, gevaar liep, van verloren te gaan, en zij van
Paus
QE'S C Hl E DE N I S. 1S7
Pau» uRBANus VI vermaand werden , tot ontzet der v
ftad op te trekken, dreven zij openlijk daar den fpot ^^^^
mede. Hun toenmalige Grootmeester alleen bur- fioofdïl,
KAPvD van Scfm'enden , doch die in de '"fohanniter- na C. G.
Orde was overgegaan, verloor in de verdediging de- iQ^j^r^'
^er ftad het leven. Uit dezelve werd het hoofdver- ■
blijf dezer Ridders naar Venetië overgebragt. Eén
der volgende Grootmeesters, gottfried , Graaf
van Hohenlohe^ befpeurende, dat de Paufen der Or-
.^e niet meer genegen waren, en dat de naarijver der
Vorsten tegen dezelve toenam, hield in het jaar 1302
een Kapittel der Orde te Elburg , maar beproefde
vergeefs de oude zedentucht te herftellen, waarom
hij zijne waardigheid nederleide en naar Duitschland
keerde. Zijn opvolger, siegfried van Feuchtwan-
g^n, maakte Mnricnburg tot het hoofdverblijf der
Orde, en daar hij geene kans zag, om de Orde zel-
ve te hervormen , fchreef hij ten minde aan de ove-
rige inwoners van Pruisfen flrenga wetten voor.
Hij ontnam in het jaar 13 10 geheel Pomer ellen en
dus LOok Dantzig^ met eene omliggende groote land-
ftceek aan de Polen, die vergeefs daar over hunne
klagten bij Paus klemens V inbragten, alzoo de
Orde hem door aanzienlijke geldfommen op hare zij-
de wist Qver te halen. En aan de uitfpraak van
den Aartsbisfchop van Gnefen, als Gevolmagtigden
van JOANNES XXd, in het jaar 1321, dat zij Po-
merellen aan de Polen terug geven of eene fchaver-
goeding in geld opbrengen zouden, weigerden zij
te voldoen; maar als de Paus hun gebood in het
jaar 1326, om zich niet te verzetten tegen den door-
togt
188 KERKELIJKE
V togt en inval der Heidenfche Lithauwers , verbon-
BOFK (Jen niet Christelijke Polen en Hungaren , in de Mark
Hoofdd. Brandeburg , alwaar zij gruwelijke wreedheden oe-
m C. G. fenden, gehoorzaamden zij daar aan, hoewel on-
jaario73. willig, werner van Orfeln was toen Grootmees-
tot 1517. ^ ■'
^ ter der Orde. Aan hem heeft pieter van Dus'
burg ^ een Ordens-Priesier, zijne Pruis fifche Gefchie-
denis van 1220 tot 1326 toe, opgedragen, welke,
hoe zeer vervuld met blijken van ligt- en bijgeloo-
vigbeid, evenwel over de oudfle Gefchiedenis van
Pruis fen en der Duitfche Orde veel licht verfpreidt ,
hetwelk men elders vergeefs zoeken zou.
Nooit heeft deze Orde meer gebloeid dan onder
den roemwaardigen Grootmeester winrich van Knip-
rode van het jaar 1351 tot 1382. Hij verftond de
kunst , om zijnen Ridderen een gevoel van hunne
Geestelijke en Zedelijke waardiglieid in te boezemen',
en deed alle Standen , tot ^^tw Landman toe , gelijke
regten wedervaren. Behalve, dat hij nieuwe Scho-
len oprigtte , vervulde hij ook de reeds beftaande
met bekwame mannen. Uit Duitschland en Italit
ontbood hij geleerde mannen naar Marienhurg. De
Ordensbroeders begonnen nu zelve fmaak ifi de ge-
leerdheid te krijgen. Noch de Geestelijkheid , noch
de Paus konden iets tegen hem uitrigten, zoodra
het op zijn aanzien als Vorst aankwam. Hij nood-
zaakte den Bisfchop van Ermeland, hem drie (le-
den af te ftaan; en drie Pausfelijke bevelen, om de-
zelve terug te geven, maakten geenen indruk op
hem. De Paus begeerde door zijnen Legaat een
jaarlijkfche tiende van de goederen der Geestelijkheid
iii
GESCHIEDENIS. i8c^
in Pruis/en. Deze had dezelve reeds toegedaan , V
maar de Grootmeester verbood hun te betalen, en ^^^^
de Geestelijkheid gehoorzaamde, winrichs opvol' Hoofdft.
gers handhaafden lang of na zoo veel gezags niet na C. G.
bij de Ridders als hii. Deze , trotsch op hunne J^^rio/a.
•'- j 7 ^ tot 1517.
magt , noemden zich thans Duitfche Heeren en -
Kruisheeren ; maar hunne onderdanen en naburen,
die nieuwe oorzaken hadden om zich over hen te
bezwaren, veranderden dezen laatflen naam in Krui^
Jigers. Ondertusfchen werd hun gebied in het jaar
1402 nog met de Nieuw -Mark vergroot, doch
zij konden, als het ware, hun geluk niet dragen.
Zonder noodzakelijkheid ftortten zij zich in eenen
ongelukkigen oorlog met Polen ^ op welks einde in
het jaar 141 1 zg echter hun reeds verloren land we-
der heroverden. Doch , alzoo zij voortgingen , hun-
ne onderdanen als dwingelanden te drukken, floten
eindelijk de Stenden van Pruisfen in het jaar 1440
een verbond tot handhaving van hunne regten en
vrijheden. De Orde , die dit een oproer noemde ,
weigerde hun regt te doen; waarom de Stenden zich
in het jaar 1454 aan den Koning van Polen ^ kasi-
MiR IV, overgaven. Hier uit ontfl:ond een dertien-
jarige oorlog , die met den vrede te Thorn , in het
jaar 1466 eindigde , in welken de Orde geheel Voor-
Pruis fen.^ of het thans Wen- Pruisfen ^ aan den
Koning moest overlaten, en voor Achter- Pruisfen ^
of Oost -Pruisfen hem hulde doen en hem voor
Leenheer erkennen moest. Te voren had de Orde
reeds de Nieuw -Mark verkocht aan den Keurvorst
van Brandenburg, Vergeefs deed zij naderhand po-
gin-
ipo KERKELIJKE
V gingen, om zich van de leenroerigheid aan Polen
®^j" te ontflaan. In het jaar 151 1 verkoos zij denMark-
Hoofdft. graaf albert van Brandenburg tot Grootmeester,
na C. G. en noodzaakte hem , om de Polen te beoorlogen ,
jQ{ 15,7' ten einde hare onafhankelijkheid weder te krijgen,
■' maar hier door verloor zij nog het overige deel van
Pruisfen^ hetwelk in het jaar 1525 in een Wereldlijk
Hertogdom veranderd werd.
Vernicti- Doch de Ridders^ Tempelheeren , of Tempeliers^
de Orde ^^^^ ^^ ^^^ ^^^S'" ^^^ XlVde eeuw een treurig lot.
der Tem- Op belchukligingen van verfoeijelijke misdaden wer*
pe leeren ^^^ ^ij nier gruwzame doodllraffen der meesten ge-
of lem- ".
psüereii. heel uitgeroeid. Zij bezaten verbazende rijkdommen,
op welke zij trotsch, dartel, wellustig en weelderig
waren geworden, zoodat het een algemeen fpreek-
vvoord was : zuipen als de Tempeliers , (hoire comme
les Templiers.') De Bisfchoppen haatten hen, om-
dat zij derzelver regtsgebied volftrekt niet erkenden;
de Vorsten waren over hen naarijverig en wantrou-
wend , en men befchuldigde hen van trouweloosheid
en verraad; fomtijds zochten zij zelfs zich van de
Pausfen onafhankelijk te maken; waarom klemens
IV hun herinnerde, dat zij zonder de befcherming
der Kerk te grond zouden moeten gaan. Eindelijk
berstte het onweder los tegen deze Orde, eene merk-
waardige gebeurtenis , welke nog fteeds met duister-
heden omzwachteld blijft , hoe veel ook in de laat-
fte tijden daaromtrent in het licht gebragt is. Men
heeft een tweederlei berigt nopens de wijze, hoe de
geheime misdaden, welke men aan de Orde te last
gelegd heeft , aan den dag gekomen; zijn. Volgens
VIL-
GESCHIEDENIS. 191
viLLANi, een vermaard Gefchiedfchrijvcr , omtrent V
het midden der XlVde eeuw (♦), bevonden zich in ^^
eene gevangenis te Parys een Tempelier, te voren Hoofdö,
Prior te Blontfaucon , in het gebied van Touloufe , "^ C. G.
en een ander booswicht, noffodei, een F^orefjtij'^^^^\°^^^'
ner. Deze, wanhopende , om ooit hunne vrijheid ■
te zullen bekomen , maakten zamen eene ajiïpraak ,
om de Tempelieren valfchelijk te befchuldigen , welke
zij aan den Koning lieten bekend maken, die de-
zelve , ter voldoening van zijne geldzucht , gretig
omhelsde; hoewel de beide befchuldigcrs evenwel
een' geweldigen dood moesten fterven. Ondertus-
fchen is reeds aangemerkt, dat 'er geen Prioraat van
dien naam in den omtrek van Touloufe beftaat,waar
door dit verhaal niet weinig verdacht wordt.
Een ander verhaal is genoegzaam op denzelfden
tijd door AMAURY ANGIER vau Beziers, Prior van
Aspiran in Rousfillon^ in zijne Levensbefchrijving —
van KLEMENS V opgeteekend (f). Deze verzekert,
dat een Burger van Beziers, squin van Florian^
en een afgevallene Tempelier, die op een Konings
Slot in het gebied van Touloufe gevangen zaten ,
elkander hunne zonden gebiecht hebben , zoo als
meermalen ten dien tijde gebeurde, omdat men aan
misdadigers eenen Biechtvader weigerde, squin ver-
nam toen zoo fchandelijke geheimen , dat hij die aan
den
(*) Hiftorie Fiorentine L. VIII. C. pa. in müiiator,
SS, rer. Ital. T. XIII. p. 429.
(f j Sexta Fita Clementis V. in baluzii Fit. Papar»
Avenion. T. I. p. pp. /J^^.
tpi K E R K E L IJ K E
V den Koning meende te moeten openbaren, gelijk hij
BOEK jn een geheim verhoor deed, door welk berigt de
Hoofdft. K.oning zich geregtigd oordeelde, om nader onder-
aa C. G. zoek te laten doen. Men ziet , dat de beide verha*
Jaario73. ^ ■ ^^^^ derde overeenkomen, en men maakt ligt
tot 1517. ' °
m het befluit op, dat befchuldigingen van misdadigers,
die daar door op genade hopen, inderdaad weinig
gewigt hebben.
Hoe het zij, filips de Schoone fprak over hen
federt 1306 meermalen te Lions en Poitiers met
KLEMENS V, en liet hem ook door anderen de ver-
foeijelijke ontdekkingen omtrent de Tempeiheeren
mededeelen. Maar de Paus fchreef aan den Koning
in liet jaar 1307, dat hij deze berigten voor onge-
loofelijk en onmogelijk hield. Evenwel, voegde hij
'er bij, bedoten te hebben, deze zaak te laten on-
derzoeken , waar van hij den Koning de uitkomst
melden zou. Deze Brief fchijnt het gevoelen ge-
noegzaam te wederleggen, dat onder de zes diens-
ten , welke KLEMENS , eer hij nog Paus was , aan
den Koning beloofd had, de zesde, die toen nog
niet genoemd werd, op de uitroeijing der Tempei-
heeren zou gezien hebben; gelijk wij reeds in zijne
Gefchicdenis hebben aangemerkt.
jAKOB van Molay , een Burgundisch Edelman ,
was toen Grootmeester der Orde, en had zijn ver-
blijf op het eiland Cyprm. De Paus had hem be-
volen , voor hem te verfchijnen , waar aan hij ook
gehoorzaamde. Dit zal in het jaar 1307 gefchied
zijn. Men heeft van hem nog twee advijzen , welke
de Paus hem afgevraagd hadj het eerfle betreffende
eeiien
GESCHIEDENIS. 193
eenen kruistogt naar het beloofde land, en het an- v
dere over eene voorgeflagene vereeniging van zijne ^^^^
Orde met die der Ridders van St. Jan. In het üoofdlh
eerfte raadde hij alle kleine ondernemingen af, maar aa C G.
deed verfcheidene voorftellen tot het ondernemen J''^^'°73«
tot Ï517.
van eenen grooten kruistogt; het andere, de veree- ,
niging, raadde hij volflrekt af. Deze beide advijzen
zijn waarfchijnlijk reeds in het jaar 1306 opgefleld,
eer het onweder over de Tempeliers nog losbrak.
Ondertusfchen was Koning filips het onderzoek,
hetwelk de Paus beloofd had , reeds voorgekomen.
Op zijne heimelijke bevelen werden op eenen dag,
den i3den October 1307, de Grootmeester en al
de Tempelieren in geheel Fréinkryk gevangen geno-
men. Terftond daar op maakte de Koning zicli
meester van de woning van den Grootmeester te
Parys, de Tempel, (^le Temple^^ genoemd, een
groot gebouw, hetwelk nog overig is, zijnde met
verfcheidene muren omringd, die met. torens bezet
zijn; en in hetwelk in onzen tijd de ongelukkige
LODEWYK XVI zijne laatfte dagen met zijne Familie
heeft doorgebragt. filips bragt zijne eigene wo-
ning , zijne fchatte-i en de Koninklijke Archieven
daar in over; ook verklaarde hij al de goederen der
Orde verbeurd. Vervolgens moest nogaret , de
bekende Staatsdienaar des Konings , in de Gefchie-
denis van bonifacius Vlil, het Domkapittel der
Hoofdkerk en de Leeraren der Univerfiteit de reden
melden, welke den Koning tot dezen (lap bewogen
hadden; en twee dagen daar na werden de Geeste-
lijkheid en een gedeelte der Burgeren in denKoninklij-
XVIII. Deel. N ken
t^4 K E R K E L IJ K E
V ken tuin opgeroepen en hun de misdaden der Tem-
BOEK peliers voorgelezen. Gaarn zou de Koning hun
Hoofdft. regtsgeding terftond door zijne ambtenaren hebben
na C. G. laten aanvangen, maar de Theologifche Faculteit,
J^J"°^^' daar over geraadpleegd zijnde, gaf te kennen, dat
..... geen Werelalijk Rigter over befchukiigingen van Ket-
terij oordeelen mogt, waarom de Koning aan zijnen
Biechtvader , den Dominihaan en Inquiflteur , wil-
LEM van Parys ^ last gaf, om de gevangenen, in
tegenwoordigheid van getuigen uit den Adel , te ver-
hooren.
Het fpeet den Paus zeer, dat de Koning zich de
regren van een' Geestelijk Rigter aangematigd had,
waarom hij begeerde, dat de gevangenen en derzel-
ver goederen aan twee Kardinalen, die hij ten dien
einde gezonden had, zouden overgeleverd worden.
De Koning beantwoordde hem nadrukkelijk, fprak
met verfoeijing van de misdaden der Orde, en ver-
klaarde, dat hij als befchermer van het Katholijk
Geloof en der Kerk tegen haar was opgetreden.
Evenwel gaf hij den Paus zoo veel toe , dat hij de
gevangene Tempdiers aan de beide Kardinalen over-
gaf, doch wat derzelver goederen betrof, beloofde
hij, die getrouwelijk, ten behoeve van het beloofde
land , waar toe zij oorfpronkelijk befliemd waren , te
zullen laten befiuren.
De beide Vorsten fpraken malkanderen thans te
Poitiers in het jaar 1308, nadat de Konirrg op eenen
Rijksdag aan zijne Stenden opening gegeven had ,
waarom hij de Tempelheeren had laten gevangen
zetten. En nu kwamen zij over eenige geheime ar-
ti-
GESCHIEDENIS. 195
tikelen overeen, omtrent het beoordeelen der gevan- V
genen, en de beheering van derzelver goederen, in- ^^^^
gevalle de Orde zou vernietigd worden. In het jaar Hoofdft.
1308 in Augustus gaf de Paus last aan den Aarts- ^^ C. G.
bisfchop van Norbonne en verfcheidene Bisfchoppen i'''^'^'°73»
en Aartsdiakenen, om in zijnen naam het noodige «
te doen. Hij meldde hun, dat hij van den Koning
en anderen de fchandeliike euveldaden der Tempel'
heeren vernomen, en zelve 72 van hen verhoord,
en aan drie Kardinalen volmagt gegeven had , om den
Grootmeester en andere ledtn der Orde vergiffenis
te geven, indien zij 'er om zouden verzoeken; het-
welk ook werkelijk gefchied was ; maar dat dit
kwaad door geheel Frankryk verfpreid was, waar-
om zij hun onderzoek door al de Provinciën des
Rijks moesten voortzetten. De Koning was over
fommige van deze Pausfelijke fchikkingen onverge-
noegd, maar werd fpoedig weder door den Paus te
vrede gefield.
Thans namen dus de geregtelijke verhooren eenen
aanvang. 'Er zijn verfcheidene lijsten van befchul-
digingen, welke tegen hen waren ingebragt. In eene
Bulle, Faciens Mifericordiam ^ welke klemens in
Augustus 1308 te Poitiers liet uitvaardigen, werd
last gegeven aan alle Aartsbisfchoppen enz. om de
gevangenen over 123 vraagpunten te hooren, welke
hem, zeide hij, het eerst door den Koning waren
aangewezen, die echter geenszins uit geldgieriglieid
tegen hen was ingenomen, maar alleen handelde uit
ijver voor het ware geloof; dat hem zelven nader-
hand een aanzienlijk Ridder der Orde, en behalve
N a het
T9() K E R K E L IJ K E
V het algemeen verhaal van alle Standen in Frankryk ,
BOEK 2elfs de belijdenis van leden van dit genootfchap
Hoofdft. hetzelfde bevestigd hadden. E ene gelijiitijdige Bulle
na C. G Regnans in Coelis , door welke de Paus eene alge-
tot^K^r ™^^"^ Kerkvergadering aankondigde tegen het jaar
■i 1310 te Fienne , voegde hier nog 14 vraagpunten
bij ; ook zond de Paus aan zijne Kommisfarisfen nog
31 artikelen ten gelijken einde.
De voornaanifle punten van befchuldiging waren,
dat de Tempelheeren , bij hunne aanneming in de
Oide, CHRISTUS, of God , fomtijds ook de Maagd
jviARiA , of ook alle Heiligen , moesten verlooche-
nen — dat de nieuw aan te nemen het kruis of
beeld van Christus befpuvven, het met voeten tre-
den, en op allerlei wijze mishandelen moest; — dat
dezelve , fomtijds ook degeen , die hem aannam ,
elkander op den mond , den navel , den naakten
buik, ook op andere deelen en leden des Hgchaams
kusten , welke de eerbaarheid verbiedt te noemen ; —
dat men eiken nieuwen Ordensbroeder aanzeide, dat
hij met de anderen ontucht kon, ja zelfs moest be-
drijven ; — dat zij in elke Provincie Afgodsbeelden
badden: te weten, hoofden met drie aangezigten,
of met één , verfcheidenen ook met een menfchen-
herfenpan gedekt, welke zij , bijzonder in hunne
groote vergaderingen of Kapittels , aanbaden , en vaa
welke zij rijkdommen verwachtten; — dat het in
hunne Orde voor geoorloofi gehouden werd , iets
op eene onrcgtvaardige wijze van anderen te beko-
men , en dat elk van hen zweereii moest, dit te
willen doen; — dat zy geloofden, dat de Groot-
mees-
GESCHIEDENIS. 197
meester de Broeders van zonden vrij kon fpreken , V
alfchoon zij die piet gebiecht hadden, omdat zij zich ^^^
over dezelve fchaamden , of voor de ftraf boete bang Hoofdft.
waren. Nog werden zij befchuldigd: dat zij eene na C. G.
kat aanbaden en bij de Misfe de woorden der in wij- rQ^^j^jy
ding weglieten. Eindelijk ook nog: dat zij in de ■
kruisvaarten de Christenen aan de Ongeloovigen ver-
raden hadden, en zelfs voor het toekomftige met
den Sultan van Babyion zulke verraderlijke overeen-
komften hadden aangegaan. Wanneer één van hen
ftierf , zullen zij zijn ligchaam verbrand en de asfche
aan de nieuwe Ofdensbroederen ingegeven hebben;
waar door zij in hunne afgoderij verderkt werden.
Zij lieten geen kind doopen; maar ais zij 'er een bij
een meisje gekregen hadden , waren zij gewoon , het
ian het vuur te braden , en met het vet hun afgods-
beeld te fmeeren.
Over deze befchuldigingen werd in Novemberi309
de Grootmeester der Orde , jakob van molay ,
zelve te Pary}> door de Pausfelijke Kommisfarisfen
verhoord. Üp de vraag: of hij de Orde verdedigen
wilde? antwoordde hij: dat dezelve van den Apos-
toHfchen Stoel bevestigd en met voorregten begun-
(ligd was; en dat hij zich verwonderde, dat dezelve
onverziens van de Roomfche Kerk onderdrukt zou
worden; hij was niet verftandig genoeg, tot deze
verdediging, alhoewel hij ze aan de Orde verfchul-
digd was; ook had hij thans, als gevangene van
den Paus en den Koning, geen penning, welken hij
daar aan hefteden kon ; dus verzocht hij , om bij-
ftand, opdat de waarheid van de Orde aan de ge-
N .«i hee.
198 KERKELIJKE
V heele wereld bekend werd. De Kommisfarisfen ver»
BosK klaarden bereid te zijn, zijne verdediging te hooren;
Hoofdrt. ^^^^ ^^^ ^" zaken van Ketterij en van het Geloof
na C. G, geene Zaakwaarnemers en geregtelijke wijdloopigheid
t r^^^ geoorloofd waren. Ondertusfchen lieten zij hem de
— — — Pausfelijke Bullen en V'olmagien voorlezen, waar in
ook vervat was, het geen hij reeds voor drie Kar-
dinalen bekend zou hebben, dat zij namelijk, bij
het aannemen in de Orde, Christus verloochend
en het kruis befpot hadden, j;i dat fommigen van
hen nog meer verfoeijelijke dingen bedreven hadden.
Ook zouden hij en andere Groeten zijner Orde voor
den Inq'.iifirtur paris, die hen volgens Pausfelijke
volmagt verhoorde, alle befcbuldigingen bekend heb-
ben. Toen dit den (}rootmeester voorgelezen werd,
maakte hij twee kniisfen. voor zijn aangezigt , en gaf
ook anderzins zijne uiterfte verbazing re kennen over
het gene men van zijne bekentenis opgefchreven
had. Indien de Kommisfarisfen andere mannen wa»
ren, zeide hij onder anderen; zou hij geheel anders
tegen hem fpreken. Zij herinnerden hem , dat zij
niet hier waren , om eene uitdaging tot een kamp-
gevecht aan te nemen, „ Dar wilde ik ook niet
zeggen," hernam molay, „ maar wilde God, dat
bet geen van de Sarocenen en Tataren in acht ge-
nomen wordt, dat zij lasteraars het hoofd afflaan,
of hen midden doorhouwen, ook in dit geval tegen
zulke booswichten uitgeoefend werd. " Men gaf
hem kort en goed te kennen , dat de Kerk die ge-
nen, welke zii als Ketters vond, ook als zoodanigen
oordeelde, en indien zij hardnekkig waren, aan de
We.
GESCHIEDENIS. 199
Wereldlijke Overheid overgaf. In een tweede ver- V
hoor eenige dagen daar na, verklaarde de Groot- ^^^^
meester , dat hij voor den Paus (laan wilde , en Hoofdft.
hem alles ter eere van Christus en de Kerk open- ns C G.
baren. Doch , om zijn geweten te ontlasten , zeide iQ^^J^fy'
hij den KoramisHirisfen drie dingen van zijne Orde: ^
vooreerst , dat hij geene andere Orde kende , bij
welke de Kapellen en Kerken fraaijer verfierd wa-
ren, die meer Reliquien hadden, en waar de Gods»
dienst door de Priesters deftiger werd waargenomen;
ten tweede, dat ook in geene Orde zoo menigvul-
dig aalmoezen werden uitgedeeld, als in de zijne;
eindelijk: dat ook geene Orde en geene Natie zich
ter verdediging van het Christendom , tegen deszelfs
vijanden , gewilliger in den dood geftort had , dan
deze; dat deze vijanden ook het meest voor hen
vreesden ; en dat het ongeluk van den Heiligen lo-
DEWYK in Egypte voorgekomen zou zijn, indien
men den raad der Grootmeesters van de Orde ge-
hoor gegeven hiid. Men antwoordde daar op: dat
dit alles niets baatte tot heil der zielen, indien het
aan den grond van het Katholijk Geloof haperde;
maar hij hernam terftond , dat dit waar zij , en dat
hij ook ten vollen met dit Geloof overeenftemde.
Onder dit verhoor kwam de vermaarde nogaret,
Kanfelier van Frankryk, die deze zaak zeer ernftig
aandreef, binnen, en verweet den Grootmeester,
dat de Grooten der Orde wel in dienst van den
Sultan SALADiN geftaan hadden : maar molay ver-
dedigde hen daaromtrent niet kwaad. Het is hier
cok opmerkelijk, dat men ons geene reden geeft,
N 4 hoe
200 KERKELIJKE
V boe de Grootmeester, die reeds tweemaal de mis-
BOF.K daden, die men aanvoerde, en het plegen van onna
Hoofdft. tuurlijken wellust bekend zou hebben , zich daar
na C. G. over zoo verbaasde , en dit ronduit eene lastering
Met hem waren tevens 139 Tempeliers reeds in
het jaar 1307 te Parys door den Inquifiteur paris
verhoord geworden. Vier derzelven wilden volftrekt
van geene wanvoegelijkheid weten, welke in de Orde
hegaan zou wezen. 133 bekenden, dat zij Chris-
tus verloochend hadden , en fommigen verzekerden,
dat zij 'er toe gedwongen waren. Slechts 68 be-
leden, dat zij het kruis befpogen hadden; even zoo
velen hadden het afgodifche hoofd vereerd , gedeel-
telijk flechts gezien , en 9S bekenden wel , dat *er
onnatuurlijke zonden in de Orde begaan werden ,
doch niet meer dan drie erkenden zich zelven daar
fchuldig aan. De vervolger der Chroniek van Nan*
gis^ die kort na dezen tijd gefchreven heeft, verze-
kert, dat de Grootmeester geenszins van zich zel-
ven twee der groffte van deze buitenfporigheden ,
maar wel van zijne Ordensbroederen erkend hebbe.
Hij voegt 'er bij: „ dat f)mmigen der gevangene
Tempelieren het een of ander of ook alles vrijwillig
bekend hebben : eenigen , naar het fcheen , uit be-
rouw; anderen door vele folteringen gepijnigd; of
door bedreigingen en het gezigt derzelve verfchrikt;
nog anderen door vleijende beloften verlokt ; ook
fommigen door den honger geplaagd, dien zij in de
gevangenis leden, en voords op velerlei wijze ge-
dwongen. Velen ontkenden echter alles , en nog
meer.
GESCHIEDENIS. 201
'meer, die eerst bekend hadden, ontkenden weder, V
en bleven bij het ontkennen ten einde toe; velen ^^^"^
van dezelven flierven door levensltraffen. " Ten HoofdfL
zelfden tiide werden zulke verhooren in vcrfcheidene na C. G.
andere Provinciën en Steden van Frankryk met de l^'''''^°73«
•^ tot 1517.
gevangene Tempelheeren gehouden , met gelijken
uitflag. Een van hen te Caen wilde niets beken-
nen; men bragt hem op de pijnbank ; en nu b( ken-
de hij alles, nadat men hem ontflag van tijdelijke
ftrafFen beloofd had.
Van Augustus 1309 tot Mei 131 1 verhoorden de
Pausfelijke Gevolmagtigden te Parys 231 getuigen,
zoo wel Tempeliers als anderen , wier verklaringen ,
eenige weinigen uitgezonderd, alle tot last der Orde
vielen. Een Tempelier, aimeri van villars , ver-
klaarde, dat hij, door pijnigingen geperst, valfche
verklaring had gegeven. Als hij vervolgens 54 Or-
densbroeders op karren voorbij zag voeren, om ver-
brand te worden , omdat zij niets hadden willen be-
kennen , verleidde de vrees hem , om onwaarheden te
belijden. Evenwel hadden 75 Tempeliers , die te Pa-
rys gevangen zaten, in het jaar 1310 moeds genoeg,
om uit hun midden pieter van Boulogne^ eenen
van hunne Priesteren , tot hunnen algemeenen Zaak-
waarnemer aan het Pausfelijke Hof te benoemen , en
door hem , benevens acht anderen , cene verdediging
der Orde in het gemeen en in bijzondere (lukken
ook op eene algemeene Kerkvergadering aan te bie-
den. Zij verklaarden al de door den Paus overge-
szondene en hun voorgclezene artikelen voor hoogst-
fchandelijk , ongerijmd , verfoeijelijk , leugenachtig
N 5 en
' fio2 K E R K E L IJ K E
V en volftrekt valsch. Tot eigenlijke verdediging der
BORH Orde zeiden zij, dat dezelve op Broederliefde ge-
Hootdit gro"^j ^" ter eere der MaagJ maria en ter befcher-
na C. G. ming van het Christelijk Geloof gedicht was; dat
Jaario73. (jggelve altijd eene heilige, onbevlekte, aan zijne in-
tot 1517. • ^ , , .
,„__„ fteiling getrouwe Orde gebleven was. Elk, die m
dezelve aangenomen werd , had armoede, gehoor-
zp.amheid, kuischheid en volkomene ovrcrgeving aan
den dienst van het Heilige Land beloofd; bij de
aanneming had hij eenen eerbaren liefdekiis , en
een kleed met het teeken van het kruis ontvan-
gen , hetwelk zij ileeds op de borst droegen , tot
eene eerbiedige gedachtenis van den gekruisten.
Alle andere vertellingen verklaarden zij voor leugen-
achtig. Ook fielden zij voor, hoe onwaarfchijnlijk
het was , dat zoo vele voorname en deugdzame
mannen uit verfchillende Natiën, die in de Orde ge-
treden waren, zich niet openlijk tegen dezelv^e zou-
den hebben opgedaan , indien zij 'er zoo vele
fchandelijke dingen in ontdekt hadden. Doch de
Kommisfarisfen vaardigden hen af met te antwoorden,
dat zij gevangenen waren van den Paus, in wiens
magt ook hunne goederen waren; dat dus het on-
derzoek voortgang moest hebben , en dat aan de In-
quifiteuren buitendien het regt toekwam, om over
Ketterijen te oordeelen.
Uit kracht van dergelijke volraagt van den Paus
hield de Aartsbisfchop van Sens in Mei 1310 te
Parys, hetwelk ook tot zijn Kerspel behoorde,
eene Kerkvergadering ovev de zaak der Tempelieren.
Op dezelve werd befloten, fommigen derzelven vol-
ftrekt
GESCHIEDENIS. 203
ftrekt vrij te fpreken; anderen, na het volbrengen v
der opgelegde boete, in vrijheid te flellen; nog an- ^oek
deren in eeneenge gevangenis te bewaren; velea voor Hoofdfl.
akiid tusfchen vier muren in te fluiten; en eindelijk nn C. G,
zulken, die in de Ketterijen teruggevallen v/aren , r!'^^°'^^'
aan de Wereldlijke Overheid ter ftralFe over te ge-
ven. Allen ontkenden nogtans tot het einde toe de
hun te last gelegde misdaden , en verzekerden , dat
zij tegen regt en reden ter dood veroordeeld waren ,
welke ftandvastiglieid bij het omftaande volk veel
opziens verwekte. Vier Tempeliers hadden van den
Aartsbisfchop op den Paus geappelleerd; maar de
Pausfelijke Kommisfarisfen weigerden hun appèl aan
te nemen, omdat die Prelaat niet onder hen (lond.
Ten zelfden tijde werd ook te Senlis in het Kerspel
van Rheims eene Sijnode gehouden , welke 9 Tem-
peliers tot den brandffcapel veroordeelde. Zelfs groef
men de beenderen van eenen lang overledenen Or-
densbroeder te Parys op, om die, dewijl hij een '
Ketter zou geweest zijn , te verbranden.
De Paus en de Koning waren ook buiten Frank- Lot der
ryk niet min werkzaam, om de Tempelieren te doen fempe-
veroordeelen. De eerfte zond onder anderen in het Engeland
jaar 1307 eene Bulle aan eduard II, Koning van
Engeland^ met vermaning, om hen in ziin land ge-
vangen te laten nemen , waar aan de Koning vol-
deed, niettegenflaande hij te voren ten hunnen be-
hoeve gefchreven had , dat 'er geene reden was,
om de fnoode uitflirooifelen ten hunnen opzigte te
gelooven. Zij werden ook in het jaar 1309 ten
getale van 47 door den Bisfchop van Londen en
twee
ao4 K E R K E L IJ K E
V twee Franfche Geestelijken, welke de Paus daar toe
BOEK gezonden had, verhoord; maar allen ontkenden zij
Hoofdft. ^^ ^^" ^^ Ot^t toegefchrevene euveldaden, gelijk
na C. G. uit het echte fluk van dit verhoor blijkt. Maar
iorK^7 'V'^^^'"'^- getuigen , Franfche Tempeliers , die in En-
Pil geland aangenomen waren, beleden het verloochenen
van CHRISTUS en het befpuwen van het kruis.
InSpanje. In de Spaanfche Koningrijken hadden de Tempe-
liers niet dezelfde lotgevallen. Op eenen Brief, in
welken de Koning van Frankryk in het jaar 1309
aan jakob II, Koning van Arragon^ de befchuldi-
gingen tegen hen gemeld had , belastte deze aan
twee Bisfchoppen en den Groot- Inquifiteur, om een
ftreng onderzoek in het werk te (tellen. Maar de
Tempeliers namen de toevlugt ten grooten deele in
hunne Sloten en Kasteelen , en fchreven aan den
Paus, met betuiging van hunne onfchuld, dat hun-
ne goede zeden algemeen bekend waren ; dat zeer
velen van hen zich nog bij de Ongeloovigen in fla-
vernij bevonden , die immers van hunne ellende
door het verzaken van het Christendom een einde
hadden kunnen maken, dat men in allen gevalle de
geheele Orde niet behoorde te vervolgen, indien 'er
al eenige deugnieten onder gevonden werden. In-
middels maakte de Koning, doch niet zonder hevi*
gen tegenftand, zich meester van eenige van hunne
Sloten , en liet de Ordensbroederen , die zich daar
in bevonden , gevangen zetten , waar na de Paus
aan den Bisfchop van Vakntia last gaf, om hun
proces op te maken.
In Kastilië liet ferdinand IV hen allen gevan*
gen
GESCHIEDENIS. 405
gen nemen, en hunne goederen verbeurd verklaren. V
Maar op eene Kerkvergadering te Salamanca in het ^^^
jaar 13 10, werden zij na een naauvvkeurig onder- Hoofdfl,
zoek onfchuldig verklaard ; hoewel men aan den "^ C. G,
Paus het beflisfend oordeel overliet. \q^ 1517!
In Italië werden de Tempeliers door den Aarts-
bisichop van Ravenna voor eene Kerkvergadering ^" Italië,
aldaar, ten dien einde in het jaar 1310 gehouden,
ingedaagd. Zij ontkenden al de befchuldigingen ,
welke de Paus tegen hen overgezonden had. De
Inquifiteurs drongen 'er op, dat zij op de pijnbank
gelegd zouden worden, maar zulks wilden de Pre-
laten niet gedoogen, en de Sijnode befloot eindelijk,
dat de onfchuldigen onder hen vrijgefproken , maar
de fchuldigen volgens de wetten geftraft zouden wor-
den. Te Bologna regtvaardigden zich insgelijks
fommigen , dat zij nooit eene van de ingebragte
fchendaden begaan hadden. Maar de Aartsbisfchop
van Pifa^ de Bisfchop van Florence en anderen,
die van den Paus last gekregen hadden , om in
Toskauen en Lombardyen onderzoek naar de Tem-
pelheeren aan te (tellen, verhoorden getuigen, die
dan voorgaven iets gezien , dan alleen gehoord te
hebben , en geloofden volkomen overtuigd te zijn ,
dat de Tempelheeren aan alles fchuldig waren.
Nadrukkelijker verdedigden zich de Tempeliers in In
Duhschland. Hier had pieter van Aichfpalter ^ Duitsch4
Aartsbisfchop van Mentz^ insgelijks in het jaar
1310 eene Kerkvergadering bijeengeroepen. Maar
onverziens kwam de Wild- en Rhijngraaf, (^Comes
Silvestris et Rheni^') hugo, die Comthur der Or-
den
/
2o6 K E R K E L IJ K E
V den was, en zich te Grumbach bij Meifenheim op-
BOER hield, met twintig Ordensbroeders , in hunne Or-
VI
Hoofdft. denskleeding en alle wel gewapend, tot groote ont-
na C. G. fteltenis der Prelaten , onverziens in de vergadering
jaario73 j^jjijientreden. Toen de Bisfchop hem verzocht had
tot 15 17 ^
j.. te gaan zitten en vraagde , wat zijne begeerte was?
zeide hij : dar. zij gehoord hadden , dat deze Sijnode
op Paiisfelijken last bijeengekomen was tot vernieti-
ging van hunne Orde , die men van meer dan Hei-
dcnfche ondeugden befchuldigd had ; dit was hun
des te onverdragelijker, omdat zij onverhoord zou-
den veroordeeld worden ; hij appelleerde daarom aan
den Paus en deszeifs geheele Geestelijkheid ; ook
protesteerde hij openlijk, dat de Ordensbroeders ,
die elders wegens zulke misdaden verbrond waren,
alles ftandvastig ontkend, en op deze belijdenis pijn
en dood ondergaan hadden. Ja, voegde hij 'er bij.
God zelve had hunne onfchuld door een wonder-
werk bevestigd, alzoo hunne witte mantels en roo-
de kruifen door het vuur niet hadden kunnen ver-
teerd worden. De Aartsbisfchop , die bang was voor
onrusten, nam dit Protest aan, en beloofde, daar
over met den Paus te zullen handelen , opdat zij
gerust konden zijn.- Ook verkreeg hij wezenlijk in
het volgende jaar volmagt, om hen vrij te fpreken,
In de Ne- Hoe het hier te lande, alwaar thans Graaf wil-
derlanden ^^^^ |j j q^^j. Holland en Zeeland regeerde , met het
uitroeijen der Tempelieren toegegaan zij , is , onzes
wetens , nergens naauvvkeurig genoeg aangeteekend.
Tot in liet midden der XVIde eeuw leefde iemand
te Zierikzee^ Mr. francois van sandyck , Secre-
ta-
GESCHIEDENIS. 207
taris der ïlad, federt den jare 1512 (♦), die dikwijls V
plag te verhalen, dat zijn Vader den Brief gezien ^^-^
en gelezen had, op welks Opfchrift aan Baljuw, f j^Qf^^^^
Burgeraeesteren , Schepenen en Raden der ftad be- na C. G,
volen werd, op zekeren beftemden nacht, om twaalf •^"J°^3'
uren, bijeen te komen, om dan eerst den Brief te
bpenen , en de bevelen , die zij *er in vinden zou-
den , op lijfftrafFe , terftond ter uitvoeringe te doen
brengen: waar toe zij zich van de hulp der ingeze-
tenen, onder het doen van gelijke bedreiging, zou-
den mogen bedienen. Den Brief, ten beftemden
tijde, in den vollen Raad, geopend zijnde, vond
men 'er een bevel in, om de Tempeliers, zonder
uitftel, van kant te helpen. De Raad bragt hier op
de flads- en andere arbeiders in de wapenen, begaf
zich, met dezelven, naar het huis der Tempelieren:
alwaar, de deuren met geweld opgeloopen zijnde,
al wat men 'er vond doodgeflagen werd. Twee
Tempeliers, die zich toen juist in een oneerlijk huis
5n de ftad ophielden, waren de eenigen, die dezen
ramp ontkwamen. De goederen der Tempelieren
werden, federt, zoo te Zierikzee ^ als in andere
fteden dezer landen, gefchonken aan de Orde der
Hospitalieren van St, ^an van Jeruzalem ^ of de
Ridders van Maltha^ die hier te lande gemeenelijk
St. 'Jam Heeren genoemd werden. Dus wage-
NAAR (f), die echter tegen dit verbaal eenige be-
denkingen maakt, en het met regt voor min naauw-
keu-
(*} BOXHORN Nederï. Hisi. Bladz. 185.
■ Ct) Vackrl. Hist. III Deel, Bladz. ipi, 192.
2o8 KERKELIJKE
V keurig houdt, omdat 'er geheel geen gewag gemaakt
BORtt wordt , van wieii deze Brief gefchreven en dit bevel
Hoofdft. zou gegeven zyn.
na C. G. Dus was in vele landen reeds alles bereid voor
Jaario73, ^^ algemeene Kerkvergadering, op welke de zaak
der Tempelieren beflist werd. Alhoewel het oog-
Kerkver- merk van den Koning van Frankryk en den Paus
teVienne. "'^'- o^^''^^ ^^^^ wensch bereikt was , evenwel was
het algemeen gevoelen door verfcheidene verhooren
en [Irafoefeningen vrij wat naar die zijde overhellen-
de , naar welke deze beide Vorsten wenschtcn. ka-
rel TI, Koning van Sicili'è , en Graaf van Proven-
ce , had zelfs niet alleen naar den wil van den Paus
al de Tempelieren in Provence laten gevangen ne-
men-, maar ze terftond ter dood doen veroordeelen ;
hunne fchatten met den Paus gedeeld , en hunne
vaste goederen voor de Orde van St. Jan aangefla-
gen. De Kerkvergadering kwam daar op bijeen en
werd den i6den October 131 1 door den Paus geo-
pend met eene plegtige redevoering. Eerst werd in
dezelve gehandeld over de Exemtien of vrijdom der
Monniken van het regtsgebied der Bisfchoppen ,
hetwelk ten voordeele der Monniken uitviel, gelijk
wij boven reeds gezien hebben. Deze twist (lond
in velband met de groote zaak der Tempelheercn ,
welke nu in de tweede plaats de vergadering lang bezig
hield; na het voorlezen van het geen reeds ten dezen
verrigtwas, begeerde de Paus het gevoelen derPrela»
ten te weten. Al de Italiaanfche ^ Spaanfche, Dttit"
fche^ Deenfche^ Engelfche , Schot fche en Terfche ^
ook de Franfche Prelaten , alleen de Aartsbisichoppen
van
GESCHIEDENIS. 209
van Rheims, Sens ^ en Rouan uitgezonderd, waren V
'er voor, dat men de Tempelheeren met hunne ver- ^^^*
dediging hooren zou. Waarfchijnlijk was het één tjoofdn-,
dezer Aartsbisfchoppen , die als zijn gevoelen ver- na C. G.
klaarde: „ Het zou voor de Kerk van God en het {0^^5517!
ganfche Christelijk Geloof ongemeen nuttig zijn , in — ■
dien de Paus , of naar ilrengheid van regt , of uit
de volheid zijner magt , deze zeer kwalijk beruchte
Orde, die, om zoo te zeggen, den Christelijken
naam bij de ongeloövigen (linkende gemaakt , en
menige geloovigen in de vastigheid des geloofs had
doen wankelen, zonder vertoef, met verwerping van
alle nietswaardige en lasterende aantijgingen vaa ge-
weigerde verdediging , ambtshalve voiftrekt vernie-
tigde, en derzelver goederen aan de befchikking van ,
den Apostolifchen Stoel overliet."
In de daad vernietigde de Paus ook in Maart 1312 DePam
in een geheim Confiftorie de Orde der Tempelheeren^ vernietig!
^ , , de Orde.
alhoewel meer uit voorzigtigbeid ^ dan door eene ei-
genlijke veroordeeling ^ (^per provljionis potius quam
condemnationis viam , ) geheellijk , behoudende voor
zich en de Kerk voor, de bepaling, hoe 'er met
derzelver perlbnen en goederen gehandeld zou wor-
den. Daar op volgde, in April van dat jaar, de
tweede zitting van het Concilie, in welke de ver'
nietiging der Orde, in tegenwoordigheid des Ko»
rings , wien deze zaak zeer aan hei hart lag , van
zijnen Broeder en zijne drie Zonen, openliik bekend
werd gemaakt. Over de goederen der Orde werd
nu befchikt, en dezelve grootendeels aan de St.Jans
Ridders toegewezen. Ten nanzien der perfonen der
XVilI. Deel. O Ten>
tio K E R K E L IJ K E
V Tempeliers werd bepaald: Eenige weinigen bij name
BOEK uitgezonderd, over welke de Paus het oordeel voor
Hoofdft. ^''^^^ behield, werden al de overigen aan de bijzon-
na C, G dere Provinciale Sijnoden overgelaten. Deze zouden
jaario73 ^^^ ^^ genen, die wegens hunne dwaliagen wette-
— — > Itjke vri-fpraak ontvangen hadden, van de goederen
der Orde een behoorlijk onderhoud toewijzen. Te-
gen zulken , die hunne dwalingen bekend hadden,
zou naar hunnen (laat en den aard hunner bekente-
nis , de geflrengheid der geregtigheid door veel me-
delijden verzacht worden. Maar onboet vaardigen ,
en die in hunne dwalingen terugvielen , zou de Ker-
kelijke regtvaardigheid en ftrriffen treffen enz.
Hoe echt deze berigten ook zijn , kan men *er
zich niet geheel op verlaten , dewijl zij deze zaak
alleen van de zijde, die de magt in handen had en
befliste, voordragen. De handelingen dezer Kerk-
vergadering zijn nooit volledig gedrukt, maar zullen
zich nog in de gewezene Vatlkaanfche Bibliotheek
bevinden ; misfchien zou men daar uit te weten
kunnen komen , waarom de Paus de Orde alleen
uit voorzigtigheid of voorziening , en niet naar
ftrengheid van regten , vernietigde. De vergadering
nam een einde met de derde zitting, den 6den Mei
1312, nadat 'er nog gefproken was van eene Her-
vorming der Kerk ^ om welke men den Paus ver-
zocht, ook werden tof eene Kruisvaart naar Syrië
op het Concilie de tienden van de Kerkelijke goede-
ren vrjor zes jaren toegeflnan. Wat 'er tegen ze-
kere Ketters en omtrent de Sacramentsdag bepaald is
geworden, zal in het vervolg moeten voorkomen.
Van
GESCHIEDENIS. 211
Van tijd tot tijd werden de bcfluiten nopens de V
Tempelieren ten uil voer gebragt. In het jaar 131 2, ^^^
of in het volgende , (lelden drie Kardinalen te Pa- Hoofdil.
rvj, na geraadpleegd te hebben met den Aartsbis- na C. G.
fchop van Sens^ en eenige andere Prelaten en Doe- J^^. ^ J^^
toren in de Regten , den Grootmeester jakob van
molay; cuy. Broeder van den Daufin van Fienne, DeGroot-
mecster
en Comthur van Normandië; hügo van peraldo, j^kob
Groot - Vifitator van Frankryk , en nog een' vier- van mo-
den. Grootprior van Jquitani'è, op een fchavot in ^A^ ,^ ^
den ingang der Hoofdkerk, en fpraken over hen, vm Ko-
devvijl zij de ingebragte befchiildigingen openlijk be-"'"^"-^
l^diQn hadden, het vonnis uit, dat zij voor al hun brand.
leven in eene gevangenis zouden opgedoten worden.
Doch heel on\'er\vachts wederfpraken op édns de
Grootmeester en de Comthur van Normandië den
Kardinaal , die gefproken had , en herriepen tot al-
gemeene verbazing hunne bekentenis. De Kardina-
len gaven deze twee dus in bewaring over aan den
crimineelen Rigter van Parys ^ ten einde een nieuw
bed uit omtrent hen te kunnen nemen. Maar zoo-
dra de Koning van dit geval hoorde, raadpleegde
hij met zijne Hovelingen , zonder medekennis der
Geestelijkheid , en liet hen beiden op een klein ei-
landje der Seine verbranden. Zij bleven tot hun
einde bij de ontkenning , en leden den dood met
zoo veel ftandvastigheid , dat al de aarifchouwers
zich ten (lerkfte verwonderden (♦). ,, Terwijl zij
door een langzaam vuur verteerd werden, zegt vil-
la-
(*) Contiuunf. Cir on, Nangii pn^. 92.
O 1
212 K E R K E L IJ K E
V LANi (*), beweerden zij fteeds de regtzinnigheid eri
BOEK onfchuld van hunne Orde, en bevalen zich aan God
Hoofdü. en de Heilige Maagd aan. In den nacht, welke op
na C. G hunnen marteldood volgde, werden hunne beende-
t ^1^17 ^'^'^' ^'^ Heilige Religuien, verzameld en op heilige
. plaatfen gebragt." Naderhand heeft men verteld ,
dat de Grootmeester in zijne laatfte oogenblikken
nog overluid geroepen zal hebben: klemens , on-
regtvaardig Rigter , en wreede Beul ! ik dage u , om
binnen veertig dagen voor den Rigteriloel des hoog-
llen Rigters te verfchijnen ! Men voegde *er bij ,
dat hij den Koning op dezelfde wijze gedaagd had,
om binnen een jaar rekenfchap te geven. Zeker is
het, dat deze beide Vorsten wezenlijk op den ge-
melden tijd geHiorven zijn ; en misfchien is deze ver-
telling daar uit ontdaan, ten minften het was de
Paus niet, die hem heefc laten verbranden.
Uiteinde Nu nam de Orde der Tempelieren in alle Chris-
van deOr- fep{ai^(^en fpoedig een einde, doch onder verfchillen-
Tempe. ^^ omfiandigheden. In Duiischland werden zij
lieren. meestal verfchoonend behandeld. De Aartsbisfchop
piETER. van Mentz was hun fteeds genegen, en
bleef nog ai verandering in de gevoelens van den
Paus verwachten, waarom hij niet dan tragelijk daar
tos lïwam , om hunne goederen aan de Hospitaliers
over te leveren. De Markgraaf van Brandenburg
vergunde eerst in het jaar 1318 het overgeven van
hunne goederen aan de Hospitaliers. Zelfs begaven
zich Vule Tempeliers in deze Orcie. Te Gorliiz ,
het-
(*) Iliit. Fiorcnt. L. VUL C. <^2.
GESCHIEDENIS. 213
fetwclk met de Lausnitz aai) het Muis van Bran- V
denburg behoorde, hielden zij eerst in het jnar 1319 ^^^
op , wanneer hun Tempelhof aldaar in Burgerge- Hoofdd.
bouwen veranderd werd , waar van nog fporen ove- na C. G
lig zijn. In Bohenvsn bezaten zij dertien vaste plaat- Inr^^^fl*
fen , en in Praag een Ilof, met name Jeruzalem ^ . . . —
hetwelk thans Sf. Laurens genoemd wordt. Zoo-
dra zij hun beflisfend lot vernamen, leiden zij hun-
ne Ordenskleederen af, en gaven liunne Sloten aan
den Koning jan over, waar door zij hun leven be«
hielden; uitgezonderd weinigen te Praag ^ die hunne
woningen niet willende verlaren, vermoord v^rerden.
In Uildeshehn werden zij verjangd of doodgcflagen ;
men floopte hunne woningen , behalve hunnen Tem-
pel, die nog onder den naam van St, Joris aan de
Euangelisch - Lutherfchcn belioort.
In Arragon zou de Orde bijna geheel gered ge-
weest zijn. Hier werd in het jaar 1312 te Tarra"
gona , door den Anrtsbisfchop willem van Rocca-
berti , eene Kerkvergadering gehouden, om de zaak
der Tempelier en naauwkeurig te onderzoeken. Zij
werden op dezelve befcheiden, en alle klngten tegen
hen overwogen. Het befluit was, dat deze Kerk-
vergadering de uitfpraak deed , dat , dewijl zij aan
geene misdaad of Ketterij fchuldig waren bevonden ,
niemand beftaan zou, kwaad van hen te fpreken.
Evenwel, naardien het harde vonnis van den Paus
nu eens vooral plaats had , bleef de vergadering eene
poos twijfelachtig , wat zij ten aanzien der Orde
befluiten zou. Eindelijk werd vastgedeld, dat de
Tempeliers in de Bisdommen, v/aar zij goederen be-
O 3 za-
2Ï4 KERKELIJKE
V zaten , woning en onderhoud uit dezelve zoude»
BOER ontvangen ; maar voor het overige aan deBisfchoppen
Hoofdft. onderworpen zouden zijn, en een onberispelijk leven
na C. G. leiden, tot 'er eene nadere beflisfing van den Paus
10^1 ^fy' ^^^^ ^^^" ^'^^ volgen. Welk befluit ook uitgevoerd
■■ werd. Maar deze zaak kreeg vijf jaren daarna eene
nieuwe wending, toen de Paus, op verzoek van ja.-
KOB II, K"ning van Arragon^ toeftond, dat de
goederen der Orde zouden hefteed worden tot het
oprigten eener nieuwe Orde, welke onder den naam
van Monteza tot ftand kwamen. Even dus werd
in Portugal van de gemelde goederen , met bewil-
liging vau den P.ius, door Citw Koning dionysius,
de Christus -Orde gedicht, waar van zoo aanftonds
nog iet volgen z;d. — In KastiU'è integendeel kreun-
de FERDiNAND IV zich niet aan het Pausfclijk be-
vel, om de goederen aan de Hospitaal- Ridders in
te ruimen, maar vereenigde ze met zijne overige be-
zittingen. EDUARD II van Engeland nam dit bevei
flipter in acht, doch onder betuiging in het jaar
1312, dat door het overdragen van deze goederen
9an de Ridders van St. Jan geen nadeel mogt ge-
daan worden aan de regten van zijne kroon, noch
aan zijne onderdanen. De nog overige Tempeliers
in zijn Rijk wilden voor een gedeelte trouwen , maar
de Bisfchoppen fionden dit niet toe, omdat zij ge-
loofden, dat hunne gelofte nog fteeds van kracht
bleef.
Aanmer- Na deze eenvoudige opgave der berigten aangaan-
kingen ^^ ^j^^e zaak, blijft het nog moeijelijk te beoordee-
waarheid leïij wat 'er zij van de waarheid der befchuldigin-
gen.
GESCHIEDENIS. 215
gen , welke tegen de Tempeliers zijn ingebragt , te V
Dioeiielijker , omdat de gelijktijdige Schrijvers zelve ^^^
zoo zeer daaromtrent verfchillen. villani merkt Hoofdft.
aan, en hij zelve helt tot die zijde over, dat velen ria C. G.
zeiden, dat de Teuipeliers met onregt onderdrukt \va- f^JVtll.'
ren , en alleen , opdat men zich van hunne goederen
meester mogt maken. Nog bepaalder fchreef om- '^'^^ ^^"
trent het midden der Xlvde eeuw boccatius (*). gingen
FiLiPS de Schoone had zoo wel de yoden uit zijn tes^n de
Rijk verdreven, als de Tempelheer en van affchuwe- i;^t?^^'
lijke misdaden befchuldigd, om dezelfde reden, na-
melijk om een voorwendfel voor zijne geldgierigheid
te hebben, die hij met hunne rijkdommen bevredig-
de. In de volgende eeuw meldt ons de vermaarde
Heilige en Aartsbisfchop van Florence^ antoni-
Nus (f) , dat men algemeen dacht , dat de befchul-
digingen tegen de Tempelieren alleen daarom uitge-
dacht waren, opdat men hunne goederen zou kun-
nen plunderen, hetwelk ook gefchied was. Met veel
gematigdheid laat zich de Abt trittenheim (§}
hier over uit: De Tempel -Orde, fchrijft hij, was
de rijkfte van alle Ordens, en hare groote rijkdom-
men zullen ook de oorzaak van haren ondergang ge-
weest zijn. De gelijktijdige Monnik hugbert be-
rigt, dat, toen hun Grootmeester, met 60 andere
Ridders, te Far'^s gevangen waren, de overigen,
uit
(*3 Be Cafibus Viror. Illnfir. in bulaei Hht, UniveT"
fit. Paris. T. IV. p. iio.
(f) /lp. KAYNALD. ad a. 1307. n. 12. p. i3.
CS) Chron, Hirfaiig ad a. 1307,
O4
ai6 K E R K E L IJ K E
V uit bekommering van een treurig lot, en om aan
BOEK hunne vijanden den gezochten buit te onttrekken ,
Tloofdft. ^^ ^^^ onmetelijke goud en zilver der Orde in Kloos-
m C. G. ters. Sloten, bosfchen en velden, maar inzonder-
£01^1 s^r" ^^^^ ' 8^^y^ °^^'^ naderhand door de pijnbank ont-
fi II waar is geworden, in oude putten en bronnen zeer
geheim verborgen hebben; waar van naderhand veel
ontdekt is geworden. Vervolgens begint trit-
tênheim het verhaal van hunnen n.mp met de be-
tuiging , dat hij geenszins voornemens was , daar
door den Heiligen Roomfchen Stoel of den Paus te
beleedigen, wanneer hij aantoont, dat dit met toe-
ftemining van Paus klemens is uitgewerkt. Hij
neemt , vervolgt hij , zijne Gefchiedenis flechts ge-
trouvv uit oudere' voorgangeren , en laat aan het
Goddelijk oordeel de uitipraak over, of de Tempel-
heeren met regt of onregt zim veroordeeld gewor-
den. Daar op brengt hii het boven aangehaalde be-
risï bii van den vo'^rmaligen Prior der Orde, en zij-
nen medegevangenen nüffodei, die beiden van hun-
nen Grootmeester in de gevangenis geworpen waren;
beide vol van eenen b'^ozen geest, om zich de vrij-
heid te bezorgen , verfchrikkelijke misdaden tegen
de Oi'de, val fc hel ijk , gelijk velen meenden, verdicht
hadden; omdat zii wisten, hoe rijk dezelve vi^as ,
en hoe geldjiierig Koning fjlips, die daarom ligt
aangtfpoord zou kunnen worden, om haar te ver-
volgen. Onder de tien befchuldigingen tegen de
Orde - welke zij aan den Koning zouden medege-
deeld hebben, flaan ook deze, dat al de Tempel-
heeren met de dwalingen der FratriceUen befmet wa-
ren;
GESCHIEDENIS. 217
ïtn ; dat zij den Paus , het gezag der Kerk en de V
Sacramenten verachtten , met Kerkelijke boeten en ^??!^
de Sacramenten fpotien; en ook de Novitien^ die Hoofdf!.
de Orde weder verlaten wilden , heimelijk ombrag- "^^ C: G.
ten. De Schrijver voegt 'er bij, dat de Koning van (or^lr^^
deze -opening te fpoediger gebruik ma;ikte, hoe meer ■
hij buitendien der Orde ongenegen was , dewijl de-
zelve zoo vele goederen m' zijn Riik bezat, en ge-
weigerd had , hem de tienden te betalen , welke de
Paus hem voor vijf jaren toegeltaan had. Ook had
hij de toefliemming van den Paus tot het gevangen-
nemen der Ridderen afgeperst, en hen op het wreed-
fte laten pijnigen, om hun eene belijdenis af te dwin-
gen, zoo als hij wenschte; maar zij hadden onder
al de folteringen hunne onfchuld betuigd , en waren
gedeeltelijk onder dezelve omgekomen. Wel hadden
de Grootmeester en eenigen der voornaamden, toen
zij voor den Paus gebragt waren , door de goede
beloften van dezen , van den Koning en andere
Grooten bewogen , ten einie hun leven te redden ,
en dewijl hun vergiffenis beloofd was, indien zij de
befchuldigingen wilden bekennen , zulks werkelijk
gedaan. Maar toen zij evenwel in de gevangenis te-
ruggevoerd , en te Parys openlijk als boetelingen ten
toon gefteld waren , had de Grootmeester zijne be-
kentenis herroepen, en zich des doods waardig ver-
klaard , omdat hij die zoo ligtvaardig afgelegd had.
De Koning had ook de goederen der Orde 'w Franke
ryk alle aan zich getrokken; andere Vorsten hadden
in hunne landen insgeliiks gedaan , behalve eenigen ,
die dezelve aan de Geestelijken of aan de armen ge-
O 5 fchon-
ftiS K E R K E L IJ K E
V fchonken hadden. — Aan den anderen kant hebben
BOEK ^Q Franfche Schrijvers der XIV en XVde eeuw,
Hoofdft. ook andere voorname Schrijvers , zoo als platina ,
na G. G. volaterranus , blondus , albert kranz en
•Jq^^j°^^' meer andere, het geheel niet in rwijfel getrokken,
■II dat het een verdiend lot geweest is, hetwelk de
Tempeliers getroffen heeft,
Ondertusfchen waren 'er geene echte flukkcn of
handelingen bij eenigen Schrijver aangehaald, welke
echter alleen de zaak beflisfen konden, pieter du
puY, (of puteanus,) was de eerde, die dit niet be-
hulp der Koninklijke Franfche Archiven gedaan heefr,
In zijn Boek : Histoire de la Comdemnatioii des
Templier s ^ hetwelk kort voor zijnen dood te Parys
. in 1650 in 410 gedrukt is, bragt hij verfcheidene uit-
trekfels en zelfs geheele (lukken van Gerigtshandelin-
gen met de Tempeliers bij, welke veel licht geven,
fchoon hij anders zijn werk over het gelieel zoa
heeft ingerigt, dat niet duister blijkt, dat zijn oog-
merk geweest is, om filips den Schoonen te verde-
digen.
Doch na de laatfle jaren der XVIIde eeuw begon-
nen verfcheidene Schrijvers, inzonderheid Proteflan-
ten, te beweeren, dat de Tempeliers onregtvaardig
behandeld zijn geworden , of ten minfle, dat men
'er geen beflisfend vonnis over ftrijken kan. Zoo
oordeelde nicol. gurtler , een Hervormd Godge-
leerde , in zijne Hifloria Templariorum , Amfterdam
1691 in Octavo^ en herdrukt en vermeerderd 1703,
dat het wel moeijelijk is, vooraf tegen deze Orde
oordeel te vellen; maar dat zich allezins ter vermin-
GESCHIEDENIS. 219
dering der tegen haar ingebragte befchuldigingen , en V
voornamelijk van de algemeenheid derzelve, veel met ^^^^
waarheid gezegd kan worden. — chr. thomasius .loofdft.
zocht in eene Verhandeling : de Templariorum Eqiii- a:: C. G.
tum Ordine Suhlato ^ Halae 1705 in 410. opzetteliik i'^l!'^i°'^^*
'.Q\. 1 5 17*
te bewijzen , dat de veroordeeling van de Orde der .
Tempelieren volftrekt onregtvaardig is geweest. Hij
beriep zich hoofdzakelijk daar op, dat in zoo onge-
loofelijke befchuldigingen, als tegen hen werden in-
gebragt, zelfs vrijwillige bekentenisfen geene bewijs-
kracht hebben, maar dat velen door de pijnbank tot
deze bekentenisfen gebragt zijn; dat zij dezelve na-
derhand herroepen , en tot hunnen dood toe alles
ontkend hebben; eindelijk, dat velen van hen nooit
iets bekend hebben. — Met veel rijker hulpmiddelen
voorzien , fchreef karel gottlob anton in het
jaar 1779 eene Proeve der Gefchiedenis van de Orde
der Tempelieren, bij welker tweede uitgave in 1781
in Svo. hij zich als Schrijver genoemd heeft. Deze
vindt de Tempeliers volftrekt onfchuldig , doch gaat
zekerlijk te ver, wanneer hij beweert, dat hunne
ftrenge levenswijze hunnen val bevorderd hebbe. —
Dit gaf aanleiding aan fr. nicolai , om zijne Proe-
ve over de befchuldigingen , welke tegen de Orde der
Tempelieren ingebragt zijn, en over het geheim van
deze Orde, Berlin 1782 in Svo, uit te geven, waar bij
nog in hetzelfde jaar een tweede Deel gekomen is. Deze
Schrijver poogie aan te toonen, dat de gemelde be-
fchuldigingen geenszins zoo ongeloofelijk zijn, als
tnen gemeenlijk onderfteld heeft; maar dat de geest
der toenmalige tijden ze veel meer waarfchijnlijk
maakt;
2ao K E R K E L IJ K E
V maakt; en dat zij bij velen der befchuldigden door
BOEK hunne bekentenis en door andere getuigenisfen tot
Hoofdft. zekerheid gebragt zijn. Ook geloofde hij in de Orde
na C. G, verfcheidene graden ontdekt te hebben ; hij verklaar-
ton^i'r ^^ ^^^ beruchte Afgodsbeeld , Baffometm , door
,i„,i» ,., PVijsheidsdoop ; en vond in hetzelve het Kahbalis'
tisch-SljmboUsch Beeld des Scheppenden Gods; ge-
lijk hij ook daar door tot fporen van Gnostieke ge*
voelens onder de Tempeliers geleid werd. — De
Heer anton heeft daartegen in zijn onderzoek over
het geheim en de gebruiken der Tempelieren , Des fan
1782 in 8vo. eenige aanmerkingen voorgedragen ,
door welke over het wezenlijke der vraag veel licht
verfpreid wordt.
Eindelijk hebben twee Duitfche Geleerden gewig-
tige ontdekkingen gedaan van echte en ooifpronke-
lijke flukken. moldenhauer , Hoogleeraar in de
Godgeleerdheid te Koppenhagen , vond in de Abdij
te St. Germain des Pres Juist het handfchrift der
Akten tegen de Orde, waar uit du puy een uittrek-
fel medegedeeld had, volledig, op 120 bladen in
Folio, in het Latijn, maar op vele plaatfen in de
Oudfranfche , Limojïjnfche , en Katalonifche taal
gefchreven. Dit gaf hij vertaald te Hamburg 1792
in 8vo. in het licht , onder den titel : Proces tegen
de Orde der Tempelieren^ uit de origineels Akten
der Pausfelijke Commisfie in Frankryk. Het lezen
dezer oorkonde geeft voor eiken nadenkenden Lezer
voldoening genoeg , om den loop van dit Proces
met zekerheid te beoordeelen, „ hetwelk, gelijk de
■' Heer moldenhauer met regt zegt, door de zwart-
fte,
GESCHIEDENIS. 221
fte, met ongehoorde arglisiigheid gepaarde, vernie- V
tiging , geheel van zijne voorgewende beftemming ^9^^
afdwaalt." Het is uit hetzelve zoo oogenfchijnlijk Hoofdft.
klaar , als men verlangen kan , dat filips de Schoo- ^ C. G,
' ne^ vol vijandelijke gezindlieden jegens de Orde , l^Jiyj^*
derzelver veroordeeling en vernietiging reeds vooraf .
befloten had, eer 'er nog eenig onderzoek omtrent
dezelve gefchied was; dat men de Ordensbroeders
gedwongen had, om van hunne verdediging af te
zien , en daartegen velen door de pijnbank bekente-
nisfon afgeperst heeft, zoo als men ze verlangde en
voorfchreef; dat de Pans alleenlijk lieverlede, en uit
vrees voor den heel driftigen Vorst , bewilligd heeft,
om de uitvoering van zijn ontwerp te bevorderen;
dat 'er geheel geene Ketterij in . de Orde gevonden
is ; dat wel bij het aannemen van nieuwe leden fom-
tijds onzedige tooneelen, ook wel eene afged wongene
verloochening van den Verlosfer, zijn voorgevallen;
maar dat dit volftrekt geene algemeene gewoonte der
Orde geweest is. Onder veel andere dingen leert
men 'er ook uit, dat de geduchte Kop, baffome-
Tus genoemd, niets anders geweest is, dan eene
Reliquie , die in eene Vaas op het Outer der Kapel ,
in welke het Kapittel gehouden werd, bewaard werd.
Met dit echte (luk ftaat een ander in verband ,
hetwelk de Heer riunter , insgelijks Hoogleeraar
der Godgeleerdheid te Koppenhagen , in een Hand-
fchrift der Bibliotheek Corfini te Rome ontdekt heeft,
hetwelk in het Fransch in de tweede helft der Xllde
eeuw opgefteld is. Het is het Boek der Statuten
van de Orde der Tempelieren ^ waar van munter
eene
22ft K E R K E L IJ K E
V eene Hoogduitfche Vertaling gegeven beeft met op-
boek helderende aanmerkingen te Bet/in 1794 in 8vo. Ook
HooiUft. ^^'^^ '^'^^ zonder bedenken in de Voorrede fchrijven:
na C G. ,, Het is thans volkomen uitgemaakt, dat al de be-
10^1 <i7' " Tchuldigingen, op welke de affchaffing dezer Orde,
- „ die met geheel andere oogmerken voltrokken werd,
„ njar den fchiin gegrond was , door onkunde en
„ zwarte boosheid voortgebragt zijn , dat de gebeele
„ inrigiing der Tempelieren , naar den geest hunner
5, eeuw beoordeeld, onlchuldig en onberispelijk was;
,, en dat zij alleen gevallen zijn, omdat een hebzuch-
„ tig en trouvveloüs Koning zich niet ontzag, alle
„ middelen ter hand te nemen , welke gevvetenloos-
„ heid en dwingelandij hem aanboden , om zijne
,, onverzadelijke gierigheid en bloeddorftige wraak-
„ zucht te bevredigen." Ook geeft de Gefchiedenis
inderdaad getuigenis , dat filips , behalve de fchat-
ten, welke hij terftond van eerden af, bij het alge-
meen gevangennemen der Tempelieren , naar zich
trok, nog ongevaar twee derde van hunne roerende
goederen zich toegeëigend heeft; dat de Hospitaliers
of St. Jans Ridders hem , om een gedeelte derzelve
te bekomen, 200^000 Livres, eene verbazende fom
in dien tiid , voor de Proceskosten moesten betalen ;
dat desniettemin de Hovelingen hun veel daar van
ontnomen hebben , zoodat zij door het handhaven
van hun regt , uit hoofde van de zware onkosten ,
arm zijn geworden , dat de Paus aan den Koning
desvvegens wel vooyfiellen gedaan , maar van hem
ten antwoord gekregen heefr , dat de Paus zijne be-
lofte , om de Hospitaal - Orde te hervormen , nog
niet
GESCHIEDENIS. 223
niet vervuld had, eindelijk dat deze Orde aan vol- V
gende Koningen ook nog andere bewilligingen voor de **'^*
aan haar overgelatene goederen heeft moeten toeftaan, Hoofdff.
In plaats van de vernietigde Orde der Tempelie- na C. G<
ren, ontftonden in Spanje en Porttipal nieuwe Rid- J^^'"^°73»
■' ■' ° tot 1517»
derordens. Voor deze beide Rijken fcheen de be-
hoefte van zulke krijgsgenootfchappen grooter dan Nieuwe
elders te zijn, uit hoofde van de iiabuurfchap der ordens in
Arabieren, en de aanhoudende oorlogen der Chris- Spnnjeen
tenen met dezelve. Ook waren reeds in vroeger ja- ^^^'"S '
ren dergelijke Ridderordens aldaar opgerigt. Van
San yago, (of den Heil. jacobus,) de Compost el--
Ia , Calatrava en Akantara , in de Koningrijken
Kast Uien en Leon, beroemd door hunne dapperheid
tegen de Mooren, en daar voor met zeer rijke in-
komften beloond. Thans kwam 'er de Orde bij van
onze Lieve Vrouw van Monteza , gedicht door ja-
KOB n. Koning van Arragon , in de ftad van den-
zelfden naam, in het Koningrijk Valencia, in 1307.
JAN XXll ftond toe, dat de goederen der Tempel-
heeren aldaar tot dezelve befteed werden; gelijk in
het algemeen de Pausfelijke bekrachtiging tot alle de-
ze Ordens vereischt werd. Even dus ftichtte in 13 19
de Koning dionysius van Portugal, alwaar de Rid-
derorde van Avis reeds beflond, en waar zich ook
de Orde van San 'Jago had uitgebreid , uit de meer-
maals gemelde goederen, de Christus-Orde, die aan-
zienlijker en rijker is dan de overigen. Aan de Chris-
tus-Orde gelijk aan de Ridders van Avis is ook door
ALKXANDER. VI ontflag Verleend van de gelofte van
kuischheid, en de vrijheid gegeven, om te trouwen.
ZE-
124 K E R K E L IJ K E
ZEVENDE HOOFDSTUK.
^Jgemeene Gefchiedenis van den Godsdienst. Nieuwe
plegtigheden. Heiligen, Reliquien» enz.
V \\ ie tot dus ver de Kerkelijke Gefchiedenis van
Yjf dit Tijdvak met oplettendheid heeft gelezen, zal ge-
Hoofdft. zien hebben , hoe de bron , uit welke de Godsdienst
na C. G. gjj deszelfs leerftukken door de Christenen werden
jaario73.
tot 1517. afgeleid, inderdaad voortvloeide van onder den troon
~ der Roomfche Kerkhoofden, Hoe zeer men den
van de H. ^"^'^'j'^ maakte, van de Heilige Schrift^ de Overk-
Schrifc. veringen^ en thans zelfs de Wijsbegeerte^ maar ook
nieuwe Openbaringen te erkennen , als de bronnen
en gronden van het Geloof aan de leerftukken van
den Godsdienst, was zulks inderdaad enkel goochel-
fpel, dewijl reeds eeuwen lang omtrent de//" Schrift
was voorgefchreven , hoe men dezelve verklaren en
uitlegden moest. -• De Overleveringen moesten door
het Opperhoofd der Kerk ten aanzien van derzelver
echtheid en noodzakelijkheid beoordeeld worden; de
Wijsbegeerte had reeds lang geleerd, het gezag der
Kerk te eerbiedigen en naar de oogen te zien; en
zelfs de nieuwe Openbaringen^ op welke fommige
Heiligen van dezen tijd roemden, moesten zich ins*
'gelijks aan het oordeel der Roomfche Bisfchoppea
onderwerpen.
Aanprij- Het is waar, de fJeiÜge Schrift werd nadrukkelijk
zing «er- aangeprezen en veelvuldig gebruikt en aangehaald,
door
GESCHIEDENIS. %is
dloor de Mystieken van dezen tijd. De H. bern- V
HARD, de voornaamfte onder hen, was een groot ^^J'
Vereerer der Heilige Schrift , zonder welke hij zeld- Boofdü*
zaam predikte en fchreef , maar dit alles was voor "^ C. G.
ieder, behalve de Geestelijkheid, verloren, alzoo hij {^^ ,^,_[
de Latijnfche taal gebruikte. Maar ook voor de ■
Geestelijkheid konden de loffpraken door dezen Hei- ^^^"^^ ^ „
ligen aan de Heilige Schrift gegeven, weinig baten; h.bern^
alzoo hij het regt van derzelver uitleggingen aan de hardus*
Kerk, dat is, aan de Kerkvaderen, Kerkvergaderin-
gen en aan de Paufen in der tijd toekent. In eene
Kerkrede over Exod. XVI. 7. (♦) zegt hij: ,, Deze
woorden zijn wel in de Schrift voor derzelver plaats
en tijd gefteld; maar de Moeder, de Kerk, heeft
ze niet onvoegelijk op den dag vóór de geboorte
des Heeren toegepast; die Kerk, zeg ik, welke den
raad en geest van haren Bruidegom en God bij zich
heeft, wier beminde tusfchen hare borsten verblijft;
terwijl hij voornamelijk de woning van haar hart
zelve bezit en voor zich behoudtt Zij is het name-
lijk , die zijn hart wondt , en het oog harer befchou-
tving zelfs in den afgrond der verborgenheid Gods
heeft ingedoopt ; zoodat voor hem in haar hart en
voor haar in het zijne een eeuwigdurende gedachte-
nis overblijft. Wanneer zij derhalve in de Heilige
Schrift eenige woorden verandert of verwisfelt :
( alter at vel alternat , ) dan is deze zamenftelling
(lerker , dan de eerfte plaaifing der woorden , en
mis-
(*) Sermo III. /;; Vigilia Naiiviiatis Domini Vol. \U
Opp.pag. 45.
XVm. Deel» P
«26 K E R K E L IJ K E
V misfchien zoo veel te fterker, hoe grooter het ow-
^vjÏ ^^^rlfcheid tusfchen beeld en waarheid, licht en fcha-
Hoofdft. duw, vrouw en dienstmaagd is." Het zal daarom niet
na C. G. noodig zijn, meer plaaifen aan te halen, uit Schr*^ vers
toe i<i7 ^^" dezen tijd, in welken zij den Bijbel aanprijzen
II als noodzakelijk te kennen, zoo dat, met de Heilige
Schrift onbekend te zijn, even hetzelfde zij, als
CHRISTUS niet te kennen, dat men zonder haar van
eiken wind van leering rondgedreven wordt enz,,
want het geen hier uit nadrukkelijk had moeten vol-
gen, de menfchen op te fporen, om den Bijbel vlij-
tig te lezen, verzuimden zij. Zij lazen hem voor
de Leeken in de Latijnfche Vertaling , en de Kerk
had hem voor hen gelezen.
Het ver- Veel meer droegen de Paufen en Kerkvergaderin-
talen en „^^ ^org , dat niet het lezen van den Bijbel voor
lezen van o =" ->
denBijbel de Leeken gemakkelijker mogt gemaakt worden door
verboden Vertalingen in de taal der bijzondere landen. De
Kerkvergadering in het jaar 1129 te Touloufe gehou'-
den, verbood (*) , dat de Leeken het Oude of
Nieuwe Testament zouden hebben, ten ware zij uit
bijzondere godsvrucht een Pfalmboek of een uittrek-
fel van den openbaren Kerkedienst, (^breviarium pro
divinis oficiis , ) of de gebeden en gezangen aan de
Heilige Maagd, (^horas B. Maria,) wilden bezit-
ten; doch tevens verbood zij ten fcherpfle, dat
zelfs deze Boeken aan niemand , in de moedertaai
overgezet , veroorloofd zouden wezen.
Nog merkwaardiger zijn hier twee Brieven van
Paus
C') HARDüiN T. VL P. 11 pag. II 52. Can, 12,
GESCHIEDENIS. tij
Paus iNNOCENTius III, iïi het jaar 1199, wegens V
dit onderwerp naar Metz gezonden (*). In de eer- '^oj'
fte, gefchreven aan al de inwoners der gemelde ftad Hoofdft.
en het daar toe behoorende Kerspel, zegt hij: dat na C. Gi
hij van den Bisfchop verftaan had , dat onder hen Jq^J^jI *
vele Leeken en vrouwen, uit fterke begeerte naar _— i
de Heilige Schrift, zich de Euangelien, de Brieven
van PAULUS, de Pfalmen, de Zedeleere van hiob,
(dit is de zoogenoemde Uitlegging van gregorius
den Groot en over dit Boek , ) en meer andere in het
Fransch hadden laten overzetten , en zich onderfton-
den , in hunne geheime vergadering volgens dezö
Overzettingen te leeren ; en ook (lout genoeg wa-
ren, om aan hunne Pfarheeren, die hen deswegens
beltraften, te antwoorden, dat hun uit de Schrift
bekend was , dat hun dit niet verboden mogt wor-*
den. Sommigen, zoo vervolgt de Paus, verachtten
ook de eenvoudigheid van hunne Priesters, en mor-*
den heimelijk, wanneer dezen hun het woord des
heils voordroegen, dat zij hetzelve beter in hunne
boeken hadden, en het ook verftandiger konden uit-
drukken. Vervolgens onderneemt de Paus hun te
bewijzen , hoe verkeerd hun gedrag was. Hunne
geheime fluip vergaderingen ftreden tegen den wil van
God, die bevolen had, dat het Euangelie openlijk
zou gepredikt worden, maar zulke werken der duis-
ternis waren aan de Ketters eigen. Ook mogten de
verborgenheden des geloofs niet aan allen zonder
onderfcheid, maar alleen aan zulken bekend gemaakt
WO f*
(*3 Innocent, III. Epistt. L. II. Epist. 141. 14?.
P 2
aa8 K E R K E L IJ K E
V worden , die ze met een geloovig verftand vatten
BOEK konden , dewijl de Heilige Schrift zulke diepten
Hoofdft. heeft, dat de geleerde en verftandige mannen naau-
na C. G. welijks in ftaat zijn , om in dezelve in te dringen,
^^^"°^^" Daarom was oudtijds bevolen, elk beest, dat op
I den heiligen berg zou komen , te fteenigen , opdat
geen eenvoudige en ongeleerde het wagen mogt, het
verhevene der Schrift te beklimmen, of anderen daar
omtrent te onderwijzen. Dit was een inbreuk in de
regten van het Leeraarsambt; en indien iemand eene
hoogere roeping tot leeren wilde voorgeven, moest
hij die door wonderwerken of getuigenisfen der
Schrift bewijzen. Het is waar, den Pricsteren was-
de wetenfchap om te leeren zeer noodig; doch de
eenvoudigflien onder hen mogten zelfs van de Ge-
leerden , (Scho/asiicis ,^ niet gering geacht; maar
hun ambt moest geëerd worden , nademaal zij in
eene bijbelplaats, (Z)m non detrahes^') zelfs Goden
genoemd worden. Hen te beflraifen komt den Bis-
fchop en niet het volk toe. Ook mogt niemand ,
zoodanige ftoutheid daar mede ontfchuldigen , dat
zelfs de Ezelin den Profeet beftraft had, naardien
daar alleen mede te kennen gegeven wordt, dat een
ieder zijnen Broeder in het verborgene moet verma-
nen, maar niet, dat men dit openlijk zijnen Va-
der en Priester zou mogen doen. Ten flotte ver-
maant de Paus, en beveelt hun, ter vergeving hun-
ner zonden , hun gedrag te veranderen , en aan het
Katholijk Geloof getrouw te blijven , dewijl hij hen
anders tot gehoorzaamheid zou dwingen. Op den-
zelfden ziii loopt de andere Brief, die aan ^ta Bis-
fchop
GESCHIEDENIS. 229
fchop van 3Iets gefchreven is. Dit waren zeker V
aanhangers der Waldenzen^ die eenigen tijd te voren ^°^*
verfcheidene Boeken der Heil. Schrift in het Framch Hoofdft.
hadden laten vertalen. Hoe bet zij , als velen van na C G.
deze inwoners van Biets niet wilden gehoorzamen, Jo^'^151?'
zond de Paus in het jaar 1200 eenige Abten der- ■
waarts , die de aflchriften dezer Overzetting ver-
brandden, en deze geheele partij uitroeiden.
Voorts waren 'er vóór deze beide Franfche Ver* Andere
talingen andere , zoo in de XHde als tegen het ein- JJ^Jg^^^""
de der Xlllde eeuw voorafgegaan, die voornamelijk
in het verbasterd Latijn , den grond der Franfche
taal , ( en Roman , en Langtte Romance , ) waren
opgefteld. Wij vinden (*) onder anderen gewag
van eene Franfche Overzetting van het Hoogelied^
welke aan de Cistercienfen zoo zeer mishaagde, dat
zij op een algemeen Kapittel in het jaar I200 gebo-
den, dat dezelve in alle hunne Kloosters verbrand
zou worden. In Italië zal de Dominikaner giaco-
MO Dl viRAGGio, gemeenlijk jacobus de voragi-
NE geheten, die omtrent het jaar 1298 als Aartsbis-
fchop van Genua geftorven is, de eerfle Overzetting
van den Bijbel in de landstaal geleverd hebben, hoe-
wel men 'er nooit een affchrift van gevonden heeft,
waarom men aan dit berigt twijfelt (f). Waarfchijn-
lijk is het berigt van den Jefuiet mariana (§)
geloofwaardiger, dat alfonsus. Koning van Kasti-
lii,
(•) Hist. Litter. de Trance T. IX. />. 149.
(t) FABRic. Bibl. Mei. et in f. Latin. T, IV. /. 21.
(§) De reb. Hhpan. L XIII. C. 7.
P3
{130 K E R K E L I[ K E
V //è', in de later tijden der XlIIde eeuw de Heilige
^^" Schrift in de gebruikelijke taal van zijn Rijk heeft
Hoofdft. ^^^^" overzetten. Omtrent het midden van die eeuw
na G. G. bragt rudolf van hohenembs , op begeerte van
jnario/s- j^^jg^^ koenraad IV, het Oude Testament in Duit-
jot 1517,
fche Verzen, die weleer in een Handfchrift van het
Klooster Si, Gal/en bewaard zijn geworden (*)»
Doch het blijkt genoegzaam, dat doorgaans Geeste-
lijken en Mouniken voor hun vermaak, of op be-
geerte van eenige Grooten, Overzettingen of om-
schrijvingen, woordelijk uit de oude Latijnfche Over-
zetting getrokken en vervaardigd hebben , welke wei-
nig waarde hadden en onder de Handfchriften der
Kloosters of andere verzamelingen begraven lagen ,
zoodat 'er de Leeken niets aan hadden.
Een gefchrift van den beroemden Francisknner
BONAVENTURA , BtbUa Pauperutn , is niet , zoo als
men volgens den titel denken zou, een uittrekfel uit
den Bijbel voor arme Leeken. maar eene aanwijzing
voor Predikers , om hunne Toehoorders van den
laagften ftand, de noodigfte voorfchriften omtrent
deugden en ondeugden en andere onderwerpen van
het geloof der Kerk uit Bijbelfche perfonen en ge-
fchiedenisfen te verklaren, alle in eene Alphabetifche
orde vervat. Over het geheel blijkt uit hetzelve ^
dat BONAVENTURA wciuig geweten hebbe, hoe men
de Bijbelfche Gefchiedenisfen op eene nuttige wijze
|)ehoore te gebruiken. In
(*) usHER. Hist. Dogmat, cortroverfa inter Orthodo-
xos et Pontificios de Scripturii et Sacris Fernaculh,
pag, 152.
GESCHIEDENIS. 231
In de volgende XIII en XlVde eeuwen bleven deze V
eelfJe begrippen (land houden; even eens begonnen ^^^^
fomraigen wel door te zien , dat het corfpronkelijk Hoofdft.
Christendom niet wel zuiver kon afgeleid worden uit na C. G.
overlevering. Kerkvaders, befluiten der Concilien , {^^^J°J^'
sneeningen der Scholastieken , Decretalen der Paufen -
enz., maar dat men hetzelve van Christus en zij-
ne Apostelen leeren moest; maar even eens bleven zij
voortgaan, de Schrift aan het gezag der Kerk te
onderwerpen.
piETER d'ailly fchijut hier van iets gevoeld te pieter
hebben , toen hij tegen het begin der XVde eeuw i^'^illy.
zijne aanprijzing der Heilige Schrift opftelde, in
den vorm eener Kerkrede, {Recommendatio facrae
fcripturce ; fuper hanc petram nedificaho EccJefiam
meam Matth. C. XVL i8.) (*) Hij zegt: de Kerk
js op eene rots gebouwd. Maar wat deze rots is?
is eene vraag , welke door de gevoelens der Heiligen
zeer wijdloopig is geworden, augustinus verflaat
daar door in eene plaats zijner fchriften petrus ;
maar op vele andere plaatfen verklaart hij dezen rots-
fteen van christus, en deze verklaring is wel de
beste, PAULUS zelve noemt christus den rots-
fteen^ i Cor. X. 4. en wie zou toch de vastigheid
der Kerk gronden op de zwakheid van petrus ?
Daar nu petrus gewankeld heeft en ook zijn
plaatsvervanger niet vast gegrond is , waar over nog
meer verfchillen ontdaan zijn: (^cum jam discrc'
pent de fummo Petri facerdotie Pontiflces , et liti-
gent
(*) In jo. GERSON. Opp. T. I. Jppend. p. 603-610.
P4
432 K E R K E L IJ K E
V gent de fummo Pontificio facerdotes , ) wie zou dnn
BOEK toch onderdaan te beweeren , dat iemand , wie ook ,
Hoofdft. '^y moge nog zoo zeer in heiligheid en waardigheid
na C. G, fchitteren , hij mag een Priester , een Bisfchop , of
l^^Wï PETRUS, of plaatsvervanger van petrus, of iemand
tot 151/.
■I I ■.-. anders buiten Christus zijn, de grond, het funda-
ment der Christelijke Kerk zou zijn? De Apostel
zegt ronduit het tegendeel: Niemand kan een an^
der fundament leggen , dan hetwelk gelegd is , na»
meiijk ^ CHRISTUS jezus. Doch hoe het zij, wij
kunnen, naar den Geestelijken zin, door dezen rots-
fleen de Goddelijke Schrift en de Heilige leere van
CHRISTUS verdaan, welke van eene zoo derke en
duurzame vastigheid is, dat de Kerk van christüs
met regt op dezelve gegrond is enz.
joAN De waardige leerling van. d'ailly, nog kundiger
■ ^*^ ' en vrijer onderzoeker dan zijn leermeester, joan
gerson , fchreef insgelijks aan de Heilige Schrift
het hoogde gezag in geloofszaken toe , en evenwel
bepaalt hij dit weder naauwer van eenen anderen
kant. „ Zij is, fchrijft hij in ééne zijner Verhan-
delingen (*) , de regel des geloofs , tegen welke ,
wanneer zij regt verdaan wordt, geen gezag en gee-
ne menfchelijke rede toegelaten mag worden; noch
eenige gewoonte, indelling of gebruik geldt, zoodra
men bewijzen kan , dat zij met de Schrift drijdig
is. Deze regel is een gemeene grond voor ons ea
'de Ketters, welke wij zoeken te bedrijden." Maar
ter-
(*) Tractat. contra haerejin de communione haicorum
• fub ittraque fpecie Ofp. T. I. pag. 457.
GESCHIEDENIS. 233
terftond daar op beweert hij, dat de Schrift zich bij v
(lot, ten aanzien van hare aanneming en zekere ver- boek
VII
klaring, in het gezag, de aanneming en goedkeuring /{oofdlh
der algemeene Kerk , bijzonder der allereerlle , ont- na C G.
bindt, welke haar en haar verftand onmiddeliik van P^-^'ïorS»
•' tot 1517.
CHRISTUS, door openbaring van den Heil. Geest .
op het Pinkftcrfeest , en anders meermalen , ontvan-
gen heeft. In een ander gclchrift (*) verzekert hij :
de letterlijke zin der Schrift moet zoo beoordeeld
worden , als de door den Geest ingegevene en ge-
leide Kerk dien bepaald heeft ; maar niet naar ieders
willekeur en verklaring. „ Deze woordelijke zin ,
voegt hij 'er bij , is eerst door Christus en de
Apostelen geopenbaard, en door wonderwerken op-r
gehelderd; vervolgens door het bloed der Martelaren
bevestigd; verders van de Leeraren door hunne be-
wijzen en gevolgtrekkingen tegen de Ketters ont-
vouwd; en daar op door de heilige Kerkvergaderin-
gen bedisfend bepaald geworden. Eindelijk hebben
Kerkelijke en Wereldlijke Rigters tegen die genen
ftraffen verordend, die fl:out genoeg zijn, om zich
aan deze bepaling niet te willen onderwerpen, de-
wijl 'er anders aan het kibbelen en twisten tegen de
waarheid geen einde zou zijn." Zoo geloofden deze
mannen , den Bijbel allen fchuldigen eerbied te bewij-
zen , terwijl zij tevens ieder wilden noodzaken ,
denzelven niet anders te verklaren, dan zoo als de
Kerkvergaderingen 5 die het geloof hunner eeuw in
den»
(*) Prope^tiones de fenfu litterali S. S. et de caufh
Mrrantium tb pag. 3,
P 5
234 KERKELIJKE
V denzelven inbragten, onveranderlijk hadden voorge-
«OF.H fchreven. gerson had zich, gelijk wij hier voor
Hoofcift. g^^ien hebben , niet zeer gunftig uitgelaten over de
Ha C. G gezigten en openbaringen der H. biPvGITTa , maar
jaario73 ^•- ^^^^ andere gelegenheid moest hij, volgens het
tot 1517-^ 00 jy b
,-- heerfchend leerllelfel, des te meer toegeven. Dus
zegt hij in eene zijner Predikatien (*), dat de Heil.
Geest fomtijds in later tijden aan de Kerk uitleggin-
gen der Heilige Schrift openbaart, onder zoodanige
leerdukken telt hij de leer: ila( de Maagd maria
•niet in de erfzonde ontvangen is , ook : dai zij mei
ziel en ligchaam in het Paradijs is. Op dezelfde
wijze is na de invoering van het Feest der geboorte
van den Heil. joannes , de geboorte van onze Lieve
Fromv^ (^Dominae nostrae .,^ door de openbaring
van eene eenige vrouw vastgefteld en meer foortge-
lijke. Voorts is, volgens gersons gevoelen, eene
aïgemeene Kerkvergadering de laatlle beflisfende Rig-
ter in alle geloofszaken, en aan dezelve is de Paus
ondergeichikt.
me, VAN Hoe zeer ook andere verftandige Leeraars van de-
cusa's 2en tijd de Heilige Schrift aan de willekeurige uit-
over de ^^g^'"S ^^^ ^'^^^ » ^^ liever van hare aanzienlijke
ktterder Godgeleerden onderworpen hebben , blijkt uit eene
H.Schnft nierkwaardige plaats van den Kardinaal nic. van
cusA (t). « De geheele Katholijke Kerk kan, naar
zijne verzekering, niet tot de letter der Schrift, maar
wel
(*) Sermo de Conceptione B. Mariac Ftrginis Opp»
T. UI' P. UI. p, I330.
(*) Ep. VII. ad Qler, et Litteratos Bohemiae p. 857.
GESCHIEDENIS. 535
we! tot haren geest verpligt worden; en wanneer de V
letter niet dienftig is tot (lichting en voor den geest, ^^J*
dan neemt zij aan , het geen meer daar toe dient. Hoofdft.
Dus dwalen die genen, die de Kerk met menfche- na C. G.
lijke gronden uit de letter beftrijden willen. Want de J^j j-^^]
Kerk is een tijd lang zonder leiter geweest; Christus ..
heeft de Kerk zonder letter gefticht, dewijl hij niets
gefchreven heefc. De Schrift volgt de Kerk, welke
eer is dan de Schrift, en om welke de Schrift is,
en niet omgekeerd."
Op deze wijs kwam het geloof der Christenen al-jo'NwEs-
tijd neder op het gezag der Bisfchoppen of eigenlijk !|^^^"
van den Paus; evenwel begonnen 'er mannen op te meruitde
ftaan , hoewel flechts enkelde , die op het fpoor Schrift,
kwamen der waarheid , en aantoonden , hoe vele
vreemde leeringen op deze wijze waren ingeflopen;
doch hunne ftem werd niet gehoord, en zij zelve,
deze beminnaars der waarheid en vrijheid , met ver-
kettering en vervolging beloond. De voornaamfte
onder hen was wel joan wessel, hoewel hij ook
BASiLiüS genoemd wordt, misfchien uit vervorming
van zijn' naam ; ook heet hij naar zijn Vader en een
Dorp in Westfaïen ^ waar misfchien zijne voorvaders
geleefd hebben, hermans gesvort of gansfort.
Hij werd omtrent het jaar 1419 te Groningen ge-
boren , en genoot een' tijd lang onderwijs in het
Klooster der Geestelijken des gemeenfchappelijhen
levens bij Zwol. Vervolgens ftudeerde hij te Keu^
lm , waar hij een tegenzin kreeg in de Wijsgeer-
te der Scholastieken, en zich voornamelijk aan die
van PLATo overgaf, en ook andere oude Griek-
fche
336 K E R K E L IJ K E
V fche Wijsgeeren las. Benige Griekfche Monniken
»oEK zullen hem in hunne taal onderwezen hebben. Van
VII
Hoofdft. ^^^"^ hy kennis in het Hehreeuwsch gekregen hebbe,
na C. G, is onzeker , misfchien van eenige Joden. Hij reisde
£ori?^7 vervolgens naar Heidelherg^ om daar de Godge-
■ leerdheid te onderwijzen , doch men liet hem dit
niet toe, omdat hij geen Doctor was in deze we-
tenfchap, en de waardigheid van Doctor wilde men
hem niet geven, omdat hij niet tot de Geestelijkheid
behoorde. Hij keerde derhalve naar Keulen weder,
kwam vervolgens te Leuven^ en eindelijk te Parys^
waar hij i6 jaren heeft doorgebragt, en de Wijs-
geerige partijen zocht te vereenigen, maar zelve een
Nominalist werd. Men verhaalt, dat hij daar of te
Bazel van nabij bekend is geworden met ^qw Kar-
(linaal franciscus de la RovERE,en dat hij zich,
toen deze in het jaar 1474 onder den naam van six-
Tus IV tot Paus verkoren was , te Rome bevonden
heeft; de nieuwe Paus had hem vrijheid gegeven,
om eene gunst van hem te verzoeken, en wessel
verzocht eeniglijk om een handfchrift van den He-
breeuwfchen en Griekfchen Bijbel uit de Fatikaafh-
fche Bibliotheek; en als de Paus hem uitlachte, om-
dat hij niet om een Bisdom of eene rijke Prebende
verzocht had , had wessel geantwoord : dat hij
niets meer noodig had (*); fommigen echter twij-
felen aan de waarheid van dit verhaal. Toen wës-
SELS vriend, jan van wezel, van de Inquifiteurs
ver-
(•) UBno EMMius Effïgies et Vitae Profesforum Acad.
Groningae et Omlandiae p. 18.
GESCHIEDENIS. 437
vervolgd werd, was wessel ook bekommerd, maar V
de ongemeene genegenheid der Bisfchoppen van ^^^^
Utrecht en Munfler jegens hem , fchijnen hem daar- Hoofdft.
tegen beveiligd te hebben. Hij overleed in het jaar na C. G»
1180 (*). Jaario73.
^^^^ ^ J' ^ tot 1517.
wessel werd wegens zijne groote en uitgebreide 1
geleerdheid, gepaard met ongemeene godvruchtig- •
heid, genoemd het licht der wereld^ (^lux mundi;')
maar zijne partijen , wier duisternis hij zocht te ver-
drijven, noemden hem leermeester van tegenfirijdig-'
heden ^ (^Magister Contradictlonum.^ De Akade-
mifche Leeraars , en inzonderheid de Monniken ,
namen het euvel, dat hij den Heiligen thomas en
andere helden der School , als ongeleerde lieden ,
verachtte, aristoteles zonder verfchooning aan-
tastte, en over het geheel van de geheele Wijsgeerig-
Godgeleerde kraam van zijne eeuw, en zelfs van
het Kerkelgk leerllelfel merkelijk afweek. Ook voor-
zeidc hij aan eenen van zijne vrienden, dat de lijd
naderde, dat al die bewonderde Schoolfche Leeraars
op derzelver eigenlijke waarde zouden vernederd
worden. En wijzen zijne fchriften genoeg uit, dat
hij de kennis van den Godsdienst uit den Bijbel
poogde af te leiden , zonder zich aan de toenmalige
voorgangers te kreunen ; bijzonder zijne verhandelin-
gen: de dignitate et potestate ecclefiastica ; de Sa-
cramento Poenitentiae , et quae fint claves Ecclefiae ;
guae fit vera Communio Sanctorum , de thefaura
Ecclefiae ^c, de Furgatorio^ in zijne verzameling
van
(*) c. H. GÖTZE Comnient. deJo.JVesfelo Lubecae 17 19.
23» K E R K E L IJ K E
V van Verhandelingen, gedrukt onder den titel: Far'
BOEK ^ago rerum theologicarum,
Hoofdft. JAN VAN WESEL, (gemeenlijk joannes de ve*
na C. G. SALIA genoemd ,) een vriend van jan wessel , ver-
J^^^J°[^" dient naast dezen geplaatst te worden, omdat hij
I insgelijks den Godsdienst der Christenen alleen uit
JAN VAN de Heilige Schrift afgeleid wilde hebben. Eigenlijk
heette hij jan burghard; maar was te Wezel ge-
boren. Hij onderwees een' tijd lang de Theologie
op de Hooge School te Erfurt i waar hij in het
jaar 1456 Doctor in deze welenfchap geworden
was ; en luther verzekert , dat hij uit deszelfs
Boeken , met welke hij deze Univerfiteit befluurd
had , Magister is geworden. Naderhand werd hij
Prediker te Worms; maar hier fcheen hij van ^ be-
velen van den Paus, van het Vasten en van den
Aflaat, dwalingen te leeren. De Thomisten hadden
deze gevoelens uit zijne Predikatien verzameld , en
eenige aanhangers van den Pausfelijken Stoel bragten
het zoo ver, dat hij in het jaar 1479 ^^ Mentz ter
onderzoek van zijne dwalingen verfchijnen moest ,
hebbende de Aartsbisfchop diether , uit vrees voor
den Paus, aan de Univerfiteiten van Heidelherg eiï
Keulen gefchreven , dat zij ten dien einde eenige
Godgeleerden derwaarts zouden zenden. Ook kwa-
men 'er verfcheidenen , en onder dezen twee Domi"
nikanen en Inquijiteiirs van Keulen» Volgens eene
lijst van de leerftellingen , over welke men hem te
regt flelde, gevoegd achter de Chroniek van Auers*
herg^ {Chronicon ylbbatis Urspergenfts ^^ Z2l] jAlSf
van \v£zel aan de Prelaten het regt ontzegd heb-
ben.
GESCHIEDENIS. 230
ben , om wetten te geven, dewijl Christus den y*
Apostelen enkel bevolen heeft, om het Euangelie te boek
verkondigen. Ook geleerde en wijze Christenen Hoofdft
zouden , naar zijne meening , niet geregtigd zijn , na C. G.
om de woorden van Christus te verklaren , het- tot^j^jf'
welk CHRISTUS alleen doen kan. De y^fiaat was — — —
volftrekt niets bij hem; aan de Glosfe gaf hij geen
geloof; even zoo min aan de fchriften der DoctO'
ren , zelfs der Heiligen. Van de Kerkelijke geboden
oordeelde hij , dat zij niet zoo fterk verpligten , dat
men zou zondigen met ze niet te houden. Hij ont-
kende, dat in de woorden: U^v Koningrijk kome !
om het Hemelrijk gebeden wordt, dewijl dit niet tot
ons komt. Hij erkende, dat zelden twee geleerden,
zelfs in het geloof, met malkander eens zijn; nie-
mand houdt het met mij , zegt hij , behalve het Eu-
angelie, waar wij allen eens zijn. God heeft, naar
zijn voorgeven, van Eeuwigheid een Boek gemaakt,
in hetwelk hij alle zijne uitverkorenen heeft opge-
fchreven; niemand hunner wordt daar in uitge-
wischt. Dezen worden alleen door Gods genade
zalig; en al wilden alle Priesters hen verdoemen of
in den ban doen, zij worden evenwel zalig; zoo
als die geen, wien God verdoemt, door alle Pries-
ters en door den Paus zelven niet zalig kan wor-
den. Hij vreesde, dat de toenmalige Doctoren de
Heilige Schrift verkeerd en flecht verklaarden. Al-
leen eendragt en vrede, zegt hij, maar niet de Paus
en de Geestelijkheid, konden iets tot zaligheid toe-
brengen. Wie de wereldlijke magt of overheid we-
derftaat, verzet zich tegen de ordening van God.
Al$
t^ KERKEL^KB
V Als PETRUS het vasten zou ingefteld hebben, dan
BOEK zou hij zulks misfchien gedaan hebben, opdat hij
Hoofdft. ^y^' visch des te beter zou kunnen verkoopen,
na C. G. CHRISTUS heeft geen vasten voorgefchreven , noch
t n^Ir' ^^"'ö^ ^^^'"^ ^^" fpijzen verboden. Het heilig olijfel
m . is niet beter dan gemeene olie, welke men eet.
CHRISTUS heeft ook geen Feestdag bevolen te vie-
ren ; hij heeft geen gebed geleerd , dan het Onze
Vader i hij heeft geenszins aan de Priesters gebo-
den , de zeven Canonieke uren te zingen of te le-
zen. In de Mis heeft petrus de teekenen alleen
door bet Onze Vader gewijd, en gebruikte ze ter-
flond daar op met anderen; maar thans moet de
Mispriester een uur lang en meer in de koude flaan,
tot nadeel van zijne gezondheid. De Heilige Kerk
heeft geen vasten ingefteld, noch in de vastentijd de
bruiloften verboden. Thans legt men aan hun, die
biechten , tot eene boete op , dat zij naar Rome , of
eene andere afgelegene plaats, 'm bedevaart gaan, een
ftreng vasten waarnemen, en vele gebeden opzeggen
zullen; maar christus heeft alleen gezegd: ga heen
en zondig niet meer! Zoo is de Christenheid door
menfchelijke wetten bezwaard geworden. De Heil.
Schrift zegt niet, dat de Heil. Geest van den Zoon
van God uitgaat. Die naar Rome te bedevaart gaan,
zijn dwazen, zij konden t'huis vinden en hebben,
wat zij elders zoeken. Eindelijk wilde hij in de
^postoïifche Geloofsbelijdenis , bij de plaats: eene
Heilige Kerk , het woord : algemeene niet bijgevoegd
hebhen , gelijk ook hieronymus niet gedaan had ;
omdat de algemeene Kerk, of de algemeene vergade-
ring
GESCHIEDENIS. 241
ring van alle gedoopten geenszins heilig is ; maar V
veel meer het grootje getal daar van onder de ver- ^°^^
vvorpenen behoort. Hoofdft.
Nadat de buitenlandfche Godgeleerden te Mentz na C. G.
bijeen waren gekomen , nam het Kettergerigt over l^^ j _ ^ z.^
JAN VAN vvESEL , die ondertusfchen in het Francis' «
kaner Klooster gevangen zat, eenen aanvang. Voor-
af had hij onder eede moeten beloven, dat hij alle
zijne Ichriften zou overgeven , opdat hij uit dezelve
overtuigd zou kunnen worden., Eene langdurige
zware ziekte had hem verzwakt, evenwel behandel-
de men hem met den driftigften Ketterijver. Hij ont-
kende fommige dingen gezegd te hebben , andere
zocht hij goed te verklaren , terwijl hij zich ver-
geefs op zijn' ligchauras-toefland beriep. De oogge-
tuige , die dit verhaalt , merkt aan , dat hij , de eeni-
ge ftelling van den uitgang des Heiligen Geestes uit-
gezonderd, ten aanzien der overige geene zoo ftren-
ge beoordeeling verdiend had; men had Hechts een
langer uitftel moeten bewilligen , en hem een' raad-
gever tocdaan; ook hadden al zijne partijen niet van
den tcgengeftelden wijsgeerigen aanhang , ( de via
ReaUum^^ moeten zijn. Zoo de Monniken niet
van de begeerte gedreven waren geweest, om over
eenen Wereldlijken Geestelijken , bijzonder zulk
eenen , die hunnen thomas niet vereeren wilde , te
zegepralen , dan zou men zachter en genadiger met
hem hebben kunnen handelen. 'Er waren zelfs on-
der de aanwezende Godgeleerden fommigen , die hun
misnoegen over de hem ' afgedrongene herroeping en
het verbranden van zijne Ichriften betoonden , en
XVni. Deel. Q een
S4« K E R K E L IJ K E
V een van hen verzekerde , dat de meeste hem te-
BOEK gengevvorpene Artikelen zich heel wel lieten ver-
Vil
Hoofdft. dedigen. luther, die *smans fchriften zoo vlij-
na C. G. tig gelezen had , voegt *er bij : dat men ook dit on-
J^J"°J3' der zijne dwalingen gefield had, dat hy niet wilde
. * zeggen : Ik geloofd dat V een God is ; maar : Ik
weet , dat V een God is, Hoe het zij , hij werd voor
een' Ketter verklaard, en in het Augustiner Klooster
te Mentz opgefloten , alwaar hij kort daar na gellorven is.
Zoo ging het meer anderen , die reeds in de XI Vde
maar menigvuldiger in de XVde eeuw denzelfden
weg betraden, joannes tauler, joannes wik-
LEF, JOANNES HUS , THOMAS VAN KEMPEN, HIE-
RONYMUS SAVANAROLA cnz. , vvelke ons op eene
andere plaats zullen voorkomen. Maar jan van
GocH, dus naar zijne vaderftad in het Hertogdom
if/f^/ genoemd , die eigenlijk pupper heette, mag
hier niet met ftilzwijgen voorbijgegaan worden. Hij
was een Priester te Mechelen , waar hij ook een
Nonnenklooster naar den regel van augustinus ge-
fticht had, wiens Prior hij was, en is in het jaar
1475 daar overleden. Men noemt onder zijne fchrif-
ten bijzonder de volgende: van de vrijheid van den
C'iristelijken Godsdienst; van de waarde der Heil.
Schrift; van de fchriften der Scholastieken; vanden
flaat der zielen na dit leven; van de wederherftel-
ling des menschdoms door Christus en van de
Monniks geloften, walch (*) heeft de beste be-
lig-
(*) Fascic. iV. Monumenioi'. niedii aevi. Pvisf. p. XIII*
(i P' 73-239.
GESCHIEDENIS. «43
rigten van hem verzameld, en onder anderen eene V
Zamenfpraak, van hem opgefteld, in het licht ge- ^°^*
bragt : De quatuor errorihus circa legem euavge- Hooidft,
licam exortis , et di vofis et religionibus fictitiis ti^ C. G.
Dialoi^us, In welke hij vooraf belooft, alles enkel Y^^\°J^'
en alleen uit de bron der Kanonieke fchriften ie ^
■zullen afleiden , terwijl derzelver gezag alleen omvC'
derfprekelijk is. De dwalingeft , welke in deze za«
menfpraak opgegeven en wederlegd worden , zijn :
De eerfle, wanneer met de Euangelifche Wet de
waarneming der Blozaifche verbonden wordt. De
tiveede was de dwaling der genen , die de volmaakt-
heid van het Christelijk leven alleen in het geloof
flellen, en de geloofswerken voor noodeloos hou-
den. De derde dwaling vindt hij in de Pelagiaan'-
fche Ketterij, ecne Ketterij, zegt de Schrijver, welke
wel van de Kerk veroordeeld, en met vele getuige-
nisfen der Heilige Schrift verworpen is geworden ,
maar welke nog in veler harten te vinden is. Da
vierde dwaling heeft bijzondere betrekking op de
Monniken en derzelver geloften. Velen, zegt hij,
zijn zoo dwaas, van te gelooven, dat tot de vol-
making der werken van de Euangeliewet de ver-
hindtenls van eene gelofte noodig is ; maar waar
door zij de Euangelifche Ji'ijsheid in eene verbin-
dende dienstbaarheid veranderen; niet ver van het
Farizeefche Bijgeloof verwijderd zijn, en met de
Ketterij van pelaghjs grootendeels o vereen ftc mm en,
vervolgens wordt dit onderwerp geflaafd tegen de
gezegden van den Heiligen thOiMas en de uitzon-
deringen der ThomisteiJ.
Q 2 Soort-
144 K E R K E L IJ K E
V Soortgelijke meer doorzigtige mannen konden in-
BOEK tusfchen weinig nut ter wezenlijke verlichting des
Hoofdft. volks ftichten door hunne fchrifren, omdat dezelve
na C. G. doorgaans in het Latijn waren opgefteld ; meer
£ t^i^^?" vrucht konden gedrukte Overzettingen des Bijbels
in de gewone moedertaal te wege brengen. En
Overzet- nogtans ontrieden zelfs lieden van geest en vrijmoe-
deuBijbel ^^g'^^id dezelve. Men moet , zegt gerson , de
Overzetting van den Bijbel in onze taal verbie-
den (*). Hij vreesde, dat door het onbepaald vrij
lezen der Heilige Schrift eene ijdele nieuwsgierig-
heid en neiging tot zonderlinge gevoelens al te veel
voedfel zou ontvangen. Ook toont hij niet duister
zijne bekommering, dat het heerfchend leerftelfel der
toenmalige Kerk daar door te veel gevaar zou loe-
pen (f).
Geheel anders dachten twee Engelfche Geestelij-
ken en Tijdgenooten : jan vviklef en jan trevi-
SA , die beide den Bijbel in de taal van hun vader-
land hebben overgezet. Van den eerden zullen wij
in het vervolg fpreken; trevisa, een Priester uit
Cornwall^ omtrent het jaar 1387, is minder bekend
d:in hij , maar geeft hem in edele wijze van denken
niets toe. hendrik wharton geeft van hem be-
rigteii , en houdt zijne Bijbelvertaling voor dezelf-
de, welke te Londen in het jaar 1550 in i2vo on-
der
(*} Lectlo altera contra vanam ciiriofitatcm Opp»
Tom. I. P. I. p. 105.
(j) Decem Confiderationes Princïpihiis et Dominis uts-
, lisjïinae CoufiJ. V. Opp. Tom, IV- P. II. p. 623.
GESCHIEDENIS. 245
der den naam van vviklef gedrukt is (*). — v
Men heeft ook nog meer fporen van Bijbelverta- ^^^^
lingen in levende fpraken uit deze eeuw ontdekt. Hoofdït.
usHER (t) gewaagt uit een oud handfchrift , dat na c. G,
TAKOB MEERLAND den /^cheekn Bijhei in het Ne- F^rio^s.
- , tot 1517.
derduitsch heeft overgezet , dat hij deswegeus bij ■
den Paus is befchuldigd geworden, maar dat die,
na zijn werk onderzocht te hebben , hetzelve heeft
goedgekeurd. Men heeft naauwkeuriger berigten
van Franfche Overzettingen. De oudfte van alle
heeft GüiARS DES moulins, van het jaar 1291 af
tot het jaar 1294 , doch eigenlijk alleen van de His-
torifche Boeken des Ouden en Nieuwen Testaments
vervaardigd, waar bij naderhand de meeste overige
Boeken gekomen zyn. — karel V, die federt het
jaar 1364 regeerde, liet door den Superior van het
Concilie van Navarre , en Doctor der Godgeleerd-
heid, nicolaus oresme , eene andere zoodanige
Overzetting bearbeiden , doch welke meestal de voor-
genoemde volgde. Sedert hebben meer anderen daar
aan verbeterd; eene nieuwe Bijbeloverzetting, of
liever omfchrijving , bragt jakob le grand , een
Paryfchs Godgeleerde, in het jaar 1462 tot (tand.
De eerrte gedrukte uitgave der Overzetting van
guiars DES MOULINS kwam , op bevel van karel
VIII, nog voor het jaar 1491^ in het lichte
Van ItaliaanfcJie Overzettingen is de oudfle, die
nog
(*) Auctar. Hiit. Dogiuat. Jac. Usfen'i. de faiptinis
fi facris veniaculis p. 424-438. eet.
(t) /. c. pa§. 165.
Q3
246 K E R K E L IJ K E
V nog voorhanden is , van nicolaus malermi , een*
'v^'r Venetiaanfchen Benediktijner Monnik, in de tweede
Hoofdil. ï^slft ^^^ XlVde eeuw gemaakt, en het eerst in het
na C. G. jaar 1471 , en weder in het jaar 1477 gedrukt. Ook
tot^i^i?* ^^''^" '^^ Spaanfche Overzettingen in den KastUi'
- aanfchen en andere tongvallen, federt de gemelde
eeuw, doch welke men minder kent.
Bekend en merkwaardig zijn verfcheidene Hoog-
duitfche Bijbelvertalingen van deze eeuw. De Kei-
zer en Koning van Bohemen , wenzel , die federt
het jaar 1378 op den troon zat, liet 'er eene van
het Oude Testament vervaardigen , en dezelve in
een Handfchrifc op Pergament in drie Deelen in
groot Folio, met wonderbare pracht van prenten en
verguldfel verfierd, bewaren , welke door lambe-
cius befchreven is (*). In de XVde eeuw kwam
'er eene Overzetting in het licht van eenen Onbe-
kenden, welke meermalen is gedrukt geworden. Ook
zijn 'er in deze eeuw JSIederduitfche Bijbeloverzet-
tingen eenigemalen gedrukt , welke gelijk ook de
voorgaande merkwaardig zijn , voornamelijk om ver-
fcheidene daar in voorkomende plaatfen, uit welke
blijkt, dat men thans reeds met meer vrijmoedigheid
omtrent den Paus en de leer der toenmalige Kerk
begon te denken en re fpreken.
Men zou echter te overhaast befluiten , indien
men uit deze arbeidzaamheid omtrent den Bijbel
wilde afleiden , gelijk fommige Roomschgezinde
Schrijvers na de XVide eeuw hebben willen bevvee-
ren,
(*) Bihl. Cccftir, Findubon. L, II. p. 749. fq.
GESCHIEDENIS. 247
ren, dat het lezen en het beoefenen der H. Schrift V
door deze Bijbelvertalingen ook voor den gemeenen "^^*
man gemakkelijk gemaakt zij geworden. Immers, Hoofdll.
dezelve waren meest een arbeid van lediggaande i^a C. G»
Monniken , en op verzoek en last van Vorsten , JqJ'^J?!?*
Bisfchoppen enz. vervaardigd , en prachtig verfierd , .
en werden in de Boekerijen der Bisfchoppen, Ka-
nunniken enz. als zeldzaamheden geplaatst, ook wa-
ren zij naar de gebrekkelijke Latijnfche Vertaling en
in eene ftootende dikwijls onverftaanbare taal ver-
vat. De Leeken mogten den Bijbel niet lezen, ge-
lijk zij 'er nooit toe werden opgefpoord, zij moes-
ten zich vergenoegen met de geboden der Kerk; en
zelfs de Geestelijken konden van het lezen des Bij-
bels geen voordeel trekken , dewijl zij zich moesten ■
houden aan den zin, die door de Kerk bepaald was.
Behalve ja boven de Heilige Schrift werden Open- De open-
haringen^ welke men voor Goddelijk hield, a^nge- y^J"^|u
merkt en gebruikt als een bron van kennis van den hilde-
Godsdienst. Deze Openbaringen , welke men in de ^^^ï^'^^s.
gefchiedenis van deze eeuw (lap voor ftap ontmoet,
bepaalden zich wei meest tot voorfchriften voor de
Ordens van Monniken , de bevestiging van hunne
heiligheid en wonderwerken, kleeding en andere ora-
flandigheden , evenwel dewijl men niet twijfelde, of
zij waren Goddelijke Openbaringen, werd ook alles
aangenomen , wat zij behelsden , en wanneer bij
voorbeeld , de Maagd maria , aan eenen Generaal
der KarmeUten verzekerde, dat elk, die in een fca»
pulier van die Orde flierf, zekerlijk zalig was, wer-
den velen van de moeite, gelijk zij geloofden, ont*
9 4 fla-
848 K E R K E L IJ K E
V flagen , om aan hunne bekeering te arbeiden. —
BOEK Onder anderen zijn .wegens zoodanige Openbarin-
Hoüfdft. S^" ^" ^^^ midden der XÏIde eeuw vermaard gewor-
na C. G, den twee Duitfche Nonnen , de beroemdlte van
jaario73. ^^jjjg ^^ Heilisie hildegardis was. Deze kwam
tot 15 17. °
— —«-, in het jaar 1099 te Bockelheim in het Graaffchap
Sponheim ter wereld. Haar Vader hildebert ,
een Edelman aan het Hof van gemelden Graaf,
bragt haar in den ouderdom van vijf jaren in het
Klooster Difihodenherg^ in het voormalig Vorsten-
dom Tweebruggen, Hier een tijd lang Non en ver-
volgens Abdis geweest ziinde, flichtte zij met iS
van hare Zusters op eenen Berg aan de Rivier
Nahe, tegen over de ihd Bingen^ in het Aartsbis-
dom B'Ientz, een nieuw Klooster, waar zy naar
den Regel van den Heiligen benedictus leefde.
Men noemde dit het Klooster van den H. robert ,
of RUPRECHT , bij Bingen , ( /;; Monte S. Robert i
de Pinguia , of in Pingis , ) omdat aldaar het graf
zijn zal van den Heiligen ruprecht. Vorst der
Bingiomn , ten tijde van den Frankifchen Koning
pipiN. HILDEGARDIS kreeg niet alleen den naam,
dat zij vele wonderen verrigtte,* maar zij beroemde
zich ook, dat zij reeds in hare vroegfle jeugd open-»
baringen van God ontvangen had. Bijzonder in het
jaar 114I5 zoo als zij zelve in de Voorrede voor
de Verzameling van hare Openbaringen verhaalt ,
kwam over haar uit den geopenden hemel een vurig
licht van grooten glans , welk haar gehecle brein ,
hart en borst doordrong, gelijk aan eene niet bran-
dende, maar alken verwarmende vlam. Nu verllond
zy
GESCHIEDENIS. 249
zy op déns de geheele Heilige Schrift , zonder dat V
zij dezelve uit de Spraakkunde zou hebben kunnen *°^-'''
verklaren ; ook had zij flechts , zoo als andere voor- Hoofdft;
name jonge Dochters in de Kloosters , van eene na C. G,
Non de Pfalmen leeren lezen, (namelijk in het L'X'il^l^ll'
^ •' tot I5Ï/»
tijn. ) TRiTTENHEiM vocgt 'er nog bij , dat zij , —
alhoewel ia de gemelde taal geheel vreemd, evenwel
federt in deze taal hare fchrifcen opgefteld heeft.
Hare gezigten , zoo vervolgt zij zelve , werden haar
niet in droonien , of in den flaap , of in eene geest-
bedwelming, of met ligchamelijke oogen , noch met
de ooren van den uitwendigen mensch , gegeven ;
maar zij ontving ze wakende en verflandig in een
rein gemoed, met de oogen en ooren van den in-
wendigen mensch, op openbare plaatfen, naar den
wil van God. Hoe het daar mede toegegaan zij,
was voor den vleelchelijken mensch heel zwaar, om
te onderzoeken.
Terwijl hildegardis van het jaar 1141 af, de
haar gefchonkene Openbaringen tien jaren achter elkan-
der bijeenverzamelde , welke verzameling zij Scipias
noemde , welk woord men verklaard heeft , door
fciens vias^ kwam de Heilige bernhard, in het
jaar 1147, in Duiischland , om het kruis aldaar te
prediken. Te Bingen gekomen , liet hij zich dit
gefchrifc der Abdis vertoonen, las het vlijtig door,
en zeide vol verwondering tegen zijne reisgenoo-
ten: „ Dit gefchrift is iiiet van menfchen uitge-
„ vonden; ook kan geen flerfelijk mensch het be-
„ grijpen, ten zij hij inwendig en in zijne ziel door
,, de liefde tot gelijkvormigheid met God vernieuwd
Q5 „is."
ifp KERKELIJKE
V „ is. " De Proost van het Klooster antwoordde
»oRTt hem, dat, het gene hij zeide, waar was; alleen
Hoofdft. ^^'^ Geleerden en Ongeleerden , Monniken en We-
na C. G. reldlljken plaagden de ziel van deze dienaresfe van
Jaario73. curistus door dagelijkfche tegenwerpingen ; zij
„ praatten van herfenfchimmen; ( cerebri phantasmata ^')
of van bedriegelijke verbeeldingen , welke booze
geesten deze ongeleerde vrouw toezonden. Maar
KERNHARD fprak dc magtfpreuk: dat hij zich niet
verwonderde, dat de genen, die in de zonde flapen.
Goddelijke Openbaringen voor drooracn hielden; de
Apostel had toch reeds geleerd: dat de natuurlijke
mensch niet kan begrijpen de dingen, die des Gees-
tes Gods zijn enz. De goedkeuring van bernhard
gold bijna zoo veel als de goedkeuring van den
Paus, en ook deze volgde kort daar na. eugenius
III, die zich doorgaans door den Abt bernhard
liet leiden , van de Openbaringen van inLDEr;/\RDis
gehoord hebbende, liet onderzoek naar dezelve dotn
en fchreef aan de Heilige Abdis, met eene volko-
mene toefteraming, dat hij hare Openbaringen voor
Goddelijk hield , alleen met eene vermaning , om
daar onder nederig te blijven. ïlij niet alleen, maar
ook verfcheidenen van zijne opvolgers, de Keizers
koenraad I en fredrrik I, en andere aanziene-
lijke perfonen , bevalen zich in hare voorbidding
aan, en verwaclitten goddelijk onderwijs uit haren
mond. ERRNiïARD had alle reden, om danhbaar
aan haar te zijn, alzoo zij eenigen tijd te voren aan
hem gefchreven had , zijnen ijver ter bevordering
van de kruisvaart prijzende, en hetn verzekerende,
dat
GESCHIEDENIS. 251
\.ht zij hem twee jaren geleden als een* man in de V
zon flaande gezien had. Dus leefde hildegardis ^^^-*
tot het jaar 1180, ook zich bezig houdende met Hoofdft.
het opftellen van andere fchriften in de Latijnfche ia C. G.
en Duitfche Taal, gregorius IX en innocentius ^^^j. ir\V
IV lieten in de volgende eeuw hare wonderen on- -■
derzoeken, waar over men zich niet zeer behoeft te
verwonderen , want fchoon de Paufen zelve geene
wonderen deden en niet ligt onder de Heiligen ge-
rekend werden , zij beoordeelden nogtaiis de won-
derdoeners en heiligen alleen dan gunftig, wanneer
dezen niet van het Geloof der Kerk afweken. Al-
hoewel het niet blijkt, dat hildegardis gecanoni-
zeerd is geworden, evenwel heeft zij eene plaats
verkregen onder de Heiligen van hare Kerk , en ook
in het Roomfche Martelaarsboek op den i7den Sep-
tember.
Wanneer men de verzameling der Openbaringen,
welke zij zelve heeft nagelaten, en welke met die
van de Heilige elizabeth zamen in druk gegeven
zijn: (^Revelationes SS, Firginum^ Hildegardis et
Elifahetha Schoen augi enfis ^ Ord. S, Benedict, Col,
Agrijjp. 1628 in foJ,^ inziet, dan moet men zich
verwonderen en medelijden hebben met zoo vele
Godsdienstleeraren van dien tijd, die zulk een men-
gelmoes voor Goddelijke Openbaringen hebben kun-
nen houden. In eene vvijdloopige verfchijning bij
voorbeeld , en verklaring van dezelve , werd haar
de leere van het H. Avondmaal ontvouwd (♦). Zij
zag
(*) Libr. II. Fifio Sexta p. 58-80.
25» K E R K E L IJ K E
V zag de Kerk in de gedaante eener vrouw onder-
BOEK trouvvd worden met den aan het kruis hanffenden
Vil
Hoofdft. Verlosfer; bij het vieren van het Avondmaal Enge-
na C. G. len tegenwoordig zijn; en tot het gebruik van het-
jaario73 j viifderlei foort van menfchen toetreden. Som-
tot 1517. -^
„ migen helfchitterend naar het ligchaam , en vurig
naar de ziel ; anderen naar het ligchaam bleek , en
donker naar de ziel; nog anderen harig naar het
ligchaam en naar de ziel van vuiligheid Hinkende;
verders anderen het ligchaam omgeven met heel
puntige dorenen, en melaatsch naar de ziel; einde-
lijk ook zulken , die bloedig waren naar het lig-
chaam , en die naar de ziel aan een rottend dood
aas geleken. Ook leerde zij door deze Openbaring,
dat het Sacrament des Avondmaals, ter eere der
Drleèenheid gevierd moet worden, met brood ^ wijn
en water , dewijl elk van deze eenen perfoon der
Godheid aanwijst ; ook dat men in hetzelve zoo
wel het ligchaam als ook het bloed van ciiaiSTUs
moet ontvangen: maar dat het eerfte, indien de
Priester voor het florten van het bloed bevreesd is,
even zoo wel genoegzaam is, als dat men aan kin-
deren brood geeft en wijn onthoudt; voornamelijk,
dewijl buitendien met het vleesch des Zahgmakers
zijn bloed onaffcheidbaar verbonden is.
Wil men eene Proeve van Taal en Stijl van deze
Openbaringen , dan zij dit volgende genoeg , waar
in de verfchillende kleuren verklaard worden van de
vrouwelijke gedaante, door welke de Kerk afgebeeld
wordt ; Qj^od amun vides , qiioniam a gutture ,
usque ad timbiUcum ipfitii imaginis quidam alius
fplen-^
GESCHIEDENIS. 253
fphndor riibei co/oris eam circumdat; hoc est, guia V
post doctriiiam Apostolorum cum Ecclefia ita robo- ^^^^
rata est , quod falutarem cihtim veraciter vahiit dis- f^oofdf!
cernere, et eum ad interiora fortitudinis fuae trans- na C. G.
inittere ^ furrexlt nohilisfima perfectio Ecc/e/iasticae ^^^'^^°^^'
' ■' j r j j j^j 1517.
Keligionis , guae fiipernam dulcedinem flagranti ar- _«___
dor e degustavit ^ et fe asperrme conflringens ad
coctionem fecretioris fortitudinis [e tetendit ; non ia-
men ad divifionem carnalis amaritudinis perveniens ,
qiioniam copulam humanae conjunctionis abiecit ,
etc. (♦)
niLDEGARDis begon in haar 65(16 jaar , of in
het jaar 1163, nog een ander dergelijk werk, (Z/-
ber divimrum operttm fimplicis hominis , ) te fchrij-
ven , hetwelk insgelijks Openbaringen bevatte , welke
zij gehad zou hebben. Buitendien heeft zij nog het
een en ander gefchreven.
Hare Tijdgenoote , de Heilige elisabeth , Abdis Openba-
van het Klooster Schonau in het Aartsbisdom Trier, ^'"S^n
' vsn de H,
niet ver van den Rhyn gelegen , is op dezelfde wij- f.lisa-
ze beroemd geworden. Van haar 23n:e jaar af, of ^^'^^*
federt het jaar 1152, viel zij, gelijk haar Broeder
ECKBERT, Abt van het naburig j5f«é'^/c//;>;£'r Kloos-
ter Schonau, verhaalt (f), inzonderheid op Zon-
en Feestdagen, in verrukkingen, onder welke God
haar buitengewone dingen zien liet. Weder bijge-
komen zijnde, bragt zij eenlge gewaande Goddelijke
woorden voort in de Latijnfche taal , alhoewel zij
van
O L. II. Fifio quinta p. 45.
(f) Pro/ogus in Librum Fijiunum Elifabeth, Firginis cct.
254 K E R K E L IJ K E
V van die taal weinig geleerd had, en over het geheel
BOEK ongeleerd was ; doch alzoo zij fchroomvallig en de-
Hoofdft. nioedig was , wilde zij Hechts weinig van dezelve
na C. G. bekend maken ; evenwel verhaalde zij ze , op bevel
»^!"^^^' van eenen Abt, aan haren Broeder.
■ I ■ De verzameling van hare gezigten is in vijf Boeken
afi;ei1eeld , van welke de twee eerften bijzonder rijk
zijn in afwisfelende tooneelen van deze natuur. Dan
verfchrikt of verzoekt haar de booze geest in veler-
lei gedaanten, dan, en wel dikwijls, verfchijnt haar
de Heilige Maagd in ongemeenen glans, ook wel
verzeld van andere Heiligen. Zij ziet den Heiligen
Geest, als eene duive, geheeld. Engelen, eeiie me-
nigte verftorvene Heiligen , velen van de elfduizend
Maagden enz. In het vierde Boek is het volgende
aanmerkenswaardig. Op het Feest van maria's
Hemelvaart had zij aan de Heilige Maagd, op aan-
fporen van eenen Monnik , gevraagd : of dezelve
met de ziel alleen , of ook met het ligchaam ten
Hemel gevaren was. Dit kon zij van haar niet te
weten komen; maar in het volgende Jaar, op den-
zelfden dag, werd zij door een gezigt, hetwelk een
Engel haar verklaarde , onderrigt , dat maria op
den veertigfien dag na haren dood opgeftann, en
dus naar ziel en ligchaam in den Hemel was inge-
gaan, wordende van den Zaligmaker met vele dui-
zenden Engelen ingehaald. Doch de Heil. Maagd,
die zich kort daar op zelve aan haar vertoonde ,
liet haar niet toe, om dit aan anderen, dan aan
hare vereerderen, bekend te maken.
Men leest wel niet, dat de Openbaringen van
EU-
GESCHIEDENIS. 255
ELISABETH van ecnen Paus of Heiligen van dezen V
tijd, voor echt verklaard zijn geworden , maar hare 1°''''^
verbindtenis met aanzienelijke geestelijken, voornanie- Hoofdfï.
lijk met de Heilige hildegardis, benevens de heer- "^ C. G,
fchende fmaak dier tijden, fchijnen op hare gezigten '^^'^^°^^*
den ftempel van geloofwaardigheid gezet te hebben, *
De Abdis ondertusfchen , die in het jaar 1165 over-
leden is , fchijnt een ziekelijk en angstvallig mensch
geweest te zijn , wier verbeelding ongemeen verhit is
geweest , en zelfs heeft het het voorkomen , dat
eenige Monniken en haar Broeder zelve , op hare
verfchijningen op menigerlei wijzen gewerkt hebben.
Deze zoogenoemde openbaringen hadden alle drek- Kerkelij-
king om de heerfchende denkbeelden en Godsdienst- !^^ 9^^
oefeningen te flijven, wier hoofdlleuijfel evenwel de
Pausfclijke Wetten en de daarvan afhankelijke be-
Ihiiten der Kerkvergaderingen vi^aren. Sedert eeu-
wen was men reeds in de verbeelding, dat de regt-
zinnigheid van het Geloof aankwam op de leer van
de Goddelijke Drieeenheid , zoo als die bepaald was
door de Kerkvergaderingen, en dat de Regtzinnig-
heid volmaakt was, wanneer het voorgefchreven ge-
bruik der Kerkelijke Sncramenten hier mede gepaard
ging. Alles derhalve, wat bang was voor Ketterij,
hield zich aan de GelGofsbsHjdenis der /Apostelen en
de overige Geloofshelijdemsfen ; terwijl de Geeste-
lijkheid de Kerkelijke gebruiken dagelijks alom leer-
aarde. iNNOCENTius III heeft een gedenkftuk van
zulk eene onveranderlijke Kerkelijke Regtzinnigheü
aan zijne geloovige onderdanen nagelaten op de al-
se-
«56 K E R K E L IJ K E
V gemeene Kerkvergadering van Lateraan in het jaaf
BOEK 121 < van dezen inhoud:
Vil
Höordft, 5» Wij gelooven vastelijk," zoo luidt de eerfle
na C. G. Canon van deze Kerkvergadering , „ en belijden
j aan 073. ed^voudi^lijk, dat 'er een eeni^ waarachtig God is,
tot 15 17. . .
. eeuwig , oneindig , onveranderlijk , onbegrijpelijk ,
almagtig en onuitfprekelijk , Vader, Zoon en Heil,
Geest; ^vel drie Perfonen ; maar één Wezen, ééne
Zelfftandigheid , of allezins ééne eenvoudige Na-
tuur. De Vader is van niemand, de Zoon van den
Vader alleen , en de Heilige Geest van beiden te-
vens , altijd zonder begin en einde. De Vader is
de teelende, de Zoon de geborene, en de Heilige
Geest de uitgaande; zij zijn allen van ééne Zelf-
flandigheid, en malkanderen gelijk, even almagtig,
en even eeuwig. Eene grondoorzaak van alle din-
gen , de Schepper van al het onzigtbare en zigt-
bare, geestelijke en ligchamelijke, die door zijne al-
magtige kracht terftond van den aanvang des tijds
twcederlei Ichepfelen uit niet gefchapen heeft , de
geestelijke en ligchamelijke, te weten, de hemelfche
en aardfche, en dus ook de menfchelijke, gemeen»
fchappelijk uit geest en ligchaam beflaande. Want
de Duivel en andere booze Geesten zijn wel van God
in hunne natuur goed gefchapen; maar door zich
zelven boos geworden; de mensch integendeel heeft
door aanftoken des Duivels gezondigd. Deze Heil,
Drieëenheid , welke naar het gemeene Wezen on-
deelbaar, en naar de Perfonelijke Eigenfchappen on-
derlcheiden is , heeft door mozes en de Heilige
Pro-
GESCHIEDENIS. 157
Profeten , en andere van hare Dienaren, aan het V
menfchelijk geflacht, naar eene zeer gepaste inrig- °°j^
ting der tijden , eene zaligmakende Leere medege- Hoofdft.
deeld. En eindelijk heeft de eeniggeborene Zoon «^ C. G,
^ -, 1 1 •• j Jaario73»
van God, jezus christus , nadat nij van de ge- jq^ i^\%
heele Drieëenheid gemeenfchappelijk met de mensch- -
heid bekleed, (^incarnatus ^^ van maria, die altijd
Maagd gebleven is, ontvangen, een waar mensch,
uit eene redelijke ziel en menfchelijk vleesch beftaan-
de, één perfoon in twee Naturen, geworden is,
den weg des levens nog duidelijker geopenbaard.
Alhoewel hij, naar de Godheid, onfterfelijk en voor
lijden niet vatbaar is ; echter is hij , naar de mcnsch-
heid, voor lijden vatbaar en fterfelijk geworden; ja
hij heeft, voor de zaligheid van het menfchelijk ge-
flacht, ook aan het kruis geleden, is geftorven, ter
helle nedergedaald , van de dooden opgeftaan , ett
ten hemel gevaren. Maar hij is met de ziel neder-
gedaald, in het vleesch opgedaan, en met beide teri
hemel gevaren. Op het einde der wereld zal hij
komen, om de levenden en dooden te oordeelen^ eri
eenen iegelijken te vergelden naar zijne werken , zoo
Wel den verworpenen als den uitverkorenen. ï^&zé
allen zullen met hunne eigene iigchamen, welke zij
thans dragen , opftaan , om naar hunne verdienden
te ontvangen, het zij zij goed of kwaad geweest
zijn, de eerden met den Duivel eeuwigdurende ftraf-
fe, deze met christus eeuwige heerlijkheid. Voorts
daar is ééne algemeene Kerk der geloovigen , buicen
welke niemand zalig wordt. In dezelve is jezus
CHRISTUS te gelijk Priester en ook offerande , wienö
XVlil, Deel. R lig-
j»58 KERKELIJKE
V ligchaam en bloed m het Sacrament des Altaars j
BOEK onder de gedaanten van brood en wijn, waarachtig'
Hoofdft. ^^}^ hevat zijn', terwijl het brood in het ligchaara,
m C. G. en de wijn in het bloed , door de Goddelijke raagt
^^^^°^^' veranderd worden, opdat wij, ten einde de verbor-
pi genheid der eeuwigheid te volmaken, dat gene van
het zijne nemen , wat hij van het onze genomen
heeft. En dit Sacrament kan inderdaad niemand ver-
rigten, (^ conficere ,') dan de Priester, die wettig
naar de fleutelen gewijd is, welke jezus Christus
zelve aan de Apostelen en hunne Opvolgeren gege-
ven heeft. Maar het Sacrament des Doops , het-
welk , onder de aanroeping der ondeelbare Drieëen-
heid , namelijk des Vaders , des Zoons , en des H.
Geestes, in het water gewijd wordt, ftrekt zoo wel
aan kinderen, als aan volwasfenen, wanneer het van
iemand naar het Kerkelijk voorfchrift bedeeld wordt,
tot zaligheid. En wanneer iemand , na het ontvan-
gen des Doops , in zonde gevallen is , zoo kan hij
door ware boete altijd herfteld worden. Doch niet
alleen maagden en ongehuwden, maar ook gehuw-
den, die God door een regt geloof en goed gedrag
behagen , verdienen , tot de eeuwige zaligheid te
komen."
Door zoodanig een geloofsvoorfchrift hield men
zich genoeg beveiligd voor alle Ketterfche nieuwig-
heden in het geloof , doch behalve dat hetzelve
reeds verfcheidene bijvoegfelen bij de oude Geloofs-
belijdenis in zich bevat , hebben wij in de Ge-
fchiedenis reeds vele voorbeelden aangetroffen ,
hoe het Christendom in geloof en zeden beide van.
tijd
GESCHIEDENIS. 25^
tijd tot tijd op eene grove wijze verbasterd is ge- V
worden , en uit dit tegenwoordig Tijdvak kunnen '^^^'^
deze voorbeelden merkelijk vermeerderd worden. De noofdft.
magt van den Paus was wel reeds federt de vijfde ^^ C. G.
eeuw toe genomen en eenigermate gevestigd, maar '^^JgJ^*
had dat toppunt van uitgeftrektheid en grootte ook — —
in de Westerfche Kerk niet bereikt, waar toe zij
gebragt was , federt bonifacius VIII in de ver-
maarde BuUe Unigefjitus uitdrukkelijk had beweerd,
dat het tot zaligheid volftrekt noodzakelijk zij te
geïooven , ( ojnnino esfe de necesfitate fahttis , ) dat
de Paus over alle menfchen te bevelen heeft» In-
derdaad, federt de Paufen zich op deze magt en de
onfeilbaarheid in het leeren beroemden , welke zij in
naam van de Kerk^ aan welke dezelve zal gefchon-
ken zijn, uitoefenden, was het eigenaardige van het
Christendom verloren, hetwelk zich alleen op God-
delijk gezag gronde, terwijl de Paufen en derzelver
vereerers vergeefs gepoogd hebben , deze onredelijke
aanmatiging van onfeilbaarheid te verzachten, door
de verklaring, dat zij de overlevering ^ dat is, de
oudfle , maar flechts mondeling van aanzienelijke
Leeraren voortgeplante godsdienst waarheden bewaard,
verzameld , beproefd en plegtig geftaafd hebben.
Onder de nieuwe leerflukken , welke in dezen tijd' Schat de
opkwamen , is de Schat der Kerke ééne der voor- ^'^'■'^*
naamden, welke fchat ontftaan zal zijn uit de ver-
dienden van CHRISTUS en van de Heiligen. Toen
namelijk de Paufen federt het einde der Xïde eeMw
aan allen, die deel zouden nemen in de kruisvaar-
ten, volkomen aflaat^ dat is, eene geheele kwljr-
R a feiicl.
26o K E R K E L IJ K E
V fchelding van alle door hen verdiende Kerkeliihï'
BOEK ftraffen der zonden, beloofden, zagen de Canom's-^
Hoofdft. ^^^^ en Scholastieken om naar gronden, met welke
na C. G. zij dezelve konden verdedigen. De Franciskaner
^^^"^ °[^' ALEx ANDER VAN HALES , éc'n der aaiizienelijkde
. Leeraren in de Godgeleerdheid te Parys , in het
midden der XlIIde eeuw , flelde daaromtrent de
vraag voor : of de Paus werkelijk van de vol komene
Kerkelijke firaf ontflag , of aflaat ^ kan geven P
En antwoordt op dezelve. Allezins , wanneer 'er
een behoorlijk en genoegzaam berouw vooraf is ge-
gaan , düch hij mag het alken om gewigtige rede*
nen doen. Vervolgens komt hij op de toen gewone
tegenwerping : „ Of God ftraft, of de menfcheh
ftraffen : ontdaan de menfchen van alle flraffen ,
zoo volgt , dat -God firafc, en dat gevolgelijk de
volkomene aflaat bij hem niets geldt." Deze tegen-
werping lost hij op driederlei wijze op. Of men
kan zegden, ichrijft hij, dat de Paus, bij het uit-
deelen van zijne volle aflaat, evenwel te gelijk ftraft,
nademaal hij de Kerk , of een lid derzelve , tot vol-
doening verpligt. Of men kan ook zeggen , dat de
Schat der Kerk, die tot voldoening der Kerk geo-
pend wordt , voornamelijk uit de verdienden van
CHRISTUS beftaat. Daarom kan men ook zeggen,
dat God het kwaad, hetwelk vergeven wordt, als
niensch en als God ftrafc, door lijden en genoeg-
doening voor ons, en zoo ftraft, of heeft Chris-
tus, als God en mensch, geftraft." Deze Kerke-
lijke Schat leidt hij wel hoofdzakelijk af van de
overtollige , ( Supererogationibys , } verdienften van
CHRIS'
GESCHIEDENIS. 2^1
CHRISTUS , maar niet minder ook van dergelijke V
verdienften of goede werken der Heiligen , die veel ^°^^*
meer gedaan hebben , dan zij naar de Goddelijke Hoofde.
Wet fchuldig waren (*). Of hij de eerfte is , die na C. G.
dezen Schat heeft uitiievonden , dan of men deze J^^'^'^^^'
eer moet toekennen aan zijnen tijdgenoot, den niet — —
min vermaarden albert den Grooten^ is onzeker.
-Deze geeft nopens de aflaten zijne bepaling op (f),
welke hij voor de beste houdt , volgens welke de
aflaat genoemd kan worden : eene vrijlating eener
opgevolgde flraff'e^ voortvloei jende uit den Schat der
overtollige gosde werken der volmaakten , ( thefaiiro
fupererogationis perfectorun.') — Want, vervolgt
bij, ,, in dezen Schat heeft de Kerk de rijkdom-
„ men der verdienflen en des lijdens van Christus,
5, der roemwaardige Maagd MARïA,van al de Apos-
„ telen , IMartelaren en Heiligen van God , zoo wel
5, levenden als overledenen." Ondertusfchen blijkt
uit het flilzwijgen van anderen van dien tijd, dat
men dit gevoelen toen nog niet voor eene algemeen
erkende waarheid gehouden hebbe.
Maar alberts groote leerling , thomas van
/iquino, heeft 'er meer toe gedaan, dat deze foort
van bewijs opgang heeft gemaakt, daar hij verze-
kert (§), dat deze Schat aan het geheele verborgene
ligchaam der Kerke toebehoort , als waar in de
Hei-
(*) ALEX' HALES Suwma P. IV. Qucest 23. membr,^.6,
(f) In L. IV. Sentcnt. Difl. XX. art. 16.
(5) Super quartum Librum Magistri Sentent, Dift^
JfX. p. 121. f(jq.
Tv 3
a62 KERKELIJKE
V Heiligen veel meer werken van boete verrigt heb-
foEK ben, dan zij behoefden te doen, (mithum operibus
Vil
„ |.,., poenitentiae fupererogaverunt ad menfuram dehitQ-
na C. G rum fuorum, ) En van dezen lijd af werd de Ker-
Jaario73 jje}jj}fe Schat door de Godgeleerden aangenomen, en
'./'^^,_^ de aflaten als eene toepasfing of gebruik van den-
zelven befchouwd ; alhoewel fommigen , geliik fran-
ciscus DE MAYRONis nog in de XlVde eeuw de
verdienden der Iltiligen in ^tztw Schat niet naast
de verdienden van christus geplaatst wilden heb-
ben. —
Tot dus verre was de Kerkelijke Schat flechts
€en gevoelen der Godgeleerden, maar eindelijk maak-
te KLEMENS V[, in het jaar 1349, van dit gevoe-
len een Leeiduk van het Geloof, door zijne ver-
maarde Bulle Unigenitus (*). Toen hij in dezelve
het op handen zijnde Jubeljaar aankondigde, ver-
ifiiaarde hi], dat christus voor zijne ftrijdende Kerk
eenen of^eindigen Schat verworven , en dien aan
den Apostel petrus, en deszelfs opvolgeren, had
toevertrouwd^ om hem aan de Geloovigen uit te
deelen. — j^Tot vermeerdering van dezen Schat,"
gaat hii voort , „ dragen de verdienften der Zalige
Moeder Go'ls ^ en van alle Uitverkorenen^ van den
eerfren regtvaardigen tot den laatften het hunne bij;
en men behoeft voor deszelfs verteering noch ver-
mindering te vreezen; zoo wel wegens de oneindige
ver-
(*) In Extravagant. Communibiis Libr. V. t. 8. de
poenii. Cap. 2. in Corp. Jur. Canon. Ed. Boehm. Tom,
II. pag. iip4.
GESCHIEDENIS. aöj
verdienden van Christus, als omdat, hoe meer 'er V
door deszelfs toeëigening tot geregtigheid gebragt ^^^f
worden , des te meer de hoop van hunne verdien- Hoofdft.
den aangroeit." Na zulke bekrachtiging van dezen "^ C. G,
Kerkdijken Schat in de algemeene Kerkewet van '0^1517^
eenen Paus, mogt aan denzelven niet meer getwij- — — —
feld worden. Ook hebben de Paufen dcszelfs waar-
heid federt altijd onderdeld; en 400 jaren na kle-
MENS, heeft BENEDicTus XIV in zijne Jubel -BuUe
van het jaar 1749 zich insgelijks op dezen Kerkelij-
ken Sehat, welks verdeeling hem toebetrouwd was,
onnrent in gelijke bewoordingen als kleriens ,
beroepen. Vergeefs verzette jan van wesel ,
van wien wij even te voren gefproken hebben, zich
tegen dt-ze uitvinding van dien Kerkdijken Schat,
men was daar mede ten behoeve der aflaten te zeer
in zijn fchik , dan dat men naar de gegrondheid
van deze meening onderzoek wilde gedaan hebben.
Eene andere Geloofsleere , welke in dit Tijdvak Zeven
haren oorfprong nam , waren de zeven Sacramenten, Sacra-
Het uitgeflrekt gebruik en beteekenis van het woord ™^'"*^"'
Sacramemum in de oudfte Kerk , en de onkunde
met de oude Kerkfpraak, waren oorzaak, dat men
de algemeene beteekenis des woords van alles, wat
godsdiendig en heilig was, in den engeren en be-
paalden zin nemende , voor heilige teekenen van
Goddelijke genadebewijzen , al ligt Sacramenten 'm
dezen bepaalden zin meende te vinden , waar de
Kerkleeraars het woord meer onbepaald gebruikt
hadden. Zoo was de Latijnfche Vertaling, welke
het woord Mutjj^oj', Efez. V. 32. van het huwelijk
I^ 4 ge-
a(54 KERKELIfKE
V gebruikt, door Sacramentum vertaalde , oorzaak ^
'^^■^ dat ook het huwelijk onder de Sacramenten eene
Hoofdft. pl''i'its gekregen heeft ; van hier is het ook , dat men
na C. G clan meer dan minder Sacramenten door Kerkleeraars
tori^fr erkend vindt. De vermaarde Aartsbisfchop raba-
•-— - — Nus MAURus in de IXde eeuw telt vier Sacramen*
ten , den Doop , de Gewijde Olie , het Ligchanm
en Bloed W2.n Christus, hetwelk iii de volgende
eeuw door paschasius radbertus herhaald is ,
zonder dat wij met zekerheid zeggen kunnen, waar-
om zij het Avondmaal in twee Sacramenten gedeeld
hebben, en of paschasius niet minder Sacramenten
geteld heeft, dan rabanus. Daartegen leerde Bis-
ichop OTTO van B amber g^ in het jaar 1124, de
door hem nieuvvbekeerde Ponimeranen ^ dat de Kerk
zeven Sacramenten heeft : den Doop , het Vormfel ,
de Zalving der Kranken met Olie , het Avondmaal ^
de Boete ^ het Huwelijk^ en de Inwijding aer Gees^
iclijksn,
In de Oasterfche Kerk ging het even eens met
het woord Mu5">}f/oi', (^verborgenheid.^ De oudde
Leeraars duidden met dit woord, behalve het C/zm-
teiijk Geloof tn de Menschwording van cüristus ,
alleen den Doop en het Avondmaal aan. Maar van
de Vide eeuw af vindt men in de fchriften van den
onechten dionysius den Areopagiet zes zulke ge-
heimvolle inftellingen en gebruiken, (of Sacramen-
ten,^ genoemd: den Doop, het Avondmaal, de
Wijding van den Heiligen Olie, de JVijding tot
Kerkelijke Ambten , den Monnikenfland , en de
pebruiken hij de Overledenen ; een getal , hetwelk
THEOx
GESCHIEDENIS. 265
THEODORus STUDITES in de IXde eeuw nog be- v
paalder vastgefteld beeft. boek
Gemeenlijk wordt petrus lombardus, de zoo j-joofdih
vermaarde Leeraar der Theologie te Parys^ en Ie- na C G.
dert het jaar 1159 Piisfchop dier Hoofd ftad , voor J^J^'°{^*
tot I5I7»
iden eerden gehouden, die de leer van de zeven Sa- .,
cramenten openlijk heeft voorgedragen, Ondertus»
fchen blijkt uit het bovengaande voorbeeld van Bis-
fchop OTTO van Bamhergy dat deze leer reeds vroe-
ger bekend moet geweest zijn bij de Godgeleerden;
fchoon men niet gefciiiedkundig kan aanwijzen, hoe
liet met de uitvinding en opfiering dezer leere zich
hebbe toegedragen. Hoe het zij, petrus lombar-
pus behandelde deze leere wijdloopig in zijn Boek,
Jietwelk vervolgens het algemeene Leerboek der Kerk
geworden is (*3 ; alwaar hij de bepaling opgeeft ,
wat een Sacrament is. Het is, zegt hij, een teeken
eener heilige zaak; maar men noemt ook eene heii
Uge verborgenheid dus , gelijk het Sacrament der
Godheid. Nader noemt hij het met zijnen augus-?-
TiNUs; De ztgthare gedaante eener onzigtbare ge-
pade , welker beeld zij vertoont , en de oorzaak daar
yan opgeeft; en vervolgens leert hij, en zoekt het
te bewijzen , dat 'er zeven Sacramenten zijn. Men
js in later tijden opmerkzaam geworden op eenen
Scholastieken Godgeleerden dezer eeuw, bandin of
PANDINUS, (misfchien was hij een Italiaan, ban-
piNi,) en op deszelfs leerboek, Scntentiarum Li"
^ri IV, uit welk werk fommigen gemeend hebben,
d^t
(*) L. IV. Sententiar. Difl. I-XLII. p. 292-3 ?3.
R5
t66 KERKELIJKE
V dat LOMBARDus zijn leerboek ontleend hebbe; deze
BOF.K 2al, meent men, flechts fn'ee Sacramenten geleerd
VU
Hoofdft. hebben; doch, fchoon hij 'er niet uitdrukkelijk ze-
na C. G. ven noemt, volgen zij toch bij hem , in dezelfde
j?.ario73 ^j-jg g|g i^y lombardus , ook komt het zeer waar-
tot 1517. ^ ' J »
— — - fchijnlijk voor, dat zijn werk later is dan dat van
LOMBARDUS , en dat het een kort uittrekfel van het
breedvoeriger werk van dezen bevat.
Van LOMBARDUS tijd af werd dus de leer van
zeven Sacramenten meer en meer bevestigd, hugo
van iS";. Fictor , de vermaarde Kanunnik te Parys^
heeft in zijn Boek over de Sacramenten , doch het-
welk eigenlijk een volledig Christeiijk Leerboek is,
( de Sacramentis doctrinae fidei Libri duo^ ) bij
A&Z& Sacramenten nog geteld het wijwater, de be-
flrooijing met asfche, de wijding der palmtakken ,
de fneijen, de waschkaarfen , de klokken, en meer
andere gebruiken, omdat zij teekenen van heilige
dingen zijn, en met het woord van God daar toe
geheiligd zullen zijn. hugo noemde een Sacrament
corporale vel materiale elementum, foris fenjïbiliter
propojitum , ex fimilitudine repraefentans , ex infiitu^
tione Jtgnificam , ex fanctificatione conti nens , ö//«
quam invifibilem et fpiritualem gratiam, scoT en
occAM gaven weder andere befchrijvingen , doch
waren het ook niet met malkanderen eens. Maar
GRATIANUS bragt voornamelijk veel toe, dat deze
leer algemeen werd aangenomen , doordien hij in zijne
Decreten zoo breedvoerig van dezelven handelde,
en dewijl zijne verzameling van de Pausfen goedge-
keurd werd , was dit zoo veel , als of zij de zeven
Sa-
GESCHIEDENIS. nGj
Sacramenten ook voor eene leere van hunne Kerk v
erkenden. Tot dat eindelijk eügenius IV , op de ^oek
VII
Kerkvergadering te Florence in het jaar 1439, het j^jq^^^jj^^
vermaak genietende , dat hij de Armeniërs met zijne na C. G.
Kerk vereenigde , hen onderwees , wat zij als leden J^^^^°73»
" ' 7 j jQj 1517»
van zijne Kerk gelooven moesten , en daar onder „n
was dan ook de leer van zeven Sacramenten be-
grepen.
De Scholastieken bragten bij de Sacramenten vele
gevoelens te berde , en onder deze was het ge-
voelen der Tranfuhftantiatie ^ hetwelk eindelijk in
dit Tijdvak eene leer der Kerk werd. Wij hebben
van tijd tot tijd in de Gefchiedenis der Kerk ver-
haald, welke veranderingen de Leer van het Avond-
maal al ondergaan hebbe , en bij gelegenheid van
de twisten over hetzelve in de IXde eeuw ook aan-
geteekend, welke tegenfpraak de leer van de veran-
dering van het brood in het Avondmaal ondervonden
hebbe, hoe onzeker die leer nog in de Xlde eeuw
gebleven zij, totdat eindelijk berekgarius met al
zijne fcherpzinnigheid en vrijmoedigheid daar voor
heeft moeten bezwijken.
Evenwel was deze leer in de Xllde eeuw in de Trnnfub-
Westeifche Kerk nog niet volkomen heerfchende ; ft^ntiatie.
maar de Grieken hadden 'er zich reeds door het
zamenflel van damascenüs aan gewend. De rede-
rijk kundige bloempjes, waar mede de H. bernhard
gewoon is , zijnen üijl te verfieren , maken dat hij
zich omtrent deze leere niet duidelijk uitdrukt. On-
dertusfchen fpreckt hij duidelijk genoeg van het
Avond-
268 KERKELITKE
V Avondmaal (*): Ook tot heden toe wordt ons dat'
^^^ zelfde vleesch gegeven^ maar geestelijk^ (^fed fpiri-
Iloofdft. tualiter utique^') als hij 'er derhalve kort daar na
lia C. G. op laat volgen : „ Ook hebben wij thans nog de
tot i'cir »' "^^^^ zelffiandigheid ^ (^fubfiantie^ ) van dit
m — „ vleesch; zonder twijfel niet anders dan in eert
„ Sacrament'^'''' zoo kan dit bijvoegfel: haud du-
Mum fane quin in facramento niet wel iets anders
beteekenen , dan : fed fpiritualiter utique. Op eene
andere plaats , waar hij opzettelijk dit onderwerp
beliandelt (f) , vergelijkt hij de Sacramenten met
?ea' ring, die ten teeken eener te deelen erfenis ge-
geven wordt. De ring , zegt hij , geldt op zich
zelven niets; maar het gene ik zoek, is de erfenis.
Op deze wijze heeft de Heere , toen hij zijn
lijden naderde, zi.ine leerlingen met zijne genade la-
ten beloonen , opdat de onzigtbare genade door eenig
zigtbaar teeken medegedeeld werd." Eene vergelijk
king, welke alle verandering uitfluit. Ook zijn tijd-
genoot, de Abt van Duits, rupert, draagt eene
leere voor, welke niet beftaanbaar is met de veran^
dering van het brood.
Van deze beide Mijjiieke, en dus meer Dijbelfche
Godgeleerden , onderfcheidt zich in de verklaring
dezer leere, de aanvoerder der Scholastieken, pe-
trus LOMBARD, hoewel hij zelve niet regt weet,
\yat hij 'er van maken moet. Na zoo wel die ge-*
nen
(*) Sermo in Festo S. Martini T. III. Opp. p. 336.
(t) Sermo de Coena Domini /. c, p. 175.
GESCHIEDENIS. ^69
hen wederlegd te hebben , die zeggen , dat de god- V
deloozen , zoo wel als de godvriichtigen , het lig- ^^^^
Chaam en bloed van Christus in het Avondmaal Hoofdd,
ontvangen ; als die genen , die daar in enkel teeke- na C. G.
nen vinden , wil hij bewijzen , dat het ware lig- :q!'^J°''?'
chaam en het ware bloed van Christus op den al- -
taar zijn , ja dat de geheele christus zelve onder
elke van de beide gedaanten tegenwoordig is; en
dat de zelfftandigheïd van het brood in het lig'
chaam , gelijk de zelfftandigheïd des ^vijns in het
hloed veranderd worden. ,, Maar, zegt hij, wan-
neer 'er gevraagd wordt : wat voor eene verandering
dit zij: eene formeele of fuhftantieele? of van eene
andere foort? Dit ben ik niet in (laat te bepalen.
Doch dit zie ik wel , dat het geene formeele is , de-
wijl de voormalige gedaanten dezer zaken , gelijk ook
de fmaak en het gewigt, overblijven enz.
Ondertusfchen , terwijl men nog twistte, hoe de
^verandering van het brood in het Avondmaal ver-
ftaan moest worden, werd het plegtige kunstwoord
Tranfubjïantiatie federt de Xllde eeuw meer en
meer gewoon. Dit woord komt het eerst voor in
eene Predikatie van hildebert , Bisfchop van Mans ,
en eindelijk Aartsbisfchop van Tours , die om-
ftreeks het jaar 11 34 geftorven is. Men heeft voor-
heen gedacht, dat steven, Bisfchop van Autun^
het eerst dit woord gebruikt hebbe , doch men
plaatfte zijnen leeftijd veel te vroeg in de Xde eeuw,
terwijl men thans overtuigd is , dat hij in de Xllde
eeuw thuis hoort. Een ander vermaard Leeraar in
Frankryk , pieter van blois , fchrijft ook :
„Ter-
S70 KERKELIJKE
V ,, Terwijl brood en wijn door de kracht des hemei-
BOEK fchen woords in het ligchaam en bloed van chris-
VII
Hoofdft "^^^ veranderen, (^ tranfuhjlantiatis ^') blijven de
na C. G. Accidentien , welke daar te voren waren , zonder
Jaario73. z-,-^^^ gj^ ronder onderwerp. " ernesti (*) heeft
tot 15I/.-' ^ . ^ ^ -'
p. niet onwaarfchijnlijk gegist , dat Tranfuhftantiattê
eene plompe woordelijke vertaling is van het woord
Metamorphofls van ovidius.
Eindelijk gaf innocentius III aan deze leer op
de algemeene Kerkvergadering van Lateraan in het
jaar 12 15 haar leerfliellig gewigt en kracht in zijne
geheele Kerk, en verklaarde de verandering van het
brood voor een werk der Goddelijke almagt. (/r<ï«-
fuhftantiath pane in corpus^ et vino in fanguinem ,
potestate divina. ) Evenwel hielden hier mede de
vragen en gevoelens der Scholastieken over de ver-
andering van het brood niet op , maar vermeerder*
den veel meer, ten aanzien van de wijze en oraftan-
digheden dezer verandering ; maar ook zagen zij
zich genoodzaakt, nog andere vragen te ontwikke-
len, welke bij gevolg uit deze leer voortvloeiden |
bij voorbeeld: wanneer een muis of hond het ge-
wijde teeken opat , wat dezelve eigenlijk ontving
of at? enz.
Hoe het zij , men had vastelijk befloten , dit ker-
fluk te handhaven , tot welke zeldzame en onge-
riimde vragen en oplosfingen het dan ook aanlei-
ding mogt geven, en geen wonder, daar het aan-
zien van den Mispritster door dit leerlluk zoo zeer
(*} In Anti'Muratorio p, 48.
GESCHIEDENIS. 271
rijzen moest, gelijk men dan ook meermalen gezegd y
heeft, dat zijne waardigheid en magt alle andere in boek
de wereld te boven ging. Het ontbrak ook niet aan pjoofdö
verhalen van wonderen , welke deze leer moesten na C. G.
bevestigen; en welke zóo menigvuldig waren, dat J^^^''^/'3*
, ' tot 151 7.
ALEXANDER VAN HALES cr ecn bijzondcr vraagftuk -__«_
van maakte (♦) ; of men , wanneer na de zegening
het vleescia van christüs in zijne natuurlijke ge-
daante , als een kind , of als bloedig vleesch , ver-
fchijnen raogt , dat ook zou mogen gebruiken ?
Neen; antwoordt hij; maar men moet het in een
heel rein kastje als eene Reliquie bewaren; en in
zoodanig geval is het geestelijk gebruik voldoende.
Wij zullen de moeite niet nemen, om den Lezer
lastig te vallen met eene lijst van zoodanige wonde-
ren, anders zouden wij ook gewagen kunnen van
het Mirakel met eene Hostie, welk te Amfterdam
zal gebeurd zijn, en waar naar nog eene ftraat den
naam draagt van de heilige Weg, Ondertusfcheii
waren *er nog in de XlIIde eeuw niet weinige God-
geleerden van Parys , die , zoo zij al deze leer niet
regelregt tegenfpraken , echter ook tevens andere
mecningen daaromtrent voordroegen. Aan een van
hen werd te last gelegd , dat , als hij zich in het jaar
1164 te Rome bevond, hij tegen eenen Kardinaal
gezegd zou hebben, dat te Parys het gevoelen, dat
CHRISTUS ligchaam niet wezenlijk in het Avond-
maal tegenwoordig zij , vrij algemeen was ; maar
dat
(*) In L. TV Sentent. Quaest. LUI. Membr, IV.
Artie. 1. fol. CCXVL b.
272 K E R K E L IJ I^ É
V dat hetzelve alleen door de teekenen beteekend werdj,^
BOEK efj jjjit: dit ook zijne meening was; maar hij verde-
Hoofdfl. digde zieh tegen dit verwijt in eenen Brief aan dett
na C. G, Paus (*}. Zelfs nog in het begin der XlVde eemv
tori^fr ^^^^'^ J^^' ^^" Parys , een Dominikaner Monnik j
— — — een fcherpzinnig redetwister, zoodat men hem den
bijnaam gaf Picque rasne of Point asne, (vertaald
'Joannes Pungensafinum ^ ) omtrent deze leer zijn
gevoelen voorgedragen in een gefchrift, door j. al-
Lix uit een handfchrift van het Klooster St. Victor
te Parys in het licht gegeven : Determinatio de
modo exiflendi corpus Christi in Sacramento Altarh
alio , qiiam tenet Ecckfia. In dit gefchrift betuigt
hij- de plegtige meening van de broodverandering
goed te keuren; maar, voegt hij 'er bij, hij ver-
ftoutte zich niet om te zeggen , dat dit volflrekt
tot zijn geloof noodzakelijk was ; ( quod hoc cadat
fiih fide mea ; ) doch de ware en wezenlijke tegen-
woordigheid van CHRISTUS in het Sacrament des
Altaars kon nog op eene andere wijze verdedigd
worden. Te weten , men kon leeren , dat de fuh"
fiantie des hroods onder hare acctdentien bleef ^
doch met zekere bepalingen : ( non in proprio fup-i
pofito ; fed tracta ad esfe et fuppojitum Christi ;
ita ut hac ratione fit unum fuppojitum in duahus
naturisi^ en dit gefchiedde door middel der ligcha-
melijkheid, {corporeitas ^^ welke met de broodheid,
{paneitas , ) gemeenfchappelijke eigenfchappen heeft|
zoodat het brood christus ligchaam, en dit het
brood
(*) BULAEUS Hiit. Univerf. Parii, T. III. /•. 373*
GESCHIEDENIS. «73
brood zij. Deze wijze van verklaring draagt eenen V
bijzonderen naam, Impanatio. boek
Dar deze broodverandering ten dezen tijde ook in HoofdfL
de Griekfche Kerk reeds vrij algeracene toeftemming na C. G*
gehad hebbe , bewijzen twee plaatfen uit den ver- )^^"°73»
maarden Uitlegger theofylactus (*> Op beide -
deze plaatfen zegt hij: In het Avondmaal is niet
blootelijk een voorbeeld, («frirvTrov, ) maar het lig-
chaam des Heeren zelve, terwijl het brood ^ zoo als
hij zich op de eerfte plaats uitdrukt, door eene on-
uitfprekelijke kracht veranderd wordt ; (f^'.TXTToiuIxt ,)
alhoewel het brood fchijnt te zijn. In de tweede
plaats gebruikt hij het woord fAèr»/3oi\hirxt; en in
beide voert hij deze reden aan: aan brood en wijn
zijn wij gewoon ; maar van bloed en vleesch , voor*
namelijk men fchen vleesch , hebben wij eenen afkeer j
daarom heeft zich de goddelijke barmhartigheid naar
onze zwakheid gefchikt.
Welke zeldzame begrippen men zich voorts vail
deze verandering in het Avondmaal gemaakt heeft,
leert de twist, welke omtrent het jaar 1382 in het
Koningrijk Falentia ontftaan is (f). De Parochie*'
priesters aldaar leiden den kranken, welken zij het
Avondmaal toedienden , onder anderen de vraag
voor: Gelooft gij , dat dit, (de Hostie., welke de
Priester in de hand had,) de Fader ., Zoon en Hei-
lige Geest isP als de kranke ja zeide: dan ontving
hij
(*) Comment. in Matth. XXVI. in Mare. XIV.
(t) BALuZi Notae ad Vitt. Papar. Avenionensf. Toni,
I. pag. 13Ó8.
XVm. Deel. S
ft74 K E R K E L IJ K E
V hij de Hostie. Een zieke Doctor of Leeraar, vvieti
BOEK (Je Priester hetzelfde vraasde, zeide: Neen: het is
Vil
Hoofdft. fliichts het ligchaam van Christus, den Zone Gods;
na C. G. oiaar niet de Vaader, noch de Heilige Geest. Toen
Jaarro73 ^^^^ antwoord bekend werd, was men het niet ééns,
1 ■ , ■ welk het ware gevoelen was. De Inquifiteur raad-
pleeside des wegens met de Godgeleerden , en ver-
klaarde vervolgens de fteliing van den Priester voor
kettersch* Dot:h één van de Parochiepriesters drong
zich tegen de orde in, om in de hoofdflad te pre-
diken, en riep, midden onder de Preek, eencn daar
tegenwoordigen Notaris op , opdat hij den inhoud
van een papier, hetwelk hij vertoonde, bevestigen
zou. De Priester had 'er het volgende op gefchre*
ven: „ Nademaal in jezus chuistus drie natt^
ren zijn, eene menfchelijke, geestelijke en goddeliy-
ke^ gelooft gij dan, ó Christen, dat, wanneer een
Priester u het dierbaar ligchaam van christus over-
geeft, en u naar zijne menschheid vraagt, of door
de woorden, welke christus op Witten Donderdag
gefproken heeft, het ÜufFeliike brood in het ware
vleesch van christus veranderd is geworden? Gij
moet allezins ja ! zeggen. Wanneer hij u verder
naar zijne geestelijke natuur vraagt, of gij namelijk
gelooft, dat aldaar de heiige ziel van christus isr
zoo zeg 0(»k: p, Vraai^t hij u eindeliik, over de
Goddelijke [NJatuur, of deze Vader, Zoon en Heil.-
Geest zi); zoo zeg ook: ja, dewijl alle drie de per-
fonen daar wezenlijk zijn." Doch, terwijl de Pries-
ter dit wijdloopig verklaarde, riep hem een koopman
toe: s, Zeg veel meer, ó Christen! neen! neen!"'
Ook
GESCHIEDENIS. a75
Ook wederfpraken nog anderen den Priester, toen V
hij van den Kanlel kwam. Het volk koos over het °^^J
geheel partij tegen de Priesters ; ook traden de Be- Hoofdft.
delmonniken op deze zijde, en 'er verliepen twee "^ ^' ö»
jaren , eer deze twist door den Heil. vinceiNTIUS [q^ j^,-
kon worden bijgelegd. Dat voorts in de laatile eeu-
wen van dit Tijdvak allen, die de verandering van
het brood in het Avondmaal ontkenden , als Ketters
aangezien en behandeld zijn , zal ons uit her verder
beloop der Gefchiedenis blijken. Aan den bovenge-
melden jan van Parys werd reeds het waarnemen
van zijn leeraarambt, om zijne leere van het Avond-
maal , door fomraige Prelaten verboden.
Een natuurlijk gevolg der Transfuhjiantiatie , de Het aan-
üanbiddirip der eewtide Hostie^ als in welke chris- '^'''"'^"..
Tus zelve tegenwoordig zou zijn, werd nu ook een de Hostie
hoofdfteun voor deze leer. Men heeft wel over de
oudheid van dit gebruik getwist , tusfchen de
Roomschgezinden en ProteRanten , doch fchoon men
reeds in de Vide eeuw bij de Grieken de gewoonte
vindt, om het gewijde brood voor het oog der Ge-
meente op te htfFen, zoo gefchiedde zulks alleen ,
om de aanwezenden te noodigen tot het gebruik des
Avondmaals; dit gebruik vindt men ook vervolgens
in de Wesrerfche Kerk , maar van de aanbidding; nog
in de Xllde eeuw geene fporen, doch in de XHIde
eeuw vindt men het in de Westerfche Kerk als een ph'gt
voorgefchreven. In 1217 gebood honorius Ili (*),
dat
(*) In Drcretall. Gregor. IX. L. III, ///. e^\. de
Celebrat. Mhfae C. 10.
S a
a?^ K E R K E L IJ K E
V dat elk Priester zijne Gemeente zorgvuldig zal on»
^ER derrigten, dat, wanneer bij het vieren der Mis de
Hoofdfl. heilzame Hostie opgeheven wordt , zich ieder een
na C. G. eerbiedig buigen moet , als ook , wanneer dezelve
10^1^17 "^^'" ^^"^" zieken gedragen wordt. Deze buiging
■ werd om dezen tijd ook door eene Kerkvergadering
te Saint es bij het voorbij dra gen der Hostie gebo-
den , en daar voor tien dagen aflaat beloofd (*).
Sacrn- X'ervolgens werd de leer van de Transfuhftantiatk
jnentsdcg ^^ ^^^ jg aanbidding der gewijde Hostie^ voor de
Westerfche Kerk, als het ware, geheiligd door een
bijzonder Feest , hetwelk als allerhoogstwaardigst
gevierd wordt. De oorfprong van hetzelve is zon-
der eenige bedenking bekend , maar ftrekt niet zeer
om hetzelve eerwaardigheid bij te zetten, juliana,
eene Non in een Hospitaal buiten de poort van
Luik ^ en federt het jaar 1230 aldaar Prioresfe , —
zoo verhaalt het de Dominikaün bzovius uit eenen
ouden Schrijver (f), en veel korter de Paus bene-
DiCTUS XIV, in een werk, hetwelk hij nog als
pPvOSPER LAMBERTiNi gefchreveu heeft (§) -- ftond
in zoo beogen roem van heiligheid , dat zij meer-
malen in den hemel verrukt werd, en in den Pro-
fetifchen geest zelfs de gedachten der menfchcn be-
kend maakte. Zoo dikwijls bijna als zij bad ,
zweeftle haar een wonderbaar gezigt voor oogen :
de
(*) HARDUIN. Concill. T, VII. C, 7. p. 847.
(t) In annal. Eccles. ad a. I230. «. 16.
(§) Comnent, de D. N. J. C. ejusqiie Matiis festis
P. 1. 5. DXXXII. /^. A 21 f.
GESCHIEDENIS. 27?
(ïe Mnan , wel in haren vollen glans , maar aan een deel V
van hare rondheid gebroken. Zij verftond door een "l^ff
VII
Goddelijk onderwijs, dat de Maan de Kerk, en de Hoofdft.
breuk van dezelve het ontbreken van een enkel ''a C. G«
Feest te kennen gaf, hetwelk God tot den wasdom '^j, j^j^^
van het ware geloof wilde ingelteld hebben; ook — -
kreeg zij bevel , om met het vieren van hetzelve een
begin te maken , en het aan de wereld aan te kon-
•digen. Twintig jaren lang verhinderde hare nede-
righeid haar, om dit bevel uit te voeren; terwijl zij
bad, dat zulks aan een' waardiger perfoon mogt
opgedragen worden ; eindelijk ontdekte zij het aan
eenen Kanunnik te Luik , die het weder aan andere
aanzicneüjke Geestelijken mededeelde, onder anderen
aan den Aartsdiaken jakob , die naderhand den
Pausfeiijken Troon beklommen heeft , onder den
naam van urbanus IV. Deze allen waren eenparig
van gevoelen, dat het ter eere van God en opwek-
king van godvruchtige Christenen (trekken zou ,
wanneer 'er een bijzonder Feest ter gednchtenis der
inzegening van het Heiiig Avondmaal ingefteld werd.
Doch eene andere godzalige Maagd, isabella ,
eene vriendin van juliana , kreeg insgelijks om de-
zen tijd, ais zij in eene Kerk te Luik voor een
krucifix knielend bad, eene Goddelijke Openbaring,
van dezen inhoud, dat zoodanig een Feest ftceds
eene verborgenheid der Heilige Drieëenheid geweest
was, maar nu was, in deze laatfte dagen, de tijd
gekomen , dat dezelve aan de menfchen verkondigd
moest worden. De beide vriendinnen besloten der-
halve, om alles in het werk te ftellen, ten einde
S 3 dit
27» K E R K E L IJ K E
V dit oogmerk te bereiken, juliana liet door eenea
*vn i^'^S"^ 9 i"'^*^ "^^^ geleerden , Geestelijken , eene Li-
Hoofdih ï"rgie of Eeredienst voor dit Feest opftellen; en als
na C. G. deze aan de Godgeleerden ter beproeving overgege-
«0^1517'^^" was, oordeelden zij eenparig, dat dit werk niet
uil I. van menfchen kwam , maar van den Vader des lichts
zelven. Verfcheidene Geestelijken in het Bisdom
Luik verzetten zich wel hier tegen, maar hun Bis-
fchop HUGO voerde het Feest in op eene Sijnode in
het jaar 12^6. Zijn dood echter maakte 'er weder
een einde aan ; en alhoewel de Kardinaal - Legaat
ïiuGO hetzelve ijverig aanprees, evenwel werd het
flechts zoo lang gevierd, als hij zich in dezen oord
onthield, juliana ftierf dus in het jaar 1257,
zonder haren wensch vervuld te zien; doch hare
leerlinge en vriendin eva, eene andere Non te Luik ^
bragt het zoo ver, dat ten minde de Kanunniken
van Sf. Martin dit Feest zonder vertoef vierden.
Thans kwam het op de uitfpraak van den Paus
aan , voor wien de zaak gebragt was , welk lot dit
nieuwe Feest hebben zou. urbanus jV oordeelde
de zaak zoo gewigtig, dat hij 'er niet overhaast in
te werk wilde gaan. Maar een ander wonderwerk,
hetwelk te Bolfena , niet ver van Civita Fecchia ,
waar hij zich met zijn Hof bevond, in het jaar
ï:?.64 gebeurde, bragt hem fpcedig tot andere ge-
dachten. Wanneer een Priester aK'aar de leekenen
van het Avondmaal inzegende , en aan de waarheid
der verandering van het brood twijfelde: vielen *ei*
bloeddruppels op zijn' linnen Koorkleed. Hij wikte
die verbergen , door het kleed in plooijen te flaan ,
doch
GESCHIEDENIS. «79
doch d:\ar door kwamen meer bloedige gedaanten V
eener Hostie te voorfchijii; en dit kJeed is tot in de ^^[^
jongde tijden te Civita Fecchia ais eene Reliqiiie *H[oofdft.
bewaard. Hier op verordende urbanus nog in dat- '^^ C. G.
zelfde jaar 1264, door eene Bulle, dit Feest voor \TJ\1ll,''
zijne geht-elc Kerk, op den donderdag na de Pink- ■■
fterweek (♦), belovende aan allen, die hetzelve zou-
den vieren , eenen aflaat van 40 tot 100 dagen. Men
heeft echter naderhand pogen te ontkennen, dat de
droomerijen van eenige vrouwen tot dit Feest aan-
leiding gegeven hebben. Dewijl urbanus twee
maanden Hechts na het uitvaardigen van zijne BuIIe
llicrf, zoo bleef het vieren van het Feest overal
achter, alhoewel hij zelve het gevierd had. Maar
KLEMENS V herftelde het in het jaar 131 1 weder op
eene Kerkvergadering te Vienn&^ door eene verorde-
ning, welke eene herhaling was van de Bulle van
URBANUS (f). Sedert is dit Feest , in de Kerkefpraak
Festum Corporis Domini ^ gemeenlijk Sacramentsdag
genoemd , in algemeen gebruik gekomen , en werd
eenigermate het voornaamde , en in der daad het
prachtigfte in de Roomfche Kerk. Dat urbanus
ÏV ook het plegtig omdragen der gewijde Hostie op
dit Feest, zoo als het nog gewoon is, te gelijk be-
valen hebbe, vindt benedictus XIV waarfchijnlijk.
Ook is het te gelooven, dat federt de vernieuwing
van dit Feest, het bewaren en aanbidden der Hos-
tie,
(*) In Magfii Bnllario Rommio T. I. p. 145.
(f) Clementinar. L. III. Tit. \6. de reliquiis et vette-'
ratione SS- Cap. unie, p. loSo.
S4
18e KERKELIJKE
V tie, in een kostbaar kasje ook buiten de bediening
»oER yan het Sacrament allengs meer de overhand gekre-
Hoofdrt. ge" lieeft.
na C. G. Men heeft ook als een gevolg van de leere der
*! !'^!^r-* Tram fuhft anti a tie aangezien die voorname verande*
tot 1517- * •' -' ^
- ring in het bedienen van het Avondmaal , dat men
De Lee- de Leeken heeft uitgefloten van het gebruik van den
he^ ffe" drinkbeker in hetzelve , hoewel deze verandering niet
bruik van nnmiddelijk en noodzakelijk , noch alleen uit die leere
den beker J5 voortgevloeid. Tot in de Xilde eeuw toe werd
in het ^ .
Avond- J^"" ^^'s Christenen , zonder onderfcheid , het Avond-
n.ml uit- maal volledig , onder beide gedaanten van brood en
' * wijn , toegediend ; gelijk de eerlijke Kardinaal bona
zelve erkend heeft (*), en gelijk duidelijk blijkt uit
den Regel van Paus gelasius I, die de fcheiding
van het brood en den beker uitdrukkelijk onder ftraf-
fe van den ban verbiedt, dewijl zulke fcheiding van
een en hetzelfde Sacrament niet zonder fterken Kerk*
roof en Heiligfchennis gepleegd kan worden.
Toen in de laatlte dertig jaren der Xlde eeuw de
twist met berengarius over het Avondmaal op het
hevigst gevoerd werd, verdedigde deszelfs partij
LANFRANK wel ^tTramfuhflantiatie met allen ijver,
maar hij onderllelde evenwel het gebruiken van het
Avondmaal onder beiderlei gedaante als algemeen ge-
woonlijk. In een Liturgisch gefchrift van eenen
cngenoeraden uit dienzelfden tijd worden die genen
beftvaft , die het ligchaam van Christus in den
wijn doopten , en dus geloofden , het Avondmaal
vot»
<;*) Rer, Liturg. L. II. C. 18. Opp. p. 594. fq.
GESCHIEDENIS. 2S1
Volledig bediend te hehben ; welk misbruik Paus V
urbanus II op de Kerkvergadering te Clertmnt in ^°^^
het jaar 1095 insgelijks uitdrukkelijk verbood , wil- Hoofdft.
lende, dat niemand bij den Altaar het ligchaam en "^ C. G.
bloed anders, dan t\'^ bijzonder, nemen zal. lor!^^.
Doch , omtrent dien tijd , werd het eerst van eeni- .
ge Prelaten het voorftel gedaan , dat men aan de
Leeken den drinkbeker in het Avondmaal niet be-
hoefde te geven. R'^dulf, federt het jaar 1108 Abt
van het Klooster van den Heiligen Tronc ^ (S, Tru-
donis ,) in het Bisdom Luik, en in het jaar iiai
Abt van St. Pantaleon in het Keulfche , geeft in
zijn ongedrukt gedicht, bij bona aangehaald, de
redenen daar voor op: „ Hier en daar, zegt hij,
mag men de voorzigtigheid gebruiken, dat de Pries-
ter aan zieke of gezonde Leeken niets van het bloed
van CHRISTUS geve; alzoo 'er gemakkelijk iets van
geftort kon worden , en de eenvoudige zou kunnen
denken: dat de geheele jezus niet onder beiderlei
gedaante zij.
Hic et ïbi cautela fiat , m Vreshijter aegris
Aut fanis tribuut Lakis de fangutne Ckristi;
ffam fundi posfet leviter , fimplex^ue putaret ,
Qtiod non fub f pede fit totus Jefus utraqtie.
Evenwel hadden deze voorftellingen in het eerst
weinig ingang. De overeenftemming der voornaam*
fle Myfiieken en Scholastieken van deze eeuw be-
hield het oud gebruik beide van brood en wijn , bij
voorbeeld , bernhard van Clairvaux^ hügo van
St, Flctor enz. petrus lombardus , wiens ge-
voelens en uitfpraken zoo veel invloed hadden, zegt
S 5 uit-
28a K E R K E L IJ K E
V uitdrukkelijk : „ Waarom wordt het Avondmaal
BOEK onder eene tweeledige gedaante gebruikt , fchoon
VII o o o
Hoofdft. ^^^^ ^^ geheele Christus onder elke van beiden
na C. G. is? Om te toonen, dat hij de geheele menfcheliike
Jaario73. j^^jyy^ aangenomen heeft, om die geheel te verlos-
tot 1517- ° ^
j fen. Want het brood ziet op het vltesch, en de
wijn daartegen op het bloed , omdat de vvi'n het
bloed werkt, ïn hetwelk, gelijk de Natuurkundigen
zeggen , de zitplaats der ziel is. Het wordt daarom
onder twee gedaanten gevierd , opdat de aanneming
der ziel en des vleefches in christïts , en de ver-
losfing van beiden in ons aangeduid wordt (*)."
In de Xlllde eeuw integendeel nam de meening,
dat men de kelk aan de Leeken mogt en kon ent*
houden, merkelijk de overhand. In het janr 1313
werd de Transfubflantiatie als een Kerkelijk Leerftuk
door iNNOCENTius III vastgeflield , welke Paus even-
wel zelve in zijne fchriften blijken geeft, dat ook de
vrouwen den beker nog ontvangen hebben. Mis-
fchien heeft evenwel deze leer nu eene leer der Kerk
geworden , aanleiding gegeven , dat men meer be-
, zorgd geworden is, dat de Leeken het bloed van
CHRISTUS (lorten mogter. Hoe het zü, alexan-
DER VAN HALES, Ó.Q 'EngtX^che Franciskaner^ die de
Godgeleerdheid met zoo veel roem tot aan zijnen
dood in het j;iar 1245 toe te Parys ^ geliik te voren
te Oxford, geleerd heeft, is reeds een getuige, hoe
zeer de nieuwe gewoonte zich bad uitgebreid. On-
der eene menigte vragen over het Avondmaal (lelt
hij
(*) L. IV. Dijïinct» Xf. p. 3i3-
GESCHIEDENIS. 283
•
hij ook deze voor: Is het wel geoorloofd^ het lig- V
chaam van Christus enkel onder de gedaante des '^^^^
hroods te nemen ^ zonder hem te gelijk o der de ge- Hoofdft
daante des wij'ns te ontvangen? Na de gronden voor na C. G.
en teeen aangehaald te hebben, beduit hij, dat, '"'''^'°"^'
^ ^ ' - ' ' tot 1517.
dewijl CHRISTUS onder de beide gedaanten geheel — —
ontvangen wordt , men heel wel zijn ligchaam enkel
onder de gedaante des hroods ontvangen kan; zoo
als bijkans overal van de Leeken in de Kerk ge-»
fchiedt.
Evenwel was dit gebruik nog ver van algemeen
te zijn , alzoo eene Kerkvergadering te Durham van
het jaar 1220, de Priesters vermaande, om de Lee-
ken , zoo dikwijls zij ten Avondmaal gingen , tg
onderwiizen , dat zij toch niet aan de waarlieid van
het ligchaam en bloed van christus twijfelen, de-
wijl zij zeker dat gene onder de gedaante des broods
ontvangen, het gene voor ons aan het kruis gehan-
gen heeft, en in den drinkbeker, het geen uit de
zij^le van Christus gertort is. Nog gewigtiger zijn
hier plaatfen uit de fchrifien van albert den GroO'
ten. Deze weet zoo weinig daar van, dat men den
beker toen aan de Leeken zou onthouden hebben,
dat hij veel meer (*) die genen wederlegt , die het
gebruik des wijns voor overtollig verklaren , omdat
de geheele chuistus onder de geda. t van het
brood tegenwoordig is; maar zijn leerling, de HeiL
THOMAS , fchijnt het eerst deze leere van den beker
aan de Leeken te onthouden , met kracht voorge-
daan
(*} Libr. de corporc Christi et facraniento altavis.
284 KERKELIJKE
V ftaan te hebben. Hij ftelt de vraag voor : Is het
*v^? wtf/ geoorloofd^ het ligchaam van Christus te ge'
Hoofdlh hruiken , zonder het bloed ? En hij antwoordt :
na C. G. Zulks fchijnt ongeoorloofd te zijn , dewijl Paus ge-
•[^jj j.^^_' LASius in zijn bekend voorfchrifc zulks verbiedt;
■ dewijl het drinken des bloeds tot de volkomenheid
van dit Sacrament behoort, en dewijl dit tot ge-
dachtenis van het lijiien van Christus ontvangen
wordt , welk lijden meer door het bloed , dan door
het ligchaam wordt uitgedrukt , zoodat men zich
eer van het gebruik des ligchaams dan des bloeds
zou dienen te onthouden. Maar daar tegen, zoo
vervolgt hij, ftrijdt de gewoonte van vele Kerken,
in welke het volk wel het ligchaam van Christus ,
maar niet zijn bloed ontvangt. Hier uit leidt hij die
gevolg af: „ Naardien het den Priester toekomt,
dit Sacrament te wijden en tot fland te brengen ,
welks volkomenheid in beide beftaat: zoo mag hij
geenszins het ligchaam van Christus zonder het
bloed nemen; maar omtrent anderen gebruiken eeni-
ge Kerken de voorzigtige gewoonte, uit hoofde van
het gevaar van een oneerbiedig gedrag , enkel het
ligchaam van christus te geven."
Deze groote Godgeleerde van zijnen leeftijd uit de
Orde der Dominikanen zal velen aan zijne zijde
overgehaald hebben, en dewijl ten zelfden tijde het
Opperhoofd der Franciskanen bonaventura zich
voor dit gevoelen verklaarde, is het niet vreemd,
dat deze nieuwe gewoonte, om de Leeken van den
Avondmaalskelk uit te fluiten, fpoedig van de aan-
zienelijkfle Kerken in het Westen is aangenomen ge-
wor-
GESCHIEDENIS. 285
worden. In de latere tijden der XlIIde eeuw ziet V
men in vele Kerken , in plaats van den gewiiden ^^^^
wijn , voor de Leeken de naderhand zoogenoemde fioofdll,
fpoelheker te vooHchiin komen. Men goot bij den «^ C. G.
overgeblevenen gewijden wijn meermalen gewonen l^^^^J^
wijn, en een Aartsbisfchop van Cantetbury ^ joan ^ ■ i ■
PEKHAM, gaf in het jaar 12S1 aan zijne Priesreren
in last, om het volk te onderwijzen, dat, het geen
hun in dezen beker gegeven werd , geen Sacrament
was, maar enkel wijn, met welks hulp zij het ont-
vangene heilige ligchaam gemakkelijker konden door-
flikken, Ondertusfchen vindt men nog diep in de
XlVde eeuw voorbeelden , dat men den beker ook
aan de Leeken gegeven heeft ; trouwens blijkt uit
hel geval van Keizer hendrik in het jaar 1313,
die door den wijn in het Avondmaal vergeven zal
zijn , dat de Leeken zeker den beker ontvangen
hebben. Evenwel werd reeds omtrent het midden
der XlVde eeuw de tegengeftelde gewoonte door de
Paufen zoo zeer als wetiig en regtmatig aangezien,
dat KLEMENS VII, in het jaar 1344, aan den Her-
tog JAN van Normandiê^ oudften Zoon van Koning
FiLiPS VI, op deszelfs verzoek, als een bijzonder
voorregt, bij Dispen fatie bewilligde, dat hij, zoo
lang hij leefde, den beker zou mogen ontvangen ,
hetzelve vergunde hij ook aan de Ouders en de
Gemalin van dezen Prins , en in het volgende jaar
aan den Hertog otto van Burgondi'è ^ docli onder
voorwaarde, dat de Priester zich daar bij zoo ge-
heim en voorzigtig zou gedragen , dat 'er toch niets
van het bloed geftort, noch eenige ergernis gegeven
moge
a86 K E R K E L IJ K E
V mogt worden. Op het einde dezer eeuw was het
^^^!^ zelft gevaaiiijk, op het algemeen gebruik van den
Hoütdü. drinkbeker aan te dringen. Een Paiochiepriester te
na C. G. Praags Meester matïhias van Jatiow^ onderwees
L/^{^' her volk en noodiede hen uit, om den heker te
COL Si/.
I o))tvangen , welken hij ook ronddeelde.. Maar de
hooge Geesiellikheid noodzaakte hem fpoedig, om
te herroepen; hij ftierf in het jaar 1394., en zijne
fclirifren werden in het jaar 1410, met andere zoo-
genoemde Ketterfche fchriften, door den Aartsbis-
fcliop van Praag veroordeeld.
Bohemen was over het geheel het land, waar men
het langst het gebruik van den Avondmaalskelk be-
houden had. Dit land was door Griekfche Monni-
ken tot het Christendom bekeerd, en bleef fteeds
genegenheid behouden voor de oude gebruiken, de
Piicvsrers lefden in den echt , de gewone landtaal
werd bij den Godsdienst gebruikt, en dus ook het
Avondmaal lai g onder de beide gedaanten van brood
en wijn bediend ; maar toen karel IV omtrent het
midden dezer eeuw de Univerfiteit te Praag fticht-
te, en op dezelve vele Duitfche ^ Franfche en Ita^
Viaanfche Leeraren beriep, werden de vorige gebrui-
ken , ook door uitdrukkelijke Plakaten van dezen
Vorst, onder (Iraffe des vuuis, afgefchaft , eu daar
onder het gebruik van den drinkbeker voor de Lee-
ken. —
Nog was 'er eene reden, waarom men in Bohe-
men reeds in de XlVde eeav/ vele koene Leeraars
van Hervorming vond, die onder andere verbaste-
ringen van den Godsdienst eii der Kerk, ook het
Avond'
GESCHIEDENIS. a8^
Avondmaal onder eem gedaante beft; eden. Dcf-Fa/' V
demen , die overal vei volga werden , namen gedeel- ®°^*
telijk hunne toevlugt ouk naar Bohemen, alwaar de Hoofdfl.
gefchiktheid lot eene vrijere denkwijze, voornamelijk na C. G,
onder de heimelijke Grieken, grooter was dan in i^^^^°T3»
tot 15 17,
de meeste an ere landen. In het naburig Meisfen
leefde in het begin der XVde eeuw pieter van
Dregden , zoo als hij naar zijne vaderftad genoemd
werd , ook een aanhanger der Waïdenzm, Deze
had, na eenig verbliif te Praag, deze hoofdltad met
vele andere Duitfchers verlaten in het jaar 1409, en
lèdert in zijn vaderland Schoolonderwijs gegeven.
Doch toen men hem als een* Ketter herkende ,
vlugtte hij weder naar Praag, alwaar thans federt
het jaar 1400 als lid der Filozofifche Faculteit dezer
Hooge School jakob van Mi fa leerde, gemeenelijk,
om zijne kleine ligchaamsgeftalte , jacobellus , (de
Kleine jakob,) in het Boheemsch jakaubez ge-
noemd. Tegen dezen , die toen bij de Kerk van
iS"^. B'lichael te Praag Parochiepriester was, zeide
PIETER van Dresden: dat hij zich verwonderde ,
dat een zoo geleerd en heilig man de dwaling in de
leere van het Avondmaal niet opgemerkt had, die
reeds lang voor de Kerk zeer nadeelig was gewor-
den, dat men het volk enkel het ligchaam des Hee-
ren onder ééne gedaante gaf. jacobellus, hier
door opgewekt , raadpleegde de Kerkvaders , en
vond, dat zij het algemeen gebruik des bekers aan-
geprezen hadden, hetwelk hij ook aan het volk pre-
dikte, en het vermaande, om in het vervolg het
Avond-
a88 K E R K E L IJ K E
V Avondmaal volledig te gebruiken (♦). De twisten
BOEK jnet Hus over den Godsdienst, welke toen reeds
Hoofdft. plaats hadden , kregen daar door een' grooten ftcun ,
na C. G, voornamelijk , dewijl ook zijn ambtgenoot sigmund
10^1^1^' R2EPANSCI hem bijftond. De Aartsbisfchop van
. Praag deed hem wel in den ban , maar hij ging
voort, met toejuiching over dit (luk te prediken, en
de twist hield weldra de vergadering van Conftans
bezig, ook werden 'er hevige fchriften over gewis-
feld. Terllond toen jakob de misa in het jaar 1415
zijn gevoelen openlijk begon voor te dragen , weder-
fpraken hem de Leeraars der Hooge School, maar
hij verdedigde zijn gevoelen in een afzonderlijk ge-
fchrift , waar tegen een Ongenoemde eenen langen
Brief uitgaf, en poogde te bewijzen , dat het tegen
het oogmerk van Christus was ^ dat men de Lee*
ken beide de deelen van het Avondmaal toediende.
Kort daar na volgde 'er een onder gefchrifc van an-
DREAS BRODA , Doctor en Profesfor der Godgeleerd-
heid te Praag ; tegen welken aanval jakob van
Mi/a zich fpoedig in eene wijdloopige verantwoor-
ding verdedigde ; een ander Ongenoemde poogde
hem op nieuw te wederleggen, en deze maakre een
onderfcheid tusfchen de oude Kerk en de nieuwe ,
welke volgens hem met den Roomfchen Bisfchop
siLvESTER haren aanvang genomen heeft; ja men
kan, zegt hij, den oorfprong der nieuwe Kerk eerst
federt honderd of twee honderd jaren berekenen. In
de
(*^ AE^EAs sYLvius Hiit. Bohem, C. 35.
GESCHIEDENIS. 289
de eerde Kerk gefchicdde alles eenvoudiger en gro- V
rer ^ {fmpliciori modo et grosfori,') dan in de nieii- *^^*
we, waar alles op eene waardiger wijze befchouwd Hoofdft,
en behandeld wordt. Deze Schrijver vervalt zelfs "^ C. G.
tot ongerijmde Hellingen , bij voorbeeld : De Paus jot'^J 5J7]
kan voor de menfchen zonden maken , waar ''er gee- — »■*
ne zijn, of waren: want naardien het reeds zonde
is, loffelijke gewoonten der Kerk te overtreden, zoo
is het zelfs doodzonde, aan PausfeJijke verordenin-
gen ongehoorzaam te zijn.
Ondertusfchen was te Konftans de Kerkvergade-
ring opmerkzamer geworden op dezen twist. De
groote goedkeuring, welke jakob van Mifa in zijn
vaderland vond, ontrustte haar; hij werd desvvegens
van den Bisfchop van Leitomifchel bij haar befchul-
digd, die de vergadering bad, om deze toenemende
Ketterij paal en perk te (lellen, huss zelve ver-
klaarde zich nog te Konflam, eer hij gevangen ge-
zet werd, in een bijzonder gefchrift voor den kelk
der Leeken. De daar tegenwoordig zijnde Godge-
leerden oordeelden het derhalve noodig, met hunne
uitfpraak tusfchen beiden te komen. In Junij 14 15
maakten zij hun gevoelen in zes artikelen bekend ,
waar bij zij ook hunne bewijzen voegden.
I. CHRISTUS heefc na zijn Avondmaal het Sacra-
ment van zijn allerheiligst ligchaam onder de beide
gellalten van brood en wijn ingefteld.
II. Niettegenflaande deze inflelling en uitdeeling
is het, naar eene loffelijke en goedgekeurde gewoon-
te der Kerk, gebruikelijk geworden, dat dit Sacra-
ment niet na het avondeten vervaardigd, noch van
XVIII. Deel. T de
190 K E R K £ L IJ K £
V de Geloovigen ontvangen moet worden, iiitgezon-
BOEK ^jerd bij eene ziekte , of in een ander doodsgevaar.
VII
Hoofdft ^ïï' Alhoewel in de eerfte Kerk dit Sacrament
na C. G. van de Geloovigen onder beiderleie gedaante ontvan-
jaario73. ^^^^ ^^ geworden ; zoo kon nogtans , ter vermijding
, van eenige gevaren , met gelijke of nog grooter re-
den, de gewoonte worden ingevoerd, gelijk zij wer-
kelijk ingevoerd is, dat de Priesters, die het Avond-
maal inzegenen , hetzelve onder twee gedaanten ,
maar de Leeken flechts onder ééne gedaante van
brood nemen.
IV. Deze van de Kerk ingevoerde en reeds zeer
lang uit redelijke gronden waargenomene gewoonte,
moet voor eene wet gehouden worden, welke men
niet afkeuren , noch zonder het gezag der Kerk wil-
lekeurig veranderen mag.
V. Wie zegt , dat het Kerkeroof is , of iets on-
geoorloofds , deze gewoonte als eene wet waar te
nemen, dien moet men onder de dwalenden tellen.
VI. Die genen, die het tegendeel van deze be-
fluiten hardnekkig drijven, moeten als Ketters aan-
gemerkt, en als zoodanige, verwijderd en geftrafc
worden.
Zoo onbedachte befluiten had men van enkelde
Godgeleerden in den drift van verfehillende gevoelens
mogen verwachten, maar dat zich een geheel talrijk
genootfchap , aan welks hoofd zich een gerson
bevond, regelregt tegen christus, de Apostelen en
de oude Kerk verklaarde, kon uit geene andere
drijfveer afgeleid worden, dan uit de vrees voor het
gezag der nieuwe Kerk en derzelver voornaamfte
Leer-
GESCHIEDENIS. 291*
Leeraren. Bovendien was de oude gewoonte thans v
vernieuwd geworden in een land , hetwelk onder den ^^^^
blaam van Ketterij lag, zoodat men geloofde, daar- Hoofdft.
om te minder te moeten toegeven. Het is dus geen na C. G.
wonder, dat de Kerkvergadering zich naar dit goed' Jqj'^J?^?*
vinden der Godgeleerden voegde en in hare XlIIde
zitting den i5den Junij 1435 haar befluit in de vol-
gende bewoordingen liet voorlezen : „ Nademaal
fommigen in eenige landen der wereld zich onder-
ftaan, om roekeloos te beweren, dat het Christen-
volk het Heilige Sacrament des Avondraaals onder
de beide gedaanten van brood en wijn moet ontvan-
gen, en werkelijk ook hier en daar de Leeken onder
de gedaante van wijn laten communiceren; en hard-
nekkig leeren , dat men zelfs na het avondeten , of
anders niet nuchteren, communiceren kan; en dit
tegen de loffelijke door redelijke gronden geftaafde
gewoonte der Kerk aanloopt, welke zij, op eene
verdoemelijke wijze, als kerkroovend en heiligfchen-
dig zoeken te verwerpen, terwijl zij van het hoofd
beginnen: Zoo verklaart, verordent en bepaalt het
tegenwoordige heilige, algemeene Concilie te A^ö.v»
fiam, hetwelk in den Heiligen Geest wettig verga-
derd is, dat, alhoewel Christus dii eerwaardig Sa-
crament na het avondeten onder beiderlei gedaanten
van brood en wijn ingcfleld en aan zijne Apostelen
uitgedeeld heeft; nogtans , desnicttegenjiaande ^ het
ioffelijk gezag der Heilige Kerkewet ^ en de gepre-
zene gewoonte der Kerk in acht genomen heefr, en
nog in acht neemt, dat dit Sacrament niet na hst
avondeten bediend , maar van de Geloovigen nuchtc-
T a rea
C52 K E R K E L IJ K E
- V r^n gebruikt moet worden; uitgezonderd wanneer zij
lOEK 2iek zijn , of een ander geval van noo.d voorkomt ,
Hoofdft. hetwelk naar het regt of van de Kerk veroorloofd
na C. G. is. En gelijk deze gewoonte, om eenige gevaren en
tori^f? ^rg^""s ^^ vermijden, verftandig ingevoerd is: Zoo
■■.. .■■— heeft ook uit gelijke en nog grooter oorzaken kun-
nen ingevoerd en in acht genomen worden, dat,
alhoewel dit Sacrament in de eerfie Kerk van de
Geloovigeti onder heiderlei gedaante ontvangen is y
het evenwel in het vervolg van de inzegenenden ,
(<3 conficientibus ^^ onder heider lei gedaante^ maar
van de Leeken alleen onder de gedaante des hroods
ontvangen worde. Want, men moet vast gelooven ,
zonder eenigzins te twijfelen, dat het geheele lig-
chaam en het geheele bloed van Christus zoo wel
onder de gedaante des broods als des wijns waar-
achtiglljk begrepen is. Dewijl derhalve deze gewoon-
te van de Kerk en de Heilige Vaderen om verllan-
dige redenen ingevoerd, en federt langen tijd in
acht genomen is: zoo moet zij voor eene wet ge-
houden worden , welke men niet veranderen , noch
zonder het gezag der Kerk willekeurig verwerpen
mag. Gevolgelijk moet het voor dwalend verklaard
worden, te zeggen, dat het heiligfchendig of onge-
oorloofd zij, deze gewoonte of deze wet in acht te
nemen. En die genen, welke het tegendeel hier van
hardnekkig bevveeren, moeten als Ketters uitgewor-
pen, en door de Cisfchoppen of hunne ambtenaien,
of door de luquififeuren der Ketterfche fnoodheid ,
in de landen en gewesten, waar tegen dit befluit
iets beproefd of ondernomen is, volgens Kerkelijke
en
GESCHIEDENIS. 293
en Wettelijke verordeningen , welke ten beste van V
het Katholijke Geloof tegen c!e Ketters en hunne be- °^J^^
giinftigers heilzaam uitgedacLt zijn , icherpelijk ge- Hoofdft.
ftraft worden (*)." "^ C. G.
Deze bcfluiten der Kerkvergadering van Konflam \q^ j^j^]
voldeden jakob van Mifa niet , en hare uitfpraak ■
jaagde hem geene vrees aan. Integendeel, hij fchreef
kort daar na eene verantwoording tegen de ecne en
andere; ook ftoorde men zich in Bohemen zoo wei-
nig aan deze befluiten, dat veel meer het Avond-
maal allengs in de meeste Kerken onder de beide ge-
daanfen werd uitgedeeld. Waar toe ook de uit-
drukkelijke verklaring der Univerfiteit van Praag iij
het jaar 141 7 niet weinig toebragr. Om deze rede-
nen poogde de Kerkvergadering haar befluit te fl:a-
ven , door een verbod , dat geen Priester , op ftraffe
van den ban , aan eenen Leek het Avondmaal onder
de beide gedaante zou uitdeelen. Ook fchreef ger-
soN, op haren last, in het jaar 1417, eene verhan-
deling tegen de Ketterij van het bedienen des Avond-
maals aan de Leeken onder beide gedaanten , welke
in de vergadering werd voorgelezen. In dezelve be-
weerde hij,- dat men hen, die anders leerden, en
daar toe de Heilige Schrifc misbruikten, niet met
mondelijke of fchriftelljke fpitsvinnighede/i , maar
door geregtelijke flrengheid en firafen behoorde te
wederleggen.
Alhoewel dit befliiit niet duister genoemd kan
worden, fchijnt het echter bijkans onzeker te zijn,
of
(♦) HARDUiN. Act. Concil. T. VIII. p, 581.
T3
294 K E R K E L IJ K E
V of deszelfs oogmerk een algemeen verbod geweest za!
BOEK 2ijn. THOMAS van Walden , een Engelfche Karmellter
Iloofdft. Monnik en Doctor der Theologie, die zelve de ver-
na C. G. gadering te Kon/lans had bijgewoond , en die in
isTiur •^'^3'' §^^^^^^" '^^•> verzekert, ,,dat den Leeken niet
- — algemeen verboden is, het bloed van Christus on-
der de gedaante van wijn te drinken; maar dat het
ook niet algemeen en zonder voorzigtigheid aan allen
vergund is; naar de gewoonte der Kerk was het
aan de voorzigtigheid der groote Prelaten overgela-
ten, om eenigen van de Bedienaars van den Altaar,
die door geloof, eerbied en godsvrucht uitmuntten,
tot het gebruik onder beide gedaanten toe te laten;
zoo plagtcn de Paus, eenige Bistchoppen en Abten
te' handelen." Het fchijnt, dat men fomtijds eenige
toegeeflijkheid wilde gebruiken om niet dergelijke on-
lusten te veroorzaken in andere landen , als 'er in
Bohemen ontdaan waren; het was ook eerst in het
jaar 1437, toen de Cistercienfen op een algemeen
Kapittel befloten, de Roomfche Kerk te volgen, die
thans, om alle gelegenheid tot dwalingen af te fnij-
den, het Sacrament alleen onder de gedaante van
brood aan de Leeken uitdeelde, die zich daarmede
behoorden te vergenoegen.
In het jaar 1436 had de Kerkvergadering van Ba^
zei in dit ftuk aan de Bohemers toegegeven ; gelijk
wij zien zullen in de Gefchiedenis der Hits/tien ;
ondertusfchen was zij verlegen, hoe de eer der ver-
gadering van Koulans te redden. Te Konftans was
het voor Ketterij verklaard, wanneer men het ge-
bruik van het Avondmaal onder écne gedaante voor
iets
GESCHIEDENIS. a(>5
iets ongeoorloofds hield. Op de vergadering te Ba- v
zei wederfprak men dat befluit wel niet regelregt ; ^^^^
evenwel nam men een ander , volgens hetwelk deze Hoofdft.
ftelling niet wei meer eene Ketterij heeten lion. In na C. G.
hare XXXlle zitting , in December 1437 , liet zij het J^"°[^'
volgende Decreet voorlezen (*): „ Opdat men ter _
verldaring der Katholijke waarheid duidelijker wete,
wat men ten nutte en zaligheid van het Cliristen-
volk, ten aanzien van het Heilig Avondmaal, geloo-
ven en doen moet: zoo ftelt deze heilige vergade-
ring, na een vlijtig en lang onderzoek der Schrift,
der Heilige Kerkwetten , en der van de Heilige Va-
deren en Doctoren voorgedragene Leeringen , ook
na behartiging van al het overige, wat hier toe be-
hoort, vast, dat wel de Geloovige Leeken, of com-
municerende Geestelijken , die dit Sacrament niet
inzegenen , volgens het bevel des Heeren , niet ver-
bonden zijn , hetzelve onder beiderlei gedaante te
ontvangen. Evenwel heeft de Kerk, welke door
den Geest der Waarheid geregeerd wordt, die in
eeuwigheid bij haar blijft , en met welke ook Chris-
tus volgens de Schrift, tot het einde der wereld
blijft, het regt, om voor te fchrijven, hoe dit Sa-
crament aan de genen, die het niet inzegenen, (jwn
Conficieiitibus ^') uitgedeeld behoort te worden; zoo
als zij namelijk vindt , dat ter vereering van het-
zelve en tot zaligheid der Geloovigen dienflig is.
Het zij nu iemand onder ééne gedaante , of onder
heide , naar de verordening of gewoonte der Kerk ,
com»
(*) HA8DUIN. T. VIII. p. 1244.
T4
39^
KERKELIJKE
V
BOEK
VII
Hoofdft.
na C. G
Jaar 1073
lot 1517
Gebruik
des
Avond-
imals
door kin
deren af-
gefchafr.
communiceert : het flrckt echter den ivaardlgen com-
municant tot zaligheid. Men ning ook geheel niet
twijfelen, dat het vleesch niet alleen onder de ge-
daante des broods, en het bloed niet enkel onder de
■ gedaante des wijns ; maar veel meer dat onder elke
gedaante de geheele Christus te vinden is. Ook
moet de loffelijke gewoonte, om den Leeken onder
ééiie gedaante het Avondmaal te bedienen , welke
van de Kerk en de Heilige Vaderen, om goede re-
denen , ingevoerd , tot hier toe zeer langen tijd in
acht genomen , en van Doctoren , die in de Heilige
Schrift en in de Kerkelijke wetten zeer geoefend
waren, reeds lang aangeprezen is, voor eene wet
gehouden worden; zoo dat het niemand geoorloofd
is, dezelve te verwerpen." Dus het geen zij in het
jaar 1436 aan de Eohemers en IMoravi'érs met de
eene hand hadden toegeflaan , namen zij door dit
befluit , met de andere hand weder terug. Ook
bleef gedurende dit geheele Tijdperk niet alleen eene
zeer groote menigte Boheuiers en Bloraviërs bij het
gebruik van het Avondmaal onder de beide gedaan-
ten; maar dit werd ook nog van tijd tot tijd door
aanzienlijke Godsdienstleeraren der Roomfche Kerk,
hoedanig savonarola was, verdedigd.
Onder de gevolgen van de leere der Tran^fnhflau'
tiatie hebben fommigen ook gerekend de affchaffing
der gewoonte , welke men in de oude Kerk had ,
om ook aan kinderen het Avondmaal te geven ,
doch de Transfuhflantiatie was al een geruimen tijd
in de Kerk ingevoerd, zonder dat men het Avond-
maal der kinderen afgefchafc had , hetwelk federt
het
GESCHIEDENIS. 297
het begin der Xllde eeuw allengs gcfchicdde. odo, v
Bisfchop van Parys , omtrent het jaar 1175, ver- ^"ji*
bood aan zijne Priesters volftrekt , om aan kinderen Hoofdft.
niet eens ongewijde liostien te geven. In de Xlllde na C. G.
eeuw kwam hier het aanzien van tiiomas bii, die |'!f'^^°^-^*
•^ ' tot 15 17,
wel de kinder- communie als afgefchafc aanziet , ,.
maar ook de reden 'er bijvoegt, dat de kinderen ,
volgens den Heiligen augustinus, door het ont-
beeren van dezelve , geen gevaar van hunne zalig-
heid lijden. Ook verboden om dezen tijd eenige
Frajjfche Kerkvergaderingen , dat aan kinderen geene
gewijde Hostien gegeven zouden worden , alleen van
het zevende jaar af zou het geoorloofd zijn. In an-
dere Westerfche Gemeenten is deze gewoonte, naar
allen fchyn, al vroeger afgefchafc, misfchien is zij
ook bij dezelve niet zoo algemeen geweest.
Behalve de verbasteringen van de leere van het
Avondmaal overlaadde men dezelve ook met eene
menigte van fpitsvinnige vragen en bedisfiiigen ,
waar in de Scholastieke Leeraars bijzonder hebben
uitgemunt, welke tot niet anders dienden, dan om
deze leere te verdonkeren , en toch bleven de harten
koud omtrent het gebruik van het Avondmaal. Ver-
geefs was het door de Tramfuhfiantiatie tot een
dagelijksch wonderwerk verheven; vergeefs werd het
aangeprezen als het heilzaamfte ofler voor levenden
en dooden; de verzekering zelve, dat de bloote te-
genwoordigheid bij hetzelve, en de fchikking, om
het door eencn Priester te laten vieren, genoegzaam
gelijke uitwerking had , als het dadelijk gebruik ,
moest dit gebruik onverfchilHger en zeldzamer ma-
T 5 ken.
£98 K E R K E L IJ K E
V ken. iNNOCENTius III zag zich daarom genood-
BOEH zaakt, om in I27< te bevelen (*), dat elk waar
VU
Hootitfi Christen in zijne Kerk ten minlten eenmaal 'sjaars
na C. G op Pafchen het Avondmaal zou ontvangen. Het is
]aaiio73 ^ii^jg j^jgj. j.g verwonderen, dat de Leeken zich zoo
cot 1517, '
gemakkelijk den beker lieten ontnemen. Zij haddeti
iedert lang geene inzage in zaken van Godsdienst,
en de Geestelijkheid overreedde hen zonder moeite,
dat zij 'er niets bij verloren ; en zij ondervonden
hetzelve, reeds door de gemakkelijkheid, met welke
zij zich het zoogenoemde Misoffer ^ of als aandach-
tige aanfchouwers , of voor hun geld te nutte kon»
den maken.
Handel Wij hebben reeds voorheen gezien , tot hoe vele
met Mis- einden reeds van de Vilde eeuw af het Avondmaal ,
of liever de y?/7/e Misfen^ bij welke de Priester al-
leen de genietende was , misbruikt werden. Goed
weder en zielerust voor overledenen, konden even
goed door dezelve bezorgd worden. Deze uitvin-
ding was te gemakkelijk voor alle foorten van Chris-
tenen , bijzonder voor de Rijken , die , gezond en
ftervende , zich , zonder moeite , alleen voor hun
geld allerhande weldaden verkrijgen konden, en te
voordeelig voor de Priesters, dan dat zij niet fleeds
voortgezet en tot het oneindige vermenigvuldigd zou
ziin. De verordeningen der Kerkvergaderingen van
dezen tijd, dat geene uiterfte willen gemaakt konden
worden, dan in tegenwoordigheid van den Parochie-
Gees-
(*) Concil Later an, IV. Can. 21. ap. harduin. Tomm
VII. pag. 35.
GESCHIEDENIS. 299
Geestelijken, hadden ongetwijfuld onder anderen ook V
dit eigenbelang ten doel, dat de Ilervende toch de ^^^^
zielmisfen niet vergeten mogt. Thans was 'er reeds Hoofdft.
eene foort van koophandel met de Misfen ontftaan , na C. G.
die federt niet weder heeft kunnen uitgeroeid wor- P^''ï°73.
° lot 1517.
den. Men ziet wel, dat de Engelfche Bisfchoppen -
dit voltlrekt niet wilden dulden. DeBisfchop vanvS*^-
rum bijzonder verbood het opveikn der Misfen ; noch
voor jaarlijkfche noch voor dertigjarige aflaat, zou
een Leek of iemand anders iets genoodzaakt worden
te geven, of in zijn testament te vermaken ; ook
zou desvvegens geen waar noch fchijnbaar contract
van Priesters en anderen gefloten worden; even min
zouden de Priesters , op fbafFe van fchorsfiiig in
hunne bediening, zich met eene overtollige menigte
jaarlijkfche Misfen laten bezwaren, welke zij niet op
eene welvoegelijke wijze konden lezen, en 'er daar-
om andere Priesters toe huurden ; of ze aan anderen
verkoopen moesten; doch zoo lang de Christenen
zich verbeeldden , dat zij voor zich en hunne over-
ledene vrienden door zielmisfen groote weldaden
konden verwerven , kon het niet misfen , of zij be-
itelden 'er eene groote menigte , en 'er was zulk
eene verbazende menigte Priesters , dat deze , om
hun beliaan te vinden, het lezen der Mis op zich
moesten nemen.
Nu oordeele elk , die lust tot onderzoek of verge- Boetdoe*
lijkin? heeft, of men dit een en ander ware C/^w/(?///- "'"gen en
Biecht
ke Godzaligheid ^ of wel Bijgeloof noemen moet; ook
ftonden deze zaken met eikanderen in verband, zoo
als het Sacrament der boete , de Kerkelijke Schat
van
300 KERKELIJKE
V van de verdienden der Heiligen, de Aflaat, het
BOEK Pausfelijke Jubeljaar , de Bedevaarten , het Vagevuur
Hoofdft. ^" ^^ Oorbiecht. Kerkelijke Boetdoeningen waren
na C. G. zeker zeer oud , maar thans weken zij geheel af van
jaario73. j^^^^ eerfte beftemming, en veranderden geheel van
toc 157*
■ aard. Eigenlijk beftonden zij in opgelegde of vrij-
willige ligchamelljke oefeningen en lijden , waar mede
zekere godvruchtige handelingen verbonden moesten
worden. Een half naakt ligchaam, lastige kleeding,
geesfelingen , vasten, bedevaarten en kruistogten,
maakten de eerfte foort uit; menigvuldig bezoeken
van Kerken, het hooren der Mis, opzeggen van ge*
beden en aalmoezen de tweede. Door dit alles werd
eene foort van genoegdoening daargefteld , welke dan
de Priester in de Biechtftoel , dan de Bisfchop , dan
in zekere gevallen de Paus voorfchreven. Men
geloofde zich daar door niet flechts bij de Kerk ,
maar ook bij God zelven de vergeving van bedre-
vene zonden en ontheffing van verdiende ftrafFen
waardig te maken. Ook was het reeds lang eene
gewoonte geworden , om zonder bewustheid vap
zonden velerhande boetdoeningen op zich te nemen,
waar van de voorbeelden in het Monnikenleven , in
de Gefchiedenis der Kruistogten en der Heiligen van
deze tijden, ons zijn voorgekomen. Omtrent de boe-
te was 'er voor de Bisfchoppen en Biechtvaders
door verzamelingen van Kerkelijke wetten en Boeken
over de boete gezorgd ; ook gratianus had van
de boete gehandeld in zijn groot werk ; maar thans
kwam 'er een bijzonder Boek uit van den beroem-
den RAYMüND VAN PENiAFORT , doot hcm waar-
fchijn-
GESCHIEDENIS. 301
fchijnlijk omtrent het jaar 1230 op bevel van den V
Froviiiciaal zijner Dominikaner Orde in Spanje op- ^'^^-'^
gefield. Het voert den titel Summa de Poenitentia Uoofdft.
et Matrimonio ^ en kwam fpoedig onder den naam na C G,
van Summa Kawiundiana in abemeen ffebruik. En J^^'"'°73«
•^ ^> » dot 15 17,
thans beflaat de hoete en oorbiecht als een Sacrament ,,
eene voorname plaats in de fchriften van deze eeuw;
wijdloopig handelden daar over petrus lombard
en THOMAS VAN AQUINO.
Doch aan de voorfchriften , door deze Schrijvers
gegeven, hield men zich niet naauwkeurig, immers
in bijzondere gevallen en ongemeen zware zonden ,
werden willekeurig de zonderlingfte boetdoeningen
opgelegd. Keizer otto IV, die in het jaar 121 8
overleed, liet zich in zijne laatfle ziekte dagelijks
van Priesters geefelen, en van zijnen Kok op den
hals treden. Een Bisfchop van Hildesheim zeide
daarom , het ware onmogelijk , dat een zoo boet-
vaardig Vorst zelfs üechts één uur in het Vagevuur
zou kunnen verblijven. Evenwel verfcheen hij, na
zijnen dood , aan eene Abdis , zijne nabeflaande ,
welke hij klaagde: dat hij in het Vagevuur gepijnigd
werd, en bad, dat zy, in verfcheidene Kloosters,
tien duizend Pfalmen voor hem zou laten bidden,
en wel op die wijze , dat de tegenwoordig zijnde
bij eiken Pfalm tien geefeiflagen ontvingen; en dat
bij elk vers een Ave Maria en Pater Noster ge-
fproken, en terwijl de geefeling gebeurde, de Pfalm
De pro fundi s opgezegd zou worden. Nadat dit
volbragt was, meldde hij aan zijne bloedverwante
in eene nieuwe ongemeen glansrijke verfchijning , dat
hij
302 KERKELIJKE
V hij thans tot de eeuwige heerlijkheid was overge*
BOEK ggajj Q¥^^ gen Qj-aaf van Namen , die te zelfden
Hoofdft. ty"-^^ ftierf, biechtte aan vier Abten te gelijk, en liet
na C. G. zich , in zijne laatflie dagen , van zijne Biechtvaders ,
•Ü?^!?^?' met een ftrop om den hals, op ftraat rondvoeren,
tot 1517*
p zeggende, dat hij als een hond geleefd hebbende ,
ook als een hond wilde fterven (f). Ook vertelde
men niet zelden wonderen , welke gebeurd zou-
den zijn 5 om te bewijzen , hoe welbehagelijk de
belijdenis van zonden en de boete aan God waren.
Een jong mensch te Parys , die in het jaar 1199
niet in (laat was, door zijne tranen en fnikken zijne
verfoeijelijke buitenfporigheden mondeling te biech-
ten , fchreef ze op ; maar toen het fchrift geopend
werd , vond men , dat alles was uitgewischt (§).
Een reeds geltorven Dtiitfcher in het jaar 1212,
werd , nadat hij reeds de llrafFen des toekomenden
leveiis had leercn kennen , alleen daarom van God
opgewekt , opdat hij nog eene heel flrenge boete van
zeven jaren zou kunnen oefenen (**).
Geefe- De vrijwillige boetdoeningen , zoo wel om daar
laais. door, als het vvaie. God tot medelijden en verge-
ving van begane zonden te bewegen, als ten be-
hoeve van anderen en om de zielen uit het Vage-
vuur te verlosfen , gelijk zich de Monniken en Hei-
ligen met dat oogmerk zelven kastijdden , ver-
basterden in dit Tijdvak zelfs in eene fecte van
dwee-
(*) RAYNALD- ad a. 1218. n 37. 38.
(t) ld. n. 39. (§) ld. ad a. 1199. n. 45.
Q*) ld, ad a. 12 12. n. 45,
GESCHIEDENIS. 303
dweepers en geestdrijvers, welke men ten laatfte v
voor ketterii verklaarde. Men had reeds in het voor- ^^}f
VIÏ
gaande Tijdperk veel werk gemaakt van het geesfe- Hoofdft.
len van zich zelven , en dit gevoelen van de hooge ^^ C. G.
waarde van deze ApoUoVifche tucht ^ dit zuiverings- J^'^ ^ ^^
tniddel, zoo als men het noemde , waar door men ■
geloofde, voor vele jaren vooruit boete gedaan te
hebben , plantte zich in de tegenwoordige tijden
voort. ROBERT PULLEYN , (of PULLUS,) de be-
roemde Leeraar in de Godgeleerdheid te Paj-ys en
Oxford, omtrent het midden der Xllde eeuw, prees
dezelve aan in zijn Godgeleerd Zamenftel (*):
„ Daar is," fchrijft hij, „ eene genoegdoening,
welke de natuur van elk in (laat is te dragen; even-
wel eene ruwe, maar Gode des te aangenamer, hoe
vernederender zij is; wanneer namelijk een ieder
zich naakt voor de voeten van den Priester neder-
werpt , en van denzelven met roeden laat kastijden.'*
Vorsten zelfs gebruikten dit verflerk middel van hun-
ne godsvrucht zoo wel, als lieden van alle andere
ftanden. lodewyk IX , of de Heilige , Koning van
Frankryk , liet zich telkens , na het doen der biecht,
van zijnen Biechtvader met vijf kleine ijzeren zaam-
verbondene kettingjes, die hij in een ijvoren doosje
bij zich droeg, geefelen; (^disciplinam recipiehat ,')
ook plag hij aan zijne kinderen en vertrouwde vrien-
den zulke kettingdoosjes te gelijken einde te veree-
ren. Als zijn Biechtvader de flagen te zacht deed ,
gaf hij hem een teeken , dat hij beter toeflaan moest.
Doch
(♦) Z. VU. Sentent, C. 3.
304 K E R K E L ÏJ K E
V Doch een derzelven had dit van zelve en zoo hard
BORK gedaan, dat de Koning 'er vrij wat door lijden
HoüVdft. ïïïocst. Evenwel Het deze hem daar niets van mer-
ns C. G. ken , maar zeide het eerst na deszelfs dood , en
Jnni-1073. ^^^j^jg boertende, aan zijn* nieuwen Biechtvader.
^ Van die genen integendeel , die zich aan deze geefe-
ling niet onderwierpen, werden vreesfelijke gefchie-
denisfen uit de andere wereld verhaald, hugo, de
zoo aanzienlijke Kanunnik van St, V'ictor te Parys,
in de Xllde eeuw, had eene zoo teedere huid, dat
hij zich deze tuchtiging noch in het geheim, noch
in het Kapittel zijner medebroederen ooit liet geven.
Een van dezen, zijn vriend zijnde, verzocht hem,
kort voor zijn fterven , om hem na zijn* dood te
verfchijnen. Hij deed dit werkelijk, en verzekerde,
dat hij het wel had ; maar , voegde hij 'er bij :
5, Omdat ik mij in mijn leven niet heb laten geefe-
ien , zoo bleef 'er bijna geen ééne Duivel in de hel,
toen ik naar het Vagevuur ging, die mij niet een'
geduchten flag gaf."
Onverwacht was het dus niet, dat eindelijk een
verbazende hoop menfchen zich vereenigde , die hun-
ne geefelingen openlijk verrigtten, zonder dat men
de naaste reden van deze zeldzame tooneelen weet :
De redenen, welke schoetgen gaf (*) , vallen te
veel in het algemeene of theologifche ; eene uitge-
zonderd, welke hij uit den Dominikaan bzovius
aanhaalt, dat de binnenlandfche oorlogen , door wel-
ke
(*) De Secta Flngellantium Commentatio C. 2. p. 10.
fq. Upfiae 171 1. in ^vo.
GESCHIEDENIS. 30J
ke Italië heel langen tijd veel geleden had, de Ita- V
lianen hebben kunnen bewegen, om op eene buiten- ^^^
gewone godsdienftigheid te denken , ten einde deze Hoofdft,
rampen te doen ophouden. Misfchien hebben toen ^^ C. G,
ook Monniken of Geestelijken in de Biechlftoelen op lorisir*
de geefeling van zich zelven aangedrongen , als het i«
zekerfte middel, om zich voor alle zonden met God
te verzoenen, sigonius (♦) verzekert ook wezen-
lijk, dat een Kluizenaar, die een' grooten naam van
heiligheid had, op Goddelijke aandrift die van Pe-
rugia vermaand had, om zich door boetdoeningen
de Goddelijke genade te verwerven , naardien zij an-
ders binnen kort door eene fchandelijke ziekte zou-
den omkomen. Hoe het zij, een Monnik te Padua
tegen het einde der Xillde eeuw, geeft daar van een
berigt, hetwelk met deze gisfiilg vrij wel overeen-
komt (t). „ Om dezen tijd," fchrijft hij op het
jaar 1260, „ als geheel Italië met vele ondeugden
en euveldaden befmet was , greep eene fchielijke en
nooitgehoorde aandoening , ( compofttio , ) eerst de
inwoners van Perugia , vervolgens de Romeinen ,
eindelijk bijkans alle Volken van Italië , aan. De
vreeze van Christus viel zoo zeer op hen , dat
edelen en onedelen , ouden en jongen , kinderen zelfs
van vijfjaren, naakt behalve de fcbamelheid, zonder
eenige fchaamte de ftraten der ftad in Procesfie paar
aan paar rondgingen. Elk van hen had een' geefel
van riemen in de hand , waar mede zij zich , onder
zuch-
(*) De Regno Italiae L. XIX.
(t) Monachi Fadiiani Qhronic. L. III. ad a. l35o.
XVm. Deel. V
gotS K E R K E L IJ K E
V zuchten en huilen, over de fehouders hevjg geerel-
*vfr ^^"» ^^^ ^^^ '^^^ ^'^^^ uitgutde; en terwijl zij heele
Hoofdft. beken van tranen vergoten, als of zij met ligcha-
na C. G melijke oogen het lijden van den Zaligmaker zelve
{^"°^^" zagen , riepen zij de barmhartigheid Gods en de
■ ' hulp van zijne Moeder aan; zij baden demoedig,
dat hij , die zich reeds met ontalüjke boetelingen
had laten verzoenen, ook hen, die hunne misdaden
beleden hadden, wilde verfchoonen. Dus liepen zij
niet alleen bij dag, maar ook 's nachts, inden hard-
den winter, met brandende waschkaarfen , bij hon-
derden , duizenden , ja tienduizenden , door (leden
en Kerken; en wierpen zich ootmoedig voor de al-
taren neder , terwijl de Priesters met kruifen en
vaandels vooruitgingen. Hetzelfde deden zij in dor-
pen en vlekken; zoodat velden en bergen fcbenen
te weergalmen van de ftemmen van het geroep tot
God. Ten dezen tijde hielden alle Miizijkinftfumen-
ten en Minneliederen op. Overal hoorde men ia
(leden en dorpen het klaaggezang der Boetelingen ;
fteenen harten werden door deze treurige tonen ge-
roerd, en zelfs de oogen der verharden konden zich
niet van tranen onthouden. Ook de vrouwen ble-
ven nijt zonder deelneming aan deze Godsvrucht;
niet alleen geringe, maar ook aanzienlijke Matronen,
en teedere Jonkvrouwen, deden dit in hare wonin-
gen, met alle eerbaarheid. Thans verzoenden bij-
kans allen, die tweedragtig waren, met malkander;
woekeraars en roovers haastten zich , om het kwa-
lijk veikregene goed weder te geven ; en anderen ,
die iri menigerlei misdaden gewikkeld waren, bele-
den
•on «lat V(l^icunl en ocrpeM U'iiejjejï te 'Vi'm"i^j>''Hli:i;ieM
r/l(n..]i))..Bla<(lz,,56o.
GESCHIEDENIS. S<^7
aen hunne zonden ootmoedig, en verbeterden hun V
ijdel gedrag. Men opende de gevangenisfen ; de ge- *°^
vangenen werden losgelaten , en aan de ballingen Hoofdft,
vergund , om in hun vaderland terug te keeren. In na C. G.
der daad, mannen en vrouwen verristten zulke wer- i^^^^°7Z*
^ tot 1517,
ken van heiligheid en barmhartigheid , als of zij .
vreesden, dat de Goddelijke Almagt hen door vuur
uit den hemel zou verteeren ; of de hevigfte aardbe-
ving hen onverziens verflinden; of andere plagen hen
treffen zouden , door welke de Goddelijke geregtigheid
gewoon is, de zondaren te ftraffen. Over deze on-
verziene bekeering, die zich over geheel lia/ië door
verfcheidene landen uitbreidde, waren met regt niet
alleen middelmatige verftanden , maar ook wijze man-
nen verwonderd, terwijl zij overwogen, van waar
deze zoo onftuimige drift voortkwam : bijzonder daar
deze ongehoorde foort van boete niet van den Paus
ingezet was, die toen te ^nagni zijnen Zetel had;
en ook geen Prediker of eenig ander perfoon van
aanzien hen door invloed of welfprekendheid bewo-
gen had; maar het begin daar toe door eenvoudige
lieden gemaakt was, wier voetftappen Geleerden en
ongeleerden terflond gevolgd waren. Doch werkelijk
was het de genade van den Heiligen Geest, die gee-
ne langzame maatregelen van ondernemen kent; maar
haastelijk waait , waar zij wil ; deze ontftak het hart
van éénen mensch met het vuur van hare liefde , en
ontvlamde door deszelfs voorbeeld ook de overigen."
Duitfche Chroniekfchrijvers der naastvolgende eeu»
wen befch rijven deze omgangen van geefelaars om-
trent op gelijke wijze ; alleen voegen zy 'er nog bij ,
V a dat
tot 15,7
^08 KERKELIJKE
V dat dezelve, om niet gelvend te worden, het hoofd
BOEK bedekt hadden, en dat zij drie en dertig Jaren hng
Hoofdfl ^^^ gedachtenis van jezus levensjaren op deze we-
na C. G. reld , zich tweemaal op eiken dag gegeefeld hebben*
i^l^l^/i ^^'9 l^unnen het den bovengemelden Monnik niet
kwalijk nemen, dat hij in zijnen tijd met velen van
de tijdgenooten dit voor een onmiddelijk werk van
de Goddelijke genade aanzag; maar elke onpartijdige
waarnemer zal 'er geheel anders over oordeelen ,
omdat zoodanige eigcnvvillige godsdienst en kastij-
ding van het ligchatim geheel ftrijdig is met den
echten Geest van het Christendom. Dat eenige
goede handelingen en zachter zeden 'er de onmidde-
lijke gevolgen van zullen geweest zijn, bewijst niets
meer , dan dat zinnelijke aandoeningen van eene onge-
wone levendige . natuur op de verbeelding en het hart
van den grooren hoop een tijd lang gewerkt kunnen
hebben ; ten minfle de duurzaamheid van deze verbe-
tering van zedfu was zeer kort, alzoo men dezelfde
oude wanordens in ha/ië fpoedig weder aantreft.
Ondertusfchen nam deze drift fchielijk een einde,
alzoo zij geene onderfteuning of goedkeuring vond
bij de Paufen of Geestelijkheid; ook verboden ver-
fcheidene Vorsten deze dweepers uitdrukkelijk, om
in hun land te komen; zoo als manfred, toert
Koning van Sicilië, die in fpijt van den Paus dat
Koningri:ik bezat, en vreesde, dat onder dit voor-
wendfel een leger Pauslelijke aanhangers in zijn land
Hiogt vallen; ook verbood de Marchefe pallavi-
ciNi hen onder zware bedreigingen in zijne landen
rond te luopen. Een aantal van deze Boetelingen
was
GESCHIEDENIS. 309
was reeds in het jaar 1261 over de Alpen gegaan, V
en in Beyeren e:ekomen , maar de Hertogen van ^^^-^
Beyeren wilden hen in hun land niet dulden. In Hoofdfl.
hetzelfde jaar bevonden zij zich ook in Bohemen , na C. G.
waar zij van den Koning ottokar verjaagd wer- ^^^""'"^S*
den; op dezelfde wijze was het in Polen ^ Mets feu _____
enz. Evenwel vertoonden zij zich in Dtiitschland,
-In het jaar 12.61 waren 'er 1200 in Straatsburg ge-
komen, waar bij zich vervolgens nog 500 anderen
voegden. In het jaar 1296 kwamen 'er in die ftad
28 anderen in witte kleederen, mat zakdoeken om
het hoofd, dis zichzelven de ftad rond voor alle
Kerken geefeldcn.
Deze lieden worden in de volgende eeuwen ook
nog in de Gefchiedeiiis gevonden. Men noemt ze
in het haliaamch Flagellator'f^ in de Latijnfche
Chronieken heeten zij Flagellantes , Fïagellatores ^
en Fiagellarii ^ bij de Duitfchers: Geefelbroeckrs ^
Flaglers en Ben geler s ^ de eerfte namsn van geefe-
Jen en het Latijnfclie Flagellum , de laatfte naar den
hengel of knuppel , welken zij ter hunner verdediging
droegen.
Met de XlIIde eeuw ging deze dwceperij zoo ver
en maakte zoo groote opfchuddingen , dat men de
geheele fecte der geefelaren heel fpoedig algemeen
zocht te onderdrukken. In het jaar 1303 komen 'er
fporen van deze dweeperij voor; maar de vreell-liike
Pest, welke van het jaar 1347 af een groot deel
van Europa zes of zeven jaren verwoestte ,, gaf op
nieuw aanleiding , tot eene vernieuwing van deze
boete , opdat door dezelve , gelijk men meende ,
V 3 Gods
3IO KERKELIJKE
V Gods toom mogt afgewend worden. In het jaar
BOEK I24P ftonden de geefelaars in groote menigte op;
Hoofdft. meermalen gingen 'er 70 of 80 met zweepen met
na C. G knoopen voorzien te gelijk door de ftraten ; die zich
Jaar 1073. j^^ troepen verdeelden, en velen tot godvruchtige na-
tot 1517, ^ ' ^ °
t volging opriepen. Zelfs vrouwen geefelden zich op
de ontblootte borst. Over het algemeen namen zij
vele nieuwe Godsdienstoefeningen waar; abfolveer-
den malkanderen van de zonden; predikten Apokrij-
fe Leeringen, waar door zij merkelijken haat ver-
wekten tusfchen de Geestelijkheid en de Leeken.
Op hunne togten door Italië en Duitschland kwa-
men 'er 200 onder ecnen aanvoerder en twee Leer-
aren te Spiers , waar zij zulken fchijn van heiligheid
vertoonden, dat men hen op 'slands kosten onthaal-
de. Te Straatsburg en /Iken waren 'er ontallijke.
KAREL IV zou in de laatstgenoemde ftad gekroond
worden, maar moest uit honfle van de menigte de-
zer lieden en van anüere vreemdelingen de plegtig-
heid naar Bon verleggen. Dewijl de ^oden ten de-
zen tijde befciiuldigd werden , dat zij de pest ver-
oorzaakt hadden, hielpen de geefelaars velen van
dezelve verbranden , maar verloren ook daarom fora-
tijds door de Joden het leven, In Polen, waar ins-
gelijks een zwerm van dezelven gekomen was , ver-
bood de Aartsbisfchop van Gnefen , hen aan te ne-
men. In de XlVde eeuw verbreidde zich deze aan-
hang in vele Duiifche fteden, in Zwitferland , de
Nederlanden , Engeland, tot zelfs te Avignon, den
loenmaligen Zetel der Pausfen.
KLEMENS Vi, aan wien karel IV gefchreven
had.
GESCHIEDENIS. 311
"had, dat hij eene fecte behoorde te beperken, welke V
anders ligtelijk de geheele wereld zou kunnen ver* ^^'^^
leiden , liet des wegens in het jaar 1346 aan den (loofdft.
Aarts bisfchop van Maagdeburg een fcherp Breve na C. G*
tegen hen uitgaan ; waar in hij hen eene van den P^"°73«
" i-> 7 j ^Qj 15 17»
duivel verleide menigte eenvoudige menfchen noemt, ■
die beweerden , dat curistus te Jeruzalem aan
den Patriarch aldaar verfchenen was , en hem dingen
gezegd had, die Ilrijdig waren met de H. Schrift.
Bijzonder bcfchuidigt hij hen , dat zij met verwaand-
heid de fleutels der Kerke gering achtten, en tot
verachting van de Kerketucht , voor zich uit het
kruis des Heeren , en aan weerskanten van hetzelve
een zwart kleed droegen , dat zij onder den naam
van boete eene ongewone levenswijze voerden , vaste ,
maar naar de regten verbodene bijeenkomHen hiel-
den ; ook tot andere van de gewone zeden der Ge-
loovigen afwijkende handelingen vervielen; en einde-
lijk roekeloos genoeg waren, om voorfchriften voor
zich te ontwerpen, welke dwalend, ongerijmd en
bij God en menfchen gehaat waren. Naardien ook,
zegt hij, de meesten van hen, of hunne aanhan-
gers, onder een vroom voorwendfel wreed handel-
den ; Joden en vaak zelfs Christenen ombragten ; de
goederen van Geestelijken en Leeken plunderden ;
zich het regtsgebied hunner Overheden aanmatigden,
en voorts veel bedreven , dat ongeoorloofd was ;
zoo verbiedt hij dezen aanhang voor altijd, en be-
geert, dat de Prelaten derzelver leden door Kerkelij-
ke en Wereldlijke UrafFen kastijden, en allen, met
hulp der Overigheid, tot zijn nader bevel gevangen
V 4 zou-
312 K E R K E L IJ K E
V zouden laten zetten. Evenwel wil hij hier mede
BOEK geenszins verbieden, dat de Christenen de hun Ker-
Hoofdft. l^eJy'^ opgelegde, of vrijwillig met een goed oogmerk
na C. G en zuivere Godsvrucht opgenomene boete , in hunne
torio-'' woningen of elders , doch zonder bijgeloovige ge-
•«. bruiken, en genootfcliappelijke verbindtenisfen van
verbodene natuur, voltrekken, en op deze wijze
door hunne oefening in goede werken God dienen
konden.
Het zijn dus geen Ketterijen welke de Paus dezen
aanhang te Inste legt. Hunne hoofdmisdaad was
eigenlijk , dat zij willekeurig eene plegtigheid invoer-
den en procesfien hielden zonder voorkennis en goed-
keuring der Geestelijkheid. Ook heeft men gedacht,
dat KLEMENS, om deze eigenwillige boete te keer te
gaan, zijn Jubeljaar op het jaar J350 uirgefchreven
zal hebben. Ondertusfchen kon het niet anders, of
deze Geefelaars, voornamelijk toen zij zich aan den
Paus en de Geestelijkheid niet wilden onderwerpen,
moesten fpoedig voor Ketters uitgemaakt worden ,
en wezenlijk gebood ook gregorius XI, in het
jaar 1372, aan de Kettermeesters in Diiitschland ^
dat zij hen als Ketters zouden behandelen , omdai
zij de Kerkelijke Sacramenten loochenden^ waar van
de zin waarfchijnlijk is, dat zij zich in de Gods-
dieitftige plegtigheden niet wilden voegen naar den
wil der Geestelijkheid.
In de eerfte tijden der XVde eeuw werden hun
ook velerlei dwalingen in het geloof te laste gelegd.
Zij hadden zich , niettegenftaande de vervolgingen
4er Paufen en der Inquifiteuren , ftaaa^e gehouden,
ea
GESCHIEDENIS. 313
tn verfchenen tlians op eens in Thuringen, Even- V
wel fchijnt het Genoot fchap der Flegicrs, (Tritarum ^^^^
Socieias ,) waar van een oud Schrijver gewaagt , in Hoofdft,
de jaren 141 1 en 14 12 niet tot deze Geefehiars be- '>'' C. G.
hoort te hebben, maar een Genootfchap van onrus- [^^ \Ji7\
tige Edellieden geweest te zijn. Maar in het jaar ^
14 14 traden de Geefelaars weder in het Thuringfche
gewest Sangerhaufcn te voorfchijn. De heide IJroe-
ders FREDERiK de Strijdbare en willem, Landgra-
ven van Thuringen en Meisfcn ^ lieten het aan den
Doctor der Theologie, Dominikr.an en Inquifiteur,
HENDRIK SCHÖNEFELD over , om hiin vonnis uit te
fpreken. Deze Het 34 van dezelve in de gemelde
flad voor zich komen, en hield hun hnnne dv^^alia-
gen voor; de meesren van hen herriepen dezelve ,
drie uitgezonderd, die hij liet verbranden. Op een'
ander tijd bragt hij 'er nog 91 op den brandftapel,
onder welken ook hun Leeraar koenraad schmid
was, die zich veel aanhangers verkregen had, en
zulke ftrafoefeningen woonden de beide Vorsten
meermalen bij. Van hunne dwalingen hebben twee
van hunne Tijdgenooten , gtbelinus prrsona ,
Deken te Bielefeld en Officiaal van den Bisfchop van
Paderborn , en nog vollediger -de Sakjtfche /liigiistiner
Monnik diedeuik vrie gefchreven. vrie geeft 'er vijf-
tig op, van welke de volgende de voornaamftc zijn:
De fecte der Kruisbroederen^ QCrucifratres ^^ gelijk
hij hen noemt, die omtrent federt 60 jaren de we-
reld, al geefelende, rondtrekt, beweert, haren oor-
fprong uit eenen Brief van den hemel genomen te
kebben, welken een Engel te Rome op het Altaar
V 5 van
314 KERKELIJKE
V van den Heiligen petrus gelegd had. Sedert had
■BOEK Qq^ (3eji Paus eri der geheele Geestelijkheid hun
Iloofdit. geestelijk ambt en gezag ontnomen ; dewijl deze
na C. G ftand zulks zoo wel verdiend had , als die kooplieden
lori^^r hunne verdrijving uit den Tempel door Christus.
■ Sedert dien tijd hadden geene Kerken of Kerkhoven,
water, zout, asch en olie door eenen Priester ge-
wijd kunnen worden; de zoogenoemde Kerken wa-
ren flechts rooversholen ; en de Priesters , die de
Sacramenten bedienden, geestelijke moordenaars; het
opzingen der Kerkelijke Liturgie was een honden-
gehuil; in plaats van den waterdoop was van God
de doop met eigen bloed ingefteld, zoo als zij dien
oefenden ; zoo hadden ook alle andere Sacramenten
hunne kracht verloren; ja, als christus in het
Avondmaal tegenwoordig zou wezen, dan moest hij
al lang opgegeten zijn, al was hij zoo groot als een
berg ; dan zouden ook de Priesters erger zijn , dan
de verrader judas, omdat zij christus voor een'
enkelen penning verkoopen; en dit Sacrament was
blootelijk een koekoek^ een goochelfpel der Prieste-
rcn. Zij ontkenden, dat de biecht aan eenen Pries-
ter noodzakelijk was, om vergeving der zonden te
verkriigen ; men wreef zich door dezelve enkel aan
een morsfig zwijn; maar het vrijwillig geefelen nam
de groffte zonden weg, en hielp in den dood meer,
dan een geheel pond olie in het laatfte oliefel uitge-
ftort. Insgelijks verwierpen zij alle aflaten. Zij ge-
loofden, dat de Antichrist al lang geregeerd had,
nademaal hij uit de Prelaten en Priesters beftond;
hunnen koenraad schmid hielden zij voor he-
NOCH5
GESCHIEDENIS. 315
NOCH, dien God uit de wereld in den hemel opge- V
nomen had; en deze zou eens het laatfte oordeel ^^^f
houden. Naar hun gevoelen had God de zielen van Hoofdft.
alle menfchen terfloml in het begin gefchapen, en i-i C G,
in het Paradijs geplaatst. Alle eden zijn wel dood '^t^'J^jl'
zonden i doch het is den Geefelaren eer geoorloofd^ ...^
voor de Inquifiteuren vahch te zweeren^ dan hunne
fecte te verraden , terwijl zij den meineed met
geefelen verzoenen kunnen. Daar is geen Fagevuur
en de gebeden voor de dooden helpen deze! ven niets ;
alle plegtigheden , voor dezelven waargenomen , die-
nen enkel voor de nagelatenen tot troost en vullen
den buidel der Geestelijken. Het Kruis van Chris-
tus en de Beelden der Heiligen kunnen zonder af-
goderij niet worden aangebeden. Alleen het Feest
van CHRISTUS geboorte^ en de fterfdag van maria
kunnen gevierd worden. Latere Schrijvers hebben
hier nog de eene en andere befchuldiging bijgevoegd,
bij voorbeeld: dat zij voorgaven, dat het door hun
geefelen uitgedreven bloed zich vermengde met het
bloed van Christus ; dat zij zich de gave van
wonderwerken hebben toegefchreven , en één van
hen had zich voor den Zoon van God uitgegeven.
Men merke op, dat al deze befcluildigingen van de
vijanden der Geefèlaars worden bijgebragt, dat wij
'er zoo veel uit zien, dat A&zo. lieden den haat der
Geestelijken zich hebben op den hals gehaald, en
dat waarfchijnlijk , zoo men van hen zelven iets om-
trent hunne gevoelens mogt kunnen lezen , blijken
zou, dat 'er onder de dvveepende Geefelaars ten on-
reg-
3^6 K E R K E L IJ K E
V regte lieden betrokken zijn, wier brein niet zoo ge-
BOKK j^ggi verwrikt was.
Vil
Hoofdft. Zonderling is liet, dat de Geefelaars in Arragon
na C. G. in eenen vermaarden Heiligen den Dominikaner vin-
l.t T?f^ CENTius FERRERius ccnen openbaren verdediger
iOi 1 5 1 7«
». vonden. Men weet dit uit eenen Brief van gerson
aan denzelven in het jaar 1417 gefchreven: Epis-
tola mis fa Maghtvo Vincentio ^ Ord. PraedicatP,
Dei feminiverbio ferventisfimo , contra flagellant
ies (*) , in welken hij denzelven daar van poogde
af te trekken, zonder dat men weet, welke uitwer-
liing deze Brief bij ferreri gehad hebbe. Doch
GERSON fchreef vervolgens nog eene opzettelijke ver-
handeling tegen deze Geefelaars (f) , in welke h^
vele goede zaken regen het Bijgeloof aanvoert , zon-
der te bedenken , dat zijne redenen ook krachtig vva«
ren tegen elke foort van eigenwilligen Godsdienst.
De Geefelaars fchenen nu allen verftrooid te ra-
ken, evenwel vertoonden zij zich nog nu en dan.
In Pruis/en was deze aanhang in het jaar 1445 ia
zulke achting, dat hun vrijheid gegeven werd, in
het geheele land rond te gaan , te koopen en te
verkoopen. Daar tegen werden weder in het jaar
1454 te Sangerhaufen 22 Geefelaars van beide kun-!-
nen verbrand , welke , gelijk eene oude Chronick
zegt , ten uiterüe hardnekkig waren in te beweeren ,
dat alle boosheid oorfpronkelijk was van de kwade
Ǥ^
(*) Opp. Tom. II. P. II. pag, 658,
Ct) ^' c- P^S' Ö60-664.
GESCHIEDENIS. 317
«eden der Geestelijkheid. Evenwel vindt men nog V
in het jaar 1501 een aantal derzelven in Duitsch- ^^^*
iaud. Zij kwamen, gelijk men verhaalt, uit Italië, Hoofdft.
in grijze rokken , mêt ontblooten hoofde en voeten , na C. G,
dragende een klein houten kruisje in de hand ; zij JoJ^gi^*
behandelden geen geld ; dronken wijn noch bier ; —
aten, uitgezonderd zondags, flechcs eenmaal daags,
en gebruikten enkel groenten en wortelen met water
en zout. Hunne boetdoeningen namen met de vijf
jaren een einde.
Maar de Biechtvaders van Christenen , die zich Oorbiecht
als Biechtkinderen aan hun toevertrouwden, fchre-
ven aan dezelven op eene geregelde wijze boetdoe-
ningen voor. Te weten, in dit Tijdvak had eene
Pausfclijke wet het eerst aan alle Westerfche Chris-
tenen als eenen pligt opgelegd, om voor hunne ei*
gene Priesteren op zekere tijden eene volledige belij-
denis van zonden af te leggen , en zich aan de boe-
te te onderwerpen, welke deze hun zouden oplegt
gen. In de oudfte eeuwen der Kerk was eene open-
bare belijdenis van grove zonden bekend ; iu de Vde
eeuw had leo I eene geheime belijdenis aangepre-
zen, doch alleen zware misdaden bedoeld; tot in de
IXde eeuw was het nog geene verpligting, dat men.
alle zijne zonden aan eenen Priester belijden moest.
De Kerkvergadering te Chalon ^ in het jaar 813, ten
tijde van karel den Groot en, meldt twee gevoelens
over de belijdenis der zonden; eenige wilden dezelve
alleen aan God beleden hebben; anderen geloofden,
dat dit ook aan den Priester gefchicden moest. De
vergadering erkende het een en ander voor eene nut*
ti-
318 KERKELIJKE
V tige gewoonte; leerde, dat God eigenlijk alleen ds
BOEK Ver gever ^ {Remisfor ^') der zonden is; en erkent,
Hoofdft. ^'^^ ^^^ ^^°^ ^^ biecht voor den Priester enkel
na C. G. leert ^ hoe men van zonden gereinigd moet worden,
tot "^17* ^^^ *" ^^ ^"^ volgende eeuwen was 'er geene
■ algemeene wet over de noodzakelijkheid, om voor
den Priester te biechten , alhoewel de Heil. bern-
HARD , HUGO cn RicHARD van St. Fictor , ook
piETER vanC/ugny , meer op deze belijclenis der zon-
den hebben aangedrongen, dan hunne voorgangers.
De bekende gratianus in zijne Decreten voert
wel de gronden voor en tegen aan , omtrent de
noodzakelijkheid dezer biecht, maar laat het oordeel
echter aan zijne Lezers over, dewijl het een en an-
der van wijze en godzalige mannen beweerd was.
De bekende Roomfche Correctoren hebben wel op
die plaats van gratianus aangemerkt, dat het toch
zeker was, dat 'er van eene doodzonde eene facra-
menteele biecht moet afgelegd worden ; maar de be-
wijzen, die zij bijbrengen, zijn latere Pausfelijke be-
velen; dus blijft het zeker, dat omtrent het midden
der Xllde eeuw, in een van de Pausfen goedgekeur-
de verzameling van het Kerkelijk Regt nog niets
naauwkeurig daaromtrent bepaald is.
iNNOCENTius III deed dit eerst in het jaar 1215,
op de Kerkvergadering van Lateraan , in den be-
roemden Canon : Omnis utriusque Sexus ( * }•
,, Elk geloovige van beiderlei gedacht, zegt hij daar
ia, zal, tot rijpe Jaren gekomen zijnde, (^ad annos
dis-
(*3 Cone. Later. IV. Can. 12. ap. HARD.r. Vil./». 35.
GESCHIEDENIS. 379
discretionis ,') alle zijne zonden aan zijnen eigenen V
Priester, ten minfte eens in het jaar, getrouw be- ^°™
lijden, en naar zijn vermogen trachten, om de hem Hoofdft.
opgelegde boete te vervullen , terwijl hij ten minfle "^ C. G.
op Pafchen het Sacrament des Avondmaals eerbiedig Jot"?fi*
gebruiken moet; ten ware hij misfchien , naar den ■ ■ -
raad van zijnen eigenen Priester, om eene behoorlijke
reden goed mogt vinden, zich van dit gebruik voor
eenen tijd te onthouden : anders zal hij bij zijn leven
niet in de Kerk toegelaten worden , en na zijn' dood
geene Christelijke begrafenis bekomen. Deze heil-
zame verordening zal daarom ook naauwkeurig in
de Kerken afgekondigd worden, opdat niemand een
voorwendfel vinde in zijne onwetendheid, doch in-
dien iemand, om eene regtmatige reden, aan een' an-
der zijne zonden wil biechten: dan zal hij daar toe
eerst verlof van zijn' eigen Priester verzoeken en be-
komen; naardien de ander anderszins niet ontbinden
of binden zou kunnen. Maar de Priester zal be-
hoedzaam en voorzigtig zijn , opdat hij , op de wijze
van eenen bekwamen Geneesmeester, wijn en olie
in de wonden van den gewondden giete; hij zal
zorgvuldig de omftandigheden des zondaars en der
zonde navorfchcn, ten einde daar door verftandige
kennis te bekomen, welken raad hij hem geven, en
welke hulpmiddelen hij gebruiken moet, terwijl hij
velerlei proeven neemt tot genezing van den kran-
ken. Doch hij wachte zich , dat hij noch door
Woorden, noch door eenig teeken, noch op eenige
andere wijze den zondaar verrade; maar indien hij
wijzer raad behoeft, mag hij dien, zonder den per-
foon
3*o K E R K E L IJ K E
V foon te noemen, bij een ander met voorzigtigher^
BOEK halen. Want die zich zou verftouten, om de zoii-
VII
Hoofdih ^^9 ^^^ ^" ^^" Biechtftoel geopenbaard, te ont-
na C. G. dekken, dien bevelen wij, niet alleen van de Pries-
1^^''^'°"^' teilijke bediening te ontzetten, maar ook, ten einde
, beüendige boete te doen, hem in eene naauwe
Kloosterbewaring op te fluiten."
Men, kan niet bepaaldelijk zeggen, welke bijzon-
dere reden den Paus innocentius III bewogen heb-
ben, om deze geheime of zoogenoemde Oorbiecht^
( Confesfio Auricularh ^ ) aan alle Christenen vaa
zijne Kerk als eenen pligt voor te fchrijven. Het is
genoeg, dat door dezelve het gezag der Geestelijk-
heid op eene verbazende wijze werd uitgebreid, ge-
lijk hcL ook vervolgens zeer gewoon is, dat 'er van
de regterlijke magt in den Bkchtftoel gefproken
vi'orJt. Dat zijne wet iets nieuws en ongewoons in
de Kerk behelsde , wordt thans door verfcheidene
Roomfche Schrijvers zelven erkend; ook fpreken 'er
de Scholastieken in de XlIIde eeuw op diezelfde
wijze van , gelijk thomas van Aquhio , eonavan-
TURA enz. Hier en daar liet zelfs wel eene zachte
flem zich tegen deze nieuwigheid hooren , welke
echter fpoedig tot zwijgen gebragt werd. Zoo we-
derleide THOMAS van Aquino ^ op bevel van den
Generaal ziincr Orde, in eert bijzonder gefchrift, dt
forma ahfolutionis^ hex gevoelen van eenen Onge-«
noemdtn , dat de Priester bij de ahfolutie zich niet
behoorde te bedienen van het Formulier: ,, Ik ab^
fokeer u ! " maar liever van dit : „ De almagtiga
God fciieiike u vrijfpreking en vergeving!" welk ge-
voe*
GESCHIEDENIS. 3*1
i?oelcn deze Ongenoemde met 17 redenen verkerkt V
had, welke thomas poogt optelosfen, en daartegen ^J^-"
het nu aangenomene formulier op zijne wijze te hand- pioofdfl,
haven. na C. G.
Met dit al was dit gezag van den Biechtfloel niet J^t" 517!
zoo gevestigd, of het werd door de menigvuldige •
uitgeftrekte aflaten dikwerf afgebroken. /Iflaat is Aüateoo
een ontflag van de Kerkeboete of ftraffe , welke vaa
tene Gemeente , van Bisfchoppen of Kerkvergaderin-
gen aan eenen groven zondaar was opgelegd. Dus
was reeds in de oudfte Kerk, in welke men eene
Kerkeboete en eene Kerketucht had , door welke
een berouwhebbend zondaar, die uit de Kerk was
uitgefloten, tot boete verpligt was, (aan de Kerk,
niet aan God,) aflaat, ontflag, vergeving bekend.
De geoorloofd - of ongeoorloofdheid derzelve maakte
den twist uit tusfchen de Regtzinnigen en de Nö'
vatianen. Het is wel zoo , dat de Kerkleeraars
van TERTÜLLIANUS af tot AUGUSTINUS tOC dik-
wijls deze Kerkelijke voldoening als zoodanig voor-
Hellen , die met betrekking tot God bewezen
wordt, doch hunne geheele leerwijze toont, dat zij
dit van het opregt berouw en dadelijke bekeering"
Verftonden , welke de Kerk bij hare boetelingen on-
derftelde.
Bij deze mengeling van ftrengheid en zachtheid in
de Kerkelijke tucht bleef het genoegzaam gedurende
de zes eerfte eeuwen der Kerk; ja ook voor heime-
lijke zonden werd nog dikwijls genoeg openlijke boete
gedaan. Doch tevens moet niet vergeten worden ,
dat, terwijl aan de ééne zijde het Monnikenleven
XVIII. Deel. X boe:-
3ft2 KERKELIJKE
V boetdoeningen zonder eenigen aflaat en zonder op^
BosK houden invoerde, aan de andere zijde de nieuwe
Hoofdft. godsdienlligheden en zoogenaamde goede werken ,
na C. G. bij voorbeeld , Bedevaarten , ftichten van Kerken eii
10^? 17 Kloosters , en het begiftigen van dezelve , allengs
1 zelve middelen werden om ontflag te hebben van de
Kerkelijke boete. Hoe zeer deze middelen door de
Geestelijken werden aangeprezen , leert ecne plaats
van SALviANUS in zijn werk tegen de gierigheid d^r
Geestelijken , dat „ de meesten het der moeite niet
waardig achtten , hunne ondeugden door belijdenis
en voldoening , noch , het welk het gemakkelijkfte
was , ten minde door giften en milddadige handelin-
gen af te koopen." Sedert het einde der Vide eeuw
maakten de Boekan van joannes jejunator , of
-den Faster ^ theodorus van Cilicië , beda den
Verwaardigen, en egbert Aartsbisfchop van 2V<t ,
over de boetdoeningen eene merkwaardige verande-
ring ten aanzien der Kerkeboete en derzelver ontflag.
Zij maakten de eerfle eenigermate zwaarder , terwlj!
zij de laatfte gemakkelijker maakten. Zij bepaalden
elke , ook de geringde , dikwijls enkel ingebeelde
misflagen , niet zonder buiten fporigheid in de opgave
der omQandigheden, maar leerden tevens, dat men
de boete voor dezelve in eene andere, die gemak-
kelijker was , kon veranderen , bij voorbeeld , in
plaats van een dag op water en brood te vasten ,
kon men in de Kerk 50 Pfalmen knielend zingen
enz. Zoo vinden wii een voorbeeld van eenen Rij-
ken , die eene grove zonde begaan had , maar even-
wel fpoedig weder in de gemeinfchap der Kerk werd
toe«
GESCHIEDENIS. 323
toegelaten, dewijl hij in zijn verzoekfchrift ten dien V
einde te kennen gaf, dat 'er voor zijne misdaad wel °°^^
zoo vele Pfalmen door anderen gezongen waren en Hoofdll.
gevast was, en ook door zijne aalmoezen zoo rij- na C G-
keiijk geboet was, dat hij niets meer noodijz zou I^^'^^^^^*
ri 1 ' ° tot 1517'
hebben, al leefde hij nog honderd jaren, misfchien
een matig vasten uitgezonderd; ook meent men , dat
de fpreekwijze: pro redemtione animae, Qioi vrij'
koopitjg der ziel,^ welke men van foorrgelijke gif-
ten aan Kerken enz. plag te gebruiken , van dezen tijd
af in gebruik zal gekomen zijn; evenwel vindt men
die fpreekwijze, welke uit den Latijnfchen Tekst
Dan, IV. 24. ontleend is, reeds in de Vde eeuw
in gebruik.
Van de VII tot de Xllde eeuw, nam de ftreng-
heid der boetdoeningen toe, door het geefelen van
zich zelven; veeljarig omzwerven door vreemde lan-
den, en opfluiten in Kloosters enz. Maar te gelij-
ker tijd wezen de Bisfchoppen aan de Christenen
een' gemakkelijken weg aan, om van de Kerkeliike
ftraffen der zonden ontheven te worden : ,, Wie
tot den opbouw , zeggen zij , of het herftel van 20-
kere Kerk , of Bedehuis , eene bepaalde kleine geld-
fom opbrengt, dien ontflaan wij in den Heere van
een derde of vierde deel der hem op te leggen boe-
te." Deze vergeving werd ook door andere foorten
van milddadigheid, door geld ter verbetering van
wegen en bruggen te geven , verkregen. Zeldzaam
echter werd die geheele boete door de Bisfchoppen
kwijtgefcholden ; dit bleef voor den Paus voorbehou-
den. In de XUde eeuw hadden de Paryfcke God-
X a p-Q,
324 K E R K E L IJ K E
V geleerden over dit onderwerp verfchillende gevoelenf^
*vfr ^" PiETER de Zanger^ (petrus cantor,) Kaj
Hoofdft. nunnik te 6ï. Fictor^ maakte 'er vele zwarigheden
m C. G. tegen , welke hij echter aan de beflisfing van è^n
t.^t\^H P^us en de Bisfchoppen overlaat. Dqzq zeide ondet'
lol 1 5 ' /•
»i anderen tegen Mauritius, Bisfchop van Parys , die
enkel van het voordeel van zulken aflaat voor geld,
de Hoofdkerk dier ftad aan de Maagd maria ge-
wijd, (Eg/i/e de mire Dame^') gebouwd, en vier
Abdijen in de nabuurfchap gedicht had, en die hem
naar zijn gevoelen over deze gebouwen vraagde: hij
zou beter gedaan hebben , als hij zijne gemeente
vlijtig tot het waarnemen der boete vermaand had.
Dit misbruik ging zoo ver, dat innocentius III
op de Kerkvergadering van Lateranen 'er eene wet
tegen liet opftellen (*). ,, Dewijl, zoo luidt deze;
wet , door onvoorzigtige en overvloedige aflaten ,
^Indulgentiae ^') welke fommige Prelaten der Kerk
niet fchroomen uit te deelen, zoo wel de fleutels
der Kerk in minachting gebragt worden , als de boet-
doenende genoegdoening krachteloos gemaakt wordt i
zoo zal, bij de inwijding eener Kerk, het zij die
door eenen of door meer Bisfchoppen verrigt wordt,
de aflaat niet verder dan één jaar uitgeftrekt worden;
en wanneer jaarlijks de inwijding der Kerk gevierd
wordt: zoo zullen niet meer dan 40 dagen van de
opgelegde boeten afgekort worden. Tot dit getal'
van dagen zullen zich ook de aflaatbrieven, welke
om verfcheidene andere redenen gegeven worden ,
ins-
(*) Can. 62. T, VIL hard. p. 66,
GESCHIEDENIS. 325
Insgelijks bepalen, dewijl de Roomfche Paus zelve, V
die toch de volheid der magt bezat, zoodanige ma- °^^^
dging in dergelijke gevallen plag waar te nemen." Hoofdft.
Ondertusfchen waren het eigenlijk de Pausfelijke "^ C. G.
aflaten, die in dezen tijd alle Kerketucht vernietig- 10^1?! 7
den, door derzelver toepasfing en uitgeftrektheid.
Reeds verklaarde Paus joannes VIII, dat al de ge- P^usfelij-
nen, die in den oorlog met de Saracenen in het
jaar 878 wlaren omgekomen, aflaat zouden genieten,
hetwelk men aanmerkt het eerde voorbeeld te zijn
van aflaat voor de dooden. Op het einde van deze
eeuw verzochten de Beyerfche Bisfchoppen den Paus
om aflaat voor de ziel van den overledenen Keizer
ARNULF. En van nog meer beteekenis waren de
Pausfelijke aflaten bij gelegenheid der kruistogten.
.CREGORius VII gaf in 1084 door zijnen Legaat,
ANSELMUS, Bisfchop vau Lucca, aan alle aanhan-
gers van Keizer hendrik IV aflaat, als zij dezen ver-
jaten en tegen hem de wapens wilden opvatten. Maar
voornamelijk kondigde urbanus II op de Kerkverga-
dering van Ckrmont in het jaar 109Ö af, dat allen,
die aan de eerfte door hem voorgeilelde kruisvaart
deel zouden nemen, van alle boetdoeningen voor de
zonden ontflagen zouden zijn. Ja, fpoedig was het
niet meer noodig, deze kruisvaarren zelve bij te
wonen. Men behoefde flechts eenen foldaat te le-
veren , of daar geld toe te geven , of anders deze
heilige oorlogen met geld te onderlteunen. De afla-
ten voor deze kruistoglen beflemd, werden vervol-
gens uitgebreid tot de oorlogen tegen de zooge-
noemde Ketters. Op deze wijze werden deze Paus-
X 3 fe.
526 K E R K E L IJ K E
V felijke aflaten, die men volkomenen noemde, (/«-
«OEK dulgentiae plenariae , ) zoo algemeen , dat millioenen
Hoofdft. menfchen zonder eenige moeite derzelve deelachtig
na C. G. konden worden. —
]aario73. fjonderd jaren lang waren dezelve in volle ffe-
tot 151 7 j o o
üpi , ■ bruik, toen de Scholastieken hunne onderzoekingen
daar over begonnen op te ftellen, en wel naar hun-
ne gewoonte, niet om dezelve naar waarheid te be-
oordeelen , maar om door alle fpitsvinnigheden de-
zelve te ontfchuldigen , te vergoelijken en te verde-
digen; en daar bij was wel hun fterkfte grond de
Schat der Kerk , waar wij hier voor van gcfproken
hebben. De Bisfchoppen deden veelal hun best,
om de Kerkelijke boetdoeningen te verlagen , en aan
de aflaten aanzien re geven, gelijk wiLLEM,Bisfchop
van Parys , omtrent het midden der Xlllde eeuw ,
beweerde: dat het nuttiger en Gode aangenamer
was, eenen Denier^ (eene kleine Franfche munt,
een penning , ) of drie eijeren tot den opbouw eener
Kerk te geven, dan zich als een beul te pijnigen,
( tormentorum poenitentialium carnificina. ) Even-
wel moesten zij voor den Paus onderdoen , die
hier in ook de volle raagt had en oefende, en zoo-
danige aflaten niet alleen op verzoek verleende, maar
aan ontallijke Christenen vrijwillig aanbood. Men
verzocht dezelve menigmaal van den Paus. En eene
Monnikenorde, Kerk of Klooster was geholpen,
wanneer zij een' voortd urenden Pausfeiijken aflaat
bezat. De Bedelmonniken waren te meer gezet op
zulke rijke bronnen van inkomften, omdat zij van
aalmoezen leven moesten. Dus hebben wij, in dê
Ge-
GESCHIEDENIS. 327
Gefchiedenis der Franciskanen , reeds gefproken van V
den zoo vermaarden Portiuncuïa - aflaat , welken ^^^^
CHRISTUS zelve, op voorbede van zijne Moeder , pjQQfj^^
aan hunnen Stichter zal gegeven hebben , maar wel- na C. G,
ke de Heilige franciscus evenwel van den Paus i^!"°^i*
° tot 1517»
verzocht, omdat misfchien het berigt uit den Hemel <
niet ieder een geloofwaardig genoeg mogt voorko-
men. Ook maakre de Paus in het eerst zwarigheid,
en bepaalde eindelijk den aiSaat, welken men in die
Kerk verkrijgen kon, tot eenen dag, dien namelijk
nu den Feestdag van St» Pieters -ketenen ^ of den
tweeden Augustus; de Franciskanen hebben nader-
hand beweerd, dat paulus III hem tot alle dagen
zal hebben uitgeflrekt. Meer andere aflaten, zelfs
gedeeltelijk voor meer dan 1000 jaren, zijn aan deze
Orde verleend geworden.
De Dominikanen hebben zich bijzonder den Ro-
zenkram eigen gemaakt. Wij hebben elders reeds
gezegd, dat het ten minden heel onzeker is, dat de
Rozenkrans , ook de Pfaher en de Kroon van
Maria, en federt de XlIIde eeuw gemeenlijk een
Pater Noster genoemd, den Heiligen dominicüS
tot uitvinder zou hebben , gelijk ook het woord
Rofarium in de fchrifien der ondfte Dominikanen
niet voorkomt. Hoe het zij, de Benedictijnen fch rij-
ven dit doorgaans aan hem toe, als ook de aanlei-
ding tot de Broeder f chap van de Rozenkrans. Het
zekerfte is, dat alexander IV in het jaar 1294
aan die Broederfchap volkomenen aflaat gefchonken
heefr. Eigenlijk is de Rozenkrans ontftaan uit de
X 4 ge-
528 KERKELIJKE
V gewoonte der oude Kluizenaren en Monniken, om
BOEK Qod hunne gebeden toe te tellen, waar toe zij zich
VII ■) j
Hoofdft. ^^'^ balletjes of kogeltjes bedienden , welke zij bij
na C. G honderden bij zich droegen. Tot de Xlde eeuw
jaario73. ^^^ vvaren dit voornamelijk het Ome Vader fwPfal-
eot 151 7 ■'
m/-^.-.. — mef), die zoo menigmalen herhaald werden. Van
tijd tot tijd kwam hier bij het zoogenoemde yive
Maria 1 dat is, de groetenis van den Engel aan de
Heilige Maagd; en vervolgens nog de woorden van
ELIZABETH : gezegefid zijt gij onder de vrouwen
enz. , en eindelijk het gebed : „ Heilige maria ,
Moeder Gods, bid voor ons nu en in het uur des
doods ! Amen." Alle deze gebeden werden gemaks-
halve zoo geordend, dat 130 balletjes aaneen koord
geregen zoo vele ylve Maria's beteekenen , welke
weder in 15 verdeelingen verdeeld zijn, waar telkens
een Pater Noster ingelascht en eene verborgenheid
van het Christendom ter overdenking ingevuld wordt;
doch het begin van dit alles wordt met het Credo ^
of zoogenoemd apostolisch Geloof, gemaakt. In het
jaar 125^ maakte alexander W üXe. Domitiikatjen ^
die als Predikmonniken het woord Gods aan de hei-
lige plaatfen leerden, den aflaat der kruisvaarderen
deelachtig. Ook hadden de Bedevaarten nnzr Rome j
naar het Heilige Land en naar Compoflella, hare
bijzondere aflaten. Bij Heiligverklaringen fchon-
licn de Pausfen insgelijks aflaten voor eenige da-
gen , of voor een geheel Jaar. Van eene zeldzame
natuur was de aflaat, welke naar den wil van in-
NPCENTius III die genen genieten zouden, die uit
Chris-
GESCHIEDENIS. 329
Ghristelijke Godsvrucht eene hoer zouden trouwen^ V
■om ze tot eene eerbare vrouw te maken C*\ ^°^i^
VII
Daar deze menigte van aflaten alle oude Kerke* Hoofdft,
boeten in der daad overtollig maakte , zoo moet de na C. G;
vraae zelfs bij iemand opkomen, waarom deze afla J^^'*^°73.
** ■' ^ ' tot 1517.
ten zelve , nu 'er geene zonden meer te boeten wa- — — .
ren, niet hebben opgehouden? Doch daar op zal
het antwoord ligt te vinden zijn in de onbepaalde
magt der Paufen en de gewigtige voordeelen, welke
de Bisfchoppen en Geestelijken van de aflaten trok-
ken. Overigens ziet men uit eene plaats van den
Heiligen thomas , dat de Godgeleerden van zijn'
tijd niet eens waren omtrent de kracht der aflaten.
Sommigen zeiden , de aflaat gol.l alleen zoo veel,
als elks geloof en godsvrucht toelaten ; de Kerk
fprak dezelven uit , opdat zij de menfchen door een»
foort van vroom bedrog tot goede werken zou aan-^
fporen; zoo als eene moeder haar kind beweegt om
te gaan , wanneer zij hetzelve een appel belooft.
En kort voor thomas had willem van SegneJay ^
Bisfchop van Auxerre, in denzelfden zin gezegd,
„ dat de Kerk door de aflaten veel beloofde, het-
welk God niet vervulde."
Nooit achter vertoonde zich deze magt der Pau- Jubeljaar,
fen grooter dan door de inftelling van het Aflaat-
en Jubeljaar, in het jaar 1300, door bonifacius
VIII. De Kardinaal kajetanus , Neef en vertrouw-
de Vriend van dezen Paus , heeft daar van eene
dichterlijke befchrijving en een uitvoerig verhaal na-
ge-?
j^:*3 RA7NALD. ad ann. 1198. ;;. 38.
X5
330 KERKELIJKE
V gelaten. Volgens dit verhaal verfpreidde zich in het
BOEK jaar 1299 een dubbelzinnig en naauwelijks geloof-
Hoofdrt ^^^^ gerucht, hetwelk ook voor den Paus kwam,
na C. G. dat al die genen , die in het volgende jaar de Pie-
Jaario73. f^y^j^erk godvruchtig bezoeken zouden , daar door
. '' volkomenen aflaat zouden verkrijgen. De Paus liet
in alle oude fchriften zoeken naar den grond van dit
gerucht , doch vergeefs. Evenwel vergaderde 'er
den iften Janiiarij 1300 tegen den avond en tot
midderüacht toe eene geweldige menigte volks in de
gemelde Kerk, om deze weldaad te genieten; een
en ander grijsaard fprak ook van dezen aflaat, voor
honderd jaren insgelijks gezocht en verkregen. De
Paus beiloot daar op, met raad der Kardinalen,
hier van gebruik te maken, en vaardigde eene Bulle
af, waar in hij zeide: dat hij uit geloofwaardige
verhalen van oude lieden wist, dat de genen, die
de Pieterskerk bezochten , een groote aflaat ge-
fchonken was. Dewijl hij nu, overeenkomfliig zij-
nen pligt, het heil van allen zocht te bevorderen,
. zoo bevestigde hij alle zoodanige aflaten, door zijn
Apostolisch gezag. Doch, opdat de Apostelen pe-
trus en PAULUS des te meer vereerd mogten wor-
den, hoe vlijtiger hunne Kerken van de Geloovigen
bezocht werden, en dezen daar uit vele geestelijke
gaven fcheppen konden: zoo verleende hij aan allen,
die in het jaar 1300, hetwelk met het voorgaande
Kersfeest zijnen aanvang genomen had, in derzelver
Kerken boetvaardig komen , of zulks in het volgen-
de honderdfle jaar doen zouden , niet alleen eenen
volkomenen, maar allervolkomenften, (jJenisfima^^
af-
GESCHIEDENIS. 331
aflaat en vergeving van zonden. Wie dezen aflaat v
deelachtig wilde zijn , moest , als hij een Romein boek
was, 30 dagen achter malkander, maar een vreem- j^o^fy^^^
deling 15 dagen lang, de gemelde Kerken bezoeken; na C. G.
doch een ieder zou een' des te krachtiger aflaat be- J^^'^''°73-
° tot 15 17.
komen, hoe menigvuldiger en aandachtiger hij zich — — .
daar zou laten vinden," Anderen hebben echter be-
denkingen tegen dit verhaal gemaakt , en gewild ,
dat de Paus dus zinnelijk hebbe willen maken, dat
de Christenheid maar één huisgezin uitmaakte, het-
welk den Paus voo^ den gemeenfchappelijken Vader
erkende. Anderen weder hebben de reden gezocht
in de geldgierigheid en hebzucht van den Paus; an-
deren in de navolging van de Eeuwfpelen , ( Ludi
Seculares ^^ der oude Romeinen; anderen daar in,
dat de gemeene man van eenen honderdjarigen af-
laat, zoo als men meermalen gaf, eenen aflaat om
de ioo jaren zal gemaakt hebben.
Hoe het zij , dê uitkomst van dit Jubelfeest over-
trof waarfchijnlljk verreweg des Paufen verwachting.
Niet alleen fpoedden alle vohvasfene Romeinen zich
naar de Kerken van hunne Befchermheiligen , gedu-
rende het bepaald getal dagen; maar ook kwamen
'er uit alle landen van Europa ongeloofelijke menig-
ten van menfchen in deze Hoofdltad. De vermaar-
de Florentijnfche Gefchisdfchrijver joannes villa-
Ni, die daar ook onder behoorde, heeft de vreem-
delingen op aoo,ooo berekend. De Kardinaal baro-
Niüs noemt het een wonder, dat het dit groot ge-
tal menfchen nooit aan levensmiddelen ontbroken
heeft; maar dat dezelve (leeds beterkoop werden.
Ook
33* KERKELIJKE
V Ook gewaagt hij van dadelijke wonderen, die bij
"vrf ^^^^ gelegenheid zouden gebeurd zijn. Vele zieken
ïloofdft werden in de gemelde Kerken genezen; uit vele be-
na C. G. zetenen liepen de Duivelen weg , fchreeuwende , dat
£0^1^17 "^^^ alleen zij door de Apostelen petrus en pau-
m. , — LUS daar toe genoodzaakt werden ; maar dat ook
eene menigte zielen, die door hunne zonden in des
Duivels magt geraakt waren, thans door Christus
daar uit verlost waren; en dat door de verdienfleii
der Aposielen al de zielen , die zich in het Vage«
vuur bevonden, tot de eeuwige heerlijkheid geraak*
ten. Zelfs verhaalt de Kardinaal kajetanus eene
verfchijning der Heilige Maagd, die aan eenen Gees-
telijken van zijne Kerk gebeurd zal zijn , waar bij
hem letterlijk verzekerd werd, dat God hem, gelijk
aan alle levenden en dooden , vergeving van zonden
fclionk. Doch, het geen men ligter gelooven zal,
is, dat de altaren der beide Apostelen uit de kleine
giften der Pelgrims meer dan 50,000 Goudguldens
bekomen hebben. Zonder te fpreken van de rijkere
giften der vermogenden. Om deze reden breidde de
Paus zijn gunstbewijs zoo ver uit, dat hij aan alle
vreemdelingen , welke de bepaalde dagen van het be-
zoeken der Kerken niet konden vervullen, ook aaq
allen, die door den dood of andere verhinderingen
in het volbrengen derzelve belet waren geworden,
volkomenen aflaat fchonk; en voor anderen, die de
biecht en godsdienftige aandacht tot het bekomen
dezer weldaad noodig, op het einde van dit Jubel*
Jaar nog niet verrigt hadden , uitftel verleende tot
Pafchen. Zoo vvel 4e Pausfen als de Geloovigen
van
G È S C H I È Ö É N I S.
333
Van hunne Kerk bevonden zich zoo wel bij dit Ju* v
beljaar, dat het nog in de XlVde eeuw tot 50, en ^^^^
weder tot 33 , en in de volgende eeuw tot 25 jaren Hoofdff.
verminderd werd ; tot het eerde verzochten de Ro- na C. G,
weinen den Paus klemens VI, die te /ivignon zij- 1^^"°^^^*
nen Zetel had, en hij (lond in het jaar 1343 hun — :
verzoek toe, door de vermaarde Bulle Unigenitus ^
in welke hij, niettegenftaande alle verandering in de-
zen , op ftraffe van den ban , verboden was , het Ju-
beljaar op 50 jaren bepaalde, omdat het menfehelijk
leven fleclits zelden tot loo jaren reikte , en omdat
het Jubeljaar des Ouden Testaments op 50 jaren
bepaald was enz. Daar is nog -. eene tweede Bulle
van KLEMENS VI voorhanden, in welke onder an-
deren gezegd wordt: „ Wij bevelen bovendien de
Engelen van het Paradijs, dat zij de ziel van zoo-
danigen bedevaartganger, geheel vrij van het Vage-
vuur, terftond in de heerlijkheid van het Paradijs
zullen inbrengen;" doch 'er zijn verfcheidene blijken ,
waarom men deze Bulle voor een ondergefchoven
(luk behoort te verklaren.
Verbazend fterk was in dit Jubeljaar 1350 weder
de toevloed uit het grootfte deel van Europa. viL-
LANi, die toen leefde, rekent het getal der Pelgrims
op 10, of 1200,000, die van Kersnacht 1349 tot
Pafchen des volgenden jaars te Rome kwamen, on-
der welke ook Vorsten en Vorstinnen waren. An-
dere Vorsten verkregen op hun verzoek, fchoon
thuis blijvende, dezen aflaat, indien zij flechts zoo
veel tot een godzalig oogmerk betaalden , als hunne
reize naar Rome gekost zou hebben. De gefchen-
ken^
334 K E R K E L IJ K E
V ken , welke de Kerken te Rome bij deze gelegenheid
BOEK ontvingen, waren onmetelijk groot; een aanmerkelijk
Hoofdft. ^^^^ ^^^^ ^^" ^^^'^ onder de Geestelijkheid ver-
na C. G. deeld , maar het aanzienlijkfte kwam aan de Pausfe-
jaario73 jjm,^ Kamer. De Romeinen zelve verrijkten zich
tot 1517. •' ■'
m ongemeen, zoodat zij oproerig en trotsch werden.
Zij noodzaakten den Pausfelijken Legaat, den Kar-
dinaal ANNiBALDO, Haar het Napelfche te vlugten,
omdat hij goedgevonden had voor de vreemdelingen
de dagen tot het bezoeken der Kerken te verkorten,
om hun de onkosten van een langer verblijf te be-
fparen. Bij het vertoonen van den Heiligen Zweet-
doek van CHRISTUS , ( Veronka^ ) werden vele
menfchen doodgedrongen , en op de terugreize werd
een groot getal dezer bedevaartgangers door de pest,
die toen in Italië woedde, weggerukt.
Men heeft onder de Openbaringen van de Heilige
BiRGiTTA eene ingevoegd, waar bij haar bevolen
werd, om aan klemens VI te kennen te geven,
dat hij te Rome komen, en een Jubeljaar uiifchrij-
ven zou, maar zonder zoodanige Openbaring vond
uRBANus VI redenen genoeg, om in het jaar 1389
het Jubeljaar op 33 jaren te bepalen. Hij beleefde
hetzelve niet , maar zijn opvolger bonifacius IX
vierde hetzelve in het jaar 1390 met eene groote
menigte Pelgrims , hoewel 'er uit die landen geene
tegenwoordig waren , welke den Tegenpaus kle»
MENS VII waren toegedaan. De Kerken kregen nu
ook gewigtige gefchenken , van welke , zegt diede-
BiK VAN NiEM, cenigeu ter verbetering der Kerken
gebruikt werden; maar de meesten vielen in handeu
van
GESCHIEDENIS. 335
van den Paus en eenige anderen. Met alle deze v
groote geldfommen niet voldaan , want hij was een ^^^^
onverzadclijke flokop , wien niemand in hebzucht Hoofdft.
gelijk was, zond hij nog in verfcheidene Koningrij- na C. G.
ken zijne Makelaars, die zijne aflaten verkochten *^^'^'°^3*
. tot 1517.
aan de genen , die zoo veel boden , als hun de reize — —
naar Rome gekost zou hebben. Deze kramers wis-
ten van eenvoudige of onbefchaafde lieden de groot-
fte fommen af te perfen, zoodat zij uit een Rijk
meer dan 100,000 Gulden bijeenbragten , waar mede
zij vol en zoet naar Rome keerden, en den Paus
rekenfchap van hunne verrigtingen deden. Doch
deze liet fommigen , overtuigd van ontrouw, in de
gevangenis werpen ; velen ftierven een kwaden dood;
eenigen benamen zich zelven het leven, en nog an-
deren werden door de woede van het gemeen in
Hukken gehouwen ; terwijl nog anderen in Ketterijen
gewikkeld, ellendig omkwamen. Een ongenoemde
Kanunnik fchrijft in het Magnum Chronicon Belgi-
cum, omtrent het midden der XVde eeuw, dat bo-
NiFACius, ook na het eindigen van het Jubeljaar,
aan verfcheidene fteden van Duitschland voor een
jaar aflaat verleend heeft, welke die genen zouden
genieten , die de Kerken aldaar bezoeken , en te ge-
lijk zekere fomme gelds zouden opbrengen , maar
tevens zegt hij , dat deze gunften van velen weinig
geacht werden , omdat zij dezelve meer van de heb-
zucht dan van den ijver van den Paus afleidden.
Hetzelfde verzekert ook paulus lange. Monnik
te Bofau^ in de eerfte tijden der XVIde eeuw, i||
Zijne Chroniek y *er bijvoegende, dat de Paus 'er
zoo
330 K E R K E L IJ K E
V zoo veel geld mede gewonnen hebbe, dat men *eT
BOEK een' kruistogt tegen de Saracenen mede had kunnen
Vil
Hoofdft. goedmaken. „ Maar, ó God!" zegt hij: „WaaE
m C. G, is het gebleven? daar fpreekt men niet van."
Jaario73. -j. .^^ ^^^^ ^^ vierde bonifacius reeds we-
tot 1517. . T , ,. , .
I der een nieuw Jubeljaar, waar toe het jaar 1400
van zelve gelegenheid gaf. Ondertusfchen melden
DiEDERiK VAN NiEM, die tocn zelve te Rome leef*
de , en gobelinus persona , dat het eigenlijk de
Franfchen waren , die dit Jubelfeest hielden ; omdat
zij dat van het jaar 1390 niet bezocht hadden, de-
wijl zij URBANus VI niet voor Paus erkenden. Het
baatte niet, dat Koning karel VI. deze bedevaart
uitdrukkelijk verbood, omdat hij zijn Rijk, hetwelk
thans genoeg verarmd was, niet geheel van geld
ontbloot wilde hebben. Zij bragten evenwel rijkelijk
gefchenken mede, maar de meesten werden in het
Romeinfche Gebied, zelfs digt bij Rome, door ftro-
pende foldaten , welke de colonna's onderhielden ,
mishandeld, geplunderd, en fommigen zelfs van het
leven beroofd. Daarom kwamen 'er minder andere
vreemdelingen tot dit Jubeljaar, voornameliik dewijl
de pest in Rome was uitgebroken, martinus V
kondigde wel een nieuw Jubeljaar aan voor het jaar
1423, omdat volgens de verordening van urbanüs
VI werkelijk eerst 33 jaren federt het zijne verlopen
waren , maar de oorlogsonrusten , die nog voort-
duurden, veroorzaakten, dat 'er zich flechts weinige
Bedevaartgangers te Rome lieten vinden.
. Aan deze fchikkingen evenwel kreunde zich ni*
coLAUs V niet, en in plaats van het Jubeljaar in
bet
GESCHIEDENIS. 33?
het jaar 1456 te vieren, fchreef hij het, volgens de V
fchikking van klemens V , tegen 1450 uit. Op dit *o^^
Feest verloren, volgens aventinus , 560 menfchen Hoofdf!;
te Rome het leven , door het inftorten van de brug over na C. G.
éeiïTiber. ^eneas sylvius , die daar zelve tegenwoor- j^^'I°{,
dig was , zegt 200 , die tot de uitdeeling van den .1
zegen naar de Pieterskerk gegaan , of van daar terug
gekomen waren. Deze gewaagt ook van den Graaf
FREDERiK van C///^« , die in eenen ouderdom van 50
jaren nog onder de Pelgrims te Ro^iie kwam, wiens
wellusten buitenfporig leven hem eenen flechten naam
had verworven. Na zijne terugkomst leefde hij weder
zoo als hij altijd geleefd had, en ais men hem
vraagde, wat voordeel hij van zijne bedevaart ge-
trokken had , zeide hij : „ Mijn Schoenmaker is
ook te Rome geweest, en maakt toch weder fchoe-
nen." De Paus verlengde insgelijks de voordeelen van
het Jubeljaar, en fchonk die op verzoek van Hertog
FiLiPS van Burgondiè in het jaar 1450 aan de ftad
Mechelen^ waar men de aflaten kon bekomen door
het bezoeken der Kerken , doch niet zonder gefchen-
ken. In hetzelfde jaar kwam zijn Legaat, de be-
roemde Kardinaal nicolaus vanCufa, naar Duitsch"
land en de Nederlanden , rijdende op eenen muilezet
met een klein gevolg; maar wien overal Vorsten en
Prelaten, Overheden, Geestelijken en eene ontelbare
menigte volks met vanen. en kruifen te gemoet ging,
en hem met gezangen ontving, (zoo als bij voor-
beeld : FenJsti defiderabilis , quem exfpectabamm 'm
tenehrh ^^ hem in de Kerken leidde, en ter zijner
eere den plegtigen Lofzajig aanhief. Deze fchonk
XVm. Deel. Y aaa
538 K E R K E L IJ K E
V aan allen, die als berouwhebbende biechtelingen, in
BOEK ^e kisten, die op zijn' raad geplaatst waren, vrij-
Hoofdft. willig eenig geld ten beste des vaderlands geven
na C. G. zouden , eene volkomene vergeving van alle hiinnte
■!^^'"'°^3* zonden; maar geene abfolutie van fchuld en ürafFe.
tot 1517.
— Deze laatfle, zeide hij, fchenkt de Apostolifche
Stoel nooit. Wanneer iemand , voegde hij 'er bij,
voor eene doodzonde zevenjarige boete doet naar de
Kerkelijke Wetten, of voor twee derzelve eene veer-
tienjarige boete op zich zou nemen, dan zou hij na
dit leven geheel geene ftrafFe lijden; maar in het te-
gengeftelde geval moest hij in het Vagevuur tot den
laatften penning betalen. Doch dewijl het onmoge-
lijk was, voor vele doodzonden de behoorlijke boete
te ondergaan , zoo werd de aflaat gegeven , welke
uit den Schat der Kerke vervulde , het geen
aón de volkomene genoegdoening ontbrak; dus kon
de gezuiverde ziel na den dood zonder vlek in de
heerlijkheid Gods ingaan. Om iedereen gefchikt te
maken , om den aflaat te verdienen , Helde hij in de
(leden Biechtvaders aan , die de Biechtelingen , zon-
der geld, ook in gereferveerde gevallen, abfolveer-
den; maar uit de gemelde IdsteM hunne belooning
ontvingen. Hij zelve nam niets aan, dan eten en
drinken, alhoewel hij in der daad meester van deze
kisten was ; ook hervormde hij vele misbruiken ,
bijzonder in de Kloosters. Het beste, dat deze Le-
gaat zeide , was het antwoord , hetwelk hij uit eene
mondelijke verklaring van den Paus, op de vraag:
of een Monnik zonder verlof van zijnen Overfte
lot het Pausfelijk Jubeljaar reizen mogt ? gaf :
„ Ge-
GESCHIEDENIS. 339
^, Gehoorzaamheid is beter, dan aflaat (*)." — V
Tot hier toe bleef het nog al onzeker , wanneer ^^!*
eigenlijk het Jubeljaar gevierd moest worden , tot Hoofdü.
dat eindelijk Paus paulus II in het jaar 1470 on- "^ C. G.
veranderlijk bepaalde, dat het elk a5fle jaar gevierd J^^^ ,^J^*
zou worden, en volgens dit voorfchrift vierde zyn ■
opvolger sixTus IV hetzelve in het jaar 1475. Deze
zal ook de eerde geweest zijn, die dit jaar een Ju.
heijaar genoemd heeft. Buitendien liet hij ook in
andere jaren, naar de gewoonte zijner voorzaten,
hier en daar zijnen aflaat verkondigen. Dus kwam
in het jaar 1484 een zijner Legaten in Zwahen^ met
zoodanige volmagt voorzien ; waar hij , bij gelegen-
heid van eene onlangs gewoed hebbende pest, de
arme lieden , zoo als paul lange zich in zijne
Chroniek uitdrukt, met onverzadelijke begeerte de
veeren uitplukte. De Schrijver eener Slavi fch e Chm"
niek , uit wien deze Monnik zijn berigt ontleend
heeft, roept daar over uit: „ó petrus! petrus!
CHRISTUS heeft tot u niet gezegd: Melk of fcheef
mijne fchapen ! maar weid haar ! "
Volgens de nieuwe fchikking werd dus het Jubel-
jaar in het jaar 1500 door alexander VI gevierd.
Deze Paus , de flechtfte onder allen , die deze waar-
digheid ooit bekleed hebben, en die de vergiffenis
van ailen, aan welken hij het oniflag hunner zonden
aanbood, meer noodig had dan zij zelven, maakte
hun den aflaat op eene tot hier toe ongewone wijze
gemakkelijk. In zijne BuUe van aankondiging ver-
klaar
(*) Magnum Chron Belg,
Y a
340 K E R K E L IJ K E
V klaarde hij, dat niet alleen te Rome de volkomenfle
*^^* aflaat op alle die genen wachtte, welke boetvaardig
Hoofdft. biechtende de Kerken van petrus en paulus, van
na C. G. Lateranen en van Maria Maggiore gedurende de
•'jQj"°f^' bepaalde dagen zouden bezoeken; insgelijks dat hij
. in de Pieterskerk Opzieners der Boetelingen, (/o^-
nitentiarii ,') met volle magt benoemd had, om in
alle voor den Apostolifchen Stoel voorbehoudene
gevallen te abfolveren ; maar , „ dat hij ook te
gelijk met Apostolisch gezag door den Schat der
Heilige Roomfche Kerk, uit Vaderlijke toegenegen-
heid, zoo veel hij met God vermogt, hulp wilde
bewijzen aan de zielen in het Vagevuur, die den
bijftand van anderen des te meer noodig hadden,
hoe minder zij zich zelven konden helpen; aan zie-
len, die door de liefde met christus vereenigd,
uit de wereld gegaan zijn, en daarom verdiend heb-
ben, dat hun de aflaat te ftade kome." Hij ver-
gunde dus, ingevolge der Goddelijke barmhartig-
heid, en uit de volheid zijner Apostolifche magt,
dat , wanneer bloedverwanten , vrienden of andere
geloovige Christenen , met godzalige oogmerken voor
die zielen , die zich , tot boete der flrafFe , welke zij
naar de Goddelijke regtvaardigheid verdienen , in het
Vagevuur bevinden , gedurende het Jubeljaar , tot
den bouw der Pieterskerk, eenige aalmoes, volgens
het voorfchrifc van die Opzieners der Boetelingen ,
en onder een aandachtig bezoeken der gemelde Ker-
ken, in de kist bij- de Pieterskerk leggen zouden,
de volkomene aflaat voor de zielen in het Vagevuur,
voor welke zij deze aalQioezen gegeven hebben, als
het
GESCHIEDENIS. 341
ihet ware als eene voorbidding, (^per modum fu/fra- V
g-//,) tot een vol onrflag van hunne ftrafFen dienen ^^^^
zou." Zoodanig een aflaat voor de zielen in het fioofdil.
Vagevuur, waar van de Heilige thomas reeds ge- "^ C. G,
waagd had, maar die nu door de.zQ BuUe bevestigd Joj'^J-Jy*
werd, maakte, dat 'er een ongemeen groot aantal — — .
koopers op deze geestelijke marktplaats was. In het
(lot zijner BuUe vermaande alexander wel alle
Christenen, om zich door ootmoedig berouw, ver-
betering van zeden en aalmoezen tot het verkrijgen
van dezen aflaat voor te bereiden; maar zijn voor-
beeld en dat van zijn Hof fpoorde daar niet zeer
toe aan, Misfchien heerschte te Rome nooit groe-
ier verderf van zeden, dan toenmaals, voornamelijk
onder de Geestelijken. Voorts was alexander VI
de eerfte, die eene bijzondere deur, de gouden deur
genoemd, in de vier gemelde Kerken liet maken,
welke hij in de Pieterskerk, en Kardinalen in de
drie andere Kerken , tot een plegtig begin van het
Jubeljaar , met Kerkelijke plegtigheden openden , en
op het einde van hetzelve op gelijke wijze floten ;
eene gewoonte, welke federt alle Paufen behouden
hebben.
Nu konden in het overige van dit Tijdvak wel
geene Jubeljaren meer voorkomen , maar de Pausfe-
lijke aflaat werd desniettemin meer dan eens , in
deszelfs volle kracht, in verfcheidene landen geveild
en aangeboden. De Duttfche Rijksflanden hadden
reeds in het jaar 1466 befloten , dat de Paus zulkeo
aflaat in hun vaderland zou uitfchrijven , ten einde
daar uit de kosten tot den Turkfchm oorlog te via-
Y 3 den.
34a K E R K E L IJ K E
V den. Dit verzoek herhaalden zij in het jaar 1500,
noEK jjjaar de Paus vervulde alleen het eerfte gedeelte des
Hoofdfl:. verzoeks, omdat het voor hem voordeelig was. Hij
na C. G zond den Kardinaal uaymund als zijnen Legaat ,
10^1?! 7 ^^^ echter door den Keizer maximiliaan en de
, Keurvorsten alleen onder bepalingen werd toegela-
ten, omdat men vreesde, dat hij onder het voor-
wen dfel van den Turkfchen oorlog geld bijeen zou
fchrapen; zoo kwam ook joan albert. Koning
van Polen ^ met den Paufelijken Nuncius overeen,
zoodat hij van het geld in Polen voor de aflaten
opgebragt, 30.C00 Dukaten bekwam. Zelfs floot men
in Duitschland met den Legaat een vergelijk in het
jaar 1501, Het Jubeljaar zou in Duitschland afge-
kondigd worden , en een maand of iets langer du-
ren. In de voornaamfte Kerken zouden kisten ge-
plaatst worden , met vier flcutels voorzien, welke
de Legaat, de Gevolmagtiï^den der Rijksfl:enden , de
voornaamfle peribon m eike Kerk, en de Stadsover-
heid bewaren zouden. Dit geld zou op bevel des
Keizers op eene door hem te bepalen plaats gebragt
en eenigUjk tot den Turkfchen oorlog gebruikt wor-
den; alleen zou de Legaat een derde gedeelte tot
zijne Hofhouding en noodige uitgaven bekomen.
Maar dit laatfl:e mishaagde den Keizer, en hij ver-
klaarde openlijk in het jaar 1503, dat die dit door
onbetamelijke listigheid van de Rijksregeering ver-
kregen had, en gebood, dat men het geld, hetwelk
van de Kruisvaart en het Jubeljaar zou inkomen,
in bewaring zou leggen bij de voorname en rijke Koop-
lieden, FUGGERS en WALSER te Augshurg, Maar
de
GESCHIEDENIS. 343
de Legaat had zijn aandeel reeds weg, en de Paus V
won insgelijks eene groote fom, en een Turkfche ^°J^
oorlog kwam niet tot (land. Hoofdft.
juLius II liet zijn' aflaat meer dan eens prediken, na C. G.
Zoo bewilligde hij denzelven in het jaar 1505, op Jot"?^?*
verzoek van emanuel. Koning van Portugal^ tot ■»
verligting van den veldtogt tegen de Moor en in
Afrika, Reeds federt het jaar 1504 had deze Paus,
zoo wel in de Noordfche Koningrijken , als in
Duitschland en Z',vitferland , eenen aflaat uitge-
fchrevcn voor die genen , die den Grootmeester der
Duitfche Ridderorde tot den oorlog tegen de Rm-
fen^ die Lyfland verwoestten, met geld zouden bij-
ftaan, welke men vindt dat in Zivhferland nog tot
het jaar 1570 geduurd heeft. Men heeft nog eenen
Aflaatbrief, opgedeld door christiaan boomhou-
WER , Doctor van het Kanonieke Regt , Pfarheer
in Lyfland^ Pausfelljkc Kapeüaan , ook Nuncius in
de Kerspels Mentz, Trier, Keulen en Meisfen^ in
het jaar 1508 te Dresden. Daar in wordt aan de
beide Echtelieden, die hem gekocht hadden, niet
alleen de volkomen aflaat van het Jubeljaar; maar
ook voor hen, hunne ouders en weldoeners, die
met liefde uit de wereld gegaan zijn, eenig deel aan
alle gebeden , voorbiddingen , aalmoezen , vasten ,
misfen , kerkelijke uren , geefelingen , bedevaarten ,
en andere geestelijke oefeningen toegedaan, welke in
de geheele heilige ftrijdende Kerk gefchieden.
De medehelper van dezen Aflaatprediker in Z)«/Vj^/^-
land was joan tezel, een Dominikaner Monnik
Y4 in
344 K E R K E L IJ K E
V in het Klooster te Pirna, geboortii; van Leipzig^
•J^[^ die in het jaar 1507 te Dresden , Freyherg en Leip-
Hoofdft. 2;^» ïn het jaar 1508 te Naumburg, Erfurt , An-
na C. G. naberg en in de Opperlaufits , zijnen last met eenen
toris^? gelukkigen winst aan geld volbragt heeft. Nader
m> ■ ... betrof dezen Paus de derde aflaat , welken hij reeds
in het jaar 1506, toen hij den grond tot den nieu-
wen heerlijken bouw der Pieterskerk Iddt^ bijna ge-
heel door Franciskaner Monniken fchijnt verkondigd
te hebben , om de daar toe noodige verbazende kos-
ten te bekomen. Dit gelukte hem wel, maar het
werd in het vervolg voor de Pausfen de ongeluk-
kigfle van alle aflaten, welke zij uitgefchreven heb-
ben ; zoo als onder andere Schrijvers van zijne Kerk
ook de Kardinaal pallavicini klaagt.
Te weten, toen zijn opvolger leo X in de jaren
1514, 1515 en 1516 denzelfden aflaat vernieuwde,
onder het voorwendfel van den oorlog met de Tur-
ken, brak hier een vuur uit, hetwelk de helft van
zyn Rijk verteerd heeft. De' zoo fchlelijke herhaling
van deze aflaatskramerij moest reeds velen tegen de
borst fpringen. De verkwistende pracht van den
Paus deed ieder opmerken, dat hij den aflaat noo-
dig had, om zijne geldverfpillingen goed te maken.
Men wist, dat hij een deel der inkomfl:en van den-
zelven aan zijne Zuster magdalena gefchonken
had , die weder den Pausfelijken Protonotarius ,
Doctor der Regten en Proost joan angelo arcii\ï-
BOLDi volmagtigde, om ten dezen voor hare voor-
deden jn ^uitschland te zorgen , wiens Onderkom-»
GESCHIEDENIS. 345
roisraris joan tezel was. Dit verhaal van eenen V
Tijdgenoot (*) wordt wel door pallavicini tegen- ^^^
gefproken, doch enkel omdat men 'er geene aantee- Hoofdft.
kening van vindt in de Pausfeliike Kanfelarijboeken ; "^ C. G,
waar men ze trouwens ook niet wachten kan. Maar l^Vlri^'
daartegen beklaagt de Kardinaal zich, dat voor de ■
Christen Natiën aan dezen aflaat eene andere ergernis
zoo niet gegeven ten minfte genomen is , te weten ,
om het verkoopen of verpachten van denzelven , doch
tevens geeft hij deze ontfchuldiging op, dat immers
elk Vorst dus handelt met de belastingen, wel e hij
ingevoerd heeft , en welke hij doorgaans aan den
meestbiedende verpacht , dus inderdaad belijden-
de, dat deze aflaat niet anders dan een koophan-
del geweest is van de Pausfelijke Kamer ! Nog
merkt guicciardini aan, dat, dewijl het bekend
was , dat eene geldverzameling hier de hoofdzaak
was, en dewijl de Aflaatpredikers hunnen last vrij
onbefchaamd ten uitvoer bragten, alzoo zij de ver-
geving der zonden voor overledenen goedkoop ver-
kochten , en zich in de herbergen en kroegen met
het fpel vermaakten, daar door op vele plaatfen er-
gernis en ongenoegen ontdaan is. Men weet ook ,
dat de Duitfche Rijksftanden zich reeds meermalen
beklaagd hebben over de Pausfelijke aflaten, en nog
in het jaar 15 10 die klagten luidkeels herhaalden.
Het fcheen dus , dat het geduld der Natie ten einde
moest loopen. Evenwel kon leo X , die meer be-
mind was , dan zijn twee voorzaten , deze klagten , dit
fpre*
(*) CüICCiARD. la Hiftoria iTItaHa L. XIII. />. 379,
Y 5
34^ KERKELIJKE
V fpreken en fchrijven , die reeds meer dan loo jaren
Boek vruchteloos herhaald waren, gerust aanzien; trou-
Hoofdft. wens, men had reeds op vele plaatfen eene verach-
na C. G. ting voor de Pausfelijke aflaten betoond, men dreef
10^1?!^* '^'" ^^" ^^'^^ mede, en — men betaalde, platina,
I zelfs een Pausfelijke Hof bediende , zegt reeds van
de tijden van bonifacius JX: de volkomene aflaat
was op zulke wijze verkocht geworden, dat het ge-
zng (Ier Apostolifche Sleutels en Brieven begon te
dalen. Het is bekend, dat erasmus reeds voor het
jaar 1516 zich vermaakte met over deze aflaten te
fpotten , anderen wederleiden hem , en de aflaat
bleef in zijne vastheid ftaande. Het was nog ge-
heel niet te voorzien , en zelfs niet te gelooven ,
dat binnen korten tijd een wel ernftige , maar toch
met onderzoekende befcheidenheid ingerigte , en aan
het oordeel der Kerk onderworpene aanval , niet
juist op den Pausfelijken aflaat in het gemeen, als
wel op deszelfs te groote uitgeftrektheid en op de
misbruiken, welke bij de aanprijzing en toediening
van denzelven begaan werden , niettegenflaande alle
ftemming van vele tijdgenooten tot vrijer onderzoek,
en al de bekwaamheid van den ondernemer van de-
zen aanval, om de leere der aflaten met de echt
Christelijke leere van de vergeving der zonden te
vergelijken, op, eene voor elk een bevatbare wijze,
zoo groote uitwerking hebben, en het zoo ongemeen
ver brengen zou , als met der daad gebeurd is.
Kanoni- Hoe menigvuldig en uitgefirekt de aflaten waren,
zeringof welke de Paufen , inzonderheid na de XlIIde eeuw,
fprekïng uitdeelden , evenwel bleef de Schat der Kerk , uit
wel'.
GESCHIEDENIS. 347
Weiken zij dezelve namen, zoo als men toen begon V
te gelooven , dat is, de verdienden van Christus, ^^F-^
der Maagd maria , en zoo vele duizend Heiligen Hoofdft,
zamengenomen , onuitputtelijk ; ja dezelve vi'erd door ^^ C. G.
de oververHien (lelijk e goede werken, (^opera f^P^^^- \q^ -.J^
rogatoria ^') van ontalJijke nieuwe Heiligen nog da-
gelijks vermeerderd. De Asketifche vroomheid en ^^" "'^'^'
we Heili*
de roem van wonderwerken gaven wel regt op de- ggn.
zen verlievenen rang in den hemel , doch tevens was
'er eene plegtige verklaring, Kanonizering ^ noodig,
^r zulk een nieuwe Heilig door de Kerk vereerd en
als voorfpraak bij God aangemerkt kon worden.
Elk Bisfchop had tot zoodanige Heiligverklaring
voorheen in zijn Kerspel regt, doch reeds in het
jaar 993 begonnen de Pausfen zich dit regt aan te
matigen; nogtans vinden wij nog in het jaar 1099
een voorbeeld , dat de Aartsbisfchop van Keulen
van zijn regt gebruik maakte; het laatfle voorbeeld
is de Heiligfpreking van den Abt güaltherius,
( waarfchijnlijk gauthier,) in het jaar 11 53 door
den Aartsbisfchop van Rkeims en andere Franfche
BisCchoppen. Men houdt gemeenelijk Paus alex-
ANDER III voor den eerden, die in het jaar 1170
dit regt van Zaligfpreking aan zijnen Stoel bij uit-
buiting heeft toegewezen , in eenen Brief aan de •
Monniken van een Fransch Klooster, welke hij be-
ftraft , dat fommigen van hen , door een duivelsch
bedrog misleid, een mensch, die in dronkenfchap
vermoord was, als eenen Heiligen vereerden, daar
de Kerk ter naauwernood toelaat, dat 'er voor zulk
f enen gebeden worde. Hij verbiedt hen dus, zulks
ver-
348 K E R K E L IJ K E
V verders te doen , nademaal zij hem , zonder bewtl-
BOEK Uging der Roomfche Kerk , ook alsdan niet als
Hoofdft. ^^^'^^^ Heiligen vereeren mogten , wanneer ''er zelfs
na C. G. wonderen door hem gedaan waren. Door dezen
"i^»'^!^,^' Paus is in het jaar 1161 eduard. Koning van
tot 15 17* ? o
— ■ Engeland^ en thëobald , een Kluizenaar bij Vi-
cenza\ in het jaar 1164 eene weduwe in Zweden^
HELENA, als ook KNUT de Jongere, Koning van
Denemarken; in het jaar 1173 thomas becket,
Aartsbisfchop van Canterhury; en in het volgende
jaar bernhard, Abt van Clairvaux ^ onder de Hei»
ligen geplaatst.
PASCHALis III, Tegenpaus van alexander ,
fchonk in het jaar 1165, op verzoek van Keizer
FREDERIK I, aan KAREL den Grooten insgelijks de»
rang van Heiligen. Doch , alzoo hij in het vervolg
als een fcheurings Paus befchouwd is geworden ,
zoo is deze Kanonizering meer ftilzwijgend geduld,
en KARELS godsdienftige vereering hier en daar toe-
gelaten, dan in de geheele Roomfche Kerk aange-
nomen. Met een meer algemeen gezag benoemde
KLEMENS II[ in het jaar 1189 den voormaligen
Apostel der Pommeranen , otto , Bisfchop van
Bamberg^ toteenen Heiligen van zijne Kerk. bern-
• WARD, Bisfchop v3iX\ Hildesheim , verkreeg dit voor-
regt in het jaar 1192 van coelestinus III. In het
jaar 1193 werd deze eer door denzelfden Paus be-
wezen aan gualbert, (lichter der Congregatie van
Falombrofe, De Keizerin kunigunda. Gemalin van
Keizer henrik II, welke Keizer reeds in het jaar
1152 door EUGENius III voor Heilig verklaard was,
I werd
GESCHIEDEN IS. 34$^
werd in het jaar 1202 van innocentius III verhe- v
ven tot dezelfde eer, omdat beide gedurende hun ^°^*
huwelijk eene aanhoudende kuischheid zouden be- Hoofdlt.
tracht hebben , hetwelk echter van leibnitz (*) na C. G.
en anderen met recht voor een vertelfeltje gehouden 1^^^^°^^'
wordt. „
De XlIIde eeuw was boven andere vruchtbaar in
Heiligfprekingen. Behalve de beroemde Ordensllich-
ters DOMiNicus en franciscus , als ook hunne
voorname Leerlingen , antonius van Padua en
KL ARA , hebben niet weinige Aartsbisfchoppen en
Bisfchoppen daar deel aan gehad. Onder de Groo-
ttn is bijzonder lodewyk IX, Koning van Frank--
ryk ^ die in het jaar 1297 Heilig verklaard is, door
Paus BONiFACius VIII, nadat men federt het Jaar
1252 over zijne verdienden gefchreven en gewreven
had, zoodat een ezel al de papieren niet zou heb-
ben kunnen dragen, zoo als bonifacius zich uit-
drukte in eene zijner Predikatien. Zijn Feestdag is
gefield op den asften Augustus, en aan allen, die
op dien dag zich bij zijn graf aan zijne voorbidding
zouden aanbevelen, is een jaar en 40 dagen aflaat
toegezegd. — elizabeth, Landgravin van Thurin'
gen<f een voorbeeld van wonderbare mengehng van
goedheid van hart en zwakheid van geest, werd
door GREGORius IX Heilig verklaard in het jaar
1235. De Bedevaarten naar haar Graf waren tot in
de XVIde eeuw ongemeen talrijk, voornamelijk de-
wijl, gelijk men zeide, uit hare herfenpan een wel-
rie^
(*) ^iS". Brumvkcnu T, II. p, 155.
S50 KERKELIJKE
V riekende olie gevloeid zou zijn, welke de Duitfch«
BOEK Ordensbroeders te Marburg verkochten. Eindelijk
Hoofdft. ^^^^ ^^ Landgraaf filips de Grootmoedige in 1539
na C. G. het gebeente dezer Heilige , om het Bijgeloof te (lui-
ten, wegnemen, en elders plaatfen, deze beenderen
zijn naderhand op dringend verlangen der Roomschge-
zinden aan den Landkomthur der Duitfche Orde
toegezonden, zonder dat men weet, waar zij thans
beland zijn. Haar Feestdag is bepaald op haren (terf-
dag ^Q.\\ ipden November.
Zoo vele nieuwe Heiligen veroorzaakten van tijd
tot tijd bij verftandige mannen bedenkingen en zwa*
righeden , gelijk wij ten aanzien van de Heil. bir-
GiTTA gezien hebben, dat de vermaarde gerson
daar niet zeer mede in zijn fchik was. Evenwel
bleef de geest der tijden heerfchen, en de nieuwe
Heiligen bleven nog vermenigvuldigen. Eene der
vermaardften was catharina van Siena , wier le-
ven uitvoerig befchreven is door haren Biechtvader
RAYMUND van Capua^ Generaal der Dominikanér
Orde; zij was de dochter van eenen verwer te Sie^
ua^ en werd geboren in het jaar 1347. Toen zij
vijfjaren oud was begon zij de groetenis van den
Engel te bidden, en werd daar voor in haar zesde
jaar met eene hemelfche verfchijning beloond, die
voor haar geheele leven beflisfend was. Wij zullen
van de menigvuldige Openbaringen, in welke zij
gemeenzaam met Christus verkeerde., niet gewa-
gen; dit ging zoo ver, dat jezus zich met haar
eens ondertrouwde , haar eenen kostbaren ring aan
den vinger ftekende, met ^tzt woorden; „ Hier
me-
GESCHIEDENIS. 3^1
mede verlove ik u met mij , uwen Schepper en Ver- V
losfcr , in het geloof , hetwelk fleedsdurend in u "^J*
onderhouden zal worden , tot dat gij in den hemel Hoofdff.
uwe eeuwige bruiloft met mij vieren zult. " Nu "^ C. G«
verdween de verfchijning , maar de ring bleef, doch toricir'
zoo dat niemand denzelven zag, behalve zij alleen, — —
gelijk ook deze en andere verfchijningen alleen op
hare eigene verhalen (leunen. Hare geheele levens-
wijze was voorts zonderling door onthouding en
kastijding. Haar Biechtvader raymünd vertelt ver-
ders, dat JEZUS haar eens de linkerzijde geopend,
en het hart daar uit genomen hebbe, maar eenigen
tijd daar na had hij haar zijn eigen hart gefchonken.
In het eerst kwam het raymünd ongeloofelijk voor,
dat iemand eenige dagen zonder hart zou kunnen
leven, maar eindelijk moest hij het gelooven, dewijl
bij God geen ding onmogelijk is. Hooger, zou men
zeggen, kon hare voortreffelijkheid niet gaan, maar
nu ontving zij ook van jezus, misfchien in na-
bootzing van den Heil. franciscus, de teekenen
zijner wonden in haar ligchaara, onder het gevoel
van zoo groote pijn, dat zij nabij den dood kwam.
Ja , eens ftierf zij waarlijk voor een korten tijd , de-
wijl haar hart door hevige liefde voor jezus ver-
fcheurd werd; en terwijl hare ziel van het ligchaam
gefcheiden was, zag zij de heerlijkheid der zaligen,
en de flraffen der hel.
In hare laatfte jaren moeide zij zich met de Ker-
kelijke en Wereldlijke zaken van dezen tijd, en gaf
dikwijls aan de Pausfen duchtige vermaningen; zij
bragt hen van Avigmn^ daar zij zelve heen gereisd
was,
352 K E R K E L IJ K E
V was, naar Roma terug, en wierp zich in het |aar
BOEK 1376, hoewel vergeefs, op tot bemiddelaarfter lus-
Hoofdft. fchen gregorius XI en de Florentijnen. Zij kwam,
nü C. G. op begeerte van urbanus VI , te Rome , alwaar zij
jaario73. - ^^^ - ^ o^ overleden is. Bij haar lijk gebeur-
tot 1517. J ^ J J o
t den, gelijk men verwachten kan, voor en na hare
begravenis , menigvuldige wonderen. Voordat echter
hare dadelijke Heilig f preking plaats had, oniftondeti
daar over verfcheidene twisten , waar toe de ftukkeii
behooren, welke martini bekend gemaakt heeft (*_)•
pius II vervulde eerst in het jaar 1461 den wensch
der Dominikanen daaromtrent. Doch in het jaar
3475 verbood Paus sixtus IV, op de klagt der
Franciskanen ^ dat men van de Heilige katharina
geene afbeeldingen zou maken met de lidteekenen
der vijf wonden van jezus , alzoo franciscüs de
eenige was, wien jezus met die eere verwaardigd
had. KLEMENS VIII leide in het jaar 1599 de bei-
de Ordens een ftilzwijgen op, doch urbanus VIII
begunftigde in het midden der volgende eeuw weder
de Dominikanen in zoo verre, dat hij in hetRomein-
fche Breviarium of Gehedehoek deze woorden liet
invoegen : idqite ut oculis repraefentaretur ^ r adiós
in hnaginibus ad dicta quinque loca pertingentes
pia fidelium cura pictis coloribus expres fit (f).
Daar zijn verfcheidene fchriften , bijzonder 364.
Brie-
' C*) Procesfus Contestationum fuper fanctitate et doe*
trina B. Catharina Sencnfn in Colkctt. VV, SS. et Mo-^
mnn. ampliif. T. VI. p. 1237.
(1} PAPEüROCH. in Jciis SS.
GESCHIEDENIS. 353
Brieven van deze Heilige katharina in het licht V
gegeven, in de jaren 1707 en 1713 te Siena in vijf ^^^
Deelen in Quarto in het Italiaamch» Hoofdd,
Het gezelfchap van de Heilige birgiïta en ka- "^ C* G,
THARiNA, wordt Volmaakter door eene derde, do- {^"J^j^*
ROTHEA van Pruis fen^ eene Boerendochter, die tot -
haar i^aS^t jaar in huwelijk geleefd heefc met een
Dantziger Ambachtsman, wien zij negen kindere» •
heeft gebaard. Doch daarna deed zij gelofte van
kuischheid met zijne bewilliging, en ondernam ver-
fcheidene Bedevaarten, in het jaar 1394 liet zij zich
in den Dom te Marienwerder eene Kluis maken ,
waar zij, van alle menfchelijke zamenleving afge-
zonderd , leven wilde naar eenen regel , welken
CHRISTUS zelve haar zou gegeven hebben, maar zij
overleed in hetzelfde jaar met den roem van won-
derwerken. De Grootmeester der Duitfche Orde en
de Bisfchoppen van derzelver gebied verzochten bg-
NiFACius IX om hare Heiligverklaring, ook liet hij
een onderzoek over hare wonderwerken aanflellen in
het jaar 1404. Maar dorothea had in eene van
hare verrukkingen eenen Grootmeester der Orde in
de Hel gezien» Toen zij dit vertelde, had men haar
het zwijgen opgelegd , ook had zij aan de Orde
meermalen derzelver hoogmoed verweten. Men oor-
deelde het dus niet gevoegelijk, verder op hare Hei-
ligfpreking aan te dringen. Evenwel werd zij als
de Patronesfe van Pruisfen aangemerkt; men deed
Bedevaarten naar haar graf, en beval zich aan hare
voorbede bij God aan.
Wij zullen ons met andere nieuwe Heiligen niet
XVIIf. Deel. Z ver-
354 KERKELIJKE
V verder ophouden, dan dat wij de voornaaraden def-
*°^j zei ver naar de rijdorde opnoemen. Iii het jaar 131 3
Hoofdft. bewees klemens V deze eer aan zijnen naasten
na G. G. voorzaat coelestinus V, die te voren pieter van
10^1 ^i'?* -^^^^^^^ heette, en dien deze Paus wilde, dat on-
yi der den naam van den H. pieter. den Belijder zou
vereerd worden. —Vier jaren later kanonizeerdePaus
joANNES XXII den onlangs overledenen ludwig of
LODEWYK , Bisfchop van Touloufe^ Broeder van
ROBERT 5 Koning van Skiïïè. — thomas van Cari"
tilupo ^ Bisfchop van Hereford in Engeland^ die in
het jaar 1282 overleden was, werd in het jaar 132a
Heilig verklaard. — Een andere veel vermaarder
THOMAS van Aquino ^ verkreeg dezelfde eer in het
jaar 130.3. — Bretagne bezorgde ook eenen Heili-
gen in IVO HALLORY, cen' Priester en Tertiarins
van de Orde van franciscus. Hij was kundig in
de Regtsgelcerdheid , en men noemde hem den Ad-
vokaat der wezen , weduwen en armen. Hij ftierf
in het jaar 1303. Het volk riep vrij algemeen in
zijn vaderland : Hij moet gekanonizeerd worden !
Dit gebeurde ook in het jaar 1347.
De XVde eeuw leverde ook eenige vermaarde Hei-
ligen op, als: bernardinus van Siena ^ door ni-
COLAUS V in het jaar 1450. Hij was in het jaar
. 1444 te Aquila in het Napdfche overleden.
Een zijner leerlingen, joannes capistranüs,
(eigenlijk e Capiftrano ., of de Capïfiro .^ ook een
Franchkamr uit het gemelde Rijk van geboorte,
heeft veel bewondering verwekt. Als PsLisfelijke
Legaat en Geloofainquifiieur doortrok hij federt het
jaar
GESCHIEDENIS. 35$
Jaar 1426 een deel van Italië^ waar bij de Fratri- V
cellen vervolgde; maar ook den flrengen regel van ^^^
zijne Orde gedeeltelijk weder herfklde. In bet jaar Hoofdft.
1450 zond NicoLAUS V hem , op raad van aeneas ^'^ C. G,
SYLVius naar Duitschland , om de zoogenoemde ■|^t''J?j7'
Ketters in Bohemen te bekeeren , en eencn kruistogt « ■ ■■■
tot ftand te brengen. Hij werd in het Oostenryk-
fche met den grootften eerbied ontvangen, zoodac
men elkander verdrong, om Hechts den zoom van
zijn kleed aan te raken. Te Wenen predikte hij
meermalen voor 20, of 30,006 Toehoorders in het
Latijn^ hetwelk zij niet verftonden, evenwel luis-
terden zij opmerkzaam naar hem, meer dan naar
den Tolk, die zijne woorden in het Hoogduitsch
vertaalde. Velen, zegt aeneas sylvius, noemden
hem eenen ijdelen fnorker en pogcher, die zijnen
loon liever in de praatjes van het gemeene volkje,
dan bij God zocht; maar hij verdedigde zich daar-
tegen met grooten nadruk. Eindelijk reisde capiS-
TRANUS in het jaar 1455 naar Hongaryen^ gelijk hij
voorgaf, door hemelfche üemmen derwaarts geroe-
pen. Op dezen tijd hadden de Turken Belgrads
belegerd , en de groote krijgsheld joan van huny-
AD durfde het ontzet niet te ondernemen. Maar
CAPiSTRANus cene kruisvanrt gepredikt en eene me-
nigte volks dus bijeengebragt hebbende, viel met
hetzelve, daar hij met het kruis in de hand voor-
ging, onder het uitroepen van den naam jezus, op
de Turken aan, die hij verfloeg en Belgrado ont-
zette. Kort daar na overleed hij in het jaar 1456.
tfl het jaar 1515 vergunde leo X, dat men hem
Z a als
356 K E R K E L IJ K E
V als eenen Zaligen in zijne vaderftad vereeren raogtj
^v^i^ hetwelk gregorius XV in het jaar 1622 tot alla
Hoofdft. Kerken der Franciskanen uitftrekte. Op dezen eer-
na C. G. ften trap der Kanonizatie , de Zaligfpreking, ( /?^,a-
l^j^j^j^' //y?cö//ö,) volgde eirdeUjk in het jaar 1690 door
- ALEXANDER VIII de dadelijke Hdligfpreking. ca-
pisTRANüs heeft: eene menigte fchriften nagelaten,
doch men Iieeft op dezelve in zijne eigene Kerk wei-
nig prijs gefield.
In het jnar 1455 werd ook de Spaanfche Domini'
kaner ^ vincentiüs ferreri, die reeds in het j^ac
1419 geltorvèn was, door kalixtus III Heilig ge-
fproken. Hij was bijzonder in het Koningrijk Ar-
ragon in groot aanzien, en werd als wonderdoener
geacht, maar hij begimdigde de dvveepende Geefe-
laren, gelijk wij gezien hebben. Hij heeft een Boek
van het geestelijk leven , of van den inwendigeit
mensch enz. nagelaten.
eonaventura, de vermaarde Schoolfche Leeraar
en Myftiek, Kardinaal en Generaal der Franctska-
fier Orde, van wien wij reeds mecimnlen gefproken
hebben, ontving in het jaar 1482 van sixtus V de
waardigheid van Heiligen, — Drie jaren daar na
werd LEOPOLD, Markgraaf van Oostenryk, door
iNNOCENTius V'IH gecnnonizecrd. Hij had dit
Markgraaffchap van het jaar 1096 tot 1136 bezeten,
en zelfs in den oorlog uitgemunt, maar hij had ook,
tegen zijnen pligt, den Keizer henrik IV, zijnen
Schoonvader, in het jaar 1105; met zijn volk verla-
ten, toen deze Keizer op het punt was, om zij*
nen oproerigen Zoon te bedwingen. Hij was een
groot
GESCHIEDENIS. 357
groot begiinfliger der Geestelijkheid , liij ftichtte V
Kloosters en Abdijen, en hij leidde een godzalig )e- ®°'i'?
ven , naar de denkbeelden van die tijden. En de {loofdrt.
Geestelijkheid vergold dit , door hem als een heilig -'^ C. G,
In3ri07^
man en wonderwerker te roemen, tot dat eindelijk i'^^ ici/J
de bovengemelde Paus door óqiï Keizer, den Hon- ■ . '^
gaarfchen Koning matthias enz. bewogen werd, /
hem dadelijk onler de Heiiigen te piaatfen.
Zoo vele Heiligfprckingen waren voor de zinnelij-
ke godsvrucht dier tijden een behoefte , elke nieuwe
Heilig gaf voordeel aan het gezag der Paufen en aan
de inkom den der Geestelijkheid. Bij deze gelegen-
heid moet de aanmerking niet verzuimd worden ,
dat landen , (leden , bijzondere khtfen en (landen
van menfchen, zich uit deze menigte Heiligen hun-
nen bijzonderen Schutsheer en Befcherraheiligen ver-
•kozen , gelijk 'er ook eene beftelling plaats heeft
omtrent de voorwerpen , ziekten , ongemakken , over
welke elk dezer Heiligen een bijzondere zorg zal
hebben, volgens d'^ Roomfche Schrijvers. De God-
geleerden hebben dus tot hunnen Patroon den Eur
angelist joannes , den Heiligen thomas en augus-
TiNUs; de Regtsgeleerden den Heiligen ivo; de
Geneesheeren en Apothekars den Heiligen cosmus
•en DAMIANUS ; de Wijsgeeren , Redenaars en Dich-
ters de Heilige katmarina , (eene gewaande Mar-
telaresfe uit de eerde tijden der IVde eeuw, maar
die ook onder de XtV Noodhulpen gerekend wordt,
dat is, algeraeene Befchermheiligen in alle nooden;)
de Studenten en Leerlingen den Heiligen gr ego-
Rius; de Schilders den Heiligen lükas, onder
Z 3 wiens
55» K E R K E L U K E
V wiens naam nog vele flechte fchilderijen vertoond
^v^r worden; de Kooplieden den Heiligen frumentius
Hoofdft. ^n GUiDo; de Toonkunflenaars den Heiligen Room'
na C. G. fcheii leg en de Heilige C/ecilia; dtSmids den H.
|^^"°^|* ELiGius of EL 01 , dus ook andere ftanden, kande-
. naars en ambachtslieden andere Heiligen. I "egen de PesP
worden de H. antoniüs, rochus, sebastianlts,
ADRiANüS en CHRïSTOPHORus; tegen de Vallende
Ziekte de Heilige valentinus; tegen de Steen de
Heilige liberius; tegen de Koorts de Heilige pe-
tronella ; tegen de Tandpijn de Heilige apollo*
KiA ; en zoo tegen andere kranklieden of volksram-
pen andere Hieiligen aangeroepen (*).
Levenfj- In tijden zoo vruchtbaar aan nieuwe Heiligen kon
befclini- |j£j j^^jj Befchriivers van derzelver Leven niet ont-
der Heili- breken. Elk had genoegzaam zijnen eigenen Le-
gen. SI- vensbefchrijver, van meer of minder naam en kun-
tnphrsstes ^'^ï ^"^^'' genoegzaam allen daar in overeenkomende,
dat zij zich vooral ophouden met de verhalen van
de wonderen, door hunnen Heiligen verrigt; alleen
een siegbert van Gemblours ^ die het leven van
den Heiligen guibert. Stichter van zijn Klooster,
befchreven heeft, en die als Monnik den faiaak van
zijne tijden fchijnt te hebben moeten voldoen, heeff,
hoe zeer hij ook zijnen Heiligen vereert, van won-
derwerken geen gewag gemaakt. Wij zullen geens-
zins met het optellen van deze Leven shefckr ij veren
den Lezer lastig vallen, doch twee van de flechtfle
van dezelven mogen wij niet voorbijgaan, omdat zij
zoo
(*) FACRic. Bibliograph. Antlquar. p. 359.
GESCHIEDENIS. 359
200 grooten naam gemaakt hadden. De ééiie is si- V
MEON, met den bijnaam Metaphrastes. Deze bragt ^^^
eene groote verzameling bijeen van zoodanige Le- Hoofdft.
vensbefchrijvingen voor de Griek fche Kerk , maar "^ C. G.
die ook in het Westen veel toejuiching heeft gehad. \^^ j^j-*
Hij bragt dezelve in zijnen ftijl over, en omkleedde ■
ze, gtUjk hij zich verbeeldde, in een bcvalliger ge-
waad, van waar hij Merai?)^*»^»?? geheeten wordt.
Hij leefde, niet in de Xde eeuw, gelijk leg alla-
Tius en FABRicius gedacht hebben, maar in de
Xllde , gelijk oudin bewezen heefr. simeon was
AoyoS-erfj?, Rekenmeester, een der hooge Geestelij-
ken , die een plaatsvervanger was van den Patri-
arch, die fomtijds predikte, en ook de Kerkelijke
rekeningen nazag en gadefloeg. Niettegenftaande vele
Roomfche Schrijvers zijn werk hoogelijk geroemd
hebben, erkent echter de Kardinaal bellarminus
zelve, dat hij in de Levens der Heiligen veel uit
zijn eigen hoofd heeft ingevoegd; niet, zoo als de
zaken waarlijk gebeurd zijn , maar zoo als zij
hebben kunnen gebeuren; dat hij 'er vele gefprekken
der Martelaren met hunne vervolgers en ook zoo
talrijke bekeeringen van Heidenen bijvoegt, dat zij
heel ongeloofltik voorkomen; eindelijk ook zoo vele
en groote wonderen , welke door het verwoesten
van Heidenfche Tempelen en Afgoden, en ook den *
dood der vervolgers zullen gebeurd zijn , maar waar
van de oude Gefchiedfchrijvers niets gewagen. Na
zoodanig goed oordeel over dit werk van dezen
voorvechter der Roomfche Kerk is het niet noodig
•meer te zeggen.
Z 4 De
3^0 K E R K E L IJ K E
V DeWesterfche Kerk heeft niet min dan dtOosterfche
BORK eenen Levensbefchrijver aan te wijzen , die , hoewel
Hoofdft. "og flechtcr dan gene, nogtans een' geruimen tijd
na C. G. een' grooten nasm gemaakt heeft. Men roemt hem
T39rio7^
tot i«;i7* .5^™^'P"^'y'^ jACOBus DR voRAGiNE , maat in het
..i Iiciiaansch heet hij, giacomo di viraggio, of
jAcor.us varaze, Haar zijne geboorteplaats in het Gentiee'
GiNE. Le ■f'''^^' ' ^'^^^ omtrent het jaar 1220 geboren, trad
gendnAu- in het jaar 1244 te Genua in de Orde der Domifji-
rengu.den ^,^^^^^^ . ^^^ [;,\om in dezelve in het jaar 1267 tot de
waardigheid van Vikaris - Generaal der Provincie
Lombard fè, In het jnar 1286 werd hem dit ambt
ontnamen , evenwel behield hij een groot gezag.
Hij onderwees in verfcheidene Kloosters en Scliolen
der Orde de Godgeleerdheid , en zijne Predikatien
werden gaarn gehoord, nicolaus IV fchonk hem
in het jaar i 92 het Aartsbisdom Qeinia , alwaar
hii in het jaar 1298 overleden is. Men verhaalt van
licm , dar bonifacius VIII hem eens op Aschdag ^
•*in plaats van de ascb op zijn hoofd te ftrooijen ,
di:" in het aange^igt heeft geworpen, en in plnats
der plegüge woorden : Memento quod cinis es, et
in cinerem reverteris , de?e zal gebruikt hebben :
Memerao , (]uod Gihellinits es, et cum Gibellii?is
tuis in nihilum reverteris l Maar anderen hebben
genoeg bewezen, dat dit verteltfehje geenen grond
hoeft , te min , dewijl men niets van eenig misver-
(land tüsfchen hem en den Paus weet. Doch zoo
ieis kon met zijnen opvolger in het Aartsbisdom ge-
beurd zijn.
Hij heeft verfcheidene fchriften nagelaten; onder
de-
GESCHIEDENIS. 361
dezelve komen bier in aanmerking zijne Legendae v
Sanctornm^ of Levensbefchrij vingen der Heiligen» boek
Men gaf dezen naam Legemlae aan foongelijke ver- fioofdfl'"'
zamel ingen , omdat uit dezelve op de Feestdagen iia C G.
der Heiligen in de Kerk voorgelezen werd; ook liad- ^^"^°73»
" " ' cot 1517.
den zii den naam Legendarius, Deze nieuwe ver- -^— -
zaraeling werd met zoo ved totjuictiing ontvangen,
dat men ze de gulden Legende, (^ Legenda aurea ,^
noemde. Ook heet zij de Lo>hhardifche Hiflorie of
Legende^ omdat op de laatfte Levensbufchrijving
van den 'Heiligen pelagiüs eene Korte Langobar-
difche Gefchiedenis volgt. Zij is zeer dikwijls ge-
drukt, en in verfcheidene hedendaagfche talen over-
gezet. Maar met de XVlde eeuw verviel haar roem.
MELCHiOR CANUS ondcr anderen, de vermaarde
Spaan fche Dominikaner ^ oordeelde van den Schrij-
ver dus verachtelijk : Hanc homo f:rlpjit , ferrei
vris , plumbei cordis , animi certe parum feveri et
prudentis ^ en zoo meer andere Schrijvers uit de
Roomfche Kerk , en met regt , wegens de menigvul*
dige laffe verdichtfelen , in dezelve vervat.
Niemand zal zich, na al het bovewftaande , ver- Veieering
wonderen , dat de vereering der Heiligen in deze ^^"^ H^^i^^"
eeuwen van Bijgeloof ten hoogden top geftegen i's. ^*^"*
Daar toe gaven de Predik atien op de Feestdagen der
Heiligen ongemeen veel voedfel, alzoo de Predikers
op dezelve gelegenheid namen om den lof en ver-
diende van den Heiligen te vermelden. Men heeft
nog vele verzamelingen van zulke Feest- Kerkrede-
nen, bij voorbeeld, van hildebert, Aartsbisfchop
van Tours j bernhard van Clairvaux^ rupert,
Z 5 Abt
S62 K E R K E L IJ K E
V Abt van Duits, de Kardinaal eonaventura, ja-
BOEK COBUS DE VORAGINE J VVClkcn IlOOgen priiS BERN-
Hoofdrt. HARD bij voorbeeld ftelde op de voorbidding der
na C. G. Heiligen , blijkt onder anderen uit zijne Feestrede
jaar]o73 malachias, zijnen voormaligen vriend, wiens
ïot 151 7 "^ -7 j ö 7
... Camnij'atie eerst naderhand gevolgd is : „ Laten
wij ons verheugen en juichen,'* zegt hij, „ dat
het Hertielhof, (^Coelestis illa Curia^') thans ééneu
uit ons heeft , die voor ons zorgt , en ons door
zijne verdienden bcfchut ! " Hij fpreekt vervolgens
den Heiligen zelven aan : „ ó Heilige inialachias!
behoud dit huis in heiligheid en geregtigheid , ter»
wijl gij u over ons ontfermt, die wij, onder zoo
vele en zoo groote ellende , de gedachtenis aan uwe
overvloeijende liefelijkheid levendig uitdrukken! (iï/e-
tnoriam abundantiae fuavitatis Tune eructamus^
Wees ons, bidden wij u, Heilige malacmias! een
andere riozes ! of een andere elias ! deel ons ook
iets van uwen geest mede! want gij zijt in hunnen
geest en in hunne kracht gekomen. O gij vrucht-
bare olijfboom in het Huis des Heeren! ö gij zal-
vende en lichtende vreugdeolie! door weldaden be-
gunftigende ! door wonderen fchitterende ! maak ons
dés lichts en des geestes deelachtig, welke gij ge-
niet! O gij welriekende lelie, in eeuwigheid voor
den Heere voortfpruitende , bloeijende, en overal
levendmakenden , aangenamen geur verfpreidendel
wiens gedachtenis bl; ons in zegening, wiens fegen-
woordigheid in den hemel vereerd is; geef, üat de
genen , die uwen lof zingen , hun deel aan eene zoo
groote volmaaktheid niet verliezen 1 '*
Tor
GESCHIEDENIS. SÖ3
Tot de vereering der Heiligen behoort ook het V
bewaren en vereeren van derzelver OverblijffeJen of ^9^^
■' VII
ReUquien , van welke men in deze eeuwen zoo veel i^loofdft.
werks maakte, gelijk wij daar reeds vele voorbeel- "^ C. G.
Tnnr TQ^^
èiw van ontmoet hebben, als ook dat men reeds in \^^ x^^vj,
de VJde eeuw bedriegerijen met dezelve begon aan
te risten. Deze vermeerderden met nieuwe Relinui- I^^^liq^ii-
en van
en en nieuwe Heiligen in dit Tijdvak van dag tot christus
dag. VoornameiLjk hielden zich de Grieken daar- en de
mede op , in de tijden der kruisvaarten , om Reli- ^ ^° *
fj'iïen te koop te veilen , gelijk ook in het Westen
zoodanige handel in ReUquien gedreven werd , dat
verfcheidene Franfche Kerkvergaderingen daar tegen
beQuiten hebben genomen, en ook de Pausfen de-
zelve verbieden moesten.
Men behoeft fommige ReUquien flechts te hooren veroni»
noemen , om derzelver onechtheid te voelen. Reeds ^^ ^^"
• j j jj Reliquie
in de voorgaande eeuwen wendde men voor, zweet'
doeken te bezitten van christus , met de afbeel-
diüg van zijn wezen, op dezelve gedrukt; geen van
dezelve was echter zoo geëerd , als het zoogenoem*
de HciUge aangezigt , ( Sancta Facies , ) of Fero^
fiica , in de St. Pieterskerk te Rome. Men vertel-
de, dat, toen de Zaligmaker zijn kruis uitdroeg ter
kruifiging , eene vrouw, veronica , hem haren
linnen fluijer aangeboden zal hebben, om daarmede
zijn bloed en zweet af te veegen ; dat jezus te
gelijk zijn aangezigt daar in gedrukt en haar dit ter
gedachtenis zijner liefde terug gegeven hebbe. Dit
zal bewaard gebleven zijn, en fchijnt te Rome reeds
federt het jaar 101 1 vertoond te zijn. tille-
MONT
3^4 KERKELIJKE
V MONT (*) heeft dit reeds voor eene Fabel verklaard,
^\rn ^" ^^ ^^^'' waarrchijnlijke gisfing geopperd, dat ve-
Hoofdft. R-ONiCA , in plaats van een vrouwenaara te zijn,
na C. G. liever uit misverftand en zacnenknooping van twee
1^^''°^^ Woorden, Fera kon, (^de ware afbeelding van
■■.. CHRISTUS op die Zweetdoek,) ontRaan is. Hoe
het zij, in het tegenwoordig Tijdvak was deze Re-
liquie wezenlijk eene der ailerheiligften. Paus ho-
MORius III gebood in het jaar 1223, dat de2e beeld-
tenis jaarlijks op zekeren Zondag in een' kistje van
goud , zilver en juweelen , in flatelijke Procesfie uit
de Pieterskerk naar het Hospitaal van den H. Geest
gedragen moest worden door de Kanunniken der
Pieterskerk, en dat men bij die gelegenheid onder
de armen geld zou uitdeelen , en door den Paus de
Mis bediend en eene Kerkrede gehouden zou wor-
den. Van deze f >ort van godsvrucht is ook boven
* bij den oorfprong van het Jubeljaar eene fpoor \oot*
gekomen.
Bloed vsn Sedert de Xde eeuw wilde men ook op meer dan
CHRbTus ^^ue plaats iets van het bloed van Christus be-
zitten. Doch zoodanige Reliquien vermenigvuldigden
lleeds. In het jaar 1247 ontving henrik III, Ko-
ning van Engeland, van de Hoofden der Tempe-
liers en Hospitaliers van Jeruzalem een krijftallen
kruikje met bloed van christus, hetwelk bij zelve
in eenen plegtigen omgang in de Westmun ft erker k
bragt , hetwelk mattheus paris wijdloopig be-
fchrijft, doch tevens meldt, dat velen niet gelooven
wil-
(*) Mem, pour fervir a l'Hht. Eccles. T. I- p. 471»
GESCHIEDENIS. 395
wilden, dat het waarlijk bloed van den Zaligmaker V
was , en het tegenfpraken ; Obgunnire is het ^^J^
woord, hetwelk deze Gefchiedrchrijver hier gebruikt. Hoofdft.
Ook werd , toen de Franfchen en Venetianen Kon- na C. G^
flaminopolen veroverden , in het jaar 1404 , door J^^ j°^^'
den Abt martin in het liisdom Bazel wat van het ■
bloed van Christus medegebragt. Wij zullen ver-
der geene lijst opgeven van dergelijke Reliquien, als
bij voorbeeld , hoofden der Apostelen , de voorhuid
des Heilands , en haar van de Maagd mar ia , het-
welk in het jaar 1280 alles te Rome 'm de Kerk van
Lateraan te vinden was , alzoo dit genoeg is , om
te bewijzen, dat deze eeuwen tijden waren, waar
in men alles geloofde.
Nuttiger is het aan te merken, dat te midden van
deze duisternisfen , hier en daar een enkel helderder
brein de waarheid zag, en de bedriegerijen durfde
ten toon ftellen, hoewel altijd met huiverigheid, en
met inmengfelen van de toen algemeene ligtgeloovig-
beid. Zoodanig een was guibert , Abt van No'
gent fous Concy, die behalve andere fchriften eene
Levensbefchrijving van zich zclven, (^de vita fua
five Monodiarum Lihri tres ^') en een werk over de
Reliquien^ of gelijk hij het noemt, over de onder-
panden der Heiligen^ heeft nagelaten, (^Lihri gtia-
tuor de Pignorihm Sanctorum. ) Uit het eerfte
weten wij, dat hij geboren is, in het jaar 1053,
uit een adelijk geflacht, en dat hij Abt van het bo«
vengemelde Klooster geworden is in het jaar 1104,
en overleden in het jaar 1124. Ten aanzien van
het laatfte zegt hij ons, dat vele vragen over eenen
tand
66 K E R K E L IJ K E
V tand van Christus , welken de naburige Monniken
BOEK yan het Klooster van den Heiligen medardus voor-
Hoo^^dft. g^ven te bezitten , hem aanleiding hadden gegeven
na C. G tot het opftellen van dit Botk. In het eet/Ie Boek
toTi?i*7 ^^'^"^ ^^J ^^'^ ^^ geoorloofdheid ja noodzakelijkheid
, v;in dit onderzoek, en bewijst, dat 'er omtrent zoo-
genoemde Heiligen menigvuldige fprookjes en fabe-
len verdicht zijn, dat de Kerk om die reden daar-
omtrent behoedzaamheid wil gebruikt hebben. Zij
gaat, zegt hij, in hare behoedzaamheid zoo ver,
dat zij zich niet verftout te zeggen , dat het lig-
chaam der Bloeder- Gods tot heerlijkheid opgewekt
is geworden^ dewijl het haar aan bemjzen daar toe
ontbreekt; vervolgens komt hij tot de ReJiqiiien ^
en meldt verfcheidene voorbeelden van bedrog, met
dezelve gepleegd. Hem zelven was het gebeurd,
dat een Geestelijke in eene Kerk , waar hij tegen-
woordig was, een kistje vertoonde, waar in iets van
het brood zou zijn , daar de Zaligmaker van gegeten
had , en daar bij de ftoutheid had , om zich op het
getuigenis van guibert te beroepen, zonder dat de*
ze, gelijk hij bekent, het durfde wagen, om den
Geestelijken voor eenen Bedrieger te verklaren, ge-
lijk hij inderdaad was. In het t:veede Boek komt
hij weder op den tand, welke aanleiding tot zijn
gefchrift gegeven had. In het derde Boek handelt
hij bepaalder van de gewaande Reliquien van Chris-
tus, welke hij Godslasteringen noemt. Op het derde
Boek volgt een vierde ^ (de interiori mundo ^^h&lw(^V&
echter vroeger dan de overige gefchreven is, en
een bijzonder werk op zich zelve uitmaakt. Het
han-
GESCHIEDENIS. 367
handelt over gezigten en verfchijningen , en hoe zij v
naar de ffefteldheid der inwendige wereld verklaard ''^^^^
VII
mo.ten worden. Dit werk van guibert, hoewel éïoofdft.
hij meestal halverwege ftaan bleef, kon echter na C. G.
zeer gewigtig geweest zijn, om het Bijgeloof tegen P^rï°73-
te gaan , maar de tijden lieten niet toe , dat het veel ■
afgefclireven werd , dus bleef het flechts in eenige
Kloosterboekciijen bewaart, en werkte weinig uit.
De Benedictijner lukas d'aciiery heeft het met
andere werken van guibert in druk uitgegeven te
Parys in 1651 in Folio ^
Veeleer ging het Bijgeloof in de volgende eeu-
wen nog voort, met Reliquien te vereeren, zelfs
zoo, dat men daar mede volhardde, niettegeiiftaan-
de het bedrog openlijk aangetoond werd; hetwelk
de gefchiedenis van het Heilige Bloed te Wihnack
voornamelijk bewijst. Dit dorp in de Priegnitzer
Mark Brandenhiirg was in het Jaar 1383 door een
roofzuchtig Edelman met de Kerk verbrand. Toen
de Priester van hetzelve vervolgens ging zoeken,
of 'er ook iets van de Kerkegoederen gered was,
vond hij in een gat van den fteenen Altaar drie
Hostien, van welke hij terftond uitflrooide, dat zij
gewijd en met het bloed van Christus geverfd
waren. Spoedig kwamen hem de wonderen te hulp ,
welke door deze Hostien verrigt werden , en zijn
Bisfchop te Havehberg bevestigde de waarheid van
dit alles. Thans was de toeloop van Bedevaart-
gangers derwaarts zoo groot, dat niet alleen het
Dorp maar ook de Kerk prachtig weder opgebouwd
konden worden. Paus urbanus VI zelve fchonk
aan
308 K,%JR, f^iE L g K E
V aan de Pelgrims eeneji aflaat. Het Dorp kreeg ftads»»
BOEK regten, en werd met muren en poorten omringd.
Hoofdd. Eiii^-'^^llj'^ begonnen verftandjge manüen dit bedrog
na C. G. in te zien, onder welken joannes Hus,die vermaar-
jaario73. ^^ Hervormer , in liet begin der XVde eeuw de
tot 1517. j sa
„ de eerfte was , die zich openlijk in gefchrifc daar
over verklaarde , en voorbeelden bijbragt van ge-
pleegde bedriegerijen. Onder anderen: Een Burger
van Praags die eene lamme hand had, btagt 9?»
het Heilige Bloed eene zilveren hand ten offer , en
wachtte tot op den derden dag, wat de Geestelijken
daar vaii. openlijk zeggen zouden. Ook trad werke-
lijk één van hen voor de Gemeente op, en.rpem^e
het wonder, hetwelk aan de hand gewrocht was;
maar de burger logenftrafte hem voor elks gezigt,
door het vertoonen van zijne hand, die lam vv^s
als te voren enz. Vervolgens werden verfcheidene
onderzoekingen in het werk gefield, en het bedrog
bleek bij elke derzelve, ook verklaarden zich vele
aanzienlijke mannen daaromtrent allerduidelijkst; doch
alles vruchteloos, dewijl de ftad te veel voordeel
van de Bedevaarten trok , en zelfs nog in het jaar
1500 aflaten van Rome wist te verkrijgen voor de
Bedevaartgangers. Dit duurde tot 1550, wanneer
de Euangelifche Predikant te Wihnack ^ joannes
ELLEFELD dezc Hostien verbrandde, maar hij ge-
raakte daar over eenigen tijd in gevangenis , ea
verloor zijn ambt , omdat hij het zonder weten vaa
den Keurvorst gedaan had, en omdat het Domka-
pittel te Hnvelberg nog Roomsch-katholijk en heel
vermogend was.
Kei-
GESCHIEDENIS. 365
Keizer karel IV, een geleerd Vorst, was echter V
ïoo bijgeloovig ingenomen met Relignien, dat hij "^*
een groot aantal van dezelve bijeenbragt. Dus ge- Hoofdft,
loofde hy de fpeer of lanfie te bezitten , waar mede na C. G^
de zijde van jezus doorftoken was, als ook nagels ^q^^^J^\\
van zijn kruis. Van Koning lodewyk van Honga- —
ryê kreeg hij in het jaar 1359 het tafcïlaken ^ daar
de tafel mede gedekt zou geweest zijn , bij het laat-
fte Paaschmaal van jezus. Nog bezat hij een ftuk
van het kruis, een (luk van de koorde, waar mede
JEZUS aan de geefelpaal gebonden was ; van de
fpongie, waar mede hij aan het kruis gedrenkt werd
en meer dergelijke, en daar aan fchreef deze Vorst
toe, dat het hem gelukt was, zijn Koningrijk Bo'
hemen zoo zeer uit te breiden. Over den trouW'
ring, welken jozef aan maria gefchonken had , ont*
ftond een twist tusfchen de (leden Siena en Perugia ,
welke in het jaar 1484 door innocentius VIII ten
voordeele van Perugia werd uitgewezen.
Groot was ondertusfchen de verlegenheid, wan-*
neer een dubbel of meer van fommige ReJiguien op
onderfcheidene plaatfen vertoond werden, waar van
vele voorbeelden voorkomen, gerson werd dus in
140B in een verfchil betrokken over het ligchaam
ten minde over het hoofd van den Heiligen diony*-
sius , hetwelk de Abdij van St, Denys , maar ook
eene Kerk te Parys beweerde te bezitten. Wij heb-
ben van hem over dit onderwerp in zijne werken
eenen Brief, waar in hij (lout weg fchreef: ,, Het
zou 'er met de vereering der Reliquien bij vele Ker-
ken flecht uitzien, indien men elke verfcheidenheid
XVIII. Deel, Aa om*
370 K E R K E L r[ K E
V omtrent dezelve eene onverdra gelijke dwaling v;il de
BOEK noemen ; men moet bovendien het dekfel des harte
Hoofdft. ^^^ ^^"^ goddelijke uitlegging wegnemen, wanneer
na C. G, twee Kerken of Ordens van Monniken mogten voor-
tot"?!'?' g'^ven 5 dezelfde Reliquk te bezitten, waar van on-
■ tallijke voorbeelden zijn. Niets verhindert dus ^ dat
de heide firijdige verhalen naast elkander flaan kmi'
nen; fchoon al niet in waarheid, evenwel in zulke
waarfchijnlijkheid van gronden , welke genoegzaam
is , om de beide voorgevens prijfelijk te maken , en
ze tegen de btfchuldiging van leugen of dwaling te
befchermen; nademaal eene dwaling in godsdienst^
zaken en een leugen uitdrukkelijk fchuld te kennea
geven." De geleerde man dacht niet aan de uit-
vlugt , welke men reeds in de IVde eeuw hier op
gevonden liad , dat de Reliquien fomtijds v^^onder-
dadig vermenigvuldigden. Honderd jaren , nadat
GERSON , ter eere van den Heiligen dionysius, deze
zeldzame Logica had gebruikt , ( mhil prohibet ,
ntrumque contradictoriortim flare jimul ciim altero , )
hebben verflandige lieden deze hooggefchatte Reli-
quien openlijk befpot.
Vereering Onder al de Heiligen beklom de Maagd maria
derMaagd ^gn hoogden trap van vereering ; zij was reeds in
het vorig Tijdvak met den hoogden eerbied ver-
eerd, maar in het tegenwoordige ging dit zoo ver,
dat 'er weinig aan fcheelde, of zij werd als eene
Perfoon der Godheid befchouwd. Zij heette door-
gaans de Koningin des Hemels'^ door haar moest
men bij Christus alle genade zoeken, die haar even
niin iets kon of mogt weigeren , als een Zoon aan
2^-
GESCHIEDENIS. 371
ajne Moeder; de Roozenkrans was bijzonder a&ti V
haar gewijd. Zij gaf aan de Karmeliten hun Sca- ^^^
pulier en aan de Dominikanen hun Ordenskleed. Hoofdft.
In hare Kerken , op hare Feesten en Altaren was "^ C. O.
de Godsvrucht der Christenen veel vuriger dan in [0^1517!
en op die, welke tot den dienst van God en 1
CHRISTUS beftemd waren. Aan het Hof des he-
mels was zij als de Moeder Gods de eigenlijke be.
gunftigde van God en christus , allengs zelfs meng-
de zich galanterij in hare vereering. De Schrijvers
van dien tijd verliezen zich in haren lof, bijzonder
de Heilige bernhard en rupert , Abt van Duits ,
die haar de hrtiid van God den Vader noemt; maar
ook de meer verlichte Abt guibert fchreef een bij-
zonder werk over haren lof, (^de Lande S. Blariae
Liher ,') alwaar onder anderen een gebed aan haar,
grootendeels op rijm, voorkomt, in hetwelk deze
regels gevonden worden :
O Maria! quamvis ore te polluto nominera,
Audi tarnen , et a culpis interim da requiem ,
Jugem quoque liac in vita da Tui memoriam.
Da, Maria, dulcis tota, in futura gloriara ,
Da, Maria, Tuis fervis animae munditiam ,
Da, Johannes, adverforum vincere molestiam;
Nosmet ambo ad virtutis lineam reducice ,
Ut conjungi merearaur claritati coelicolae.
Men behoeft zich niet te verwonderen , dat , bij Onbe-
zoodanigen hoogen eerbied voor de Moederniaaffd , ^'"^"^
* ^ ^ ' ontvangen
de Kanunniken te Lions tot de (lelling kwamen, nis van
dal zij alleen onder alle menfchen zonder erfzonde ->iaria,
mtvangen was. guibert in het zoo even aange-
haalde gefchrift zeide , dat zij door den H, Geest
Aa 2 vaa
tot 15 17.
37a KERKELrjKE
V van de erfzonde , gelijk van de dadelijke zonden,
^^^ volkomen bevrijd was; maar paschasius radeert
Hoofdft. li^'d reeds 200 jaren vroeger beweerd , dat biaria
na C. G. noodzakelijk van alle erfzonde vrij geweest moet
rnt^Tci^ ^y" » dewijl zij reeds in moeders lijf geheiligd was ,
waarom ook de geheele Kerk hare geboorte vierde.
Van waar de Domheeren van Liof^s hunne meening
ook ontleend mogen hebben, zij voerden in het jaar
1140 in hunne Kerk het Feest der onbevlekte ont-
vangenis der Maagd maria , (^Festum jjnmaculatae
concept ionis B, M, Firg.') in. Men heeft wel een'
ouder oorfprong van dit Feest willen zoeken, maar
zonder grond , trouwens , de Franfche Geleerde ma-
BiLLON heeft te regt opgemerkt, dat men in fom-
mige oude Kalenders de bewoording: Conceptio B,
Mariae^ welke de ontvangenis van jezus door ma-
ria beduidde , kwalijk verflaan hebbe van de ont-
vangenis van MARIA zelve. Hoe het zij, naauwe-
lijks had de Heilige bernhard de inftelling van het
Feest door deze Kanunniken vernomen , of hij
fchreef hun eenen langen Brief, om hen te bcflraf-
fen en te wederleggen , met welken Brief later
Roomschgczinde Schrijvers zeer verlegen zijn ge-
weest, omdat dernhard zich daar in vrij duidelijk
verklaart, dat maria even gelijk andere menfchen
erfzonde gehad hebbe, waarom fommigen zich be-
holpen hebben met eene fijne onderfcheiding tusfchen
Conceptio activa en pasjiva. Behalven bernhard
waren 'er meer anderen, die van deze onbevlekte
ontvangenis van maria niet wilden hooren; maar
als de Domitiikanen 'm de Xlllde eeuw de leer vaa
dea
GESCHIEDENIS. 373
dêfT^ffeiligen bernhard begonnen te verdedigen, v
en dair tegen de Hooge School te Parys de Kerk ^o^z
van Lions voorilond, werden de twisten heviger, Hoofdft.
zonder dat de Paufen dit in langen tijd durfden be* na C. G.
Ilisfen; ook de Franciskanen voerden dit Feest i^-\},'^J
' tot 1517.
dëft het jaar 12Ö2 in hunne Kerken in.
-■'Niettegenftaande deze twisten, ging men voort , DePfalter
niet MARIA hoogelijk te vereeren; bijzonder was al- ^'^"^^^^
R.-.RT de Groote in de Xlllde eeuw werkzaam in
fcliriften tot haren lof, onder anderen in een, het-
welk den titel heeft: Super Euaugelium: Misfus
est , fuhtiliter et eleganter oflendens inejfabiles
gloriofae Virgitiis Marine Latides ^ in hetwelk hij
niet minder dan 230 vragen aangaande maria be-
handelt; op gelijke wijze heeft thomas van /Iquino
heel breedvoerig de leere van de Maagd maria in
zijn godgeleerd zamenflel met vele fpitsvinnigheden
en muggezifterijen voorgedragen. Inzonderheid heeft
de beroemde Franciskaner bonaventura hier in
uitgemunt, in wiens werken eens geheele reeks van
fchriften tot lof van maria gevonden wordt, fchoon
omtrent de echtheid van eenigen derzelve getwijfeld
wordt. — Dus heeft men hem , bij voorbeeld , ook
toegefchreven het Pfahnboek , de Pfalter van ma-
ria, hetwelk, fchoon niet van hem, evenwel een
ftuk uit deze eeuw is, waar in veel op maria
wordt toegepast , hetwelk in de oorfpronkeliike
Pfalmen van God en Christus gemeld wordt. Wij
zullen alleen , tot eene proeve , den CXden Pfalm
geven: ,, De Heere heeft tot mijne Lieve Vrouw
^, gezegd: Zit, mijne Moeder, aan mijne regter-
Aa 3 „hand!
374 K E R K E L IJ K E
V „ hand! Gij hebt lust in goedheid en hcih'gheid;
Bö^'' ,, daarom zult gij met mij regeren. Op uw heilig
Hoofdft. >9 hoofd ftaat de kroon der onfterfelijkheid , wier
Hn C. G. „ fchittering en glans niet uitgebluscht worden.
]2ario;r3. Vrouwe , ontferm u mijner ! Moeder van licht
tot 1517, " ' ■'
, „ en glans ! ftort ons uit uwe ichatten wijsheid
,, Gods in 5 kennis van fchranderheid en een voor-
„ beeld van tucht ! "
Hetheili- Behalve menigvuldige verhalen van verfchijningen
ge huisje ^^ wonderen van de Heilige Maagd, is bijzonder
rgtto. berucht de gefchiedenis van haar huis en deszelfs
overvoering uit Nazareth naar Europa. Namelijk,
dus luidt hoofdzakelijk de vertelling: De Apostelen
hadden de kamer of het vertrek, waar in maria
te Nazareth woonde , in eene Kerk veranderd , aan
haar toegewijd. De Euangelist lukas maakte daar
in een houten beeld der Maagd, met haar Kind op
den arm , in deze Kerk werd lang de godsdienst
geoefend ; maar toen nu alles in het Heilig Land
Muhammedaamch was geworden, droegen de En-
gelen dit huis of Kerk in het jaar 1291 uit Naza^
reth door de lucht over naar Terfeto in Dalmatiê^
aan de Kust der Adriatifche Zee, Hier ftond het
eenigen tijd, doch, alzoo het niet behoorlyk ver-
eerd werd, namen de Engelen het Heilige huis in
het jaar 1294 weder op, en voerden het over Zee
in Italië^ digt bij Recanati, in een woud, hetwelk
aan zekere vrouw laureta toebehoorde, van waar
dit huis of Kerk den naam gekregen heeft der H.
MARIA van Loretto. Doch nu (tond de Kerk te
penzaam en te digt aan zee, en was dus niet veilig
voor
GESCHIEDENIS. 375
iroor de zeeroovers, die de Pelgrims kwamen plun- V
deren; de Engelen verplaatsen ze nogmaals in hei ^^^*
jaar 1295, duizend Ichreden digter bij Recanati , Hoofdll.
op een' heuvel, welke aan twee broeders toekwam. ^^ C G.
Wegens de rijkelijke gefchenken, welke het Heilige ^^^ isi7.
huis ontving, kregen deze Broeders twist, en vat- ■
ten de wapenen tegen malkanderen op; om derhalve
verdere onheilen voor te komen, verplaatsen de he-
mellingen , na eenige maanden, het gebouw voor
het laatst in het jaar 1295, een boogfchoot verder
op eenen nabijgelegen heuvel, alwaar het nog (laat,
doch zoo dat het Heilige Huis , ( la cafa fania van
de Italianen genoemd ,) in eene groote Kerk geplaatst
is , welke men 'er over gebouwd heeft, en welke
eenen rijken fchat van kostbaarheden in zich bevat-
te , doch al hetwelk in de laatllie omwentelingen van
onzen tijd verftrooid is geraakt , zoodat van het H.
Huis alleen de m.uren overgebleven zijn.
Doch laat ons wederkeeren tot de twisten , welke Vervolg
gevoerd zijn geworden over de leere van de onbe- vandeon-
,7 . r^ 1 j bevlekte
vlekte ontvangenis van riaria. Dezelve werd meer ontvange-
en meer voortgeplant. De beroemde Schoolgeleerde uisvan
uit de Orde der Franciskanen , joannes duns sco- ^
Tus , die in het jaar 1308 dezer wereld overleed,
verdedigde dit leerftuk met zoo veel fcherpzinnig-
heid , dat hij daar door den titel van Doctor Subti'
lis verkreeg. Maar de Dominikanen of Thomisten
bleven echter ook bijzonder in dit (luk verfchillen
van de Scotisten. Doch in het jaar 1387 beflreed
zekere joannes van Montefono , of Blongon , een
geboren Arragonier ^ een Dominikaner Monnik en
Aa 4 Leer-
57Ö KERKELIJKE
V Leeraar der Godgeleerdheid te Parys, deze leer ia
\?n ^^"^ openlijke Disputatie^ waar in Iiij XIV ftellins.
Hoofdft. g^"» {Thefes,') voordroeg, onder welke ook deze
m C. G was: „ Het is uitdrukkelijk tegen het geloof, te
iü"isi7 beweeren, dat niet ieder mensch , behalve chris-
«-'^ Tus, de erfzonde van adam ontvangen hebbe." De-?
ze en eenige andere der gemelde ftellingen werden
door de Univerliteit te Parys veroordeeld , en zij ver-
wees den fteller ter ftraffe. Maar montesono be-
riep zich op den Paus , en vlugtte naar Avignon ,
werwaarts de Univerfireit vier afgevaardigden zond ,
en onder dezen pietkr d'ailly, die hare zaak
met grooten ijver bepleitte, zoodat montesono be-
merkende, welken keer de dingen namen, naar zijn
vaderland Arragon terug keerde, en daar de partij
van den Tegenpaus urban us VI omhelsde. Door
deze overwinning der Hooge School verloren de
Dominikanen veel van hun aanzien in Frankryk ^
waar het bijna algemeen tot eenen opftand tegen hen
kwam. Ook kwamen op vele plaaifen wonderen
de leer der onbevlekte ontvangenis van imaria te
hulp, zoodat dezelve hoe langer hoe meer ingang
vond.
Dewijl 'er evenwel tot nog toe geene beflisfende
iiitfpraak over dezen twist voorhanden was, noch
van de Kerk, noch van den Paus, geloofden de
Vaders der Kerkvergadering van Bazeï^ dat zij zich
deze zaak behoorden aan te trekken, ook nam deze
vergadering in hare 36fte Zitting in September 1435!
^en beQuit, dat de leere, volgens welke de Heilige
ï^laagd door eene voorkomende en werkende bijzon*
de-
0 GESCHIEDENIS.
377
dere genade Gods (leeds van de erfelijke en dadelij- V
-ke fchuld onbevlekt gebleven is, als eene godvruch- "^^*
tige, met den Godsdienst, het Katholijk Geloof, f{oofd(t,
de gezonde Rede en de Heilige Schrift overeenko» na C. G.
mende leere van alle Katholijken moet goedgekeurd 10^1 ?f 7*
en aangenomen worden , en dat het in het vervolg ■
aan niemand geoorloofd zou zijn, het tegendeel daar
vaii voor te dragen. Te gelijk vernieuwde zij het
vieren van het Feest der ontvangenis van mar ia op
.den Sften December. Paus sixtus IV, zonder ech-
ter eenig gewag te maken van dit befluit, omdat
hetzelve door de Kerkvergadering genomen was na
hare fcheuring van den Paus , bevestigde het een an-
der in twee Bullen . eene van het jaar 1477 , en de
andere van het jaar i4>-18.
Toenmaals en nog wat na het jaar 1500 leefde
jn het Milaneefche de Franchkaner bernap.dinus
DE BUSTi, de grootfte Lofredenaar van de Heilige
Maagd boven alle anderen. Deze liet eene verzame-
ling van 60 Predikatien drukken, ter harer eere ge-
houden , onder den titel : Mariale eximii viri Ber-
nardini ds Busti ^ Ordinis Seraphici Francisci ^ de
(ingulis festivitatibus beata Firginis per modum Ser-
fnonum tractans ^ omni TheoJogia copiofum ; denlgue
utriusque juris auctoritatibus applicatis ^ et arte
humanitatis refertum , in omnibus allegationibus
promtisjimum. Uit den titel reeds kan men oordee-
len , van welke waarde dit werk zij , en welk een bij-
geloovige dweeper deze man zich betoont te wezen.
Zeer merkwaardig ondcrtusfchen is het, dat ten
aanzien van de leer der onbevlekte ontvangenis van
Aa 5 MA-
378 K E R K E L IJ K E
V MARIA de gewaande Hemelfche Openbaringen van
BOEK i^QQ voorname Heiligen van dezen tijd zoo regel-
Hoofdft. ^^g^ verfchüden. Aan de Heilige birgitta van
na C. G. Zweden was door maria zelve de onbevlekte ont-
jsario73. yjj.^ggyjjs geopenbaard geworden , maar de Heil. ka-
. tharina van Sieim , welke 7 Jaren na birgitta
ftierf, daarentegen had eene veifchijning van God
den Vader, in welke weder maria zelve haar zeide,
dat zij als alle andere menfchen in erfzonde ontvan-
gen was. TRiTTENHEiM, die dit verhaalt (*),
voegt 'er bij: „ Geen godvruchtig en aandachtig
vereerder der onbevlekte Maagd mag zich daar door
tot een ander gevoelen laten brengen; want perfo-
nen, die God in waarheid vreezen, zien de waar-
heid en niets valsch ; die genen , die hun eigene in-
gevingen ftoutelijk boven de waarheid ftellen, wor-
den met regt bedrogen. Doch ik ga dit voorbij,
opdat het niet fchijne, dat ik Godgeleerdheid in de
Gefchiedenis wille mengen."
Nog ging men voort, over dit Leerftuk te twis-
ten, over hetwelk verfcheidene twistfchriften voor
en tegen het licht zagen, tot dat eene voor de Z)o-
mnikanen fchandelijke gebeurtenis deze drift eenigen
tijd ftremde.
Eenige Opperden dezer Orde bedoten in een Ge-
neraal - Kapittel in hst jaar 1506, om het gezag van
hunne Orde, even gelijk de Franchkanen ^ door
wonderwerken en verfchijningen , te verheffen. Zij
verkozen tot het tooneel van hunne bedriegerijen de
flad
(*) Qhron, Hirfaug. ad a. 1358.
GESCHIEDENIS. 379
flad Bern, en tot bun voorwerp zekeren jan jet- V
ZER, een fnijders- gezel, dien zij in iiun Klooster ^°^^
aldaar aannamen , een' eenvoudigen , ligtgeloovigen Hoofdft;
bloed. Vier der Monniken , de Prior , Lector , Sub- na C. G.
prior en de Procurator of Schafmeester van het F^'^^°73»
* cot 15 17,
Klooster, fpeelden met dezen hun fpel. Na eenige .
voorbereidingen verfcheen aan jetzer de Heilige
Maagd, die hem verklaurde, dat haar Zoon niet
langer wilde dulden, dat haar tot hare eere een
voorregt werd toegefchreven , hetwelk hem alleen
toekwam , namelijk zonder erfzonde ontvangen en
geboren te zijn. Zij drukte hem ook de lidteeke-
nen van jezus wonden in. Maar ongelukkig be-
gon JETZER bedrog te vermoeden, zoo dat hij zich
tegen hunne bedoelingen kantte , waarom zij hem
meenden te vergeven. De zaak hier door ruchtbaar
geworden, werd onderzocht, en de Paus zelve be-
noemde in het Jaar 1508 twee Bisfchoppen en eenen
Provinciaal der Dominikanen tot Rigters , die de vier
Monniken veroordeelden , om ontwijd en aan den
Wereldlijken Rigter ter ftraffe overgegeven te wor-
den. Ook werden zij den 3ifl:en Mei des gemelden
jaars buiten de poort van Bern verbrand, en jet-
zer ten lande uitgebannen.
Men zou menigmalen gelegenheid gehad hebben,
om dergelijke ontdekkingen van de valschheid van
voorgewende verfchijningen en wonderwerken te
doen, indien de ligtgeloovigheid dier tijden en het
belang der Geestelijken niet hadden medegewerkt ,
om het bedrog eer aan te moedigen. Een dervende
Paus, GREGORius Xï , iu het Jaar 1378 , waarfchuw-
de.
38o KERKELIJKE
V t^e, terwijl hij de gewijde Hostie in de hand hield,
ROEK de omRanders , voor mannen en vrouwen , die hun-
VH
Hoofdn. "^ eigene herfcnfchimmen voor goddelijke gezigten
jna C. G. en openbaringen uitgaven , door welke hij klaagde ,
jaario73. ^^^ ^^^ ^^^ ^^^^ geleid te zijn (*); bedoelende
, daar mede , gelijk Roomsch - Katholijke Schrijvers
zelve erkennen, de Heiligen van zijnen tijd, pieter
van Arragon, birgitta van Zweden en cathari-
NA van Siena. De geest van ligtgeloovigheid fcheen
wel door den onderzoekenden ernst en de gispende
heekeling van valla, erasmus, hutten en ande-
ren op het laatfte van dit Tijdvak te verminderen,
maar de vruchten hier van waren eerst onder gun*
ftiger om Handigheden te wachten.
Men bleef derhalve voortgaan , met eene menigte
wonderen en verfchijningen bijzonder van de Maagd
MARIA te verhalen ; bijzonder werd daardoor een Beeld
van de Lieve Vrouw te Halle in de Nederlanden ver-
maard , aan wier lof de geleerde , maar in den Gods-
dienst onvaste en eindelijk dweepzieke justus lip-
sius zijne pen , gelijk bekend is , in loffchriften
gewijd heefc.
De vereering der Moedermaagd kon niet wel ver-
meerderd worden, en evenwel wist het Bijgeloof nog
iets uit te denken. De groetenis des Engels aan
MARIA, gemeenelijk het Ave Maria ^ was reeds in
een gebed veranderd, en befloeg in den Roozenkrans
of het zoogenoemd Pater Noster eene aanzienlijke
plaats , zoodat het tienmaal het getal der Onze Va-
den
(*3 GERSON de Examinat. Doctr, T, I. Qpp. p. 16.
GESCHIEDENIS. 381
dtrs overtrof; maar de ingezetenen van Xanien in V
het Kleeffche vonden hier bij nog dit uit, op voor- ^°^*
gang van hunne Geestelijkheid, dat 'er bij het in- Hoofdfl.
vallen van den nacht door klokkengelui een teeken ^^ C. G.
gegeven werd, om dit Ave Maria op te zeggen; ^^j. j^,fj
jOANNES XXII fchonk in het jaar 131 8 aan de ge- — — —
nen , die lietzelve driemaal knielende onder ernfiig
berouw hunner zonden bidden zouden, een' aflaat
van tien dagen. In de volgende eeuw beval calix-
Tus III, gelijk men gewonelijk gelooft, ook op den
middag de klok te luiden, opdat ieder een deMaa^ia
MARIA op deze wijze mogt begroeten. Eenigen tijd
te voren had de beroemde Heilige vincentius fer-
RERi deze groetenis des Engels door zijn voorbeeld
tot een gewoon begin der Kerkredenen gemaakt.
Eindelijk werd, door het invoeren van nog twee
nieuwe Feesten , dat van mar i a's bezoek, (vijtta^
tionis ,) op den aden Julij , ter gedachtenis van haar
bezoek bij hare Nicht elizabeth, en van maria's
voorfldling, (^praefentationis ,^ ter gedachtenis dat
MARIA door hare ouderen in den Tempel aan God
was voorgefteld, het getal van zeven Feesten ter
eere van maria voltooid; welke zijn conceptionis ^
nativiiatis, praefentationis , annunciationii , vïfita-
tJotjis, purificatiofiis et asfumtionis.
Over het geheel vermenigvuldigden in dit Tijdvak Nieuwe
de Feesten en Heilige dagen ; gelijk men daar van ^"£j^^.*;"
,r. 1 .. , n of Heilige
de fprekendlte bewijzen heeft , in den Sacraments- dagea.
dagy de Feesten ter eere van maria, maar ook van
eiken nieuwen Heiligen, en die van bijzondere Be-
fcherm-
38a K E R K E L IJ K E
V fchermheiligen van enkele Kerken en Kloosters , tn
BOEK andere lieten naauwelijks eenen dag in het jaar open ,
Hoofdft. ^^^ "'^^ ^^" ^^ vereering van den eenen of anderen
na C. G. Heiligen gewijd was.
tori?i7* ^^^J mogen ook niet geheel met llllzwijgen voor*
— ... - bijgaan een zeer ergerlijk Feest ^ hetwelk wel niet
Het Feest Qj-,(5ej. ^q Godsdienflige Feesten behoort, maareven-
ken. wel van de Geestelijkheid midden in de Kerken ge-
vierd werd , het Feest der Gekken , ook onder den
naam Festum fatuorum , vel FoUorum , of la Fêt€
des Foux bekend. Het vond ongetwijfeld zijnen
oorfprong van de Saturnalien der Oude Romeinen,
welke met buitenfporige dartel - en wulpsheid ge-
vierd werden. Het was hunnen Christelijken Na-
komelingen niet mogelijk, de vreugde van zulk een:
Volksfeest, hetwelk in December viel, vaarwel te
zeggen. Hoe zeer ook , federt augustinus, de
Kerkvaders daar tegen geijverd, en Kerkvergaderin»
gen ze verboden hadden, men ging voort dit Feest
te vieren, met zich op hetzelve als beesten te ver-
mommen, en allerhande dartelheden te bedrijven 5
en deze gewoonte, die eerst in den Kersnacht,
vervolgens op den eerden Januarij gevierd werd, eiï
ten laaifte in openlijk zingen , danfen en brasfeii
veranderde, bleef vele eeuwen lang zelfs te Roms
in zwang. De zoo flecht beruchte Patriarch vtn
KonftanthwpoUn ^ in de Xde eeuw, theofylac»
Tus, verordende zelfs , dat op de aanzienlijkde
Feesten vermakelijke en dartele liedjes onder de
Geestelijken in de Kerken gezongen v/erden, die
met
GESCHIEDENIS. 3^3
met danfen verzeld gingen (*). Maar in de Wes- V
terfche Landen was het eigenlijk, waar de potfen *'^^*
der Saturnalien in een Kerkelijk Feest van de Gees- HoofdH.
lelijkheid zelve veranderden ; van dit fchouwfpel "^ C. G.
was Fratikryk het hoofd tooneel , hetwelk op den |qj"°j|'
eerfien Januarij , en in fomraige Kerken op het Feest ■
van JEZUS Verfchijning of op drie Koningen dag
gehouden werd van de lagere Geestelijkheid, en het
welk daar van den naam kreeg van Festum HypO'
diaconorum^ ook Festum Calendarum, Deze On-
dergecstelijken verkoren in de Kathedraalkerken eenen
Bisfchop of Anrtshisfchop der Gekken , dien zij met
belagchelijke plegtigheden inwijdden, den dienst in
zijne Kerkelijke kleeding verrigten en ten laatfte den
zegen lieten uitfpreken, waar bij men het Aartsbis-
fchoppelijke kruis, de Bisfchopsmuts en Bisfchops-
ftaf voor hem uitdroeg. In geëximeerde Kerken ,
die dus onmiddelijk van den Paus afhingen, verko-
zen zij zelfs eenen Paus der Gekken , dien zij even
zoo grappig de Pausfelijke kleeding aantrokken, en
hem als Paus in de Kerk handelen lieten. Zij zel-
ve, en met hen ook de Priesters, bedreven, gedu-
rende dezen Godsdienst , eene menigte zotheden ,
welke den Godsdienst onteerden. Vermomd of als
Tooneelfpelers gekleed, met befmeerde aangezigten,
of in vrouwenkleêren , dansten zij op het Koor, en
zongen ontuchtige liedjes; voornamelijk aten de
Diakenen en Onderdiakenen, of de Koorjongens,
worst voor het oog van den Priester, die de mis
deed;
(*} CEDRENi Compend, Hiit, p. 638.
384 K E R K E L IJ K E
V deed ; zij fpeelden met dobbelfteenen ; en wierpen
*v?r allerhande ontuig in derzelver wierookvat. Als de
Hoofdft. Mis gedaan was , fleeg de onbefchaamdheid in
na C. G. woorden, gebaarden en daden nog hooger; tot ein-
{qj*^ °j^* delijk deze buitenfporigheden zich ook op ftraat ver-
■ fpreidden en 'er deLeeken insgelijks deel aan namen.
Naardien deze moedwil in de Xllde eeuw reeds
in vele Kerken in Frankryk ingevoerd was, gaf de
Pausfelijke Legaat aldaar, de Kardinaal pieter , in
het jaar 1198 aan odo, Biifchop van Parys^ en
eenigen van deszelfs Kanunniken , last , om dit
Feest der Gekken in het Kerspel aldaar af te fchaf-
fen; gelijk zij het ook wezenlijk in het jaar 1199
verboden. Ook verbood de Parijfche Sijnode van
het jaar 12 12 dezelfde klugten,vvaar bij de Bisfchop
der Gekken zijn' Bisfchoppelijken Staf ontving, (uhi
haculus accipittir ;') en nog nadrukkelijker aan de
Monniken en Nonnen; want ook deze en de Ka-
nunniken van zekere Kathedrale Kerken verkozen
fomtijds eenen zoogenoemden Abt der Gekken ,
( abbas flultorum. ) Evenwel hebben deze gewoon-
ten zich nog eenige eeuwen ftaande gehouden. In
Engeland was nog in het jaar 1530 zulk een Spot-
bisfchop , ( Episcopus puerorum genoemd ; ) en in
de Franfche Kerken vond men nog in de XV^IIda
eeuw vele overblijffelen van deze kluchten, niette-
genftaande vele Kerkvergaderingen gepoogd hadden,
die te vernietigen.
Ezeli- D^^'" toe behoort ook het Ezels -feest ^ {Festum
feest. aftnorum^') hetwelk gevierd werd ter eere van den
ezel, op welken christus in Jeruzalem was bin-
nen-
GESCHIEDENIS. 3R5
nen gereden. Men voerde in Kersnacht in vele Ker- V
ken van Frrnkryk een Ezel met een Koorhemd of ^°^*
Koorkap op den rug bedekt de Kerk in, onder het Hoofdü.
zingen van een grappig Latijnsch Lied, waar van ^ C. G.
TssriOT^
elke firofe eindigde met de woorden Hèï Sire Ane! [^^ i<ii-f,
hè ! hè ! en hetwelk verder dus luidde : ■ ■
Orientis partibus
Adventavit Afinus
Pulcher et fortisfiinus,
Sarcinis aptisfitnus.
Hè, Sire Ane, hèl
Hic in coUibus Sichen
Enutritus fub Ruben,
Tranfiit per Jordanem
Subiit in Bethleera»
Hè, Sire Ane, iiè!
Saitu vindt hinnulos
Damas et capreolos ,
Super dronicdarios
Velox Madiancos.
Hè, Sire Ane, hè!
Aurum de Arabia
Thus et Myrrham de Saba
Tiiüt in ecclefia
Virtus AGnaria.
Hè, Sire Ane, hh\
XVIII. Deel. Bb Dum
^85 KERKELIJKE
Dum trahit vehicula
BOEK
YI£ Multa cutn Sarcinula,
Hoofdft. Ulius uiandibula
Dura terit pabula.
na C. G.
Jaar 1073,
tuL 1517. Hè,,Sire Ane, hèl
Cum aristis hordeum
Comedit et carduuni,
Triticam a palea
Segregat in area.
Hè, Sire Ane, hè!
Amen dicas, Aüne,
Jam fatur ex gramine,
Amen , Amen itcra ,
Afpcriiare vetera.
Ilè, Sire Ane, hc!
Feest c!er In de XIV en de XVde eeuwen werden de Hei-
n^'iTv?^" lige dagen of Feesttijden nog vermenigvuldigd ; dus
den f lei!, vverd in het jaar 1304 een Heilige dag ingefteld ter
FRANcis- eere ^^r Lidteekenen van den Heil! pen francis-
CÜS
cus. Zijne Orde vond dit te noodiger, omdat de
Dominikanen jegens dien Heiligen om dit voorregt
jaloersch waren , en herhaalde keeren poogden , ook
Heiligen uit hunne Orde met gelijke eereteekenen te
verfieren. Zoo vond zich in het jaar 1500 onder
hen te Ferrara eene Non, lucia, die ook daar op
roemde. i\Jaar de Franchkanen vonden doorganns
voor hunnen Heilig onderfleuning bij den Paus. On-
der anderen als in het jaar ii()i een Dominikaner
Mon-
GESCHIEDENIS. 587
Monnik thomas in ecne Predikatie gezegd had , dat V
zeker Martelaar de teekenen van den levenden God ^^^^
gedragen had, maar franciscüs alleen van den doo- Hoofdft,
den, verbood nicolaus IV hem het pred'ken ge- na C. G«
durende 7 jaren en bevestigde openlijk dit wonder Jot"?!?*
der genade, hetwelk aan den Heiligen der Franci:- —
kanen gefchied zou zijn.
Onder zoo menigvuldige nieuwe Feesten en Heilige Andere
dagen , wijdde men 'er flechts zeldzaam een aan de Heilige
Godheid zelve toe. Daar onder behoorde het Feest '
der Heilige Drieëenheid , hetwelk reeds vroeger in
fommige Kerken gevierd , maar eerst door joannes
XXII, die in het jaar 1334 geftorven is, in zijne
Kerk is ingevoerd. Men merkt daar bij op, dat
hij tegen de gewoonte der oude Kerk op dit Zon-
dagsfeest geboden heeft, knielend een plegtig gebed
in de Kerk te verrigten. De Sacramentsdag , die
eerst federt het jaar 131 1 heel algemeen gevierd is,
ontving door eene verordening van urbaan VI in
het jaar 1389 nog het bijzonder voorregt, dat men
op denzelven de Misfe mag lezen, zelfs wanneer
'er in een land Interdict van Godsdienst plaats
heeft. Geheel nieuw was het Feest der lans of
fpeer^ met welke de zijde van christus aan het
kruis doorftoken zal zijn, en der nagelen van zijn
kruis ^ op verzoek van Keizer karel IV, door in-
NOCENTius VI, voor Duitschland en Bohemen^ ia
het jaar 1354 verordend op den Vrijdag na Quafi-
modo geniti.
Reeds lang zeker had men het nadeel van zoo Pogingen
Bb 2 ve-
388 K E R K E L IJ K E
V vele en zoodanige Heilige dagen voor het echt Chris-
iioEK tendom behooren in te zien, thans begon men al-
Hoüfdft. ^^"SS daaromtrent vrijmoediger te denken en te fpre-
na C. G. ken , fchoon nog zonder vruchtgevolg. Reeds in
J°"'°J'^' het jaar 1362 klaagde de Aartsbisfchop simeon van
' r^^tfirhury^ op cene Kerkvergadering of Sijnode,
om de dat, hoe talrijker de Heilige dagen werden, des te
FcGstcn
enHeiüge ^^^^ misbruiken en grove buitenfporigheden van al-
dagente lerlei foort dezelve onteerden; en evenwel noemde
minderen ^^ '^^ omtrent 40 op , die in zijn Kerspel gevierd
werden. De beroemde Hervormers van den uitwen-
digen ftaat der Kerk, ten tijde der Kerkvergadering
van Konftans^ zeiden hun gevoelen hi=r omtrent
met meer kunde en vrijmoedigheid, pieter d'ailly
fchreef in zijne voorflagen ter verbetering (*): ,,De
Prelaten mogten 'er wel op bedacht zijn, dat in het
vervolg bij den openbaren Godsdienst geene zoo be-
zwarelijke omjlagtigheid ^ maar veel meer eene aan-
dachtige kortheid plaats vond; dat in de Kerken
niet zoo vele en velerhande Beelden geplaatst; niet
zoo vele nieuwe Feesten ingevoerd; ^eene nieuwe
Kerken gebouwd; niet zoo~'vele Heiligen gekanoni-
zeerd werden ; en dat het , de Zondagen en de
groote Kerkelijke Feesten uitgezonderd, vergund
werd, om na den Godsdienst te arbeiden: zoo wel
daarom , dewijl op Feest- en Heiligedagen meer zon-
den
(*) Tractat. de Reformatioue C. 3. in Cerfon, Opfi.
Jppend. ad Tom, II. />. 911.
GESCHIEDENIS. 389
den in kroegen, met danfen en andere dartelheden, y
welke de ledigheid leert, bedreven werden; als de- boek
VII
wijl de werkdagen voor de arme lieden naauwelijks Hoofdft
genoegzaam zijn , om zich de behoeften des levens na C. G.
te verwerven. Zijn leerling joan gerson ftelde wel I^^''ïo73»
op diezelfde Kerkvergadering voor , te overwegen , .—_« *
of 'er niet een Feestdag behoorde verordend te wor-
den ter eere van jozef, den Maagdelijken Bruide-
gom der Maagd maria, alzoo dit toch ter harer
eer en ter eere van christus zelven ftrekken zou:
„ niet, dus gaat hij echter voort, als of wij de ver-
menigvuldiging der Feesten voor den gemeenen man,
die van zijnen handenarbeid leeft, wilden aanraden;
het zou veel meer te wenfchen zijn , dat voor dezen
het getal der Heilige dagen minder was, zoo als
reeds bij de voorflagen ter Hervorming aangemerkt
is; maar wij fpreken dit voor den Geestelijken ftand
en van denzelven (*).
Maar boven anderen muntte door nadrukkelijke
voorftellen over dit onderwerp uit clemangis , in
een bijzonder gefchrift (f): Met oorlof van wijze
mannen , zegt hij , geloof ik , dat thans zonder nood-
zake nieuwe Feestdagen in de Kerk ingefteld worden.
Want
(*) Sermo de vativitate gloriofa Ftrginis Marite , et
de Cotnmentatione virginei fponfi ejii% Jofeph. Opp, Tom,
III. P. III. pag. 1358.
(t) -Dtf novis celebritatibtis non iujiituendis» Opp. p,
143-160.
Bb3
390 K E R K E L IJ K E
V Want daar zijn 'er reeds zoo vele, dat men ze veel
BOEK meer behoorde te verminderen , omdat zij door hun'
Hoofdd "^ menigte in minachting Itomen. God liet den Is-
na C. G.faeliten^ behalve den Sabbath, flechts drie hooge
Jaario73. peesten voorfchrijven ; maar des te menigvuldiger en
I ijveriger baden zij in den Tempel. De godsvrucht
der Christenen op Heilige dagen beflaat daar in, dat
zij zelden in de Kerk komen , heel zelden eene Mis
hooren, en ook deze niet ten einde toe. Het is
velen genoeg , als zij knielend de Lieve Vrouw
groeten; den meesten, als zij een aan den muur ge-
fchilderd Beeld van eenen Heiligen gekuscht heb-
ben; maar die, welke het ligchaam van chPvIStus
door den Priester in de hoogte hebben zien hefFen,
gelooven, dat Christus hun daar voor zeer ver-
pligt zij, even als of zij hem een groot ofFer ge-
bragt hadden. Dikwijls kan de Priester niet ééns de
Mis lezen , omdat 'er niemand bij de hand is , die
dienen kan. Ondertusfchen vermaken zich de fatzoe-
nelijke lieden met maaltijden en fchouwfpelen ; maar
de gemeene man brengt de vierdagen in de kroeg door
met zuipen , fpelen , razen en tieren en andere buiten-
fporigheden. Het is reeds een fpreekwoord geworden:
Geen Heilige dag zonder vechten en bloedvergieten.
Voor de jeugd van beide kunnen zijn Feesten en Ker-
ken de gefchiktfte bekooringen en verleidingen tot dar-
telheid en wellust, welke met alle fchaamteloosheid
uitgeoefend worden. De Geestelijke Gerigtshoven ftraf-
fen wel den Landman zeer fcherp, die op deze dagen
op zijn land of in zijnen wijnberg arbeidt; maar niet
dig
GESCHIEDENIS. 391
die genen , die ze door ondeugden ontheiligen. Bij den V
Nachtgodsdienst ,( /^^///^ff , ) ziet men inzonderheid ^^^-^
fchaamtelooze topneelen zelfs van Priesteren. cleman- fioofdfi,
GIS dringt nu des te meer aan op een waardig vieren na C. G.
der Heilige dagen, en beantwoordt verders de Tegen- J^^''^°73.
werpingen, welke hem konden gemaakt worden, en hij *
befluit, dat men liever de oude Christenen behoorde na
te volgen , die de vereering der Heiligen niet zoo ver
hebben uitgcftrckt , dat God daardoor veronachtzaamd
werd; en dat het niet geoorloofd is, de Heilige dagen
enkel te begunlligen , om het voordeel en den winst,
welke de Kerken daar van trekken.
Ehiiie van het Achttiende Deel,
»i. ■■ "^^'-r^'-'i *■:<■■ <■■■■■'.' v',,f' • •<
^.•'■■^*^'-'-.«
'.*■:, r
i * ' .
-;»,•-» S
- ■ f'.
.ï^; ••*,.•;;•.■,
A", ■'";■ '■ -'••;
•; }\ r '.
»•■ ■■ ' ». ■. .' '-■■.■" ' •• •' •
'.' * ' •■>■, .■•
■ -, *.-
'■ • • • .'i ■
^'•,.?/^.- \-\'-.u'
>i.':-r.